ChristenUnie
Bijdrage debat over zorgvuldige scheiding
Bijdrage debat over zorgvuldige scheiding
dinsdag 05 juni 2007 13:37
De heer Anker (ChristenUnie):
Voorzitter. Het is inderdaad alweer een tijdje geleden dat wij
hierover hebben gesproken. Ik kon wel constateren dat wij prima
antwoord hebben gekregen op de vragen die wij destijds hebben gesteld.
Wij zijn daar erg blij om en willen de bewindslieden daarom ook
hartelijk danken.
Wij zijn nog steeds erg enthousiast over dit wetsvoorstel, dat met
name ziet op het belang van het kind na een echtscheiding met een
ouderschapsplan. Wat dat betreft, voelen wij nog steeds heel veel
steun voor dit wetsvoorstel. Daar is niet veel aan veranderd. Er
liggen nog een paar amendementen waar wij erg benieuwd naar waren. Het
eerste is van mevrouw De Pater en de heer Van der Staaij. Het betreft
de mogelijkheid om een ouderschapsplan te hebben voor stellen die geen
geregistreerd partnerschap hebben en die geen huwelijk zijn aangegaan,
maar die wel kinderen hebben. Ik weet nog dat minister Rouvoet in zijn
eerste termijn -- volgens mij was het in antwoord op vragen van
mevrouw Agema -- heeft gezegd: ik zou willen dat ik een
aanknopingspunt had; ik weet het zo snel even niet; als u er een hebt,
dan ben ik daar erg in geïnteresseerd. Is dit een aanknopingspunt waar
de minister mee uit de voeten kan? Daar zijn wij erg benieuwd naar,
want het voorstel komt ons erg sympathiek voor.
Het tweede is het amendement van mevrouw Bouchibti. Het droeg nummer
17. Het lijkt erop dat dit een leemte in de wet opvult. Ik vraag mij
af hoe nuttig dat is. Het ziet er volgens mij wel goed uit, maar het
is een behoorlijk als-danverhaal. In principe staan wij er echter
positief tegenover.
Wij hebben veel gesproken over de administratieve scheiding in de
afgelopen maanden. Daar is het een en ander over heen en weer gegaan.
Het zal niet verbazen dat wij daar niet veel voor voelen. Dat hebben
wij ook al in eerste termijn laten blijken en bij de interrupties die
wij hebben gepleegd. Wij zien nog steeds een groot belang van de
rechter in dat proces, en daar zullen wij dus ook voor blijven staan.
Wel vragen wij ons af wat het voorstel toevoegt dat minister Hirsch
Ballin in zijn brief doet, om eventueel de notaris de plaats in te
laten nemen van de advocaat. Verandert dat veel? De voorgaande
sprekers zijn er ook kritisch over geweest. Misschien dat de minister
daar nog nader op in kan gaan.
De heer Teeven (VVD):
De heer Anker spreekt over het amendement over de administratieve
scheiding. Ik denk dat hij daarmee bedoelt het voormalige
amendement-Bouchibti/Teeven en het huidige amendement-Teeven. Daar ga
ik maar van uit. Hij zei dat daar de afgelopen maanden veel over is
gesproken. Bedoelt hij daarmee de eerste termijn die wij hier in de
Kamer hebben gehad? Of bedoelt hij dat er in de boezem van het
kabinet, maar misschien nog wel meer tussen de regeringsfracties over
is gesproken? Wat bedoelt hij precies met "daar is veel over
gesproken"? Ik heb hier alleen maar geconstateerd dat het amendement
heeft geleid tot uitstel van deze tweede termijn.
De heer Anker (ChristenUnie):
Er is in ieder geval veel over gesproken op de gang bij de
ChristenUnie en bij de VVD, maar dat was van informele aard. Dat
verhaal was natuurlijk uitgebreid in de media. Wij zijn nu heel erg
blij dat het voorstel van de PvdA-fractie is ingetrokken en dat het
voorstel van de heer Teeven er ligt. Wij zien nog steeds geen heil in
een administratieve weg voor een echtscheiding.
De heer Teeven (VVD):
Dat heb ik wel begrepen, maar het is geen antwoord op mijn vraag. Mijn
vraag was een heel andere. Ik vroeg waar er veel over gesproken is.
Daarop zegt de heer Anker: informeel. Daar hebben wij het hier niet
over. Dit is een formele vergadering. Mijn vraag aan de heer Anker
was: is er iets uitgeruild? Heeft uw fractie gezegd: luister jongens,
wij geven de PvdA steun bij de versoepeling van het ontslagrecht die
er moet komen, en in ruil daarvoor willen wij graag dat de PvdA haar
naam van dat amendement afhaalt? Vorige week is die vraag niet
helemaal goed gesteld. De vragenstellers hebben gesproken over de
flitsscheiding hier in de Kamer. Toen zei de minister: dat is niet zo.
Dat kon hij ook makkelijk zeggen, want het ging niet om de
flitsscheiding. Mijnheer Anker, ik vraag het u op de man af: heeft uw
fractie de versoepeling van het ontslagrecht met de PvdA uitgeruild
tegen het inleveren van deze administratieve scheiding? Zegt u gewoon
ja of nee.
De heer Anker (ChristenUnie):
Ik wil u allereerst bedanken dat u die vraag stelt, want het was een
misverstand waar wij ook niet blij van werden. U verwijst naar een
bericht op de voorpagina van Trouw. Ik heb nog uitgebreid gecheckt of
daar een reden voor was, maar er is geen enkele sprake geweest van een
uitruil. Het past zeker niet bij onze partij om op inhoud in heel
andere dingen te gaan handelen. Er is geen enkele sprake geweest van
een uitruil. Wij zijn gewoon heel erg blij dat het regeerakkoord wordt
uitgevoerd. Er was ook geen reden om iets te ruilen.
De heer Teeven (VVD):
Was dat regeerakkoord dan voor u zo vreselijk duidelijk en voor de
PvdA zo onduidelijk?
Of hebt u vanuit de christelijke traditie een beetje druk op de
PvdA-fractie gezet door te zeggen dat zij in de toekomst een probleem
zou krijgen als zij dat amendement niet zou intrekken? Hoe is dat nu
gegaan. Wij hebben tien weken gewacht op de tweede termijn. Nu horen
wij van u dat er veel over is gesproken. Ik ben er niet over begonnen,
want ik weet niet of er veel over is gesproken. Ik weet alleen wat er
in de eerste termijn is gebeurd, want daarna is het stil geworden.
De voorzitter:
Wat is uw vraag?
De heer Teeven (VVD):
Zijn er onderhandelingen geweest tussen de fractie van de ChristenUnie
en de PvdA-fractie of niet?
De voorzitter:
Het antwoord daarop hebt u volgens mij net gehad.
De heer Teeven (VVD):
Het was een heel verhaal.
De voorzitter:
Het was niet het antwoord dat u wilde horen, maar u hebt wel een
antwoord gehad.
De heer Teeven (VVD):
Is er een onderhandeling geweest over dit onderwerp?
De voorzitter:
Ik snap het wel, maar dit is echt een herhaling van zetten. Ik begrijp
dat u bereid bent om dat te doen, maar ik ben er niet voor.
De heer Van der Staaij (SGP):
Heb ik goed begrepen dat in het regeerakkoord staat dat de Wet
voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding wordt doorgezet en dat
dit betekent dat de flitsscheiding wordt afgeschaft en niet wordt
vervangen door een administratieve scheiding?
De heer Anker (ChristenUnie):
U hebt goed begrepen dat het huidige wetsvoorstel wordt doorgezet en
de flitsscheiding wordt afgeschaft. Wat ons betreft zou een
administratieve scheiding dit wetsvoorstel amputeren.
De heer Van der Staaij (SGP):
Het is dus de bedoeling om de flitsscheiding af te schaffen en niet te
vervangen door een administratieve scheiding. Dat betekent dus ook dat
het niet past bij die coalitieafspraken om met een
initiatiefwetsvoorstel te komen waarin de administratieve scheiding
alsnog wordt geregeld, zoals mevrouw Bouchibti heeft gezegd.
De heer Anker (ChristenUnie):
Het zou kunnen dat er een initiatiefwetsvoorstel komt. Mevrouw
Bouchibti heeft daar in de pers het een en ander over gezegd. Dat zou
dit wetsvoorstel, wat een heel zorgvuldig en evenwichtig wetsvoorstel
is, intact laten. Als het eventuele initiatiefwetsvoorstel wordt
behandeld, bespreken wij een totaal nieuw voorstel. Er zijn uiteraard
wel parallellen te trekken, maar dan de discussie over de
administratieve scheiding losgekoppeld van de discussie over het
regelen van het ouderschap en de scheiding. Het zal dus een andere
discussie zijn. Die discussie zal ook heel zorgvuldig zijn omdat wij
dan alleen over het element echtscheiding spreken en de manier waarop
die moet worden geregeld. De Raad van State moet dat wetsvoorstel
toetsen en het kabinet zal er naar kijken. Het zal een wezenlijk ander
debat zijn. Wij zijn nog steeds niet enthousiast over de
administratieve scheiding, dat moge duidelijk zijn. Het gaat er nu
echter in eerste instantie om dat dit wetsvoorstel, dat een ontzaglijk
lange geschiedenis heeft, eindelijk wordt aangenomen.
De heer Van der Staaij (SGP):
Ik kan mij goed voorstellen dat, met een verwijzing naar het
coalitieakkoord, wordt gezegd "zo zijn wij niet getrouwd" als de
administratieve echtscheiding wel uit dit wetsvoorstel wordt gehaald
en direct daarna in een nieuw wetsvoorstel wordt opgenomen. Dan wordt
materieel toch evengoed onrecht gedaan aan wat in het regeerakkoord
staat op dit punt, namelijk dat de flitsscheiding wordt afgeschaft en
dat deze niet wordt vervangen door een administratieve scheiding?
De heer Anker (ChristenUnie):
Ik zie dat anders. De flitsscheiding wordt nu wel degelijk afgeschaft.
Dat is een praktijk waar echt een einde aan moest komen. Dat is
volgens mij heel juridisch Nederland met ons eens. Het voorstel voor
een administratieve scheiding is er lopende dit debat in geschoven. De
vraag hoe wij echtscheiding zien en of de rechter daar een rol bij
moet spelen, is een heel andere principiële discussie. Bij de
flitsscheiding werd de gehele procedure min of meer onttrokken aan de
juridische werkelijkheid doordat er een achterdeurtje was. Als een
wetsvoorstel komt, wat ik nog moet zien, gaan wij spreken over de rol
die een ambtenaar kan hebben en het gewicht dat hij moet hebben, de
procedures die er zouden moeten gevolgd, enzovoorts. Dat is een heel
andere discussie. De vraag of het nuttig is om te regelen dat een
ambtenaar dit kan doen, komt dan ook aan de orde. Dat wordt een heel
ander debat.
De voorzitter:
Ik geef het woord aan mevrouw Koser Kaya, die de heer Pechtold
vervangt in dit debat.
Mevrouw Koser Kaya (D66): Minister Donner heeft ontkend dat er een
ruil heeft plaatsgevonden tussen het flexibiliseren van het
ontslagrecht en het amendement over de flitsscheiding. Ontkent u dat
ook, mijnheer Anker? Of ligt het aan de minister van uw partij die dit
amendement niet wil verdedigen in de Eerste Kamer?
De heer Anker (ChristenUnie):
De complottheorieën worden nu wel heel erg interessant. Ik denk dat ik
het maar heel simpel houd. Wij hebben geen deals gemaakt. Dat past ook
niet in de traditie, de gebruiken en de stijl van mijn partij. Mevrouw
Koser Kaya kent mijn fractie al wat langer dan zij mij kent. Wij
hebben hierover absoluut geen deals gesloten.
De voorzitter:
Deze vraag was al gesteld. U moet wel iets nieuws bedenken, mevrouw
Koser Kaya.
Mevrouw Koser Kaya (D66): Voorzitter. Ik ben blij dat ook collega
Anker hier zegt dat er geen deals hebben plaatsgevonden. Dat is dan
helder. Het kan worden opgeschreven. Maar mijn tweede vraag staat nog
steeds open. Is dit amendement van de baan omdat de minister van zijn
partij het voorstel niet in de Eerste Kamer wil verdedigen?
De heer Anker (ChristenUnie):
Neen. Naar mijn mening is dat helemaal niet aan de orde. De PvdA heeft
zich aan het regeerakkoord gehouden. Dat zullen zij zelf moeten
motiveren. Ik meen dat zij dit prima kunnen. Zij hebben het amendement
ingetrokken. Dat heeft niets te maken met de vraag wie het zou moeten
verdedigen, maar wel met het regeerakkoord dat wij hebben gesloten.