Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam

Postbus 247 1000 AE Amsterdam

t 020 522 59 05 f 020 522 53 33 e info@tns-nipo-consult.com www.tns-nipo-consult.com

Rapport

Evaluatie klachten- en geschillenregeling
taxivervoer Nederland

Jurgen Visser / Elmara Bemer / Lucien Vermeer

Z1921 | 20 juli 2007
Bestemd voor:
Ministerie van Verkeer en Waterstaat
mw. E. de Zwart
dhr. M. Beck

Alle in dit document vermelde gegevens zijn strikt vertrouwelijk. Publicatie en inzage aan derden, geheel of gedeeltelijk, is zonder toestemming van TNS NIPO Consult beslist niet toegestaan. © TNS NIPO Consult | rapport nederlands (consult).dot

Inhoud

Managementsamenvatting 1


1 Inleiding 3


2 Beduidend aantal klachten, vooral over te laat komen taxi 6
2.1 Eén op de 100 à 200 ritten leidt tot klacht, 600.000 in totaal 6 2.1.1 Ruim 600.000 klachten in totaal 6 2.1.2 Eén op de 100 à 200 ritten leidt tot een klacht 6 2.1.3 Aantal klachtindieners binnen contractvervoer aanmerkelijk hoger dan binnen straatvervoer 6 2.2 Vooral in het straatvervoer komt lang niet alle onvrede tot uiting in klachten 7 2.3 Onvrede en klachten vooral over te laat komen taxi, naast gedrag van de chauffeur 10 2.3.1 Hoogte ritprijs en te laat komen van taxi meest voorkomende bronnen van onvrede 10 2.3.2 Klachten gaan vooral over te laat komen taxi 12 2.3.3 Klachten vooral bij taxicentrale/bedrijf en via telefoon ingediend 14


3 Oplossing en afhandeling klachten kan volgens consument beter 15 3.1 Chauffeur kan onvrede taxigebruiker nauwelijks wegnemen 15 3.2 Eenderde van de klachten opgelost in de ogen van de klachtindiener 15 3.3 Helft ontevreden over afhandeling klachten 16


4 Taxigebruiker ervaart belemmeringen om onvrede te uiten en klacht in te dienen 18 4.1 Aanspreken van chauffeur moeilijk gevonden of niet zinvol geacht 18 4.2 Weinig vertrouwen in effect en ontbreken van informatie belemmeren indienen van een klacht 19 4.2.1 Onvoldoende gegevens over taxi en weinig vertrouwen in oplossing probleem vormen belangrijkste redenen om niet te klagen 19 4.2.2 Taxigebruiker wil meer en duidelijkere informatie in taxi, maar acht het indienen van een klacht weinig zinvol 20 4.3 Deel klachtindieners ervaart moeite bij indienen klacht 21


5 Onafhankelijke organisatie belangrijk gevonden, maar met andere rol dan huidige LKT 23 5.1 Bekendheid LKT zeer beperkt 23 5.2 Taxigebruikers stellen bemiddelende organisatie op prijs 23 5.3 Maar: verwachtingen LKT komen niet overeen met huidige functie 23 5.4 Stakeholders: LKT komt niet tegemoet aan meest essentiële drempels 25

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007


6 Marktomstandigheden sterk van invloed op effectiviteit klachtenprocedures 26 6.1 Straatvervoer: risico's kwaliteit klachtenproces het grootst bij standplaatswerk 26 6.1.1 Taxicentrales zijn vindbare en aanspreekbare organisaties voor belwerk 26 6.1.2 Taxicentrales zorgen tot op zekere hoogte voor sturend kwaliteitsmechanisme (reputatie) 27 6.2 Gezien aard van de markt roep om laagdrempelige en inhoudelijk sturende organisatievorm aanwezig 27 6.3 Contractvervoer: ondanks afspraken is zicht van opdrachtgevers op klachtenproces vaak beperkt 28 6.3.1 Leerlingenvervoer: afspraken vastgelegd, maar weinig controle en sturing gemeenten 28 6.3.2 Vervoer via verzekeraars: regie op verschillende manieren geregeld 29


7 Conclusie: klachten vormen in taxibranche nog geen optimaal marktinstrument om kwaliteit te sturen 31 7.1 Door drempels komt onvrede lang niet altijd tot uitdrukking in een klacht 31 7.2 LKT vormt geen oplossing voor belangrijkste drempels, onafhankelijke organisatie met inhoudelijke rol wel gewaardeerd 32 7.3 Straatvervoer: zelfsturend mechanisme ontbreekt vaak door aard van de markt, risico's grootst bij standplaatswerk 32 7.4 Binnen contractvervoer (leerlingenvervoer/ziekenvervoer) soms nog weinig sturing op klachtenproces 33


8 Oplossingsrichtingen 34 8.1 Drempels slechten: beschikbaarheid gegevens taxibedrijf vergroten 34 8.2 Inrichten laagdrempelige onafhankelijke organisatievorm met inhoudelijke taak in klachtenproces 34 8.3 Contractvervoer: stimuleren regie bij opdrachtgevers 35

Bijlagen

1 Onderzoeksverantwoording consumentenonderzoek
2 Geraadpleegde stakeholders

Inhoud figuren en tabellen

1 Klachtenfunnel straat- en contractvervoer basis:% van totaal aantal ritten 8
2 Klachtenfunnel: mate waarin onvrede wordt omgezet in klachten 9
3 Redenen voor ontevredenheid - straatvervoer basis: ontevreden over rit 10
4 Redenen voor ontevredenheid ­ contractvervoer basis: ontevreden over rit 11
5 Aspecten van de dienstverlening bij straattaxi waarover consumenten klachten indienen 12
6 Aspecten van de dienstverlening bij contractvervoer waarover consumenten klachten indienen 13
7 Redenen waarom chauffeur onvrede niet weg heeft kunnen nemen 15 Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007


8 Redenen waarom klachten niet zijn opgelost in de ogen van indiener klacht 16
9 Redenen waarom men onvrede niet kenbaar maakt aan chauffeur 19
10 Redenen waarom men afziet van het indienen van een klacht, hoewel overwogen 20
11 Attitude over het klachtenproces ­ percentages (helemaal) mee eens 21
12 Netto steekproef aantallen

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007

Managementsamenvatting

In opdracht van het ministerie van VenW heeft TNS NIPO Consult de klachten- en geschillenregeling taxivervoer geëvalueerd. De vraag die bij de evaluatie centraal staat is of de huidige klachten- en geschillenregeling goed functioneert, of en welke drempels er bestaan om klachten in te dienen en welke verbeteringen wenselijk en noodzakelijk zijn om de effectiviteit van het klachtenproces te vergroten en de positie van de consument te versterken. Ook ontbrak tot nog toe een volledig en objectief beeld over de omvang en aard van klachten en de attitude van taxigebruikers ten opzichte van klachtenprocessen. De evaluatie is uitgevoerd door middel van representatief kwantitatief onderzoek onder taxigebruikers en een consultatie van diverse stakeholders in de taximarkt.

Uit het onderzoek onder taxigebruikers blijkt dat er naar schatting ruim 600.000 klachten op jaarbasis ingediend worden binnen het straat- en contractvervoer. Afgezet tegen het aantal ritten komt dit neer op circa één op de tweehonderd ritten (0,5%) binnen het straatvervoer die leidt tot een klacht. Binnen het contractvervoer leidt circa één op de honderd ritten (1%) tot een klacht. Het aantal taxigebruikers dat wel eens een klacht heeft ingediend is binnen het contractwerk (31%) aanmerkelijk hoger dan binnen het straatwerk (13%). Vooral in het straatvervoer komt lang niet alle onvrede tot uiting in een klacht. In het straatvervoer dient van alle taxigebruikers die ontevreden zijn uiteindelijk 10% daadwerkelijk een klacht in. In het contractvervoer is dit vaker (40%).

Onvrede in het straatvervoer gaat vooral over de hoogte van de ritprijs (42%) en over het te laat komen van de taxi (34%). Ook bij het contractvervoer is het te laat komen van de taxi (63%) de meest voorkomende reden om ontevreden te zijn. Als men een klacht indient betreft dit meestal het te laat komen van de taxi, zowel bij straatvervoer (47%) als het bij contractvervoer (72%). Dit gebeurt vooral bij taxicentrale/bedrijf en via de telefoon.

Als men een klacht bij de chauffeur indient, kan deze de onvrede van de taxigebruiker nauwelijks wegnemen. Van de straattaxigebruikers die hun onvrede hebben geuit, geeft 19% aan dat de chauffeur de onvrede heeft weggenomen. Bij contractvervoer geeft 17% van de taxigebruikers dit aan. Als klachten worden ingediend zegt eenderde (32%) van de taxigebruikers dat de klacht is opgelost. Bij contractvervoer is dit iets lager (29%). Zowel bij straatvervoer (28%) als bij contractvervoer (52%) is de helft van de klachtindieners ontevreden over de klachtenafhandeling. Het aanspreken van de chauffeur wordt moeilijk of niet zinvol geacht door de taxigebruikers. Formele klachten worden niet ingediend, omdat taxigebruikers onvoldoende gegevens over taxi hebben en weinig vertrouwen in een oplossingen hebben. Klachtindieners ervaren ook enigszins moeite bij het indienen van een klacht (straatvervoer: 25% en contractvervoer: 22%).

Uit het onderzoek blijkt dat de bekendheid van het Landelijk Klachtenmeldpunt Taxi (LKT) zeer beperkt is. Slechts 5% van de taxigebruikers is ermee bekend. Taxigebruikers geven wel aan het belangrijk te vinden dat er een onafhankelijke organisatie bestaat die helpt bij het indienen en oplossen van klachten. Maar de verwachtingen over wat het Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 1

LKT doet, komen niet overeen met de functie die het LKT op dit moment daadwerkelijk heeft. In de ogen van de stakeholders lost het LKT de meest belangrijke belemmeringen bij het indienen van klachten niet op, zoals het ontbreken van taxigegevens en de confrontatie met de chauffeur.

De bestaande marktomstandigheden, -structuren en ­ verhoudingen hebben een belangrijke invloed op de effectiviteit van de aanwezige klachtenprocedure. Vooral het onderscheid tussen belwerk en standplaatswerk is sterk bepalend voor de effectiviteit van het klachtenproces. Voor taxigebruikers die bij een standplaats opstappen is het verantwoordelijke bedrijf moeilijker te traceren. Terwijl taxicentrales juist vindbare en aanspreekbare organisaties zijn voor belwerk. Tot op zekere hoogte zorgen taxicentrales ook voor een sturend kwaliteitsmechanisme. Taxicentrales hebben een reputatie hoog te houden, een negatief imago kan hen schaden bij het verkrijgen van taxiwerk. Bij contractvervoer is het zicht van opdrachtgevers op het klachtenproces, ondanks afspraken, vaak beperkt. De regie van het vervoer via verzekeraars is op verschillende manieren geregeld. Bij leerlingenvervoer worden afspraken wel vastgelegd, maar is er weinig controle en sturing bij de gemeente.

In de taxibranche zijn klachten nog geen optimaal marktinstrument om de kwaliteit te sturen. Door de drempels die taxigebruikers ervaren komt de onvrede lang niet altijd tot uitdrukking in een klacht. Het LKT vormt daarbij in de huidige functie geen oplossing voor deze drempels. Vooral in het straatvervoer ontbreekt vaak een zelfsturend mechanisme door de aard van de markt. De risico's zijn het grootst bij de standplaatswerk, waar de rol van de taxicentrales doorgaans beperkt is. Binnen het contractvervoer is de sturing en controle op het klachten proces soms beperkt. Zicht op omvang, aard en afhandeling van klachten ontbreekt regelmatig, ondanks afspraken die hierover contractueel met de vervoerder worden gemaakt.

Een aantal oplossingsrichtingen gericht op de effectiviteit van klachten als kwaliteitssturend instrument zijn:

· Vergroten beschikbaarheid van gegevens taxibedrijf;
· Inrichten laagdrempelige onafhankelijke organisatievorm met inhoudelijke taak in klachtenproces;

· Bij contractvervoer de regie bij de opdrachtgevers stimuleren.

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 2


1 Inleiding

Aanleiding en doel evaluatie
Binnen het beleid van het ministerie van VenW voor de taximarkt is het versterken van de positie van de consument één van de aandachtspunten. Een sterke positie van de consument is van belang voor een goed functionerende markt, die transparant is en een dienstverlening van hoge kwaliteit garandeert. Het kunnen indienen van klachten over problemen bij de taxidienstverlening (en een adequate afhandeling daarvan) is een belangrijk onderdeel van die positie van de consument.

Vervoerders zijn wettelijk verplicht over een klachtenregeling te beschikken. Zij zijn vrij in de manier waarop zij deze klachtenregeling invulling geven. Wel dient elk bedrijf zich aan te sluiten bij een geschillencommissie. Hiervoor hebben KNV en de Consumentenbond gezamenlijk de Geschillencommissie Taxivervoer opgericht.

Daarnaast heeft het ministerie van VenW het Landelijk Klachtenmeldpunt Taxi (LKT) in het leven geroepen om de positie van de reiziger te versterken. Het LKT informeert taxigebruikers over de klachtenprocedure en brengt hen in verbinding met betreffende taxiondernemers. De taxiondernemers blijven verantwoordelijk voor de afhandeling van klachten.

In 2006 zijn bij het LKT ruim 400 klachten binnengekomen. De conclusie die hieruit zou kunnen worden getrokken is dat het aantal klachten over de taxidienstverlening gering is. Echter, een volledig en objectief beeld over de omvang en aard van klachten en de attitude van taxigebruikers ten opzichte van klachtenprocessen ontbrak tot nog toe. De vraag is dan ook of de huidige klachten- en geschillenregeling goed functioneert, of en welke drempels er bestaan om klachten in te dienen en welke verbeteringen wenselijk en noodzakelijk zijn om de effectiviteit van het klachtenproces te vergroten en de positie van de consument te versterken. Dit is voor het ministerie van VenW aanleiding geweest om TNS NIPO Consult een evaluatie te laten uitvoeren van de klachten- en geschillenregeling taxivervoer.

Voor deze evaluatie is informatie verzameld over de volgende onderwerpen:
· Omvang en aard van onvrede en klachten in de taximarkt;
· Attitude en gedrag van taxigebruikers ten aanzien van klachtenproces (indienen, afhandeling, oplossing);

· Mogelijke drempels bij het indienen van klachten;
· Bekendheid en attitude ten aanzien van het LKT in het bijzonder;
· Uitvoering van klachtenregeling bij bedrijven, centrales en opdrachtgevers (specifiek in het contractvervoer).

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 3

Onderzoeksopzet

De informatie die we in deze rapportage presenteren is gebaseerd op een representatief kwantitatief onderzoek onder taxigebruikers en een consultatie van diverse stakeholders in de taximarkt. De verzamelde informatie heeft zowel betrekking op het straatvervoer als het contractvervoer. Binnen het straatvervoer valt het standplaatswerk en het zogenaamde belwerk (telefonisch bestelde ritten). Binnen het contractvervoer onderscheiden we voor dit onderzoek ziekenvervoer, rolstoelvervoer, Valysvervoer en leerlingenvervoer.

Onderzoek taxigebruikers
Voor de consultatie van taxigebruikers hebben we een representatief onderzoek uitgevoerd onder de Nederlandse bevolking (en in het bijzonder taxigebruikers). Dit onderzoek is in twee fasen uitgevoerd:

· Screening van een representatieve steekproef van 85.000 Nederlanders op: o Wel of geen taxigebruik (straatvervoer en contractvervoer) o Wel of niet klacht ingediend
o Wel of niet onvrede geuit bij chauffeur
· Vervolgonderzoek onder circa 1.000 taxigebruikers, met specifieke vertegenwoordiging van klachtindieners.
Voor een verdere beschrijving van de onderzoeksopzet verwijzen we naar bijlage 1.

Onderzoek stakeholders
De consultatie van stakeholders heeft plaatsgevonden door face-to-face en telefonische gesprekken met betrokkenen met een diverse achtergrond. Voor een overzicht van de geconsulteerde personen verwijzen we naar bijlage 2. Leeswijzer
Indeling rapportage
De rapportage bestaat uit acht hoofdstukken. Achtereenvolgens presenteren we in deze hoofdstukken:

· Omvang en aard van de klachten in de taximarkt
· Beleving van consumenten van afhandeling en oplossing klachten
· Drempels voor het indienen van klachten
· Kennis en attitude ten aanzien van LKT

· Marktomstandigheden in straatvervoer en contractvervoer die invloed hebben op uitvoering klachtenprocedures

· Conclusies / samenvatting naar aanleiding van bevindingen
· Mogelijke oplossingsrichtingen ten aanzien van effectiviteit van de klachten- en geschillenregeling
Definitie van klacht
We presenteren in dit rapport onder andere cijfers over aantallen klachten in het straatvervoer en contractvervoer. Daarbij is een vrij brede definitie gehanteerd van een klacht. De volgende definitie/vraag is aan consumenten voorgelegd: Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 4

"Heeft u in de afgelopen 12 maanden wel eens een klacht ingediend over een taxirit door telefonisch,schriftelijk of per e-mail contact op te nemen met het taxibedrijf, taxicentrale, het Landelijk Klachtenmeldpunt Taxi of een (andere) organisatie die verantwoordelijk is voor het taxivervoer?"

Voorts benadrukken we dat de antwoorden van consumenten hun beleving tot uitdrukking brengen. Zij bepalen wat zij binnen de bovenstaande definitie als klacht beschouwen. Dit kan in sommige gevallen afwijken van wat een taxibedrijf daadwerkelijk als klacht beschouwd. Ook de antwoorden van consumenten over onder meer de tevredenheid over klachtafhandeling en de mate waarin in hun ogen klachten zijn opgelost, drukken de beleving van de consument uit. De cijfers over deze onderwerpen willen niet per definitie zeggen dat klachten daadwerkelijk (objectief gezien of vanuit het standpunt van een taxibedrijf) goed of slecht zijn afgehandeld. Het is immers denkbaar dat, ondanks dat consumenten ontevreden zijn, er in sommige gevallen plausibele redenen zijn waarom klachten niet konden worden opgelost.
Tijdsbasis
Alle cijfers die we presenteren hebben betrekking op de laatste 12 maanden voorafgaand aan het onderzoek. Alle gegevens betreffen derhalve een jaarbasis.

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 5


2 Beduidend aantal klachten, vooral over te laat komen taxi

In dit hoofdstuk vindt u informatie over de omvang en aard van onvrede en daadwerkelijke klachten in de taximarkt. Om te beginnen gaan we in op de omvang van onvrede en klachten in zowel het straatvervoer als het contractvervoer. Daarbij trekken we tevens de vergelijking met het aantal klachten dat in 2006 bij het Landelijk Klachtenmeldpunt Taxi (LKT) is binnengekomen. Vervolgens presenteren we informatie over de aard van onvrede en klachten.


2.1 Eén op de 100 à 200 ritten leidt tot klacht, 600.000 in totaal
2.1.1 Ruim 600.000 klachten in totaal
Uit het onderzoek onder taxigebruikers blijkt dat er naar schatting ruim 600.000 klachten op jaarbasis ingediend worden binnen het straat- en contractvervoer. Onder een klacht verstaan we in dit onderzoek `een klacht indienen in de afgelopen 12 maanden door het opnemen van contact met het taxibedrijf, de taxicentrale, het LKT of een andere organisatie die verantwoordelijk is voor het taxivervoer'.

In het contractvervoer worden absoluut gezien ongeveer drie keer zoveel klachten ingediend dan in het straatvervoer. Het aantal klachten in het contractvervoer bedraagt naar schatting circa 475.000 en in het straatvervoer naar schatting circa 150.000.

Dit toont aan dat er een aanzienlijke kloof zit tussen het geschatte aantal klachten en de klachten die daadwerkelijk binnenkomen bij het LKT. In 2006 zijn er bij het LKT 424 klachten binnengekomen, zo blijkt uit de Rapportage Landelijk Klachtenmeldpunt Taxi 2006 van het LKT. Kennelijk komen veel klachten op andere plekken terecht. 2.1.2 Eén op de 100 à 200 ritten leidt tot een klacht Het aantal klachten kunnen we afzetten tegen het totaal aantal ritten dat in het straatvervoer en het contractvervoer worden gemaakt. Het totaal aantal taxiritten in Nederland bedraagt ruwweg ruim 25 miljoen in het straatvervoer en bijna 50 miljoen in het contractvervoer. Dit houdt in dat in het straatvervoer circa één op de tweehonderd ritten (0,5%) leidt tot een klacht. Binnen het contractvervoer is dit percentage hoger: hier leidt circa één op de honderd ritten (1%) tot een klacht. 2.1.3 Aantal klachtindieners binnen contractvervoer aanmerkelijk hoger dan binnen straatvervoer
Het aantal taxigebruikers dat wel eens een klacht heeft ingediend is binnen het contractwerk aanmerkelijk hoger dan binnen het straatwerk. Van de ondervraagde taxigebruikers binnen het contractwerk zegt bijna eenderde (31%) wel eens een klacht te hebben ingediend. In de afgelopen 12 maanden hebben deze personen dat gemiddeld twee keer gedaan.
Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 6

Van het totaal aantal straattaxigebruikers geeft 4,3% aan in de afgelopen 12 maanden wel eens een klacht te hebben ingediend. Dit doen zij met een gemiddelde frequentie per persoon van circa 1,3 keer per jaar.

Een andere mogelijkheid om een oplossing te zoeken voor knelpunten in de dienstverlening dan het indienen van een klacht, is het uiten van onvrede bij de chauffeur. Ook hier zien we dat in het contractvervoer het aantal personen dat wel eens onvrede heeft geuit bij de chauffeur aanmerkelijk hoger is dan bij de het straatvervoer.

Ruim één op de acht (13%) van de gebruikers van een straattaxi heeft in de afgelopen 12 maanden wel eens zijn of haar onvrede geuit bij de taxichauffeur. Binnen het contractvervoer is dit ruim eenderde (35%) van alle taxigebruikers.

2.2 Vooral in het straatvervoer komt lang niet alle onvrede tot uiting in klachten
Het aantal ingediende klachten zegt nog niets over de mate waarin onvrede over de dienstverlening van taxi's aanwezig is. Het is immers waarschijnlijk dat een deel van onvrede niet tot uitdrukking komt in een klacht.

Gevraagd naar hoe vaak taxigebruikers wel eens ontevreden zijn geweest tijdens een rit over een aspect van de taxidienstverlening, blijkt dat binnen het straatvervoer bij circa 5% van alle ritten in meer of mindere mate sprake is van ontevredenheid (in aantal ritten circa 1,3 miljoen). Binnen het contractvervoer is dit percentage twee keer zo laag, namelijk 2,4% van alle ritten (in aantal ritten circa 1,2 miljoen).

In het straatvervoer is dus vaker sprake van onvrede over de taxidienstverlening dan in het contractvervoer, maar komt dit naar verhouding minder vaak tot uitdrukking in een daadwerkelijke klacht. In het straatvervoer leidt ongeveer 10% van alle ontevredenheid tot een daadwerkelijke klacht. In het contractvervoer is dit ongeveer 40%. Ook uit men de onvrede in het straatvervoer naar verhouding minder vaak bij de chauffeur dan in het contractvervoer. In het straatvervoer uit men in minder dan de helft van de gevallen als men ontevreden is (46%) dit bij de chauffeur, in het contractvervoer doet men dat in tweederde (67%) van de gevallen.

Al met al zijn er in het straatvervoer kennelijk duidelijk meer belemmeringen om te klagen dan bij het contractvervoer. Een voor de hand liggende oorzaak hiervan is dat het voor gebruikers van contractvervoer duidelijker is waar ze terecht kunnen met hun klacht. In hoofdstuk 4 gaan we verder in op drempels en belemmeringen bij het indienen van klachten.

De bovenstaande cijfers komen tot uitdrukking in een zogenaamde `klachtenfunnel', waarin we de verschillende stadia in het proces van onvrede tot het indienen van een klacht tonen (zie figuur 1).

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 7


1 | Klachtenfunnel straat- en contractvervoer basis:% van totaal aantal ritten %
8,0%
Straatvervoer Contractvervoer 6,0%
5,0%
4,0%

2,4% 2,3% 2,0% 1,6% 1,4% 1,4%
1,0% 0,6% 0,0%
Ontevrede over taxirit Onvrede geuit bij chauffeur Overwogen klacht in te dienen Daadwerkelijk klacht ingediend Bron: TNS NIPO, 2007

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 8

In figuur 2 komt tot uitdrukking welk deel van de onvrede wordt omgezet in uitingen bij de chauffeur, het overwegen van een klacht door contact op te nemen met het taxibedrijf of andere organisatie die verantwoordelijk is voor het taxivervoer en het daadwerkelijk indienen van een klacht.


2 | Klachtenfunnel: mate waarin onvrede wordt omgezet in klachten

Straatvervoer

Aantal ritten
waarbij ontevreden

46%* Onvrede geuit bij chauffeur

Overwogen klacht 28%* in te dienen

12%* Klacht ingediend 43%**

Contractvervoer

Aantal ritten
waarbij ontevreden

67%* Onvrede geuit bij chauffeur

Overwogen klacht 58%* in te dienen

42%* Klacht ingediend 71%**


* = % van totaal aantal ritten waarbij men wel eens ontevreden is geweest
** = % klacht ingediend van totaal aantal keer dat overwogen is een klacht in te dienen

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 9

2.3 Onvrede en klachten vooral over te laat komen taxi, naast gedrag van de chauffeur

2.3.1 Hoogte ritprijs en te laat komen van taxi meest voorkomende bronnen van onvrede
De hoogte van de ritprijs is binnen het straatvervoer de meest voorkomende reden tot ontevredenheid (42%). Daarnaast gaat eenderde van de ontevredenheid over het te laat komen van de taxi (34%), het gedrag van de chauffeur (33%) en het omrijden van de taxi (32%). De rijstijl (25%) en serviceverlening (24%) vormt in een kwart van de gevallen dat men ontevreden is de oorzaak, evenals onduidelijkheid vooraf over de hoogte van de ritprijs (24%).


3 | Redenen voor ontevredenheid - straatvervoer basis: ontevreden over rit Hoogte van de ritprijs 42 Taxi kwam te laat/wachttijd 34 Gedrag van de chauffeur 33 Omrijden van de taxi 32 Rijstijl 25 Serviceverlening door de 24 chauffeur
Geen zicht vooraf op wat de rit 24 zou gaan kosten
0 5 10 15 20 25 30 35 40 45 % Bron: TNS NIPO, 2007 Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 10

Binnen het contractvervoer is het te laat komen van de taxi met stip de meest voorkomende reden om ontevreden te zijn (63%). Deze onvrede zit vooral bij het rolstoelvervoer (85%) en het ziekenvervoer (68%). De reistijd vormt in eenderde van de gevallen dat men ontevreden is de oorzaak (32%). In een kwart tot eenvijfde van de gevallen gaat het om het omrijden van de taxi, gedrag van de chauffeur, bereikbaarheid taxicentrale, deelgebruik van de taxi en de manier waarop men te woord werd gestaan bij de centrale.

4 | Redenen voor ontevredenheid ­ contractvervoer basis: ontevreden over rit

Taxi kwam te laat 63 Reistijd 32 Omrijden van taxi 27 Gedrag van de chauffeur 24 Bereikbaarheid centrale 22 Aanwezigheid van onbekende in 20 taxi
Manier waarop te woord gestaan bij 19 centrale
Rijstijl 16 0 10 20 30 40 50 60 70 % Bron: TNS NIPO, 2007

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 11

2.3.2 Klachten gaan vooral over te laat komen taxi

Als men een klacht indient, betreft dit meestal het te laat komen van de taxi / de wachttijd, zowel bij het straatvervoer als het contractvervoer. Daarnaast vormt het gedrag van de chauffeur de meest voorkomende reden om een klacht in te dienen.

Vergelijken we de aard van de klachten met de redenen van ontevredenheid, dan kunnen we de conclusie trekken dat binnen het straatvervoer vooral ontevredenheid over het te laat komen van de taxi omgezet wordt in een daadwerkelijke klacht, als ook het gedrag van de chauffeur. Als men ontevreden is over de hoogte van de ritprijs of het omrijden van de taxi komt dit in veel gevallen niet tot uitdrukking in een klacht.


5 | Aspecten van de dienstverlening bij straattaxi waarover consumenten klachten indienen
Taxi kwam te laat/wachttijd 47 Gedrag van de chauffeur 27 Hoogte van de ritprijs 22 Rijstijl 18 Omrijden van de taxi 16 Serviceverlening door de 16 chauffeur
Geen zicht vooraf op wat de rit 12 zou gaan kosten
0 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 % Bron: TNS NIPO, 2007 Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 12

Bij het contractvervoer is de reistijd in eenderde (33%) van de gevallen de reden van een klacht. Klachten over het omrijden van de taxi en deelgebruik zijn ook aanwezig. Wellicht zijn deze aspecten het gevolg van het uitvoeren van combinatieritten. Uit de consultatie van stakeholders hebben wij signalen gekregen dat combinatieritten in het ziekenvervoer de nodige problemen opleveren en leiden tot klachten over reistijd en deelgebruik. Soms voeren taxibedrijven zelfs `verboden' combinatieritten uit (zieken in één taxi) om efficiencyvoordelen te behalen.


6 | Aspecten van de dienstverlening bij contractvervoer waarover consumenten klachten indienen

Taxi kwam te laat 72 Gedrag van de chauffeur 34 Reistijd 33 Manier waarop te woord 28 gestaan bij centrale
Omrijden van taxi 27 Bereikbaarheid centrale 23 Aanwezigheid van onbekende in 23 taxi
Rijstijl 11
0 10 20 30 40 50 60 70 80 % Bron: TNS NIPO, 2007

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 13

2.3.3 Klachten vooral bij taxicentrale/bedrijf en via telefoon ingediend Als men een `formele' klacht indient doet men dit in het straatvervoer vooral bij de taxicentrale (53%) of bij het taxibedrijf (19%). Tweederde dient telefonisch een klacht in, één op de tien schriftelijk en één op de tien per e-mail. Twee procent vult een klachtenformulier in. De contactgegevens van het bedrijf of organisatie vindt de taxigebruiker op internet (26%) of in de taxi (23%).

Binnen het contractvervoer dient 26% zijn of haar klacht in bij het taxibedrijf en 24% bij een taxicentrale. Van alle klachtindieners zegt 30% dit anders te doen. De genoemde alternatieven zijn rechtstreeks bij Valys, bij de school, bij een speciale klachtenafhandelingbureau, de zorgvervoercentrale of de opvang. De contactgegevens krijgt men vooral via-via (21%) en via internet (15%). De helft (51%) van de indieners van een klacht doet dit per telefoon.

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 14


3 Oplossing en afhandeling klachten kan volgens consument beter


3.1 Chauffeur kan onvrede taxigebruiker nauwelijks wegnemen In één op de vijf gevallen (19%) dat straattaxigebruikers hun onvrede over een rit hebben geuit bij de taxichauffeur, geven zij aan dat de chauffeur deze onvrede heeft weggenomen. In vier op de vijf gevallen (81%) is dit derhalve niet gebeurd. Binnen het contractvervoer zien we vergelijkbare cijfers: 17% zegt dat de chauffeur de onvrede heeft kunnen wegnemen, in 83% van de gevallen dat onvrede is geuit bij de chauffeur is dit derhalve niet het geval.

Bij het straatvervoer is de meest opvallende oorzaak dat de onvrede niet is weggenomen dat de chauffeur niet reageerde op de klacht (23%). In eenvijfde van de gevallen (21%) dat de onvrede niet is weggenomen komt dat doordat de chauffeur uitlegde waarom hij er niets aan kon doen. In bijna eenvijfde (19%) van de gevallen verwees de chauffeur door naar taxicentrale/organisatie. Ook hebben consumenten meegemaakt dat de chauffeur weigerde het probleem op te lossen (15%). Binnen het contractvervoer legde de taxichauffeur meestal uit dat hij er niets aan kon doen of verwees de gebruiker door naar het taxibedrijf of andere organisatie.

7 | Redenen waarom chauffeur onvrede niet weg heeft kunnen nemen

straat contract Chauffeur reageerde niet op mijn klacht 23% Chauffeur legde uit waarom hij er niets aan kon doen 21% 38% Chauffeur vertelde mij dat ik dan het taxibedrijf/organisatie 19% 33% moet bellen
Chauffeur weigerde het probleem op te lossen 15%


3.2 Eenderde van de klachten opgelost in de ogen van de klachtindiener
Eenderde (32%) van de straattaxigebruikers die een klacht heeft ingediend, zegt dat de laatste klacht die zij hebben ingediend is opgelost. Dit gebeurt dan veelal door het terugkrijgen van geld (28%) of door het ontvangen van een excuusbrief (28%).

Meer dan de helft (57%) geeft aan dat hun klacht niet is opgelost. Als een klacht niet is opgelost komt dit volgens zeggen van de taxigebruiker doordat er helemaal niet op de Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 15

klacht is gereageerd (37%) of dat er niet serieus op de klacht is gereageerd (31%). In bijna eenvijfde van de gevallen dat een klacht niet is opgelost (19%) geeft de klachtindieners aan er zelf mee gestopt te zijn.

Bij het contractvervoer zegt eveneens eenderde (29%) dat hun klacht is opgelost. Van die groep zegt de helft (54%) dat de klacht is opgelost omdat de dienstverlening verbeterd is.

Bijna tweederde (64%) geeft aan dat hun klacht niet is opgelost. In 43% van deze gevallen werd er volgens de klachtindiener niet op de klacht gereageerd, in 44% van de gevallen werd er volgens de indiener van de klacht niet serieus gereageerd op de klacht. Eenderde (30%) kreeg te horen dat het taxibedrijf/centrale niet verantwoordelijk is. Al met al is in 44% van de gevallen de indiener van de klacht zelf met de klachtenprocedure gestopt.
8 | Redenen waarom klachten niet zijn opgelost in de ogen van indiener klacht

straat contract Er is niet op de klacht gereageerd 37% 43% Er is niet serieus gereageerd 31% 44% Ik ben er zelf mee gestopt 19% 44% Taxibedrijf/centrale vertelde dat die er 2% 30% niet verantwoordelijk voor is

3.3 Helft ontevreden over afhandeling klachten Van alle klachtindieners over een straattaxirit is ruim een kwart (28%) tevreden tot zeer tevreden over de manier waarop hun laatste klacht over een rit met de straattaxi is afgehandeld. Bijna de helft (48%) is ontevreden tot zeer ontevreden.

Bij het contractvervoer is slechts één op de vijf (19%) tevreden tot zeer tevreden over de manier waarop de klacht is afgehandeld. De helft (52%) is ontevreden tot zeer ontevreden.

Het niet of niet adequaat reageren op een klacht lijkt de belangrijkste bron van onvrede, alsmede weinig effect zien van het indienen van een klacht. Enkele citaten van klachtindieners die ontevreden zijn:

"Nooit meer iets ervan of erover gehoord."
"Omdat ze je alles beloven en dat het de volgende keer goed zal gaan maar daar geloof ik niet in."
"Omdat de meeste klachten over de vertrektijden en aankomsttijden gaan of over veiligheid enz. Ze zeggen er wat aan te doen maar er gebeurt niks." Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 16

"Ondanks dat ik toen mijn klacht direct telefonisch heb doorgegeven (er kwam geen taxi op de afgesproken tijd) heb ik toch nog anderhalf uur buiten moeten wachten. Gevolg is dat ik een forse ontsteking in mijn heupgewricht heb. Er was buiten geen zitplaats." "Ik werd niet serieus genomen."
"Omdat er niets is opgelost."

Sommige mensen signaleren dat de kwaliteit in negatieve zin veranderd is, waardoor zij nog maar weinig nut zien om te klagen.
"Sinds 1 april is de situatie dermate verslechterd - Valys vervoer is nu in handen van Connexxion- dat het weinig zin meer heeft om te klagen. Praktisch alle ritten worden te laat uitgevoerd en gaan gepaard met kilometers omrijden vanwege combinatie ritten. Ergens staat men sterk omdat dit in de voorwaarden staat, maar voor 1 april verliep een en ander veel en veel beter. Het niveau van de chauffeurs is eveneens verslechterd: veel vutters die het niet uitmaakt hoe lang een rit duurt, zijn nu ingehuurd. Reed men vroeger met goed opgeleide en in het verkeer gewende mensen, dit laat nu veel te wensen over."

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 17


4 Taxigebruiker ervaart belemmeringen om onvrede te uiten en klacht in te dienen

In het vorige hoofdstuk hebben we laten zien dat veel ontevreden taxigebruikers hun onvrede niet uiten bij de chauffeur. Ook veel mensen die overwegen een `formele' klacht in te dienen doen dit uiteindelijk niet (vooral in het straatvervoer). In dit hoofdstuk gaan we in op drempels die mensen ervaren bij het uiten van onvrede en het indienen van klachten. We constateren enerzijds dat er de nodige drempels zijn om onvrede kenbaar te maken bij de chauffeur, anderzijds dat belemmeringen bestaan om een klacht in te dienen bij het taxibedrijf/centrale of een andere organisatie die verantwoordelijk is voor het taxivervoer.


4.1 Aanspreken van chauffeur moeilijk gevonden of niet zinvol geacht
Binnen het straatvervoer is de meest genoemde reden om onvrede niet aan de chauffeur kenbaar te maken dat men zich er niet prettig bij voelde en niet durfde. Eenderde (35%) van degenen die hun onvrede niet hebben geuit, geeft dit als reden op. Daarnaast noemt men ook dat de chauffeur onvriendelijk was (22%), slecht Nederlands sprak (18%) of intimiderend overkwam (18%). Bijna eenderde (29%) zegt dat de onvrede niet belangrijk genoeg was om dit te uiten aan de chauffeur. Sommigen nemen bewust de keuze om de klacht neer te leggen bij de taxicentrale in plaats van bij de chauffeur.

Binnen het contractvervoer speelt veel vaker de overweging dat men inschat dat de chauffeur het probleem niet kan oplossen. Dit zal ongetwijfeld een relatie vormen met de aard van de onvrede: veel onvrede gaat over het te laat komen van de taxi en de reistijd. Men zal wellicht inschatten dat de oorzaak hiervan in de ritplanningen zit. Een citaat van een respondent: "De chauffeur bepaalt de route niet, dus kan er ook niks aan doen." Het niet durven uiten van de onvrede bij de chauffeur of zich er niet prettig bij voelen speelt in het contractvervoer een kleinere rol dan bij het straatvervoer, hoewel nog steeds 14% aangeeft dat dit de reden is waarom zij hun onvrede niet uiten. Het niet durven verstoren van de relatie met de chauffeur (men komt in het contractvervoer vaak dezelfde chauffeur tegen) zal hierbij wellicht een rol spelen, hoewel een klein deel aangeeft dat de chauffeur intimiderend of onvriendelijk overkwam.
Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 18


9 | Redenen waarom men onvrede niet kenbaar maakt aan chauffeur

35% Voelde er niet prettig bij / durfde niet 14% 22% Chauffeur was erg onvriendelijk 8% Was niet belangrijk genoeg / niet de 19% moeite waard 6% Straatvervoer Contractvervoer De chauffeur sprak niet goed 18% Nederlands 1%
18% Ik vond de chauffeur intimiderend 6% Ik dacht niet dat de chauffeur het 17% probleem kon oplossen 29% 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% % Bron: TNS NIPO, 2007 4.2 Weinig vertrouwen in effect en ontbreken van informatie belemmeren indienen van een klacht 4.2.1 Onvoldoende gegevens over taxi en weinig vertrouwen in oplossing probleem vormen belangrijkste redenen om niet te klagen

Zowel binnen het straatvervoer en contractvervoer heerst weinig vertrouwen dat een klacht het probleem oplost en ontbreekt bovendien de benodigde informatie om een klacht te kunnen indienen.

Een gebrek aan gegevens van de taxi is voor ruim vier op de tien (42%) gebruikers van een straattaxi die een klacht hebben overwogen in te dienen, de reden om dit uiteindelijk niet te doen. Een vrijwel even groot deel (39%) verwacht dat het probleem niet opgelost zal worden en dient daarom geen klacht in. Eenderde (30%) van de ontevreden taxigebruikers voelt zich niet prettig bij het indienen van een klacht en 29% vindt het te ingewikkeld. Voor een kwart (25%) van degenen die het overwegen maar uiteindelijk niet hebben gedaan is het niet duidelijk waar hij de klacht moet indienen. Als deze mensen hadden geweten waar ze hun klachten wel konden indienen, zegt vrijwel iedereen Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 19

dat zij dit dan ook hadden gedaan. Hieruit blijkt dat er nog een zeker reservoir aan potentiële klachten aanwezig is.

