Openbaar Ministerie

OM treedt op tegen graffitispuiters

Groningen, 27 augustus 2007

Het Openbaar Ministerie in Groningen heeft maandagmiddag tegen twee 24-jarige Stadjers een werkstraf van 80 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van twee weken geëist.

Ook vorderde de officier van justitie dat beide verdachten een schadevergoeding van ruim 3600 euro moeten terugbetalen aan een spoorwegmaatschappij. De politierechter legde uiteindelijk een werkstraf op van 100 uren, waarvan 30 uren voorwaardelijk. Hij legde de voorwaardelijke gevangenisstraf van twee weken niet op. Wel wees de rechter de schadeclaim van de spoorwegmaatschappij toe.

Erkenning en spanning

De verdachten werden in april 2006 aangehouden op verdenking van het plegen van openlijke geweldpleging tegen goederen, meerdere malen gepleegd. De verdachten waren in de periode van 1 januari 2003 tot 21 april 2006 verantwoordelijk voor het spuiten van respectievelijk 12 en 15 tags. Zij waren vooral in de nachtelijke uren op pad en opereerden in een groep van zeven verdachten. Beide Stadjers spoten hun tags op onder meer geluidschermen, gebouwen en eigendommen bij het spoor. Zij gaven zelf aan erkenning te zoeken van hun werk. Daarnaast wilden zij hun eigen identiteit neerzetten en zij handelden ten slotte uit spanning. Alle verdachten werden door de politie aangehouden. De strafzaken tegen de vijf andere verdachten werden aangehouden. Deze verdachten zullen zich later voor de rechter moeten verantwoorden.

De officier van justitie gaf tijdens de zitting aan dat graffiti een maatschappelijk probleem is. Bovendien moet het als een verstorend beeld in de maatschappij worden gezien. Vooral het feit dat de twee verdachten vaak op pad zijn geweest met het spuiten van tags speelt hierbij een rol. Graffiti draagt bovendien bij aan een onveiligere samenleving. In de meeste gevallen moet de graffiti door een professionele schoonmaakmaatschappij worden verwijderd. Ook dat brengt hoge kosten met zich mee. Beide verdachten waren niet eerder met politie en justitie in aanraking geweest. Ook bleken zij tijdens de rechtzitting bereid om de toegebrachte schade te vergoeden. Het is niet uitgesloten dat enkele benadeelden alsnog de schade proberen te verhalen op de verdachten.