De Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801
der Staten-Generaal 2509 LV Den Haag
Anna van Hannoverstraat 4
Binnenhof 1 A Telefoon (070) 333 44 44
2513 AA S GRAVENHAGE Fax (070) 333 40 33
www.szw.nl
2513AA22XA
Contactpersoon Ons kenmerk SV/WV/07/22973
Doorkiesnummer Datum 18 juli 2007
Onderwerp Onderzoek zwangerschaps- en bevallings-
gerelateerd verzuim in de Ziektewet
Op 26 juni 2007 heeft uw Kamer het wetsvoorstel Activering vangnetters aangenomen. Hierin
zijn maatregelen opgenomen die zieke werknemers met een Ziektewet-uitkering (de
zogenaamde vangnetters) stimuleren zo snel mogelijk weer aan het werk te gaan. Tijdens de
plenaire behandeling van het wetsvoorstel zegde ik u een onderzoeksrapport1 toe over
zwangerschaps- en bevallingsgerelateerd verzuim in de Ziektewet (ZW) dat ik u hierbij
aanbied.
Het wetsvoorstel activering vangnetters bevat maatregelen om hen te stimuleren zo snel
mogelijk aan het werk te gaan. Dit gebeurt door aanpassing van het ziektebegrip en
verduidelijking van het begrip passende arbeid. In het wetsvoorstel is ook opgenomen dat
vrouwen die na de bevalling verzuimen tengevolge van zwangerschap of bevalling, passende
arbeid moeten zoeken en aanvaarden. Hiermee wordt voorkomen dat deze groep onnodig lang
inactief zou blijven.
Volgens het bijgaande onderzoek biedt de wetgeving voor zwangere vrouwen hun voldoende
bescherming. Mogelijke verbeteringen liggen op het vlak van meer activering van vrouwen die
ziek zijn na de bevalling (zoals voorgesteld in het wetsvoorstel Activering vangnetters) en
betere voorlichting aan werkgevers en werknemers over mogelijkheden voor werkaanpassing.
Inhoud van het onderzoek
Mijn ambtsvoorganger heeft TNO opdracht gegeven om onderzoek te doen naar de
achtergronden van het verzuim gedurende de zwangerschap en na afloop van het
bevallingsverlof en om aangrijpingspunten te vinden om dit verzuim te voorkomen of te
beperken.
1 De kosten voor dit onderzoek belopen 47.348 (exclusief BTW).
Ons kenmerk SV/WV/07/22973
Het onderzoek bestaat uit een literatuurstudie, interviews met vrouwen na de bevalling,
leidinggevenden, werkgeversvertegenwoordigers en artsen en verloskundigen, en tot slot een
expertmeeting. Het onderzoek heeft een kwalitatief karakter.
Volgens het onderzoek verzuimen zwangere vrouwen niet vaker, maar vaak wel langer dan
niet-zwangere vrouwen. Circa 36 procent van de zwangeren heeft zwangerschapsgerelateerd
verzuim. Vier procent van de bevallen vrouwen heeft een bevallingsgerelateerd verzuim. Er
zijn hierbij grote verschillen tussen sectoren waar te nemen die echter voornamelijk verband
houden met het aandeel jonge vrouwen dat in die sectoren werkt.
De oorzaken van het ZW-verzuim kunnen in drie categorieën worden ingedeeld:
gezondheidsklachten, werkgebonden oorzaken (bijvoorbeeld fysieke werkbelasting) of niet-
werkgebonden oorzaken.
Zowel de vrouwen zelf als hun leidinggevenden en de professionals vinden dat het verzuim bij
zwangerschap en bevalling voor een deel vermijdbaar is. Preventieve maatregelen zijn
bijvoorbeeld: meer voorlichting aan de vrouwen, werkaanpassingen, een sfeer creëren waarin
vrouwen zich durven uiten over hun problemen en een flexibeler verlof.
Standpunt
Het verheugt mij dat uit dit onderzoek blijkt dat de wetgeving voor zwangere vrouwen hun
voldoende bescherming biedt. Vrouwen die door de zwangerschap hun werk niet kunnen
volhouden, kunnen geheel of gedeeltelijk vrijgesteld worden van werk en een ZW-uitkering
ontvangen. De werkgever wordt hierdoor in financiële zin ook niet belast. Het is belangrijk dat
vrouwen bij lichamelijke problemen door de zwangerschap eerst met hun werkgever
bespreken of zij lichter werk kunnen doen of minder uren kunnen maken. Op die manier wordt
volledige uitval voorkomen. Het gaat er immers om dat de vrouwen de band met de arbeid
behouden. Het risico wordt anders groter dat zij langdurig verzuimen en mogelijk in het geheel
niet meer terugkeren. Dit geldt eens te meer voor vrouwen zonder werkgever. Door de
maatregelen van het wetsvoorstel Activering vangnetters zal UWV deze vrouwen makkelijker
kunnen re-integreren. In het onderzoek kwam ook een ander knelpunt naar voren dat in dit
wetsvoorstel wordt opgelost. Dit betreft het punt dat op dit moment vrouwen na de bevalling
niet verplicht kunnen worden tot het verrichten van passende arbeid.
---
Ons kenmerk SV/WV/07/22973
Het onderzoek signaleert verder dat de voorlichting aan zowel werkgevers als de vrouwen zelf
beter zou kunnen. Dit punt heb ik onder de aandacht gebracht van werkgevers- en
werknemersorganisaties, de Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen
(KNOV), het Nederlands Centrum Beroepsziekten en het Ministerie van VWS.
De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(J.P.H. Donner)
Bijlage(n):
Onderzoeksrapport Zwangerschaps- en bevallingsgerelateerd verzuim in de Ziektewet
---
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid