Inspectie Werk en Inkomen

IWI: gemeentelijk toezicht kinderopvang vraagt nog extra inzet

Driekwart van de gemeenten werkt goed samen met de GGD bij de jaarlijkse onderzoeken die de GGD doet naar de kwaliteit van de kinderopvang en naar onderzoeken bij nieuwe kinderopvanglocaties. Maar bij herinspecties als gevolg van onvoldoende kwaliteit, bij incidentele onderzoeken naar aanleiding van klachten en bij onderzoek naar mogelijke illegale kinderopvang die de GGD doet, zijn veel gemeenten nog te passief. Tot deze conclusies komt de Inspectie Werk en Inkomen in het vandaag verschenen rapport Vallen en opstaan .

Gemeenten moeten in overleg met de GGD de uitvoering van het toezicht op de kwaliteit van de kinderopvang goed regelen. De kwaliteit van de zorg voor het kind staat hierbij centraal. Ouders moeten daarop kunnen vertrouwen. Kleine kinderen zijn immers een kwetsbare groep.

Gemeente en GGD opereren nog teveel als gescheiden organisaties in het toezicht op de kinderopvang. Bijna alle gemeenten controleren de inspectierapporten van de GGD, maar koppelen te weinig terug aan de GGD. Zo verzuimen ze vaak om de GGD te laten weten of ze de handhavingsadviezen van de GGD overnemen. De GGD weet dan niet of de gemeente een kinderopvangorganisatie heeft verplicht om verbeteringen door te voeren. Dit bemoeilijkt het werk van de GGD-inspecteur. Sommige gemeenten moeten meer actie ondernemen als de GGD tekortkomingen vaststelt. Ze zijn vaak te passief bij onderzoeken waarmee een GGD nagaat of tekortkomingen zijn verholpen. IWI is van oordeel dat gemeenten meer moeten investeren in het uitvoeren van de handhavingsfunctie en in betere communicatie met de GGD. Dat is nodig willen gemeenten kunnen groeien in het nemen van verantwoordelijkheid voor het toezicht. Overigens heeft de inspectie wel de indruk dat gemeenten hiermee aan de slag gaan. IWI gaat gemeenten die achterblijven benaderen zodat zij hun toezicht op de kinderopvang kunnen verbeteren. Daarbij zoekt de inspectie samenwerking met de VNG. Die kan gemeenten helpen met haar project 'Verbetering Toezicht en Handhaving Wet Kinderopvang'.

IWI onderzocht of gemeenten hun verantwoordelijkheid voor het eerstelijnstoezicht op de kinderopvang nemen. Daarbij gaat het erom of de gemeente afspraken maakt met de GGD over de inspecties die deze moet houden, of de gemeente controleert of de GGD de afspraken naleeft en of de gemeente de GGD erop aanspreekt als dat niet het geval is. Een gemeente die hierin tekort schiet kan onvoldoende verantwoordelijkheid nemen voor het inspectiewerk van de GGD. Dat is een risico voor de kwaliteit van het toezicht en daarmee voor de kwaliteit van de kinderopvang.

De Inspectie Werk en Inkomen geeft met het rapport Vallen en opstaan inzicht in de problemen van het lokale toezicht op de kinderopvang. Lokale bestuurders en toezichthouders kunnen de bevindingen gebruiken bij de verbetering van hun toezichtpraktijk.
IWI rapporteert over haar tweedelijns toezicht op het eerstelijns toezicht van gemeenten op de uitvoering van de Wet kinderopvang aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

persbericht IWI, 4 september 2007

Aan de informatie op deze site kunnen geen rechten worden ontleend.