IFAW
Zuid-Afrikaanse landen pleiten voor heropening ivoorhandel maar zijn zelf
niet in staat CITES-regels na te leven
(Den Haag, 5 juni 2007) - Terwijl de afgevaardigden naar de
CITES-conferentie (CITES = de Conventie inzake de Internationale
Handel in Bedreigde Uitheemse Dieren en Planten) zich opmaken voor de
discussie over de "ivoorhandel" - een heikel agendapunt dat CITES al
jaren hoofdbrekens kost - brengt een nieuw onderzoek van IFAW
(International Fund for Animal Welfare - www.ifaw.org) een onthutsende
werkelijkheid aan het licht: de Zuid-Afrikaanse landen blijken bij
lange na niet in staat de ivoorhandel in eigen land en de in- en
uitvoer van ivoor onder controle te houden en te reguleren. Het
rapport is getiteld Trading Tusks: An Investigation into Elephant
Management and Ivory Trade in Southern Africa, (Handel in slagtanden:
een onderzoek naar beheer van olifanten en de handel in ivoor in
Zuid-Afrikaanse landen). Het toont ondubbelzinnig aan, dat de
belangrijkste thuislanden voor olifanten die graag een versoepeling
zouden zien van de beperkingen ten aanzien van de ivoorhandel, zelf
niet in staat zijn de CITES-regels na te leven. Deze landen proberen
de internationale gemeenschap er herhaaldelijk van te verzekeren dat
ze hun zaakjes op orde hebben. Het rapport rekent echter duidelijk en
ondubbelzinnig met die claim af.
"De Zuid-Afrikaanse landen kunnen wel beweren dat ze in staat zijn de
CITES-regels na te leven, maar dat is niet zo," zegt Jason Bell-Leask,
regiodirecteur van IFAW Zuid-Afrika en voorvechter voor goed
natuurbeheer en duurzaam gebruik van natuur en milieu.
Het rapport wijst Zimbabwe aan als het centrum van de illegale
ivoorhandel. Dat er ivoor kan worden gesmokkeld komt doordat diverse
Zuid-Afrikaanse landen niet in staat zijn de illegale handel effectief
te beteugelen. De belangrijkste smokkelroutes lopen in het grensgebied
Beit Bridge tussen Zimbabwe en Zuid-Afrika; vanuit Zimbabwe via
Mozambique en door Zambia naar Tanzania; en vanuit Zimbabwe via de
Chette Gorge, waar de smokkelaars boten inzetten om de grote
bulkpartijen ivoor Zimbabwe uit te krijgen en via Zambia en Tanzania
naar China te exporteren. Uit de landen zelf komen berichten dat er
ook ivoor via Congo wordt gesmokkeld.
"De landen van zuidelijk Afrika hebben te kampen met ontoereikende
wetgeving en controle. Zij zijn niet in staat de CITES-regels
effectief uit te voeren," aldus Bell-Leask. "Elke versoepeling van de
regelgeving rond de ivoorhandel, hoe gering ook, is pure dwaasheid als
je kijkt naar de omvang van de illegale handel, de ontbrekende
controle en het onvermogen controle op de handel in te stellen."
Hij voegt eraan toe: "Ze proberen liever verwarring rond het debat te
stichten door de aandacht van hun eigen falen af te leiden en CITES
ertoe te bewegen zaken als beheer en afschieten van olifanten op de
agenda te zetten. Ook dat zijn natuurlijk belangrijke thema's, maar ze
leiden wel de aandacht af van de ivoorhandel."
Kenia en Mali hebben bij CITES een voorstel ingediend om gedurende 20
jaar alle handel in ivoor te verbieden. Zoals het er nu voorstaat
mogen zij rekenen op de steun van diverse andere landen, waaronder 11
Afrikaanse landen met olifantenpopulaties.
Tussen augustus 2005 en augustus 2006 werd meer dan 26 ton
olifantenivoor in beslag genomen. Dat is de grootste vangst in één
jaar tijd sinds het handelsverbod van CITES in 1989 van kracht werd.
Bovendien is het zo, dat volgens een schatting van de
handhavingsautoriteiten bijna 90 procent van de clandestiene koopwaar
onopgemerkt tussen de controles doorglipt.
RSS
© 2007 IFAW - Nederland
Javastraat 56 o 2585 AR Den Haag
Netherlands