Bij contractvervoer denkt bijna vier op de tien (38%) dat een klacht het probleem niet oplost. Eenderde (35%) ziet af van het indienen van een klacht vanwege de tijd die dat kost. Voor een kwart (24%) van de mensen die hebben overwogen een klacht in te dienen is het niet duidelijk waar je de klacht kan indienen. Enkele bevindingen die tijdens de consultatie met stakeholders naar voren zijn gekomen ondersteunen deze informatie. De klant weet volgens de stakeholders niet waar ze een klacht kunnen indienen, maar het belangrijkste probleem is in hun ogen dat de taxigegevens niet bekend zijn bij de consument. Men heeft niet voldoende gegevens om te kunnen klagen, als ze dat al zouden willen. Tweevijfde (41%) van de mensen binnen het contractvervoer die afzien van het indienen van een klacht omdat zij niet weten waar ze terecht kunnen, zegt dat als zij dit wel hadden geweten zij wel een klacht zouden hebben ingediend.
10 | Redenen waarom men afziet van het indienen van een klacht, hoewel overwogen 42 Ik had geen gegevens van de taxi 6 39 Ik dacht niet dat het probleem kon worden opgelost 38
---
Kostte me teveel tijd 35 30 Ik voelde me er niet prettig bij / durfde niet 9 29 Straat Te ingewikkeld 12 Contract Ik wist niet waar ik de klacht kon indienen (geen adresgegegevens / 25 telefoonnummer 24
---
Was niet belangrijk genoeg 3
---
Ik wist niet dat de mogelijkheid bestond een klacht in te dienen 6
---
Ik wil niet dat ze weten wie ik ben / liever anoniem 3 0 5 10 15 20 25 30 35 40 45 % Bron: TNS NIPO, 2007 4.2.2 Taxigebruiker wil meer en duidelijkere informatie in taxi, maar acht het indienen van een klacht weinig zinvol Taxigebruikers zijn voorstanders van meer en duidelijker informatie over de klachtenprocedure, met name in de taxi. Zo onderschrijft 70% (straatvervoer) en 67% (contractvervoer) de stelling dat in de taxi duidelijker dient te worden aangegeven waar men met een klacht terecht kan. Met name in het straatvervoer is het voor de meeste taxigebruikers onduidelijk waar zij terecht kunnen met een klacht. Slechts eenvijfde van de straattaxigebruikers (18%) is het eens met de stelling `het is duidelijk waar je een Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 20

klacht kunt indienen'. Slechts ééntiende (9%) van de gebruikers van een straattaxi vindt dan ook dat er voldoende informatie is over de klachtenprocedure.

Ruim een kwart (28%) van de straattaxigebruikers zou het op prijs stellen als het mogelijk was een klacht anoniem in te dienen. Binnen het contractvervoer vinden taxigebruikers dit duidelijk minder belangrijk (13% zegt liefst anoniem te willen klagen).

11 | Attitude over het klachtenproces ­ percentages (helemaal) mee eens

In taxi moet duidelijker worden 70 aangegeven waar te klagen 67 Klachtenprocedure is ingewikkeld 46 36
---
Kost veel moeite om te klagen 22 Ik klaag liefst anoniem 28 13 Zinvol om te klagen 25 38 Straat Klachten worden opgelost 2527 Contract Het is duidelijk waar je een klacht 18 kunt indienen 44 Taxibedrijven gaan integer en 17 betrouwbaar om met klachten 27 Klacht is snel opgelost 17 17 Voldoende informatie over 9 klachtenprocedure 26 Informatie over klachtenprocedure is 7
duidelijk 24 0 10 20 30 40 50 60 70 80 % Bron: TNS NIPO, 2007 4.3 Deel klachtindieners ervaart moeite bij indienen klacht Een kwart van de klachtindieners over een straattaxirit (25%) geeft aan dat het hen enigszins moeite heeft gekost om de klacht in te dienen, voor één op de zes (16%) kostte het zelfs veel moeite. Voor de helft (53%) van de indieners van een klacht heeft het weinig moeite gekost die klacht op de juiste plek in te dienen.

Bij contractvervoer zien we vergelijkbare percentages: bijna een kwart (22%) heeft het naar eigen zeggen enigszins moeite gekost en eveneens een kwart (24%) veel moeite. De helft (50%) geeft aan dat het hen weinig moeite heeft gekost.

Zowel voor straatvervoer (32%) als contractvervoer (30%) is het niet direct aan de telefoon krijgen van de juiste persoon de belangrijkste reden dat het indienen van de klacht veel moeite kosten. Bij straatvervoer is het voor ruim een kwart (28%) niet Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 21

duidelijk bij welk bedrijf of organisatie de klacht ingediend moest worden wat het lastig maakte. Dit speelt bij contractvervoer veel minder. Hier geeft ééntiende (10%) aan dat ze niet weten waar ze moeten klagen. Bij contractvervoer heeft 44% van de taxigebruikers andere redenen gegeven waarom een klacht indienen moeite kost. Zo ging de telefoniste niet op de klacht in, was slecht bereikbaar of was onvriendelijk. "Je wordt afgebekt en niet netjes behandeld, zelfs van de lijn af gegooid."

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 22


5 Onafhankelijke organisatie belangrijk gevonden, maar met andere rol dan huidige LKT

Slechts een klein deel van het daadwerkelijk aantal klachten in de taximarkt komt bij het Landelijk Klachtenmeldpunt Taxi (LKT) terecht, zo blijkt uit de informatie gepresenteerd in hoofdstuk 1. In dit hoofdstuk gaan we in op de bekendheid en attitude van taxigebruikers ten opzichte van het LKT.

5.1 Bekendheid LKT zeer beperkt
Van alle taxigebruikers is slechts 5% bekend met het LKT. Als zij er al mee bekend zijn, komt dit vooral doordat zij er iets over gelezen, gehoord of gezien hebben in de media.

5.2 Taxigebruikers stellen bemiddelende organisatie op prijs Bijna negen op de tien (87%) gebruikers van een straattaxi en acht op de tien (81%) gebruikers van een contracttaxi zeggen dat zij het belangrijk vinden dat er een onafhankelijke organisatie bestaat die helpt bij het indienen en oplossen van klachten.

Tweederde (69%) van de gebruikers van een straattaxi en ruim de helft (54%) van de gebruikers binnen het contractvervoer, is van mening dat het LKT helpt bij het indienen en oplossen van klachten. Van de taxigebruikers die het LKT voor dit onderzoek niet kenden, zegt ruime tweederde (70%) er misschien of zelfs zeker gebruik van te maken als ze een klacht zouden hebben.

5.3 Maar: verwachtingen LKT komen niet overeen met huidige functie
De verwachtingen van taxigebruikers over wat het LKT doet, komen echter niet overeen met de functie die het LKT op dit moment daadwerkelijk heeft.

Gevraagd naar de redenen waarom men vindt dat het LKT helpt is het meest opvallend dat taxigebruikers een meer inhoudelijke rol verwachten dan het LKT op dit moment heeft. In de beeldvorming van taxigebruikers is het LKT waardevol omdat het een onafhankelijke en betrouwbare organisatie is, die druk kan uitoefenen op taxibedrijven en taxibedrijven dwingt om contact op te nemen en klachten op te lossen, die indien nodig inhoudelijke uitspraken doet over de klacht, eventueel bedrijven aanspreekt als zij teveel klachten krijgen of de kwaliteit van taxibranche transparant maakt door het verstrekken van publieke informatie over klachten. Een greep uit de redenen die mensen noemen waarom het LKT helpt bij het indienen en oplossen van klachten:

"De druk die wordt uitgeoefend op de taxibedrijven werkt meestal positief." Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 23

"Het is een landelijke organisatie, die heeft wat meer zeggenschap." "Het LKT is een bemiddelaar, dus er is duidelijk aangegeven waar de klacht heen gaat en dat hij behandeld wordt."
"Zij zijn een anonieme organisatie die er wel iets mee doen omdat het hun eigen bedrijf niet is."
"Tussenpersoon kan klachten vaak verduidelijken en klanten beter te woord staan." "Taxibedrijven worden op deze manier aangesproken op hun falen. Mochten er teveel klachten over één bedrijf binnenkomen, neem ik aan dat het LKT hiervan (publiekelijk) melding maakt."

Naast het veel voorkomende beeld van een inhoudelijk ondersteunende en bemiddelende organisatie, noemt men een aantal voordelen die wat dichter bij de huidige functie van het LKT liggen. Men roemt bijvoorbeeld de laagdrempeligheid en het feit dat er dan een duidelijke organisatie is waar je met je klacht heen kunt. Een klein deel van de taxigebruikers vindt dat de waarde van het LKT schuilt in een soort buffer waardoor het minder eng wordt voor mensen om een klacht in te dienen. Ook verwacht men dat door tussenkomst van het LKT taxibedrijven serieuzer met klachten omgaan. Voor sommigen is het minder rompslomp om het LKT in te schakelen: "Er is nu één punt waar ik terecht kan, ik hoef dan niet het aparte bedrijf op te zoeken en uit te zoeken hoe het indienen van een klacht daar gaat." "LKT kan helpen om je klacht onder woorden te brengen."

Degenen die het LKT niet waardevol vinden, noemen vooral als reden dat zij liever direct met het taxibedrijf willen.
"Direct contact met het bedrijf lijkt me simpeler en werkt sneller." "Je kunt net zo goed het taxibedrijf zelf informeren." "Via het klachtenmeldpunt kom je toch weer bij het bedrijf terecht waartegen je een klacht hebt ingediend."

Sommigen zien de bottleneck bij de beschikbaarheid van informatie over de taxi. "Wanneer heb je nu de gegevens van de wagen? Of wanneer denk je aan het opnemen van die gegevens? Tegen de tijd dat je je gerealiseerd hebt dat je het kenteken van de wagen moet hebben is die al lang om de hoek verdwenen."

"Ik heb er één keer contact gehad mee gehad maar ik heb er nooit meer wat van gehoord. Maar dat kwam omdat ik het nummer van de taxi in kwestie niet kon geven. Dan doen ze niks!"

Sommigen zien vooral een meer inhoudelijk bemiddelende rol weggelegd voor een organisatie als het LKT waarbij je in tweede instantie terecht kunt als je er met het bedrijf niet uitkomt.
"Het LKT is alleen een doorgeefluik. Rare methode. Je moet in mijn ogen de klacht eerst op de plek zelf (taxibedrijf) indienen. Lukt dat niet, dan een onafhankelijk iemand die de klacht bekijkt."
"Het helpt volgens mij niet omdat zij niet de gehele klacht afhandelen en uitspraak doen."
Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 24

5.4 Stakeholders: LKT komt niet tegemoet aan meest essentiële drempels
Uit de consultatie van stakeholders blijkt dat velen van hen vraagtekens plaatsen bij de huidige functie van het LKT. Het lost in hun ogen de meest belangrijke belemmeringen bij het indienen van klachten niet op.

