Ministerie van Buitenlandse Zaken

Beantwoording vragen lid Van Baalen over de arrestatie van vooraanstaande oppositieleden in Birma

04-09-2007 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Van Baalen over de arrestatie van vooraanstaande oppositieleden in Birma. Deze vragen werden ingezonden op 23 augustus 2007 met kenmerk 2060723710.

De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen

Antwoorden van de heer Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van het lid Van Baalen (VVD) over de arrestatie van vooraanstaande oppositieleden in Birma.

Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van berichten dat de militaire junta in Birma leden van de zogenaamde Groep van '88, waaronder Min Ko Naing, heeft gearresteerd danwel onder huisarrest heeft geplaatst?1

Antwoord
Ja.

Vraag 2
Deelt u de mening dat deze repressie door de Birmese junta onaanvaardbaar is? Zo ja, bent u bereid zich ervoor in te zetten dat de Europese Unie bij de Birmese junta protest indient en eist dat Min Ko Naing en de andere leden van de democratische oppositie, waaronder Aung San Suu Kyi, in hun burgerrechten worden hersteld en dat de Europese Unie de Association of Southeast Asian Nations (ASEAN) vraagt passende maatregelen te nemen tegen het regime in Rangoon?

Vraag 3
Bent u, voortuitlopend op actie door de Europese Unie, bereid ook zelf protest in te dienen bij de junta in Rangoon?

Antwoord
Deze onderdrukking is voor Nederland inderdaad volstrekt onaardvaardbaar. Het voorzitterschap van de Europese Unie heeft inmiddels, mede op aandrang van Nederland, een verklaring uitgegeven waarin de Europese Unie het recente optreden van de junta veroordeelt. De Europese Unie dringt in deze verklaring voorts aan op de vrijlating van mevrouw Aung San Suu Kyi, oppositieleiders en politieke gevangen en roept de junta op te komen tot een open en inclusieve dialoog met de oppositie.

Nederland zal bilateraal en in EU-verband de dialoog met ASEAN blijven gebruiken om de slechte mensenrechtensituatie in Birma aan de orde te stellen. De Europese Unie heeft er in het verleden herhaaldelijk bij de ASEAN-lidstaten, maar ook bij China en India, op aangedrongen hun invloed aan te wenden om positieve verandering teweeg te brengen in Birma. Overigens vindt thans binnen ASEAN een discussie plaats over de uitwerking van een Handvest, die op termijn wellicht zou kunnen leiden tot een meer kritische houding ten opzichte van Birma.

Ook langs bilaterale weg dringt Nederland er bij de autoriteiten in Birma permanent op aan de mensenrechtensituatie te verbeteren en democratische vooruitgang te bewerkstelligen. De mensenrechtenambassadeur heeft de Birmese autoriteiten onlangs verzocht op korte termijn een bezoek te mogen brengen aan Birma om zich van de situatie op de hoogte te stellen en de Nederlandse zorgen over te brengen.


1: ANP, 22 augustus 2007

* Ministerie van Buitenlandse Zaken

* Bezuidenhoutseweg 67

* Postbus 20061

* 2500 EB Den Haag

* Tel.: 070-3 486 486

* Fax: 070-3 484 848

* Internet: www.minbuza.nl