Kamerbrief inzake het verzoek van de Vaste commissie voor BZ over de
voortgang van de statusonderhandelingen over Kosovo
10-10-2007 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken
Naar aanleiding van het verzoek d.d. 27 september 2007 van de Vaste
commissie voor Buitenlandse Zaken van uw Kamer te worden geïnformeerd
over de voortgang van de statusonderhandelingen over Kosovo en marge
van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, bericht ik u
graag als volgt.
Ik breng in herinnering dat jonstleden juli een driemanschap (Trojka)
is benoemd door de Contactgroep voor Kosovo, teneinde een nieuwe ronde
van onderhandelingen tussen de partijen te faciliteren. De
Contactgroep zal op 10 december a.s. verslag uitbrengen aan de
Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties over de resultaten
hiervan.
Op 28 september jl. voerden Serviërs en Kosovaren voor het eerst in de
hu idige ronde van onderhandelingen gezamenlijk besprekingen, zij het
dat het woord via de Trojka tot elkaar werd gericht. De sfeer was
relatief goed, maar inhoudelijk deden partijen weinig meer dan het
herhalen van standpunten. De Trojka riep met name Servië op om meer
flexibiliteit te tonen, zonder daarbij in detail te treden. Deze
bijeenkomst leverde geen nieuwe ideeën op.
De ministers van de Contactgroep, bijeen op 27 september jl., hebben
de opdracht van de Trojka enigszins gewijzigd, door van de Trojka in
het vervolg niet alleen maar facilitatie van het proces maar ook het
opwerpen van innovatieve ideeën te vragen. Er is geen sprake van dat
door één of meerdere leden van de Contactgroep nu reeds formeel is
besloten na een eenzijdige Kosovaarse onafhankelijkheidsverklaring
over te gaan tot erkenning van Kosovo, al hebben enkele regeringen al
wel publiekelijk laten doorschemeren waar hun voorkeur ligt, mochten
de onderhandelingen tot niets leiden. Met name in de periode tot 10
december zal de Contactgroep niettemin al het mogelijke doen om de
onderhandelingen tot een succes te maken. Gehoopt wordt dat een
succesvolle uitkomst wordt bereikt, daar de hiervoor genoemde signalen
indiceren dat de EU en NAVO op een eenzijdige
onafhankelijkheidsverklaring niet eensgezind zullen reageren, hetgeen
een onwenselijke zaak zou zijn.
Bijgevoegd zijn de verklaringen die naar aanleiding van deze
bijeenkomsten in New York zijn uitgegeven. De partijen kwamen overeen
op 14 oktober a.s. in Brussel hun directe besprekingen onder auspiciën
van de Troika voort te zetten.
De kwestie Kosovo is verder ook ter sprake gekomen in enkele andere
EU- en NAVO- gerelateerde bijeenkomsten en marge van de Algemene
Vergadering. Daarbij kwamen geen nieuwe inzichten naar voren. In de
ministeriële EU-RF bijeenkomst bleek Rusland te blijven insisteren op
een consensuele oplossing als basis voor een
VN-Veiligheidsraad-resolutie. In een bilaterale ontmoeting op 27
september jl. spraken minister-president Balkenende en ik voorts met
de Servische president Boris Tadic. Tijdens dit gesprek hebben wij
nogmaals het belang van een tijdige oplossing van de kwestie Kosovo
over het voetlicht gebracht. President Tadic wees op de mogelijk
desastreuze gevolgen van onafhankelijkheid van Kosovo voor de
Servisch-Kosovaarse bevolking en voor de stabiliteit in Servi ë.
Voorts wees hij op de mogelijke internationale gevolgen van een
eenzijdige onafhankelijkheidsverklaring. De Servische president deed
naar eigen zeggen al het mogelijke om zijn land in te bedden in
Euro-Atlantische structuren, maar ondervindt hierbij weerstand, onder
meer uit nationalistische hoek.
Nederland vindt dat van partijen een maximale krachtsinspanning
gevergd moet worden om vóór 10 december een onderhandelde oplossing te
vinden. Thans vooruitlopen op eventuele mislukking van de
onderhandelingen vergroot de slagingskans niet. In gesprekken met mijn
collega's heb ik uitgedragen dat Nederland eventuele eenzijdige
stappen ongewenst acht. Ook huldigt Nederland het standpunt dat voor
een bijdrage aan een EU-missie c.q. het ICO (ter vervanging van
UNMIK), alsook aan KFOR, een adequaat mandaat noodzakelijk is, bij
voorkeur gebaseerd op een (nieuwe) resolutie van de
VN-Veiligheidsraad.
De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
* Ministerie van Buitenlandse Zaken
* Bezuidenhoutseweg 67
* Postbus 20061
* 2500 EB Den Haag
* Tel.: 070-3 486 486
* Fax: 070-3 484 848
* Internet: www.minbuza.nl
Ministerie van Buitenlandse Zaken