Universiteit Utrecht

Persbericht van de Universiteit Utrecht

Faculteit Rechtsgeleerdheid, Economie, Bestuur en Organisatie

21 juni 2007

Promotieonderzoek naar drugssmokkel

Maritieme drugsbestrijding gaat álle landen aan

Wil je drugssmokkel op zee effectief bestrijden, dan moeten álle staten daar actief aan meewerken door lid te worden van de reeds bestaande internationale verdragen. Helaas verkiezen veel staten hun soevereiniteit boven drugsbestrijding. De grote, westerse landen kunnen echter wel degelijk een aantal (pressie)middelen inzetten om deze dwarsliggers over de streep te trekken. Dit stelt Peter van de Kruit in zijn proefschrift 'Maritieme drugsbestrijding'. De voormalig medewerker drugsbestrijding van de Koninklijke Marine promoveert op 4 juli 2007 aan de faculteit Rechtsgeleerdheid, Economie, Bestuur en Organisatie van de Universiteit Utrecht.

Soevereiniteit voorop
Hoewel de internationale drugshandel een wereldwijd probleem met vele dodelijke slachtoffers vormt, wil het maar niet lukken om álle landen mee te krijgen bij het bestrijden ervan. Veel kleine landen - met name in het Caribische gebied - stellen nog altijd hun soevereiniteit voorop boven het bestrijden van de drugshandel en weigeren internationale verdragen te ondertekenen. Van der Kruit: 'Dat doen zij op grond van het 'Mare Liberum' oftewel 'de vrijheid van scheepvaart', een nog uit de zeventiende eeuw stammend principe, volgens welke geen enkel land over de zee mag heersen. Daardoor kan een schip uit Barbados met cocaïne aan boord niet door de Nederlandse marine worden onderschept'. Daarnaast spelen ook andere belangen een rol. Zo maken op de vele eilandjes in het Caribische gebied drugsbaronnen de dienst uit. Tenslotte hebben die landen veelal last van een 'Calimero'-gevoel ten opzichte van de Verenigde Staten of de vroegere koloniale overheerser.

(Pressie)middelen
Ondanks dergelijke obstakels zijn er volgens van der Kruit wel degelijk een aantal middelen inzetbaar om tegenstribbelende landen te stimuleren zich bij de reeds bestaande internationale verdragen aan te sluiten. Daar doet Nederland dan ook veel moeite voor via Buitenlandse Zaken, bijvoorbeeld door het verlenen van subsidies en ontwikkelingshulp. Ook kunnen landen als Nederland en de Verenigde Staten allerlei trainingen aanbieden, om de lokale bevolking zo bij de bestrijding van drugssmokkel te betrekken.

Praktijkervaring
Van der Kruit weet uit eigen ervaring hoe moeilijk het is om theorie in praktijk te brengen. Jarenlang was hij gestationeerd in het Caribische gebied, waar hij meewerkte aan drugsbestrijdingsacties van de Koninklijke Marine. In die hoedanigheid was hij betrokken bij de totstandkoming van het - door Nederland geïnitieerde - internationaal verdrag voor het Caribische gebied, het 'Regionaal Maritiem Verdrag' (2003). Ook was hij jarenlang militair juridisch adviseur. In die hoedanigheid was hij ondermeer uitgezonden naar Irak (2003-2004). Momenteel is Van der Kruit als universitair hoofddocent Militair recht verbonden aan de Nederlandse Defensie Academie.

Promotie

Promotie: 'Maritieme drugsbestrijding', Peter van der Kruit, Faculteit Rechtsgeleerdheid, Economie, Bestuur en Organisatie. Woensdag 4 juli, 12.45 uur, Academiegebouw, Domplein 29, Utrecht.

Meer informatie

Persvoorlichter Rechtsgeleerdheid, Erzsó Alföldy, (030) 253 7497, e.alfoldy@law.uu.nl.

B.g.g. persvoorlichter Universiteit Utrecht, Peter van der Wilt, (030) 253 3705, p.m.vanderwilt@uu.nl.