29 augustus 2007 - kamerstuk
antwoorden op kamervragen over zwaardere straffen voor dierenmishandelaars
(naar aanleiding van een zwaan die was gedood met speren)
Juridische Zaken
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum
24 juli 2007
2060721850
TRCJZ/2007/2659
28 augustus 2007
onderwerp bijlagen
Kamervragen over het doden van
zwanen (TRC/2007/3791)
Geachte Voorzitter,
Hiermee geef ik, mede namens de minister van Justitie, antwoorden op de schriftelijke
vragen van het lid Thieme (Partij voor de Dieren) over het doden van zwanen.
1
Kent u het bericht "Zwaan dood na aanval met speren"1?
Ja.
2 en 3
Deelt u de mening dat zinloos geweld tegen dieren oprukt en zwaarder bestraft zou
dienen te worden?
Bent u bereid met het Openbaar Ministerie in contact te treden om een verhoging van de
strafmaat te bepleiten zoals eerder is voorgesteld in gevallen van geweldpleging met
discriminatie als grondslag2?
Personen die dieren zonder doel of noodzaak doden, maken zich schuldig aan overtreding
van artikel 36 van de Gezondsheids- en welzijnswet voor dieren (Gwwd). Overtreders van
dit artikel kunnen sinds 1 februari 2006 worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van
ten hoogste drie jaren of een geldboete van maximaal 16.750. Daarvoor was een
gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren mogelijk. Ik ben van mening dat de huidige
maximumstraf voldoende is.
Overigens is het aan de wetgever en niet aan het Openbaar Ministerie om de strafmaat te
verhogen.
1 http://binnenland.nieuws.nl/471609/Zwaan_dood_na_aanval_met_speren
2 http://www.parool.nl/nieuws/2007/JUL/13/bin8.html
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
28 augustus 2007 TRCJZ/2007/2659 2
4
Bent u bereid prioriteit te geven aan de opsporing van de daders van dit misdrijf, nu het er
de schijn van heeft dat de daders uit het buitenland afkomstig zijn en aan vervolging
zouden kunnen ontkomen wanneer daaraan geen extra aandacht wordt besteed?
Er is door de politie onderzoek gedaan naar de daders van dit misdrijf. Helaas was er geen
duidelijk signalement beschikbaar of enige andere aanwijzing die tot de daders zou
kunnen leiden. Het onderzoek kon daarom niet worden voortgezet.
5
Klopt het dat jaarlijks ongeveer 5000 knobbelzwanen (ongeveer 30% van de populatie)
worden afgeschoten in het kader van landbouwschadebestrijding met het jachtgeweer? Zo
neen, kunt u dan een indicatie van de aantallen geschoten dieren geven?
Nee. Volgens de meest recente cijfers die de Wildbeheereenheden aan mij hebben
verstrekt, worden jaarlijks 3100 tot 3500 knobbelzwanen geschoten in het kader van
schadebestrijding. Volgens gegevens van het Netwerk Ecologische Monitoring (het stelsel
van natuurmeetnetten van de overheid) bestaat de populatie knobbelzwanen in
Nederland ongeveer uit ongeveer 30.000 vogels. Er zijn ook alternatieve wintertellingen
uitgevoerd waarbij 37.000 knobbelzwanen zijn geteld. Dat betekent dat jaarlijks ongeveer
10 % van de populatie wordt afgeschoten in het kader van bestrijding van schade aan
landbouwgewassen.
6
Bent u bereid naar aanleiding van de publieke verontwaardiging over de mishandeling van
knobbelzwanen, het grootschalig doden en uit elkaar schieten van de familieverbanden
van deze monogame dieren te heroverwegen en de dieren een beschermde status te
bieden? Zo neen, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?
Op basis van artikel 4 van de Flora- en faunawet is de knobbelzwaan als beschermde
inheemse diersoort aangemerkt. Op grond van de artikelen 9 en 10 van de Flora- en
faunawet is het verboden dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, te
doden, verwonden, vangen, bemachtigen of met het oog daarop op te sporen of
opzettelijk te verontrusten. De knobbelzwaan heeft dus al een beschermde status.
Alleen in het kader van beheer- en schadebestrijding of bijvoorbeeld in het belang van de
volksgezondheid mag van dit verbod worden afgeweken.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
---- --
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit