Ingezonden persbericht

Grote verschillen in vrije dagen in de EU

DUBLIN, Ierland, 19 juli 2007 Het aantal vrije dagen voor werknemers verschilt enorm tussen de lidstaten van de EU, waarbij werknemers in sommige landen bijna drieëneenhalve werkweek meer vrij hebben dan in andere landen. Onderzoeksresultaten, die vandaag door de European Foundation for the Improvement of Living and Working Conditions (Eurofound) zijn gepubliceerd, tonen aan dat werknemers in Zweden jaarlijks 42 vrije dagen/vakantie hebben, in tegenstelling tot werknemers in Estland, die slechts 26 dagen hebben. Daar komt nog bij dat de lengte van de werkdagen en het jaarlijks aantal gewerkte dagen van land tot land enorm verschilt.

Volgens Werktijd Ontwikkelingen - 2006, het jaarlijks bijgewerkte rapport van Eurofounds European Industrial Relations Observatory (EIRO) werken de werknemers in de 12 nieuwe lidstaten van de EU gemiddeld jaarlijks twee en een halve week meer dan de werknemers in de vroegere 15 lidstaten van de EU (EU15). Gemiddeld hebben werknemers in de EU15 35,6 vrije dagen/vakantie, terwijl werknemers in de 12 nieuwe lidstaten 31,3 vrije dagen/vakantie hebben. (Voor de gehele EU (EU27) bedraagt het gemiddelde 33,7 dagen) Na Zweden hebben Duitsland (40 dagen), Italië (39 dagen), Luxemburg en Denemarken (elk 38 dagen) de meeste vrije dagen. Na Estland zijn de landen met de minste vrije dagen Letland (27 dagen), Hongarije (28 dagen) en Ierland, dat met slechts 29 vrije dagen/vakantie het laagst scoort in de EU15.

De gemiddelde lengte van een werkweek voor fulltime werknemers in hun basiswerk varieerde in 2006 van 42,1 uur in Letland tot 37,6 uur in Frankrijk. Terwijl de gemiddelde werkweek in de EU27 (collectief overeengekomen) 38,7 uur was, bleek het gemiddelde in de praktijk 1,2 uur langer en kwam op 39,9 uur.

Het rapport kijkt ook naar het jaarlijks aantal gewerkte uren. Over het geheel genomen werd jaarlijks het meeste uren gewerkt in Estland, Letland, Hongarije, Polen en Roemenië. In Frankrijk, Zweden, Denemarken en Duitsland werd het minste uren gewerkt. Gemiddeld wordt in Estland (1.872) 304 uur langer gewerkt dan in Frankrijk (1.568) - dat is het equivalent van ongeveer 7,6 werkweken in Estland.

Het jaarlijks bijgewerkte rapport besteedt ook aandacht aan de kwestie van 'on-call' werk of beschikbaarheidregelingen, waarbij werknemers op afroep beschikbaar moeten zijn voor hun werkgever. On-call regelingen komen het meest voor in de gezondheidszorg, transport, hotels en de cateringsector en komen het meest voor in Noorwegen en Nederland. Deze vorm van werk is een onuitputtelijke bron van juridische disputen, vooral in de gezondheidszorg. Het gaat dan om zaken als betaling voor het beschikbaar zijn en of beschikbaar zijn ook telt als werktijd.

Meer informatie over Eurofounds onderzoek naar industriële relaties is beschikbaar op http://www.eurofound.europa.eu/eiro/