CJE/07/38
5 juni 2007
Pers en Voorlichting
PERSCOMMUNIQUE nr. 38/07
5 juni 2007
Arrest van het Hof van Justitie in zaak C-170/04
Klas Rosengren e.a. /Riksåklagaren
Invoerverbod op alcoholhoudende dranken door particulieren in Zweden
is een niet-gerechtvaardigde kwantitatieve beperking van het vrij
verkeer van goederen
Deze maatregel is ongeschikt om het doel, de beperking van
alcoholgebruik in het algemeen, te bereiken en is onevenredig aan het
doel, de bescherming van jongeren tegen de nadelige gevolgen van
alcoholgebruik
Krachtens de Zweedse alcoholwet worden alcoholhoudende dranken in
Zweden in detail verkocht door een monopolie in handen van
Systembolaget. De invoer van alcoholhoudende dranken is voorbehouden
aan Systembolaget en aan door de staat toegelaten groothandelaren. Het
is particulieren verboden alcoholhoudende dranken in te voeren. Dit
verbod veronderstelt namelijk dat wie alcohol uit andere lidstaten wil
invoeren, uitsluitend via Systembolaget invoert. Systembolaget is
gehouden, op verzoek elke alcoholhoudende drank aan te kopen op kosten
van de consument voor zover Systembolaget geen bezwaar daartegen
heeft.
K. Rosengren alsook verschillende andere Zweedse onderdanen hebben per
post dozen Spaanse wijn in flessen besteld. De wijn is door een
particuliere transporteur in Zweden ingevoerd zonder inklaring. De
wijn is vervolgens in beslag genomen door de douane te Göteborg.
Rosengren en de anderen zijn strafrechtelijk vervolgd wegens illegale
invoer van alcoholhoudende dranken.
Högsta domstolen (hooggerechtshof), waarvoor de zaak in laatste
instantie aanhangig is, heeft het Hof van Justitie van de Europese
Gemeenschappen gevraagd of de Zweedse wetsbepalingen verenigbaar zijn
met het gemeenschapsrecht, met name met het door het Verdrag
gewaarborgde beginsel van het vrij verkeer van goederen.
Om te beginnen stelt het Hof vast dat de betrokken regels moeten
worden getoetst aan de gemeenschapsbepalingen inzake het vrij verkeer
van goederen en niet aan de specifieke bepalingen inzake
staatsmonopolies aangezien deze laatste slechts van toepassing zijn op
de regels inzake het bestaan of de werking van monopolies. De invoer
van alcoholhoudende dranken is niet de specifieke functie die de
alcoholwet aan het monopolie verleent, maar de exclusiviteit op de
verkoop in het klein van alcoholhoudende dranken in Zweden.
Vormt de Zweedse wet een beperking van het vrij verkeer van goederen?
Om te beginnen stelt het Hof vast dat de mogelijkheid voor
Systembolaget om het verzoek van een consument alcoholhoudende dranken
voor hem in te voeren, te weigeren, een kwantitatieve invoerbeperking
vormt.
Bovendien merkt het Hof op dat de consumenten, wanneer zij een beroep
doen op Systembolaget om in te voeren alcoholhoudende dranken te
verkrijgen, verschillende ongemakken ondervinden, waarmee zij niet te
maken zouden hebben als zij zelf de invoer zouden verrichten. Los van
de administratieve en organisatorische beslommeringen betaalt de koper
bij elke invoer naast de door de leverancier gefactureerde prijs voor
de dranken, ook de administratie- en vervoerskosten van Systembolaget
en een marge van 17 %, kosten die hij in beginsel niet zou hebben
indien hij de producten zelf rechtstreeks invoerde.
Bijgevolg vormt het verbod voor particulieren om alcoholhoudende
dranken in te voeren een kwantitatieve beperking van het vrij verkeer
van goederen.
Kan deze beperking worden gerechtvaardigd?
Het Hof erkent dat maatregelen die kwantitatieve invoerbeperkingen
vormen, gerechtvaardigd kunnen zijn om redenen van bescherming van de
gezondheid en het leven van personen. Een regeling die tot doel heeft
de schadelijke gevolgen van alcohol te voorkomen en alcoholmisbruik te
bestrijden, kan in die zin gerechtvaardigd zijn. Niettemin kan een
beperking slechts gerechtvaardigd zijn, wanneer zij noodzakelijk en
evenredig is om de gezondheid en het leven van personen doeltreffend
te beschermen.
Systembolaget heeft weliswaar de mogelijkheid om een bestelling te
weigeren, maar de weigeringsgronden worden niet gepreciseerd. Uit de
gegevens waarover het Hof beschikt, blijkt niet dat Systembolaget in
de praktijk levering heeft geweigerd omdat de bestelling een bepaalde
maximumhoeveelheid alcohol te boven ging. In deze omstandigheden lijkt
het invoerverbod minder een middel om het alcoholgebruik in het
algemeen te beperken dan Systembolaget als distributiekanaal van
alcoholhoudende dranken te bevoordelen. Het invoerverbod dient dus
ongeschikt te worden geacht om het doel van bescherming van de
gezondheid en het leven van personen te bereiken.
Wat de aangevoerde rechtvaardigingsgrond voor het verbod betreft, te
weten jongeren te beschermen tegen de nadelige gevolgen van
alcoholgebruik, merkt het Hof op dat het verbod voor iedereen,
ongeacht de leeftijd, geldt. Het gaat dus kennelijk verder dan nodig
ter bereiking van het nagestreefde doel jongeren tegen de nadelige
gevolgen van alcohol te beschermen.
Gelet op de distributiemethoden en de controles van de leeftijd van de
kopers is het Hof van oordeel dat niet geheel verzekerd is dat de
leeftijd van de personen aan wie die dranken worden geleverd, onder
alle omstandigheden daadwerkelijk wordt gecontroleerd. Ook blijkt niet
dat de leeftijd niet op een even doeltreffende en minder restrictieve
wijze zou kunnen worden geverifieerd. De Commissie bijvoorbeeld heeft
onweersproken gesteld dat hetzelfde doel zou kunnen worden bereikt
door middel van een verklaring waarin degene voor wie de ingevoerde
dranken bestemd zijn, op een formulier dat bij de goederen wordt
gevoegd op het tijdstip van invoer, bevestigt dat hij meer dan twintig
jaar oud is. Het verbod is dus niet evenredig aan het doel jongeren
tegen de nadelige gevolgen van alcohol te beschermen.
In deze omstandigheden stelt het Hof vast dat het verbod op invoer van
alcoholhoudende dranken niet kan worden gerechtvaardigd om redenen van
bescherming van de gezondheid en het het leven van personen.
Voor de media bestemd niet-officieel stuk, dat het Hof van Justitie
niet bindt.
Beschikbare talen: BG ES CS DA DE EN EL FI FR HU IT NL PL PT RO SK SL
SV
De volledige tekst van het arrest is op de dag van de uitspraak te
vinden op de internetpagina van het Hof
http://curia.europa.eu/jurisp/cgi-bin/form.pl?lang=NL&Submit=recherche
r&numaff=C-170/04 vanaf ongeveer 12.00 uur.
Voor nadere informatie wende men zich tot de heer Stefaan Van der
Jeught.
Tel: +352 4303 2170 Fax: +352 4303 2988
Beelden van de uitspraak van het arrest zijn beschikbaar op "Europe by
Satellite",
Europese Commissie, Directoraat-generaal Pers en Voorlichting,
L-2920 Luxemburg Tel: 00 352 4301 35177 Fax: 00 352 4301 35249,
of B-1049 Brussel, Tel: 00 32 2 2964106 Fax: 00 32 2 2965956
European Union