VVD


vvd
International
6-6-2007

VVD bezoekt Servië en Kosovo

Een VVD delegatie heeft van 17 t/m 20 mei een bezoek gebracht aan Servië en Kosovo. Doelstelling van het bezoek was nader kennismaken met de liberale partners in deze landen en nader peilen hoe de situatie in Kosovo is.

De huidige politieke situatie in dit gebied is complex. De veiligheidsraad van de Verenigde Naties neemt op korte termijn een beslissing over de toekomstige status van Kosovo. Dit kan leiden tot zicht op volledige onafhankelijkheid. Na de luchtaanvallen van de NAVO, die in 1999 tot de terugtrekking van het Servische leger en politie leidde, is Kosovo bestuurd door de Verenigde Naties. Op basis van Resolutie 1244 van de Veiligheidsraad van juni 1999 regelt de UNMIK het bestuur over Kosovo. De veiligheid wordt in Kosovo gegarandeerd door de 16.000 man sterke NAVO troepenmacht KFOR. Na 8 jaar een onduidelijke status, heeft voormalig premier van Finland, Martti Ahtisaari in opdracht van de VN, in februari 2007 een concept oplossing voor de status van Kosovo gepresenteerd. Het voorstel impliceert dat Kosovo de facto onafhankelijk gaat worden van Servië. Verder staan er heel veel condities in die de Servische minderheid in Kosovo moet beschermen. De Kosovaarse Albanezen hebben zeer positief gereageerd, terwijl de Servische minderheid in Kosovo en de republiek Servië zelf afwijzend staan tegenover dit voorstel.

In Belgrado stonden veel gesprekken met liberale politieke partners op het programma. Een paar maanden geleden zijn er algemene verkiezingen geweest in Servië. Vorige week, een half uur voordat de 100 dagen termijn afliep (na deze termijn zouden nieuwe verkiezingen moeten worden uitgeschreven), bleken de coalitiebesprekingen rond te zijn. Wederom leidt Vojislav Kostunica de coalitie regering, die bestaat uit zijn meer gematigd nationalistische partij, de sociaal-democratische partij van de Servische president Boris Tadic en de centrum-rechts partij G17.

De zusterpartij van de VVD, Civic Alliance of Serbia (CAS) is recentelijk gefuseerd met de nieuwe Liberal Democratic Party (LDP), en de partij gaat nu verder onder die laatste naam, LDP. Er zijn weinig tot geen inhoudelijke alternatieven voor deze partij. De fusie lijkt een goede zet te zijn geweest; Cedomir Jovanovic, de LDP-leider, is een charismatisch persoon die het relatief goed doet in de media en zich onderscheidt van de rest op meerdere fronten. Zo is hij de enige politieke leider die zich positief uitlaat over de plannen voor een onafhankelijk Kosovo. Hij heeft het ook goed gedaan bij de laatste verkiezingen van januari 2007, waar de partij 15 van de 250 parlementszetels heeft behaald.

Ook vond er een gesprek plaats met de Liberals of Serbia (LoS), eveneens lid van ELDR en LI; helaas is deze partij inmiddels zo klein geworden dat ze geen parlementaire vertegenwoordiging meer heeft. In Belgrado is verder gesproken met de Nederlandse Ambassadeur en met (al dan niet liberale) zusterorganisaties zoals FNSt, NDI en de Helsinki Committee for Human Rights in Serbia.

In de Kosovaarse hoofdstad Prishtina heeft de delegatie met name met de zusterpartij PLK gesproken en met de Nederlandse vertegenwoordiger, alsook met vertegenwoordigers van de OVSE. Er zijn meerdere scenario's denkbaar voor de toekomst van Kosovo en geen enkele springt eruit als een ware positief vooruitzicht. Ofwel Kosovo wordt onafhankelijk onder blijvend streng internationaal toezicht (zoals nu); of er wordt nog dooronderhandeld om Rusland en Servië zelf aan boord te houden in het onderhandelingsproces. Het derde en moeilijk te controleren scenario is dat de Kosovaarse Albanezen zich eenzijdig onafhankelijk verklaren en veel landen deze onafhankelijkheid gaan erkennen. De reacties hierop van zowel de Albanezen als ook de Serviërs in Kosovo zijn moeilijk controleerbaar en het gevaar voor een sterke spanningstoename is zeker aanwezig.

Wat betreft toekomstige activiteiten van de VVD. Er is met name steun beloofd aan de PLK in Kosovo in de vorm van zichtbare aanwezigheid door het geven van trainingen en bezoek van prominente politici. Ook met de LDP in Servië zal een gelijksoortige samenwerking worden opgezet. Beide samenwerkingsprogramma zullen in nauwe samenwerking met de ELDR plaatsvinden.

De delegatie bestond uit Han ten Broeke (woordvoerder Europa in de Tweede Kamer), Mark Dijk (internationaal secretaris), Caroline van Thessen (medewerker Internationaal Secretariaat), Christa Meindersma (The Hague Centre for Strategic Studies) en voormalig D66 internationaal secretaris Simone Filippini