http://www.evo.nl
PERSBERICHT
22 augustus 2007
Gifgas een beheersbaar probleem
Veilige lading is een algemeen belang voor vervoerders en verladers in de Rotterdamse haven. Te hoge concentraties van gas zijn hierbij een verstorende factor. Het kan leiden tot verlies aan betrouwbaarheid in de logistiek.
In normale gevallen leidt het gassen van containers tot geen enkel probleem. De concentratie van gassen verdwijnt vanzelf en er is geen enkel gevaar voor de volksgezondheid. Metingen door gespecialiseerde bedrijven bewijzen dit.
In uitzonderlijke gevallen echter is er sprake van een te hoge concentratie of wordt het product onbruikbaar omdat de gassen in het product zijn doorgedrongen en daar slechts te langzaam uit vrijkomen. Ook kunnen er andere gassen uit het product zelf vrijkomen. Voor de importeurs verladers is dat een grote strop want het product wordt onbruikbaar.
In een zogenaamde standaard gifvrij verklaring van containers gelooft EVO niet. Voor een dergelijke verklaring moet elke container in Rotterdam worden gemeten door gespecialiseerde bedrijven. Een dergelijke meting van alle uit het Verre Oosten binnenkomende containers leidt tot een zeer grote vertraging in de havens en is daarnaast niet realistisch. Dat geldt zowel met betrekking tot de beheersing van de logistieke processen als ook tot de inzet van menskracht. Meting van miljoenen containers op jaarbasis is onmogelijk.
Indien dergelijke maatregelen alleen in Nederland worden ingevoerd zullen deze leiden tot grote handelsverleggingen. Goederen bestemd voor de Nederlandse havens komen binnen via andere havens in de regio zoals Antwerpen en Hamburg. Om dan alsnog in het Rotterdamse distributiecentrum terecht te komen moeten aanzienlijk meer kilometers onnodig per vrachtauto worden afgelegd met alle gevolgen voor files en milieu tot gevolg. Van plannen dergelijke maatregelen in de ons omringende landen in te voeren is ons niets bekend.
EVO heeft haar leden opgeroepen om exporteurs in het Verre Oosten te wijzen op hun aansprakelijkheid en daarmee in contracten op te nemen dat exporteurs een wanprestatie leveren als de goederen te veel gas bevatten of anderzijds niet aan Europese normen voldoen. Importeurs kunnen hen dan vervolgens aanspreken wegens contractbreuk. Deze handelwijze is naar de mening van EVO effectiever dan het opstellen van nationale wettelijke normen. De exporteurs in het Verre Oosten, die zich schuldig maken aan deze praktijken worden daarmee rechtstreeks in hun portemonnee getroffen.