Rijksuniversiteit Groningen

Persbericht

Rijksuniversiteit Groningen / nummer 108 /23 oktober 2007

'Wie geen ongelukkige jeugd heeft gehad, moét zijn thuistaal wel mooi vinden'

Siemon Reker, fulltime en permanent hoogleraar Gronings

Siemon Reker wordt de eerste fulltime hoogleraar Gronings. In verband daarmee zal hij zijn functie als streektaalfunctionaris neerleggen. De Provincie Groningen bekostigt het grootste deel van zijn nieuwe leerstoel Groninger taal en cultuur.

De Rijksuniversiteit Groningen en de stichting J.B. Scholtenfonds stellen extra middelen beschikbaar ten behoeve van het onderzoek van de nieuwe hoogleraar.

Rekers onderzoekstaak ligt behalve in het beschrijven en verklaren van de taal, vooral ook in het vastleggen ervan, met geluidsapparatuur. Reker: 'Als we het nu niet doen, hoeft het straks niet meer. Het aantal sprekers is op zijn retour. Waar hoor je nu nog dialect? Bij de kassa in een Gronings dorp of op het voetbalveld. Maar over vijftien jaar ook daar niet meer.' Reker vindt het Gronings een mooie taal. 'Wie geen ongelukkige jeugd heeft gehad, moét zijn thuistaal wel mooi vinden.'

Het Gronings verandert

Niet alleen het aantal sprekers neemt af, maar ook ondergaat het Gronings allerlei veranderingen. Reker vindt die veranderlijkheid een boeiend fenomeen. 'De taal verandert in hoog tempo, vooral onder invloed van het standaard-Nederlands, de dominante taal. Om een voorbeeld te geven: Onder invloed van het Nederlandse "knoeien" krijgt het Groningse "knooien" een betekenis die het vroeger niet had: het betekende "hard werken", maar het is nu vooral "morsen". En "slim" was vroeger alleen maar "erg" of "zeer", maar het betekent nu "intelligent". Ik zou dus misverstanden wekken wanneer ik zei dat ik in die nieuwe aanstelling "slim" zou willen "knooien".'

Imago van de streektaal

In de jaren zestig en zeventig was de belangstelling voor dialecten minimaal. Mensen gaven hun dialect ook niet door aan hun kinderen. Men associeerde het met dom of komisch. Reker: 'Mensen die zelf uit een milieu kwamen waar dialect werd gesproken, keken er vaak op neer. Na de Tweede Wereldoorlog ontstond een sterk vooruitgangsidee en de wereld opende zich in meer dan één opzicht. Dat had een logisch gevolg in het afstand nemen van het meest nabije, de eigen taal. Streektalen vernederlandsen en worden door het Nederlands vervangen. Omgekeerd zie je soms dialectvarianten in het Nederlands opduiken, maar dan niet zelden met een bepaalde ondertoon. Ze worden vaak gebruikt om iets negatiefs uit te drukken. Het woord "onbeschoft" bijvoorbeeld komt uit de streektaal, maar betekent daar niets anders dan "onbeschaafd". Een ander voorbeeld: toen Mart Smeets in Calgary zei: "Er zitten wel 'duzend' Nederlanders op de tribune", bedoelde hij: die mensen die hier zitten zijn gek.' Tegenwoordig trekken Rekers taalcolleges elk jaar tientallen studenten. Dat is verrassend veel in de wereld van de kleine letteren. Belangstelling voor de streektaal lijkt weer te "kunnen".'

Curriculum vitae

Siemon J. H. Reker (Uithuizen, 1950) studeerde Nederlandse taal- en letterkunde. In de periode van 1975 tot 2000 werkte hij als redacteur en presentator voor de RONO/Radio Noord. Ook schreef hij veel voor het Nieuwsblad van het Noorden en bladen van de Drents Groningse Pers. In 1984 werd hij streektaalfunctionaris van de provincie Groningen. Zijn proefschrift uit 1989 heeft de titel: 'Het Groninger werkwoordsysteem en 'hoeven': synchrone verbale morfologie in verandering'. In 2001 werd hij bijzonder hoogleraar vanwege de stichting J.B. Scholtenfonds. Naast vele andere publicaties schreef hij een Gronings zakwoordenboek, waarvan tot dusver vijf drukken verschenen. Hij leidde ruim twintig leraren op die inmiddels overal in Groningen cursussen geven. Op dit moment bereidt hij een uitgave voor van tien Groningstalige literaire top-werken uit de negentiende en twintigste eeuw. Vijf daarvan zullen begin 2008 uitkomen onder de titel 'Goud Volk'.