De belangrijkste belemmering die men noemt bij het indienen van klachten, is het ontbreken van de gegevens van de taxi die men gebruikt heeft. Met name de stakeholders die opkomen voor de belangen van consumenten pleiten daarom voor maatregelen die gericht zijn op het beter informeren van en verstrekken van informatie aan taxigebruikers. Het belangrijkste probleem is in hun ogen vooral de beschikbaarheid van informatie over de klachtenprocedure in de taxi en op het moment dat de taxigebruiker uit de taxi is gestapt. Een van de gesprekspartner verwoordt het als volgt: "Je moet het beter aan de `voorkant' regelen, als dat niet goed is geregeld heeft het geen zin om de `achterkant' (het klachtenproces, red.) in te richten."

Sommigen noemen als oplossingen het verstrekken van informatie in de taxi, verplicht meegeven van bonnetjes of een formulier dat in de taxi ligt en dat men mee kan nemen. Weerstand tegen deze maatregelen kan verwacht worden uit de branche zelf. Zij geven duidelijk aan niet `te zitten wachten' op nog meer informatie: "de taxi hangt al vol met allerlei formulieren, kaarten en stickers, daar moet niet nog meer bij komen." De boordcomputer, voorzien van de functie dat automatisch bonnen worden gegenereerd met daarop contactgegevens over het bedrijf en eventueel het LKT, zien enkelen als een welkome verbetering om de problematiek van beschikbaarheid contactgegevens op te lossen.

Een andere belangrijke belemmering die men noemt is dat de chauffeur soms `onderdeel van het probleem is'. Hierdoor kan het moeilijk zijn voor consumenten om contact te zoeken met het betreffende bedrijf in het geval van een klacht. Ook hiervoor biedt het LKT in de huidige vorm geen oplossing. Tot slot benoemt men de bekendheid van taxigebruikers met het bestaan van het LKT als een probleem.

Taxicentrales geven aan dat zij taxigebruikers soms doorverwijzen naar het LKT. Dit doen zij in het geval taxigebruikers bij hen een klacht willen indienen, maar de centrale niet met zekerheid kan vaststellen (of de klant niet kan aantonen) dat de klacht een taxi betrof die is aangesloten bij de centrale. Eén taxicentrale geeft aan dat zij het LKT soms eerder als een belemmering beschouwen dan als een versterkende organisatie: zij hebben de ervaring dat het lang duurt als een klacht via het LKT bij hen binnenkomt. Zij prefereren daarom het direct indienen van klachten door de taxigebruiker bij de centrale zodat zij sneller actie kunnen ondernemen.

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 25


6 Marktomstandigheden sterk van invloed op effectiviteit klachtenprocedures

De bestaande marktomstandigheden, - structuren en - verhoudingen hebben een belangrijke invloed op de effectiviteit van de aanwezige klachtenprocedures, zo blijkt uit de consultatieronde bij stakeholders in de taximarkt. In dit hoofdstuk gaan we eerst in op de situatie in de straatmarkt en vervolgens gaan we in op de bevindingen in de markt voor contractvervoer, waar we vooral gesprekken hebben gevoerd in het kader van leerlingenvervoer en ziekenvervoer (zorgverzekeraars).

6.1 Straatvervoer: risico's kwaliteit klachtenproces het grootst bij standplaatswerk
De aard van de straatmarkt heeft een belangrijke invloed op de werking van de klachtenprocedures, zo blijkt uit de consultatie van stakeholders. Vooral het onderscheid tussen belwerk en standplaatswerk is sterk bepalend voor de effectiviteit van klachtenprocedures.

Taxicentrales hebben wettelijk geen plicht om een klachtenregeling te hebben. De plicht en de verantwoordelijkheid voor de afhandeling van klachten ligt feitelijk bij de individuele taxiondernemer. Toch blijken taxicentrales een belangrijke schakel te vormen in het klachtenproces bij telefonisch bestelde ritten. 6.1.1 Taxicentrales zijn vindbare en aanspreekbare organisaties voor belwerk Taxicentrales vormen tot op zekere hoogte een vindbare en aanspreekbare organisatie indien taxigebruikers een klacht hebben. Zij hebben contactgegevens van de taxicentrale en bovendien is meestal vast te stellen dat zij daadwerkelijk gebruik hebben gemaakt van een taxi die is aangesloten bij de taxicentrale

Voor taxigebruikers die bij een standplaats opstappen is het verantwoordelijke bedrijf veel moeilijker te traceren. De taxicentrales geven aan dat de bewijslast bij de consument ligt, die moeten bijvoorbeeld het kenteken of centralenummer van de taxi kunnen overhandigen: indien niet onomstotelijk kan worden bewezen dat het een taxi is van de centrale houdt deze zich daar niet verantwoordelijk voor.

Een ander belangrijk voordeel van de taxicentrales is dat een taxigebruiker niet rechtstreeks geconfronteerd wordt met de taxichauffeur die, zoals we eerder hebben gezien, regelmatig onderdeel zijn van het probleem waarover een klacht wordt ingediend.

Het verstrekken van informatie op de standplaatsen kan een bijdrage leveren aan de werking van de klachtenprocedure. In Amsterdam biedt men bijvoorbeeld informatie aan op borden bij de standplaats bij het Centraal Station, waar onder meer informatie staat over klachtenprocedures, waar men terecht kan met klachten en welke informatie men Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 26

dan nodig heeft. Ook in Rotterdam overweegt men de informatievoorziening op standplaatsen uit te breiden.

6.1.2 Taxicentrales zorgen tot op zekere hoogte voor sturend kwaliteitsmechanisme (reputatie)
Een georganiseerd verband als een taxicentrale heeft als groot voordeel dat er een zeker reputatiemechanisme vanuit gaat. Taxicentrales hebben een reputatie hoog te houden, een negatief imago kan hen schaden bij het verkrijgen van taxiwerk. Dit heeft als direct gevolg dat klachten naar eigen zeggen van de centrales serieus worden genomen en aangesloten taxichauffeurs hier zo nodig op worden aangesproken. Naar zeggen van de centrales is circa eenderde van de klachten die zij binnenkrijgen van taxigebruikers gegrond. Veelal wordt het bedrijf dat de taxirit heeft verzorgd benaderd voor eventuele uitleg en indien nodig nodigt men de taxichauffeur op het kantoor van de centrale uit.

Overigens wil dit niet zeggen dat in de ogen van taxigebruikers klachten over telefonisch bestelde ritten altijd naar tevredenheid worden opgelost. Zo blijkt uit het consumenten- onderzoek dat er tussen klachten die gaan over telefonisch bestelde ritten en ritten vanaf een standplaats weinig verschil zit in de tevredenheid over de klachtafhandeling en de mate waarin gebruikers vinden dat klachten zijn opgelost. We benadrukken daarbij dat het hier gaat om een beleving van taxigebruikers, dit zegt niets over hoe klachten daadwerkelijk zijn behandeld of hoe vaak klachten daadwerkelijk gegrond zijn.

6.2 Gezien aard van de markt roep om laagdrempelige en inhoudelijk sturende organisatievorm aanwezig Evenals taxigebruikers horen we ook stakeholders de wens uiten om een organisatie te hebben die meer inhoudelijk kan sturen op het klachtenproces. In principe is de geschillencommissie hiervoor in het leven geroepen die men kan benaderen als er een geschil is met een taxibedrijven. Het aantal mensen dat met een geschil bij de geschillencommissie aanklopt is echter zeer gering. Een veel gehoorde drempel zijn de moeite en de kosten die het met zich meebrengt, die vaak niet in een reële verhouding staan tot de kosten die gemaakt zijn met een taxirit en de geleden schade.

Een belangrijk genoemd probleem is het ontbreken van een `zelfreinigend mechanisme' binnen de taxibranche, vanwege de aard van de markt. Sommige stakeholders spreken dan ook de wens uit dat er een organisatie ontstaat die zich meer inhoudelijk oriënteert op het klachtenproces in plaats van alleen een organisatie die taxigebruikers en taxibedrijven met elkaar in contact brengt.

De beelden die stakeholders hierover hebben kennen diverse reikwijdten. Sommigen zoeken naar een organisatie die meer druk uitoefent op bedrijven om klachten op te lossen en controleert of bedrijven dit doen. Het LKT vervult deze functie op dit moment slechts zeer beperkt; een klacht wordt doorgegeven aan het taxibedrijf waarbij het LKT vraagt naar een afschrift van correspondentie waaruit blijkt dat het taxibedrijf contact heeft opgenomen met de klant. Is dit na vier weken niet verkregen dan vraagt het LKT Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 27

één keer na of men dit afschrift kan ontvangen. Is vervolgens na twee weken nog niets ontvangen wordt het dossier gesloten.

Sommigen gaan verder in hun denkbeelden over een inhoudelijk sturende organisatie. Het ontbreken van voldoende sanctioneringmogelijkheden noemen zij als een belangrijk probleem bij het verbeteren van de kwaliteit van taxidienstverlening (en in dit kader het verbeteren van het klachtenproces). Zij pleiten daarom voor een organisatievorm waarbij bindende uitspraken gedaan kunnen worden binnen een geschil en waarbij tevens bedrijven aangesproken en eventueel afgerekend worden op klachten en geleverde kwaliteit. Overigens beaamt vrijwel iedereen dat sanctionering een van de meest lastige punten is om vorm te geven.

Laagdrempeligheid van een dergelijke organisatie voor de consument vinden velen een voorwaarde, ongeacht de precieze functie van een dergelijke organisatievorm. Dit betekent ten eerste dat er geen kosten aan verbonden moeten zijn voor de consument en dat bereikbaarheid eenvoudig moet zijn. Enkelen pleiten voor een duidelijk klachtenmeldpunt op gemeentelijk niveau (genoemd in het kader van de vier grote steden), omdat dit dichterbij en meer herkenbaar is voor de taxigebruiker. Sommigen gaan zover dat zij vinden dat gemeenten meer mogelijkheden moet krijgen om bedrijven aan te spreken en te sanctioneren. Anderen (vooral consumentenorganisaties, gemeenten) wijzen vooral naar de branche zelf; initiatieven voor een inhoudelijk sturende organisatievorm zouden in hun ogen door de branche zelf geïnitieerd moeten worden.

