Date : 14 September 2007
Sender Name: FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu
Evaluatie van het overdrachtsrisico van het Chikungunya-virus in België
De voorbije maanden heeft een werkgroep van de Hoge Gezondheidsraad (HGR) gewerkt aan een advies betreffende de huidige kennis inzake het Chikungunya-virus in België, alsook het overdrachtsrisico terzake, met name via transfusie of transplantatie. De recente situatie in Italië onderlijnt de proactieve aanpak van de HGR waardoor dit advies op een gepast moment wordt naar buiten gebracht *.
De ziekte
Chikungunya is een virale ziekte die overgedragen wordt door twee muggensoorten van het geslacht Aedes, welke eveneens andere tropische ziekten kunnen overdragen. Die aandoening manifesteert zich met acute koorts en aanzienlijke pijn in de gewrichten (vooral dan in polsen en enkels).
Sedert 2005 woedt er een ernstige epidemie rond de Indische Oceaan (met name in La Réunion en India). Gelet op de virulentie van de virale stam heeft het European Centre for Disease Prevention and Control (ECDC) reeds in de lente 2006 de lidstaten van de Europese Unie op de hoogte gebracht van het mogelijke overdrachtsrisico van de ziekte door reizigers.
Wat is het overdrachtsrisico in België bij transfusie en transplantatie?
Voor zover alle ziektegevallen die zich op Belgisch grondgebied voordoen, het voorwerp van toezichts- en preventiemaatregelen uitmaken, is het risico van verspreiding van het virus miniem.
Een combinatie van uitsluitingscriteria van bloeddonoren ** maakt het met name mogelijk om op efficiënte wijze het overdrachtsrisico via asymptomatische personen afkomstig van de risicoregio's uit te sluiten.
Het zou kunnen dat het medisch korps onvoldoende ingelicht zou zijn over de draagwijdte van het probleem (bv. wat in de risicogebieden actueel is) en opteert derhalve niet altijd voor het stellen van een differentiële diagnose. In tegenstelling tot virussen als het griepvirus wordt het Chikungunya-virus niet onmiddellijk van mens op mens overgedragen. Het wordt door toedoen van de desbetreffende muggen overgedragen.
Tot op heden is geen enkele permanente haard van vectormuggen in België geïdentificeerd.
Aanbevelingen
-De HGR beveelt aan om het medisch korps een bijgewerkte informatie te bezorgen teneinde het opsporen van de ingevoerde gevallen te bevorderen;
-In een eerder advies had de HGR ** reeds een wachttijd aanbevolen voor bloeddonoren die in het buitenland hadden verbleven . Die zou ook moeten worden ingevoerd voor het afstaan van organen, cellen of weefsels.
-Om het risico nog meer te verminderen, is de HGR van mening dat virus-inactivatie bij autochtone overdracht van het virus (i.e. overdracht via inlandse tijgermuggen) een bijkomende veiligheid kan bieden.
-De HGR steunt het thans in België georganiseerde programma voor entomologisch toezicht (met name het verhoogde toezicht op de opslagplaatsen van autobanden).
Het advies van de HGR kan in zijn geheel worden geraadpleegd op het adres: http://www.health.fgov.be/HGR_CSS in de rubriek "Adviezen en Aanbevelingen", met referentienummer HGR nr. 8201.
Zie het advies van de HGR nr. 8307 betreffende het (tijdelijk) uitsluiten van bloeddonoren die in het buitenland verbleven hebben.
Meer info:
Voorzitter van de werkgroep
Michel TOUNGOUZ (ULB)
Wetenschappelijke secretaris van de werkgroep
Roland Hübner (HGR) 02/525.09.50
URL: