GroenLinks in de Europese Unie

PERSBERICHT

GroenLinks-manifest toont brede steun voor grondrechten in EU-verdrag

Brussel, 8 juni 2007 - Het wegmoffelen van het EU-Grondrechtenhandvest, zoals het kabinet-Balkenende beoogt, zal het wantrouwen tegen Europa alleen maar aanwakkeren. Dat stellen Kathalijne Buitenweg (GroenLinks-europarlementariër), Agnes Jongerius (voorzitter FNV), Henk Krol (hoofdredacteur Gay Krant), wetenschappers en andere vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties. In een manifest pleiten zij ervoor de grondrechten een prominente plaats te geven in het nieuwe verdrag van de Europese Unie.

Aanleiding voor het manifest is de Europese Top eind juni waarop de regeringsleiders besluiten over de hoofdlijnen van een nieuw verdrag. De ondertekenaars willen dat premier Balkenende zijn verzet tegen opname van het Grondrechtenhandvest in het nieuwe verdrag opgeeft. Het manifest stelt dat maar weinig mensen tegen de Grondwet stemden omdat deze klassieke en sociale grondrechten bevatte. Veel nee-stemmers zullen zich bekocht voelen als er straks een verdrag ligt dat hun niet méér maar minder rechtsbescherming biedt.

Ook het Europees Parlement sprak zich deze week uit voor opname van het Grondrechtenhandvest in een nieuw verdrag. In een resolutie kondigde het parlement aan dat zij elk resultaat van de onderhandelingen van de hand wijst dat leidt tot een aantasting van de bescherming van burgerrechten.

GroenLinks biedt het manifest en alle steunbetuigingen binnenkort aan het kabinet-Balkenende aan. Iedereen die ook vindt dat grondrechten in een nieuw verdrag thuis horen, kan het manifest online ondertekenen op www.groenlinks/europa.


--------------------------------------------

Anita de Horde

Persvoorlichter

GroenLinks in het Europees Parlement

Bureau 8G 305

Wiertzstraat
B- 1047 Brussel

Tel: 0032 - 228 414 71

Mobile: 0031 - 6 270 150 80
E-mail: groenlinks-nl@europarl.europa.eu

www.groenlinks.nl/europa


--------------------------------------------

Manifest: Neem grondrechten op in EU-verdrag

Het kabinet-Balkenende wil de grondrechten weglaten uit een nieuw Europees verdrag om de critici van de Grondwet de wind uit de zeilen te nemen. Maar dit voorstel zal het wantrouwen tegen de Europese Unie alleen maar aanwakkeren, zo waarschuwen Kathalijne Buitenweg, Agnes Jongerius en anderen.

Grondrechten bieden bescherming tegen een opdringerige, onzorgvuldige of nalatige Europese overheid. Weinig mensen stemden tegen de Grondwet omdat deze een grondrechtencatalogus bevatte. Veel nee-stemmers zullen zich bekocht voelen als er straks een verdrag ligt dat hun niet meer maar minder rechtsbescherming biedt.

Een nieuw EU-verdrag moet tegemoet komen aan de bezwaren van de Franse en Nederlandse kiezers die in 2005 de Europese Grondwet verwierpen. Het volstaat niet om de oude Grondwet van een nieuwe strik te voorzien. Een verdergaande democratisering van de Unie en een striktere afbakening van nationale en Europese bevoegdheden kunnen bijdragen aan een beter verdrag.

Maar wordt Europa er beter van als de grondrechten worden weggemoffeld?

Het voorstel van de regering lijkt vooral ingegeven door de wens om een nieuw referendum te vermijden. Als het nieuwe verdrag geen grondrechten bevat, lijkt het minder op een grondwet. Dan kan het gemakkelijker als een technische aanpassing van de Europese spelregels worden gepresenteerd, waarover de burgers zich niet hoeven uit te spreken.

Deze strategie verdoezelt dat de Unie, met of zonder Grondwet, een sterk statelijk karakter heeft. Europese wetten gaan boven Nederlandse wetten. Juist daarom dient de Europese wetgever expliciet te worden gebonden aan een eigen grondrechtencatalogus. Dat is des te urgenter nu de Unie, op grond van haar bestaande bevoegdheden, steeds meer invloed heeft op justitiezaken en de sociaal-economische ordening. Besluiten over misdaadbestrijding raken de persoonlijke levenssfeer van burgers. Migratieregels zijn bepalend voor het lot van asielzoekers en arbeidsmigranten. Het Brussels toezicht op overheidsfinanciën en eerlijke mededinging kan grote gevolgen hebben voor uitkeringsgerechtigden en werknemers.