6.3 Contractvervoer: ondanks afspraken is zicht van opdrachtgevers op klachtenproces vaak beperkt Binnen het contractvervoer hebben we een aantal gemeenten en verzekeraars geconsulteerd over leerlingenvervoer respectievelijk ziekenvervoer door verzekeraars. Allereerst gaan we in op de bevindingen omtrent leerlingenvervoer/gehandicaptenvervoer en vervolgens de bevindingen uit de consultatie van enkele verzekeraars. 6.3.1 Leerlingenvervoer: afspraken vastgelegd, maar weinig controle en sturing gemeenten
Binnen het leerlingenvervoer worden afspraken ten aanzien van de klachtenprocedure meestal vastgelegd in de contracten met de vervoerder. Veelal is de afspraak dat klachten bij de vervoerder terecht komen en deze de afhandeling voor zijn rekening neemt. In de praktijk blijken klachten bij beide partijen binnen te komen.

Binnen de gemeenten die we hebben geconsulteerd spreekt men tevens vaak af dat de vervoerder de klachten en de klachtafhandeling registreert in de vorm van een logboek. Zij dienen de opdrachtgever vervolgens periodiek inzicht te verschaffen in de administratie van de klachten. In sommige gevallen krijgen gemeentes maandelijks een overzicht van het aantal ingediende klachten, de aard van de klachten en de actie ondernomen door de vervoerder. Op basis van de gesprekken die wij hebben gevoerd hebben we echter de indruk dat deze administratie in veel gevallen niet terecht komt bij Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 28

de opdrachtgever of onvoldoende gegevens bevat. De opdrachtgever heeft vervolgens weinig zicht op de omvang en aard van klachten, in hoeverre deze adequaat worden opgelost en of dit leidt tot verbetering van de dienstverlening. De sturing door opdrachtgevers op klachten en kwaliteit is daardoor soms beperkt.

Bij de keuze van deze rolverdeling speelt beschikbare capaciteit een rol: vooral kleinere opdrachtgevers hebben vaak beperkte tijd en middelen en besteden veel uit aan de vervoerder. Ook krijgen we signalen dat de beschikbare kennis en expertise soms beperkt is bij overheidsopdrachtgevers, zeker als we het vergelijken met andere typen opdrachtgevers zoals verzekeringsmaatschappijen.

In sommige gevallen is de verantwoordelijkheidsverdeling anders geregeld; de regio Den Haag is hiervan een sprekend voorbeeld. De planning en coördinatie van het leerlingen en gehandicaptenvervoer is hierdoor een combinatie van gemeenten uitbesteedt aan de Stichting Vervoer Gehandicapten. Zij zijn onder meer verantwoordelijk voor de ritplanning en de klachtenprocedure. Klachten dienen bij de stichting te worden ingediend die de klachten vervolgens in behandeling neemt, zonodig de vervoerder hierbij inschakelt en de communicatie met de klachtindiener verzorgd. Naar zeggen van de stichting is op deze manier veel sturing mogelijk en zorgt dit voor een zekere waarborg van de kwaliteit van de dienstverlening en de oplossing van klachten en onvrede. Het feit dat de stichting geen commercieel belang heeft, is naar hun zeggen een voordeel omdat ze meer oog en tijd hebben voor het belang van de taxigebruiker. Keerzijde van deze rolverdeling is de kans dat er onduidelijkheid is over ritplanningen die door de coördinerende instantie worden opgesteld en in de praktijk uitgevoerd moeten worden door de vervoerder. Dit kan als consequenties hebben dat niemand zich direct verantwoordelijk voelt voor mogelijke problemen.
6.3.2 Vervoer via verzekeraars: regie op verschillende manieren geregeld Uit de consultatie van enkele verzekeraars blijkt dat er vanuit deze partijen veel aandacht is voor de kwaliteit van het taxivervoer van verzekerden. Dit is te verklaren vanuit het commerci le belang dat verzekeraars hebben bij goed taxivervoer: zij willen immers klanten aan zich binden en op z'n minst reputatieschade voorkomen. We hebben bovendien de indruk dat de kennis en ervaringen met de inkoop van diensten op een hoog niveau ligt.

De wijze waarop de regie over het taxivervoer wordt uitgevoerd, verschilt echter. Eén partij heeft de regie duidelijk naar zich toegetrokken. Klachten komen via een centraal servicenummer binnen, die worden doorgestuurd naar de vervoerder en bij ernstige klachten eventueel in samenspraak opgenomen. Maandelijks vinden rapportages plaats. Een andere verzekeraar legt een groot deel van de regie juist bij de vervoerder. Zij hebben contracten met 500 vervoerders door heel Nederland. Taxigebruikers dienen klachten in eerste instantie bij de vervoerder in te dienen. Met betrekking tot de klachtenprocedure is afgesproken dat elk bedrijf een administratie bijhoudt inclusief correspondentie met klachtindieners. Op verzoek van de verzekeraar dient elke vervoerder deze te kunnen overleggen. Steekproefsgewijs is dit gebeurd, waarbij bleek dat een aanzienlijk aantal vervoerders slechts een gebrekkige administratie van de Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 29

klachten overhandigde. Kortom, zicht op klachten en klachtafhandeling ontbreekt vooralsnog bij deze verzekeraar.

Een probleempunt, genoemd door een verzekeraar, is het ontbreken van uniformiteit in de klachtenprocedures. Afspraken verschillen van bedrijf tot bedrijf en van verzekeraar tot verzekeraar. Dit schept onduidelijkheid en brengt extra lasten met zich mee voor vervoerders. Bij het aanbrengen van uniformiteit zou bijvoorbeeld een brancheorganisatie als Zorgverzekeraars Nederland een rol kunnen spelen.

Een ander punt dat is genoemd, is het ontbreken van mogelijkheden tot sanctionering. Men geeft aan dat het vooralsnog moeilijk is om hiervoor duidelijke richtlijnen af te spreken, hoewel in sommige gevallen wel bonus/malus regelingen zijn afgesproken. Het machtsevenwicht tussen verzekeraars en vervoerders spelen bij dit punt een rol: mede door de toenemende schaalgrootte aan de aanbodzijde van de taxibranche, zeker op regionaal niveau, zijn opdrachtgevers steeds meer afhankelijk van één of enkele taxibedrijven.

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 30


7 Conclusie: klachten vormen in taxibranche nog geen optimaal marktinstrument om kwaliteit te sturen

Een adequate klachtenprocedure schept consumenten een sterke positie en biedt hen invloed op de kwaliteit van het aanbod. In theorie kunnen klachten daarmee een effectief instrument vormen om daar waar nodig de kwaliteit van geleverde producten en diensten te optimaliseren.

Op basis van de informatie die we hebben verzameld en gepresenteerd in dit rapport, concluderen we dat in de taxibranche klachten echter nog geen optimaal kwaliteitssturend instrument vormen. In onderstaande paragrafen gaan we in op de belangrijkste onderliggende conclusies die we trekken uit de verzamelde informatie.

7.1 Door drempels komt onvrede lang niet altijd tot uitdrukking in een klacht
Niet alle onvrede komt tot uitdrukking in klachten In totaal zijn er naar schatting zo'n 600.000 klachten over taxivervoer in Nederland die verspreid over diverse plekken terecht komen. Ruwweg zijn er ruim 25 miljoen taxiritten in het straatvervoer en bijna 50 miljoen in het contractvervoer. Dit houdt in dat in het straatvervoer circa één op de tweehonderd ritten (0,5%) leidt tot een klacht. Binnen het contractvervoer is dit één op de honderd ritten (1%). Dit lijkt echter het topje van de ijsberg als we kijken naar de mate waarin onvrede voorkomt. In het straatvervoer komt ongeveer 10% van de gevallen dat men ontevreden is over een rit, uiteindelijk in de vorm van een klacht ergens terecht. In het contractvervoer is dit percentage hoger: circa 40%. Tot op zekere hoogte is dit te verklaren doordat niet alle onvrede per definitie serieus en belangrijk genoeg zal zijn om in een klacht om te zetten. Daarnaast wordt een deel van de onvrede geuit bij de chauffeur, hoewel uit het onderzoek blijkt dat dit in beperkte mate plaatsvindt en bovendien de onvrede in weinig gevallen door de chauffeur wordt weggenomen.
Drie belangrijke drempels om klachten in te dienen Toch zien we dat voor taxigebruikers de nodige drempels bestaan om te gaan klagen. Ten eerste is het ontbreken van gegevens over de taxi een probleem, vooral in het straatvervoer. Het P-nummer of het kenteken waaraan mensen de taxi kunnen identificeren blijken in de praktijk onvoldoende hulpbiedende instrumenten. Ten tweede is een belangrijke drempel in sommige gevallen het gedrag van de chauffeur, in relatie tot het persoonlijke karakter van de dienstverlening door taxi's. Het komt voor dat taxigebruikers daardoor hun onvrede niet altijd durven te uiten of een klacht durven in te dienen. Tot slot is het vertrouwen van consumenten in een effectieve klachtafhandeling beperkt. Het imago van de sector speelt hierbij waarschijnlijk een rol. Anonimiteit lijkt overigens niet het grootste probleem te zijn om geen klacht in te dienen. Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 31

Tevredenheid over klachtafhandeling beperkt Ook als men wel een klacht heeft ingediend, is de tevredenheid over de oplossing en afhandeling hiervan beperkt. Daarbij benadrukken we dat het hierbij gaat om de beleving van taxigebruikers en niet om feitelijke/objectieve uitspraak over de wijze waarop klachten worden afgehandeld.

7.2 LKT vormt geen oplossing voor belangrijkste drempels, onafhankelijke organisatie met inhoudelijke rol wel gewaardeerd
Het aantal klachten dat bij het LKT binnenkomt is aanzienlijk lager dan het aantal klachten dat in de praktijk wordt ingediend in de branche. Enerzijds zal dit te maken hebben met de beperkte bekendheid van het LKT. Anderzijds blijkt dat het LKT, in de huidige vorm, de hiervoor genoemde drempels niet helpt oplossen. Zolang deze drempels aanwezig zijn, lijkt de toegevoegde waarde van het LKT beperkt te zijn. We bespeuren in de markt dan ook weinig vertrouwen in de effectiviteit van het LKT in de huidige vorm.

