Cholera-epidemie in Noord-Irak

04 september 2007, Den Haag - In de provincies Suleimaniya en Kirkuk in Noord-Irak heerst een cholera-epidemie. Unicef meldde op 29 augustus dat meer dan 2.000 mensen ziek zijn geworden. Ook zijn er al minstens negen patiënten aan de gevolgen van de ziekte, die hevige diarree veroorzaakt, overleden.

De Verenigde Naties wijten de uitbraak aan de slechte kwaliteit van het water en aan het ontbreken van een goede riolering. Slechts 30 procent van de bevolking in Suleimaniya heeft een goede watervoorziening. De meeste mensen halen hun water uit ondiepe putten die ze zelf bij hun huizen geslagen hebben.

Cholera is vooral voor kinderen zeer gevaarlijk. Daarom dringt Unicef er bij gezinnen op aan dat ze vaak hun handen wassen en alleen gekookt of gezuiverd water drinken. Daarnaast voorziet Unicef ziekenhuizen in de getroffen provincies van onder meer oral rehydration salts (ORS), waarmee uitdrogingsverschijnselen bestreden kunnen worden.

Gezinnen in de provincie Suleimaniya, waar ook veel ontheemden wonen, hebben water kits gekregen, met daarin onder meer emmers, zeep en waterzuiveringsmiddelen. Unicef werkt nauw samen met de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), die namens de VN de hulpoperatie leidt.