Beantwoording vragen Recht door Zee over veiligheid Gat van Nederland
1. Is het juist dat op 20 maart 2001 een gebruiksvergunning voor de
bovenverdieping van het Gat van Nederland is afgegeven (na diverse
aanpassing van bouwkundige aard) waarin was opgenomen dat niet meer
dan 150 personen op de bovenverdieping aanwezig mochten zijn?
Antwoord: Ja, aan het Gat van Nederland is op 19 maart 2001 op basis
van de bouwkundige samenstelling en indeling van dit bouwwerk op dat
moment een gebruiksvergunning verleend voor gebruik van het bouwwerk
aan de Brugstraat 6/8 in Volendam. Aan het gebruik is de beperking
opgelegd, dat tegelijkertijd 380 personen aanwezig mogen zijn, 230
personen op de begane grond en 150 personen op de eerste verdieping.
2. Is het juist dat in de begeleidende brief bij bovengenoemde
vergunning was gesteld dat een nog voorgenomen bouwkundige aanpassing
niet zou leiden tot een verdere verhoging van het toe te laten aantal
personen?
Antwoord: Ja, deze voorgenomen bouwkundige aanpassing had namelijk
slechts betrekking op het verplaatsen van het vluchttrappenhuis aan de
achtergevel. Deze ingreep had op zichzelf geen invloed op het
verruimen van het aantal toe te laten personen.
3. Is het juist dat in mei 2001 per brief van het college van b&w
toestemming is verleend om in tegenstelling hiermee het aantal toe te
laten personen op de bovenverdieping te verhogen naar 180 personen?
Antwoord: Ja, als gevolg van vergroting van de vluchtwegcapaciteit
(verbreding vluchtdeur) en vrije gebruiksoppervlakte (kleine wijziging
portaal) is de in de gebruiksvergunning van 19 maart 2001 opgelegde
beperking ten aanzien van het aantal toe te laten personen op de
eerste verdieping verruimd naar maximaal 180
4. Is het juist dat uw college op 27 april 2005 een nieuwe
gebruiksvergunning heeft afgegeven waarin het aantal toe te laten
personen op de bovenverdieping naar 160 personen werd verlaagd?
Antwoord: Ja. Door de eigenaar van het Gat van Nederland werd een
nieuwe gebruiksvergunning aangevraagd. Als gevolg daarvan is
veiligheidssituatie opnieuw getoetst en beoordeeld op basis van de op
dat moment geldende inzichten in een situatie als bij t Gat (m.n. het
aspect meerlaagse horeca). Wat die strengere inzichten betreft geldt
in het bijzonder dat bij de berekeningsmethodiek meer de nadruk is
komen te liggen op die van bruto-netto gebruiksoppervlakte (i.p.v. sec
op basis van bijlage 3 van de Bouwverordening). Daarnaast was
inmiddels in het Bouwbesluit regelgeving geïmplementeerd mbt de
doorstroom/ en opvangcapaciteit van (vlucht)trappen, alsmede de
brochure vluchten bij brand. Dit leidde tot de afgifte van een nieuwe
vergunning aan de eigenaar van het Gat van Nederland. Als gevolg
hiervan in relatie tot de op dat moment bestaande bouwkundige
samenstelling en indeling van het betrokken horecapand is de beperking
met betrekking tot het aantal maximaal gelijktijdig toe te laten
personen op de verdieping nader bepaald op 160 personen.
5. Is het juist dat op 19 juli 2005 deze vergunning weer werd
ingetrokken en het aantal toe te laten personen daardoor weer werd
verhoogd tot 180 personen?
Antwoord: Ja, omdat er in het betrokken horecapand qua inrichting
namelijk weer een nieuwe situatie was ontstaan. Die bestond uit
verbeteringen in de vorm van verkleining van de barren, een
vluchttrappenhuis extra en het vastzetten van de barkrukken. Daardoor
was de grondslag waarop de nieuwe gebruiksvergunning was verleend,
weer veranderd en is deze gebruiksvergunning van 27 april 2005 op 21
juli 2005 ingetrokken. Als gevolg hiervan bleef de van 2001 daterende
gebruiksvergunning van kracht, die 230 personen op de begane grond en
180 personen op de eerste verdieping toestaat.
6. Is het Juist dat Het NIBRA (het Nederlands Instituut voor
Brandweer en Rampenbestrijding) op 3 april 2006, na een
controleberekening op basis van de tekeningen behoren bij de op dat
moment geldende bouwvergunning, tot het advies kwam dat het niet
veilig was om meer dan 90 personen toe te laten tot de bovenverdieping
van het Gat van Nederland?
Antwoord: Als gevolg van aanhoudende verzoeken om verruiming van het
aantal toe te laten personen, alsmede vanwege weer een aanvraag om een
nieuwe (veel ruimere) gebruiksvergunning is door de gemeente
hieromtrent het advies van het NIBRA gevraagd, gericht op de nieuwe
aanvraag. De Nibra heeft normaal gesproken geen adviestaak in
dergelijke gevallen, maar bij wijze van uitzondering heeft men zich
hiertoe bereid verklaard. Ons college is door het Nibra geadviseerd de
aangevraagde verruiming te weigeren en kwam zelfs met een advies om in
de bestaande situatie het aantal toe te laten personen op de eerste
verdieping te bepalen op 90. Tevens werden in het advies van het Nibra
(bouwkundige) oplossingen aangereikt om wel tot het aantal van 180
personen, op de eerste verdieping, te kunnen komen.
In reactie op het NIBRA-rapport is door de ondernemer/exploitant van
het Gat van Nederland een (contra) expertise rapport overlegd van een
gerenommeerd adviesbureau (DGRM bouw BV), waarin de opmerkelijke
conclusie werd getrokken dat op de eerste verdieping maar liefst 286
(!) personen zouden kunnen worden toegelaten. Dit enorme verschil
aantal personen illustreert het multi-interpretabele karakter van de
geldende regelgeving, wat vooral zijn oorzaak vindt in het feit dat
het hier gaat om meerlaagse horeca en het ontbreken van echte keiharde
normen. Hierbij moet wel worden aangetekend, dat het NIBRA haar advies
heeft gebaseerd op verouderde tekeningen. Het Nibra-advies
correspondeerde daarmee dus niet met de werkelijke situatie.
Niettemin, mede omdat de exploitant de hogere getallen mogelijk
juridisch wilde afdwingen, hebben wij de exploitant naar aanleiding
van het Nibra-advies bij brief van 21 mei 2006 bericht voornemens te
zijn de nieuw aangevraagde gebruiksvergunning te weigeren. Daarbij is
tevens aangegeven welke aanpassingen (geadviseerd door het Nibra)
gerealiseerd zouden moeten worden om op de eerste verdieping maximaal
180 personen toe te laten. Omdat kort daarna bleek dat de aanpassingen
- door het Nibra geadviseerd om tot het aantal van 180 personen te
komen - reeds waren aangebracht door de onderhavige
ondernemer/exploitant, hebben wij oude gebruiksvergunning (180
personen toelatend op de eerste verdieping) gehandhaafd, althans niet
ingetrokken. Wel hebben wij de aanvraag om de nieuwe
gebruiksvergunning, gericht dus op een nog groter toe te laten aantal
personen, ondanks het rapport van DGMR (286 personen) geweigerd. Tegen
deze weigering is overigens bezwaar gemaakt door de exploitant.
Op 15 juni 2006 is, aansluitend op weer nieuwe aanpassingen aan het
pand, bestaande uit uitbreiding van vluchtcapaciteit op de begane
grond en het creëren van een onafhankelijke vluchtweg vanaf de
verdieping opnieuw een nieuwe gebruiksvergunning aangevraagd. Deze is
eveneens geweigerd (op 11 april 2007), omdat het gewenste gebruik in
relatie tot de gevraagde bezoekersaantallen (400 personen op de begane
grond en 195 boven), ondanks de aangebrachte feitelijke verbeteringen,
door ons niet verantwoord werd geacht. De inmiddels veranderde
bouwkundige situatie en de indeling van het pand vormde echter zeker
geen reden de geldende gebruiksvergunning, die zoals al eerder gesteld
maximale bezoekersaantallen van respectievelijk 230 en 180 personen
toestaat, in te trekken.
We moeten ons hierbij overigens ook realiseren dat het niet zo is, dat
steeds wanneer tussentijds (de interpretatie van) regelgeving wordt
aangescherpt de bestaande vergunningen ook direct kunnen worden
aangepast. Daarnaast willen wij opmerken dat de betreffende ondernemer
de veiligheid in het betrokken horecapand, ook vóór het überhaupt
kunnen verkrijgen van de gebruiksvergunning in 2001, al sterk heeft
verbeterd, maar ook nadien (zoals uit het voorgaande blijkt) diverse
maatregelen heeft getroffen.
7. Is het juist dat uw college op of omstreeks 21 mei 2006 een
brief schreef aan het Gat van Nederland waarin u aankondigde dat u (op
basis van het NIBRA rapport) zou overgaan tot het neerwaarts aanpassen
van het toe te laten aantal personen?
Antwoord: Ja, als onderdeel van de toen lopende procesgang. Verwezen
wordt naar het uitvoerige antwoord op de vorige vraag.
8. Is het juist dat uw college deze brief ongeveer een week voor
de kermis van 2007 heeft laten volgen door een brief waarin het aantal
toe te laten personen op de bovenverdieping van het Gat van Nederland
werd beperkt tot 145 personen?
Antwoord: Ja. In aansluiting op onze brief van 11 april 2007 hebben
wij, naar aanleiding van weer een nieuwe aanvraag voor een
bouwvergunning, wederom gericht op een vergroting van het toelaatbare
aantal personen in het betrokken pand een nieuw onderzoek laten doen
naar het aantal toe te laten personen in het Gat van Nederland op
basis van de meest actuele inzichten en normen en de bestaande
bouwkundige situatie en indeling. De Nibra was hiertoe niet bereid,
onder verwijzing naar de wettelijke taak en expertise op dit gebied
van gemeentelijke en regionale brandweer (i.c. brandweer Zaanstad).
Vervolgens heeft de regionale brandweer advies uitgebracht. Op basis
van dit advies van de Regionale brandweer hebben wij de
gebruiksvergunning van 19 maart 2001 en de aanvulling daarop van 7 mei
2001 gewijzigd in deze zin, dat aan het gebruik de beperking wordt
opgelegd dat tegelijkertijd maximaal 445 personen in het Gat van
Nederland aanwezig mogen zijn, waarvan maximaal 300 personen op de
begane grond en 145 personen op de eerste verdieping. Kort daarna is
er nog een kleine correctie in de berekening aangebracht, die uitkwam
op 154 personen op de bovenverdieping. Omdat het normenkader, zoals
uit het voorgaande moge blijken, heel veel ruimte biedt voor
interpretatie en wij uitgaan van het voorzichtigheidsbeginsel, hebben
we -mede met het oog op de naderende kermis- het aantal op 445
gehandhaafd (300 beneden, 145 boven). De ondernemer heeft hiertegen
geen bezwaar gemaakt en heeft per direct het gebruik aangepast aan
deze getallen.
9. Was het gezien de berekeningen van het NIBRA wel veilig
vertoeven voor de maximaal 180 toe te laten personen op de
bovenverdieping van het Gat van Nederland?
Antwoord: Ja, want zoals uiteengezet onder vraag 7, was het
Nibra-advies gebaseerd op een niet met de werkelijke situatie
overeenkomende tekening. Tevens was de veiligheidssituatie
overeenkomstig het Nibra-advies al door de ondernemer/exploitant
verbeterd. En tegelijkertijd was er het veel ruimere rapport van DGMR
met 286 toelaatbare personen.
10. Is het juist dat in de periode Maart 2001 tot September 2007
vanwege het gemeentebestuur of de politie herhaalde malen is
geconstateerd dat veel meer dan 180 personen aanwezig waren op de
bovenverdieping van het gat van Nederland?
Antwoord: Sinds 2002 vinden er wekelijks horecacontroles plaats,
uitgevoerd door de politie en de brandweer. In opdracht van de
burgemeester wordt sinds 2005 ook periodiek door functionarissen in
burger gecontroleerd. Gedurende deze controles wordt o.a. toezicht
gehouden op de voorwaarden die in de gebruiksvergunning zijn opgenomen
en vinden tellingen plaats. Enkele malen is op deze wijze
geconstateerd dat het maximaal toe te laten personen, waaronder in t
Gat, werd overschreden. In die gevallen zijn direct adequate
handhavingsmaatregelen genomen en sancties toegepast, voor de laatste
keer resulterend in een opgelegde weekendsluiting, in maart 2006.
11. Is het juist dat er rapportages zijn waarin wordt vastgesteld dat
er minimaal 260 maar mogelijk veel meer personen aanwezig waren op de
bovenverdieping van het Gat van Nederland?
Antwoord: Zie ook het voorgaande antwoord. Er is enkele malen (tussen
2001 en december 2006 een overschrijding van het bezoekersaantal
geconstateerd. Hierop is bestuursdwang toegepast. Een dergelijke
overschrijding is voor de laatste maal december 2006
voorgevallen. Daarop is een aanschrijving verstuurd. Hierna heeft geen
nieuwe constatering van een overschrijding plaatsgevonden.
12. Is het juist om dat een levensgevaarlijke situatie te noemen?
Antwoord: Een dergelijke overschrijding is uit veiligheidsoogpunt
volstrekt onaanvaardbaar. Zoals bij vraag 10 aangegeven zijn hier door
de burgemeester resp. het college handhavingmaatregelen getroffen. Dit
was mede aanleiding om deze arbeidsintensieve controles bij de
horecabedrijven te handhaven.
Gemeente Edam-Volendam