Niettemin hechten velen waarde aan een laagdrempelige, onafhankelijke organisatie die zich bemoeit met klachten. De functie die zowel consumenten als stakeholders in gedachten hebben gaat echter veel verder dan de huidige functie van het LKT: men ziet een organisatie voor zich die druk uitoefent op bedrijven, mogelijkerwijs zich inhoudelijk bemoeit met klachten en uitspraken doet. De meest verregaande variant is een organisatie die tevens in staat is om bedrijven naar aanleiding van klachten aan te spreken op de geleverde kwaliteit en eventueel sancties op te leggen. Een dergelijke initiatief zou met name vanuit de branche moeten komen, hoewel sommigen ook voor zich zien dat gemeenten (met name in de grotere steden) deze rol op zich nemen.

In principe vervult de Geschillencommissie Taxivervoer deels deze rol, maar de drempels om hierbij aan te kloppen zijn vrij hoog. Ten eerste kan men hier pas in tweede aanleg naar toe (nadat een taxigebruiker er met het taxibedrijf niet is uitgekomen), ten tweede zijn hieraan kosten verbonden die vaak niet in verhouding staan tot de geleden schade.

Overigens valt het op dat, zelfs na uitleg van de functie van het LKT, taxigebruikers andere beelden hebben bij de rol die het LKT vervult dan op dit moment daadwerkelijk het geval is. Dit laat enerzijds zien dat de wensen anders zijn dan het LKT nu doet, anderzijds toont het ook aan dat ondanks communicatie verkeerde verwachtingen over de rol van een dergelijke organisatie snel zijn gewekt. In eventuele toekomstige communicatie dient men zich hier rekenschap van te geven.

7.3 Straatvervoer: zelfsturend mechanisme ontbreekt vaak door aard van de markt, risico's grootst bij standplaatswerk Een adequate werking van een klachtenprocedure is in deze tak van sport verreweg het moeilijkst te realiseren: de drempels om te klagen zijn groot en de omstandigheden in de Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 32

markt bieden veel minder prikkels voor een goede opvolging van klachten dan in andere deelmarkten van de taxibranche. Dit is met name het geval voor het standplaatswerk, waar de rol van taxicentrales doorgaans beperkt is. Gegeven deze omstandigheid is naar verwachting de effectiviteit van maatregelen rondom de klachtenregeling in deze deelmarkt beperkt.

7.4 Binnen contractvervoer (leerlingenvervoer/ziekenvervoer) soms nog weinig sturing op klachtenproces
De implementatie van klachtenregelingen verschilt in het contractvervoer van geval tot geval. Vooral binnen het vervoer dat door lagere overheden wordt aanbesteed, is sturing en controle op het klachtenproces soms beperkt. Zicht op omvang, aard en afhandeling van klachten ontbreekt regelmatig, ondanks afspraken die hierover contractueel met vervoerders worden gemaakt. Binnen het vervoer dat wordt aanbesteed door verzekeraars lijkt men meer aandacht, capaciteit en expertise hiervoor te hebben, hoewel men daar ook tegen de nodige problemen aanloopt qua sturing en controle. Dit lijkt met name het geval als verantwoordelijkheden rondom het klachtenproces worden gedelegeerd aan de vervoerder.

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 33


8 Oplossingsrichtingen

In dit hoofdstuk presenteren we een aantal oplossingsrichtingen gericht op de effectiviteit van klachten als kwaliteitssturend instrument.

8.1 Drempels slechten: beschikbaarheid gegevens taxibedrijf vergroten
Eén van de oplossingsrichtingen is het vergroten van de beschikbaarheid van gegevens, vooral binnen het straatvervoer. Men kan dan denken aan het verplicht stellen van het verstrekken van bonnen of het verplichten van formulieren die gebruikers kunnen meenemen in de taxi. Dergelijke maatregelen zullen naar verwachting echter op veel weerstand stuiten in de branche. De boordcomputer kan een goed hulpmiddel zijn, indien deze voorziet in het uitdraaien van bonnen met contactgegevens van het taxibedrijf.

8.2 Inrichten laagdrempelige onafhankelijke organisatievorm met inhoudelijke taak in klachtenproces
De toevoegde waarde van het LKT is op dit moment zeer beperkt. Zolang de in deze rapportage benoemde fundamentele belemmeringen in het klachtenproces blijven bestaan, zien wij voor de komende jaren weinig potentie voor het LKT in de huidige vorm. De vraag is dan ook of de investeringen hierin in een acceptabele verhouding staan tot de baten.

Een alternatief is om de mogelijkheden tot een andersoortige organisatievorm te onderzoeken, waarbij verschillende varianten mogelijk zijn. Bijvoorbeeld een organisatie die een bemiddelende rol speelt tussen bedrijven en taxigebruikers, eventueel uitspraken doet of die bevoegdheden heeft om druk uit te oefenen op bedrijven (consumentenautoriteit). Het verdient daarbij aanbeveling om te kijken naar een meer laagdrempelige organisatievorm dan de Geschillencommissie Taxivervoer nu is.

Een mogelijke optie is om gemeenten in de grotere steden van Nederland een grotere rol te laten vervullen in het klachtenproces. Dit kan bijvoorbeeld door het inrichten van klachtenmeldpunten bij deze gemeenten. Een belangrijk voordeel hiervan is dat dit dichter bij de consument staat, hetgeen bijdraagt aan de toegankelijkheid om te klagen en bovendien het vertrouwen in het klachtenproces toe kan laten nemen. We willen in dit verband wijzen op de initiatieven die worden genomen om `stadskeurmerken' te ontwikkelen. Niet alleen in Amsterdam of de andere grote steden is dit het geval, ook in bijvoorbeeld Eindhoven lopen op dit vlak initiatieven.

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 34

8.3 Contractvervoer: stimuleren regie bij opdrachtgevers

Meer regie aan opdrachtgeverszijde in het contractvervoer kan bijdragen aan een effectievere klachtenprocedures en waarborging van de kwaliteit van het taxivervoer. We denken dan vooral aan een centrale sturing vanuit opdrachtgeverszijde op ritplanningen en het klachtenproces. De capaciteit, kennis en expertise bij opdrachtgevers (met name bij lagere overheden) is daarbij een aandachtspunt.

Inspanningen van het ministerie zouden zich kunnen richten op uniformering van klachtenprocedures in het contractvervoer, hetgeen voor zowel opdrachtgevers en vervoerders meer duidelijkheid kan scheppen en de administratieve lastendruk kan doen verminderen. Wellicht is de inrichting van een landelijk klachtenmeldpunt voor het contractvervoer een optie. Bij dit soort initiatieven ligt overigens samenwerking met brancheorganisaties voor de hand.

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007 | 35

Bijlagen

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007

Bijlage 1 Onderzoeksverantwoording consumentenonderzoek

Voor de consultatie van taxigebruikers hebben we een representatief onderzoek uitgevoerd onder de Nederlandse bevolking (en in het bijzonder taxigebruikers). Dit onderzoek is in twee fasen uitgevoerd:

1. Screening van een representatieve steekproef van circa 85.000 Nederlanders
· Screening op:
o Wel of geen taxigebruik (inclusief frequentie) o Wel eens onvrede geuit bij chauffeur o Wel eens klacht ingediend (zie inleiding voor gehanteerde definitie)
· Bij de screeningsvragen is onderscheid aangebracht tussen straatvervoer en contractvervoer. De periode waarnaar is gevraagd betreft de afgelopen 12 maanden (voorafgaand aan het invullen van de vragenlijst). De screening is in mei 2007 uitgevoerd.

· Steekproefbron is TNS NIPObase. De uitkomsten zijn herwogen op de traditionele socio-demografische kenmerken (geslacht, leeftijd, opleiding, gezinsgrootte en regio).


2. Hoofdonderzoek onder circa 1.000 taxigebruikers Voor het hoofdonderzoek zijn in totaal circa 1.000 taxigebruikers ondervraagd aan de hand van een 15 minuten durende vragenlijst die respondenten via hun eigen computer hebben ingevuld. Hiervoor hebben we gebruik gemaakt van Computer Assisted Self Interviewing (CASI). Het hoofdonderzoek in begin juni 2007 uitgevoerd.

Voor de samenstelling van de steekproef is gebruik gemaakt van de resultaten uit de screening. De disproportionele steekproef bestaat uit de volgende netto-aantallen:
12 | Netto steekproef aantallen

Straatvervoer Contractvervoer Wel eens klacht ingediend 156 196 Wel eens onvrede geuit bij 210 231 chauffeur
Overige taxigebruikers

Om een representatief beeld te krijgen voor alle taxigebruikers zijn de uitkomsten op celniveau herwogen naar de ideaalcijfers uit de screening. Tevens is gestratificeerd en herwogen naar frequentie van taxigebruik.

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007

Bijlage 2 Geraadpleegde stakeholders

Aan de consultatie van stakeholders hebben de volgende organisaties en personen hun medewerking verleend:

· Gemeente Amsterdam (Ronald Hendriks)

· Gemeente Rotterdam (Alwin Bakker)

· Gemeente Utrecht (dhr. Pas)

· Gemeente Eindhoven ( J. van Leeuwen)

· Gemeente Den Haag (Roberto Mahadewsing)
· Gemeente Alphen a/d Rijn (Anneke Le Rütte)
· Gemeente Kampen (M. Zwaveling)

· Gemeente Assen (Dhr. Lijster)

· Gemeente Almere (Dhr Dodewaard, zorgvervoer)
· Gemeente Almere (Dhr Van der Pol, leerlingenvervoer)
· Gemeente Purmerend (Mevr. Kleinepier)

· Connexxion (Edward Elvers)

· IVW (Rob van Duijn)

· RTC (Sjaak de Winter)

· HTMC (Mevr. R. de Roode en dhr. Krul)

· TCA (Erwin van der Heijden)

· CZ Zorgverzekering (Marietta Beckers)

· Achmea (Jan Horstman)

· Rover (Theo van Eck)

· Consumentenbond (Henk Verhagen)

· Schiphol (Harold Bresser)

· KNV (Hubert Andela)

· SVG (regio Den Haag)

· Stadsmobiel Amsterdam (Henny van Haren)
· Geschillencommissie Taxivervoer (Mevr. Van der Linden)

Evaluatie klachten- en geschillenregeling taxivervoer Nederland | Z1921 | © TNS NIPO Consult | 20 juli 2007