Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

De Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 der Staten-Generaal 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1 A Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA S GRAVENHAGE Fax (070) 333 40 33 www.szw.nl 2513AA22XA

Contactpersoon Uw brief 2060720120 Doorkiesnummer Ons kenmerk AV/CAM/2007/24047 Datum 11 juli 2007 Onderwerp Kamervragen van de leden Vos en Heerts (PvdA)

Hierbij zend ik u de antwoorden op de Kamervragen van de leden Vos en Heerts (beiden PvdA) over het Toetsingskader Algemeen Verbindend Verklaring CAO-bepalingen, ingezonden 5 juli 2007.

De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(J.P.H. Donner)

Ons kenmerk AV/CAM/2007/24047

nr. 2060720120
Antwoorden op de vragen van de leden Vos en Heerts (beiden PvdA) aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het toetsingskader Algemeen Verbindend Verklaring. (Ingezonden 5 juli 2007).

Vraag 1
Bent u bekend met het artikel "Donner weigert nieuwe uitzend-cao; nieuw toetsingskader maakt cao's `buiten de polder' bijna onmogelijk"?

Antwoord 1
Ja.

Vraag 2
De CAO van de nieuwe werkgeversorganisatie in de uitzendbranche Nederlandse Vereniging van Uitzend- en Bemiddelingsbedrijven (NVUB) heeft geen dispensatie gekregen omdat de leden van de NVUB onvoldoende bedrijfsspecifieke kenmerken hebben vergeleken met de leden van de Algemene Bond van Uitzendondernemingen (ABU). De Nederlandse Bond van Bemiddelingen Uitzendondernemingen (NBBU) heeft wel dispensatie gekregen; waarin verschillen volgens u de leden van de NBBU van de leden van de ABU?

Antwoord 2
Dispensatie van avv wordt alleen verleend indien vanwege zwaarwegende argumenten toepassing van de bedrijfstak-cao door middel van avv redelijkerwijze niet kan worden gevergd. Van zwaarwegende argumenten is met name sprake als de specifieke bedrijfskenmerken op essentiële punten verschillen van de ondernemingen die tot de werkingssfeer van de cao gerekend kunnen worden. NVUB heeft niet aannemelijk gemaakt dat sprake is van zwaarwegende argumenten in de zin van het Toetsingskader AVV. NBBU heeft zwaarwegende argumenten aangevoerd op grond waarvan uiteindelijk dispensatie is verleend. Als zwaarwegende omstandigheid is aangemerkt het feit dat de NBBU de afgelopen 11 jaar door partijen bij de ABU-cao is uitgezonderd. Dit in samenhang met het gegeven dat NBBU en ABU sinds 2003 met elkaar in overleg zijn, onder andere over de deelname van de NBBU aan het sociaal fonds voor de uitzendbranche.

Vraag 3
Hebben andere partijen wel of niet dispensatie gekregen na invoering van het nieuwe toetsingskader per 1 januari 2007? Zo ja, welke partijen zijn dat en wat zijn de redenen dat zij wel of geen dispensatie hebben gekregen?

Antwoord 3
Sinds de invoering van het gewijzigde Toetsingskader AVV per 1 januari 2007 is tot dusverre alleen een besluit genomen op dispensatieverzoeken ingediend in het kader van de avv-
---

Ons kenmerk AV/CAM/2007/24047

verzoeken van de cao voor Uitzendkrachten en de cao Sociaal Fonds voor de Uitzendbranche. Los van de NBBU en NVUB zijn dit:

· Please BV en Collective Freelance & Flex Payroll Services BV. Deze dispensatieverzoeken zijn toegewezen vanwege het bestaan van specifieke bedrijfskenmerken omdat deze ondernemingen payroll-activiteiten uitvoeren, voor welke activiteiten een separate cao is afgesloten, die op verzoek van de ABU is uitgezonderd van het avv-besluit.

· DPA Flex Professionals BV en Intergom Personeelsvoorziening BV. Deze verzoeken zijn afgewezen omdat uit de dispensatieverzoeken op geen enkele wijze is gebleken van zwaarwegende argumenten.

Vraag 4
Wat is de reden dat AVV-partijen in het nieuwe Toetsingskader aan minder stringente eisen moeten voldoen dan anderen, veelal kleinere partijen?

Antwoord 4
Uitgangspunt van het gewijzigde Toetsingskader is dat avv nadrukkelijk als norm is geformuleerd en dispensatie als uitzondering. Om voor dispensatie in aanmerking te kunnen komen moet worden voldaan aan specifieke eisen (zie het antwoord op vraag 2). Die eisen gelden voor alle cao-partijen die een verzoek om dispensatie indienen. Omvang speelt daarbij geen enkele rol. Ter illustratie zij in dit verband verwezen naar het niet gehonoreerde dispensatieverzoek van Intergom Personeelsvoorziening (zie antwoord op vraag 3), die de FNV Horecabond als contractspartner heeft. De eisen om voor avv in aanmerking te komen zijn niet gewijzigd.

Vraag 5
Deelt u de mening dat de bepaling in het nieuwe toetsingskader, waarin wordt gesteld dat AVV partijen de dispensatie zo veel mogelijk zelf regelen, de mogelijkheid van andere vakbonden om CAO's af te sluiten beperkt, althans in sectoren waarin een AVV van kracht is? Zo neen, waarom niet? Zo ja, deelt u dan de mening dat het nieuwe toetsingskader de mededingingsruimte van andere bonden beperkt?

Antwoord 5
Algemeen verbindend verklaring doet ten principale niet af aan de mogelijkheid van partijen om een eigen cao af te sluiten. Ook het gewijzigde toetsingskader waarin onder andere wordt gesteld dat partijen dispensatie zoveel mogelijk zelf regelen, vormt geen belemmering voor partijen om cao's af te sluiten. Indien geen dispensatie wordt verleend (door avv-partijen of door de Minister) beperkt avv wel de werking van de eigen cao, voor zover het niveau van de arbeidsvoorwaarden onder het niveau van de avv'de cao ligt.


---