Een nieuw verdrag moet de Unie in staat stellen toe te treden tot het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), het verdrag uit 1950 dat de minimumstandaard vormt voor 47 landen in Europa. Maar de Unie heeft ook een eigen, modernere grondrechtencatalogus nodig. Het EU-Grondrechtenhandvest, dat deel II van de Grondwet vormde, voorziet in extra rechten die zijn toegesneden op de politieke vraagstukken van nu. Het handvest is dus niet 'overbodig', zoals het Volkskrant-commentaar van 10 mei beweert.

Zo bevat het handvest, anders dan het EVRM, een reeks sociale grondrechten die de EU moet eerbiedigen, van het recht op gezonde arbeidsomstandigheden tot het recht op bijstand, arbeidsbemiddeling en staking. Deze rechten werpen een dam op tegen asociale Brusselse ingrepen in de verzorgingsstaat. Ze bieden tegenwicht aan de economische vrijheden uit het bestaande EU-verdrag, waarop internationaal opererende bedrijven zich nogal eens beroepen om aan nationale regels te ontkomen.

Ook op het vlak van gelijke behandeling gaat het handvest verder dan het EVRM. Het verbiedt ondermeer discriminatie op grond van seksuele voorkeur, handicap en leeftijd. Dat is geen overbodige luxe, gezien de homofobie in een land als Polen.

Het handvest bestempelt behoorlijk bestuur, inzage van documenten en bescherming van persoonsgegevens tot grondrechten. Ook deze innovaties versterken de positie van burgers. Zij kunnen bij de rechter hun gelijk halen wanneer een Europese instelling deze rechten aan haar laars lapt.

Door de klassieke, sociale en moderne grondrechten van het handvest in haar verdragsteksten op te nemen, laat de EU de wereld zien waar zij staat. Zij maakt duidelijk dat er over de doodstraf niet te onderhandelen valt, dat folteren uit den boze is en dat er voor vluchtelingen plaats is in de Unie. Zij kiest ervoor om de bescherming van de zwakkeren en van het milieu tot integraal onderdeel te maken van haar economische model, en daarmee ook van haar buitenlandse politiek.

De boodschap van het handvest is met name bestemd voor landen die lid willen worden van de Unie: dit zijn de waarden waartoe jullie je moeten bekennen. De Nederlandse regering wil de voorwaarden voor toetreding - waaaronder eerbiediging van de mensenrechten - vastleggen in het nieuwe EU-verdrag. Dat is een goed idee, maar wees dan consequent en expliciet. Geef de rechten die het fundament vormen van de Europese integratie een prominente plaats in dat verdrag.

Oscar van den Boogaard, schrijver

Kathalijne Buitenweg, europarlementariër GroenLinks

Marjolijn Bulk, lid Europees Economisch en Sociaal Comité

Patrick Bijsman, promovendus, Universiteit Maastricht

Ben Crum, universitair docent politicologie, Vrije Universiteit

Tom Eijsbouts, hoogleraar Europees constitutioneel recht, Universiteit van Amsterdam

Hubert Fermina, directeur Art.1

Joan Ferrier, directeur E-Quality

Aldert Hazenberg, voorzitter ANBO

Anton Hemerijck, WRR en Erasmus Universiteit Rotterdam

Godelieve van Heteren, Europa Arena/EBN

Barbara Hoheneder, journaliste

John Hontelez, secretaris-generaal Europees Milieu Bureau

Agnes Jongerius, voorzitter FNV

Paul Kapteyn, voorzitter Vereniging Democratisch Europa

Henk Krol, hoofdredacteur Gay Krant

Jurian Langer, advocaat

Rick Lawson, hoogleraar mensenrechten, Universiteit Leiden

Jaap Maat, docent wijsbegeerte, Universiteit van Amsterdam

Mariko Peters, Tweede-Kamerlid GroenLinks

Ad Poppelaars, directeur Chronisch zieken en Gehandicapten Raad

Willemien Ruygrok, emancipatiedeskundige

Mirjam de Rijk, algemeen directeur Natuur & Milieu

Jan Willem Sap, universitair hoofddocent Europees recht, Vrije Universiteit

Jolande Sap, directeur Expertisecentrum LEEFtijd

Judith Schuyf, MOVISIE

Joke Swiebel, voormalig europarlementariër PvdA

Ad Verhoeven, voorzitter MHP

Edwin Vink, politieke en sociale filosofie, Universiteit van Amsterdam

Wim Voermans, hoogleraar staats- en bestuursrecht, Universiteit Leiden

Robert Went, WRR en Universiteit van Amsterdam