Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Directie Voedselkwaliteit
en Diergezondheid
Bezuidenhoutseweg 73
Postadres: Postbus 20401
2500 EK 's-Gravenhage
Telefoon: 070 - 3786868
Fax: 070 - 3786100

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten Generaal

Postbus 20018
2500 EA 's-GRAVENHAGE
VD. 2007/1666/JWZ 16 augustus 2007

Monitoring import genetisch gemodificeerde dieren

Datum Kenmerk Paraaf:

16 augustus 2007 VD. 2007/1666/JWZ

Directie Voedselkwaliteit en Diergezondheid

Geachte Voorzitter,

Hiermee geef ik u de resultaten aan van de monitor import genetisch gemodificeerde dieren door het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). De monitor meldt elke vergunning die het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke ordening en Milieubeheer (VROM) in het jaar 2006 heeft afgegeven in het kader van het Besluit genetisch gemodificeerde organismen (Besluit GGO) voor onderzoek waarbij gemodificeerde dieren worden geïmporteerd.
De monitor geeft ook nadere informatie over het onderzoek dat instellingen willen uitvoeren waarbij geïmporteerde genetisch gemodificeerde dieren worden gebruikt. De monitor levert gegevens over de vergunninghouder, de onderzoeksinstelling, de diersoort die in het onderzoek wordt gebruikt. Daarnaast wordt aangegeven of naast import van genetisch gemodificeerde dieren de vergunninghouder ook zelf genetisch gemodificeerde dieren genereert of deze van andere instellingen binnen Nederland betrekt. In het jaar 2006 zijn 104 vergunningen afgegeven in het kader van het Besluit GGO waarbij genetisch gemodificeerde dieren worden geïmporteerd. Het overgrote deel daarvan betreft wijzigingen op reeds bestaande vergunningen. De vergunningen zijn verleend aan universiteiten, academische ziekenhuizen, wetenschappelijke instellingen en aan een enkel farmaceutisch bedrijf. Het onderzoek waarbij deze geïmporteerde genetisch gemodificeerde dieren worden gebruikt, kan betiteld worden als (fundamenteel) biomedisch wetenschappelijk onderzoek. Het gaat hierbij om onderzoek naar onder meer de achtergronden van ziekten als kanker, hart- en vaatziekten en ziekten van het afweersysteem. In de meeste onderzoeken wordt gebruik gemaakt van muizen als proefdier. Daarnaast worden ook ratten, vissen en in een enkel geval ongewervelden (nematoden en fruitvliegjes) gebruikt.

In onderstaande tabel zijn gegevens samengebracht van de importmonitor en de rapportage van de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA), "Zo doende 2004" en "Zo doende 2005", over dierproeven in relatie tot importen van genetisch gemodificeerde dieren (gm-dieren) in Nederland gedurende de jaren 2004, 2005 en 2006. Aantal 2004 2005 2006
GGO-vergunningen import gm-dieren 93 77 104
GGO-vergunningen gm-dieren in Nederland
vervaardigd
55 34 24
Dierproeven *) in Nederland, waarvan 633.155 612.809 gm-dieren, waarvan 90.439 81.608
muizen 87.616 79.552
ratten 412 593
vissen 1.515 309
overig 896 1.154
Import gm-dieren, waarvan 1.658 3.192
muizen 1.558 2.963
ratten 100 39
vissen 0 190

*) Per dierproef wordt één dier gebruikt. Het werkelijke aantal gebruikte proefdieren in Nederland is iets lager vanwege hergebruik. In 2005 lag dat aantal op 584.092.

Uit de tabel blijkt dat het aantal importen alsmede het aantal geïmporteerde genetisch gemodificeerde dieren toeneemt, maar dat de aantallen ten opzichte van het totale gebruik van genetisch gemodificeerde dieren in Nederland bescheiden is. NB. De jaarlijkse rapportage over 2006 van de VWA is nog niet beschikbaar. Het algemene beeld ten aanzien van importen genetisch gemodificeerde dieren en het gebruik daarvan is de afgelopen jaren constant gebleven. De importmonitor is in 2000 afgesproken omdat destijds in de Tweede Kamer de vrees bestond dat er veel dieren geïmporteerd zouden worden die in Nederland op ethische gronden nooit gemaakt zouden mogen worden. Deze vrees is tot op heden ongegrond gebleken. Een jaarlijkse rapportage heeft voor de toekomst daarom mijns inziens weinig toegevoegde waarde.

Experimenten met geïmporteerde, genetisch gemodificeerde, gewervelde dieren worden op grond van Wet op de dierproeven ethisch getoetst. Informatie hierover wordt via zogenaamde DEC-jaarverslagen en de registratie van de vergunninghouders jaarlijks aan de VWA verstrekt. Hier wordt uitgebreid over gerapporteerd in 'Zo doende' van de VWA, dat ook aan de Tweede Kamer overlegd wordt. Samen met de VWA en het RIVM zal ik bezien in welke vorm de importmonitor voortgezet dient te worden en welke aanvullende rapportage over importen van genetisch gemodificeerde dieren toegevoegd zouden kunnen worden aan de jaarlijkse rapportage van de VWA.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg