Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Directie Natuur

De Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten Generaal


Postbus 20018

2500 EA 's-GRAVENHAGE

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum

27 juli 2007 2060722070

DN. 2007/2351 29 oktober 2007

onderwerp bijlagen

Antwoord Kamervragen over kadavers op de Veluwe

Geachte Voorzitter,

Hierbij doe ik u het antwoord toekomen op de vragen van de leden Schreijer-Pierik en Jager (beiden CDA) over kadavers op de Veluwe.


1
Hebt u kennisgenomen van het bericht dat de Veluwe momenteel bezaaid is met een recordaantal kadavers van afgeschoten dieren?1

Ja.


2
Is het waar dat het "afschotbeleid" van Natuurmomenten er toe kan gaan leiden dat er deze zomer vele duizenden gedode dieren verspreid zullen liggen op de Veluwe? Op welke gronden kiest Natuurmonumenten voor deze vorm van beheer?

Nee. In de berichtgeving is men uitgegaan van de afschotcijfers voor de gehele Veluwe. In de terreinen van Natuurmonumenten blijven sinds 2003 afgeschoten dieren in het

terrein liggen. Jaarlijks blijven daar gemiddeld 240 wilde zwijnen, 200 edelherten en
50 damherten liggen. Dit is niet veel in vergelijking met bijvoorbeeld het aantal dode broedvogels dat achterblijft in het bos. Volgens Natuurmonumenten blijven er jaarlijks naar schatting 8000 tot 12000 dode broedvogels per 100 hectare loofbos liggen. De afgeschoten edelherten, damherten en wilde zwijnen liggen wijd verspreid door het terrein, op ruime afstand van wandelpaden, op plekken waar geen mensen komen. Bovendien worden de kadavers in twee tot zes dagen vrijwel geheel door aaseters

verwijderd. Er zullen deze zomer dan ook niet vele duizenden dode dieren verspreid over de Veluwe liggen. De situatie is niet heel anders dan wanneer een dier een natuurlijke dood sterft en achterblijft in het terrein.


1 De Telegraaf, 21 juli 2007, `Veluwe bezaaid met kadavers'


3
Hebt u goedkeuring verleend aan het "afschotbeleid" van de Vereniging Natuurmonumenten? Zo ja, op welke gronden? Is het waar dat terreineigenaren in principe zelf mogen bepalen wat zij doen met de gedode dieren?

Nee, voor het achterlaten van gedode wilde dieren in de natuur is geen ontheffing nodig. Natuurmonumenten kan wat dat betreft dus eigen beleid voeren in haar terreinen. De ontheffingen voor populatiebeheer op de Veluwe worden verleend door Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland.


4
Acht u het achterlaten van dergelijke grote aantalen kadavers noodzakelijk en wenselijk ter bevordering van de biodiversiteit? Is hier studie naar verricht?

Er zijn diverse, ook buitenlandse, onderzoeken gedaan naar de rol van kadavers in het ecosysteem. Hieruit is gebleken dat het achterlaten van kadavers in de natuur een positieve bijdrage heeft voor de biodiversiteit. Verschillende soorten insecten, roofvogels en aaseters profiteren hiervan. Kadavers in het ecosysteem maken de nutriëntenkringloop sluitend. Ter bevordering van de biodiversiteit is het dus wenselijk dat ook voldoende grote dode zoogdieren aanwezig zijn in het ecosysteem.


5
Brengt het achterlaten van dergelijke grote aantallen kadavers geen veterinaire risico's met zich mee?

Op dit moment is er buiten blauwtong geen besmettelijke dierziekte aanwezig in Nederland, ook niet bij de wilde dieren. Van de kadavers op de Veluwe worden regelmatig steekproefsgewijs kadavers (10% van de dode dieren) onderzocht op aanwezigheid van besmettelijke dierziekten, zoals bij de wilde zwijnen klassieke varkenspest en aujeszky. Op enkele incidentele gevallen na (onder andere vondst van met trichinenwormen besmette zwijnen) zijn er geen zieke dieren aangetroffen. Uit studies van het Instituut voor Dierhouderij en Diergezondheid (ID-Lelystad) blijkt dat risico's die samenhangen met het achterblijven van dode dieren voornamelijk beschouwd moeten als een theoretisch risico. In de praktijk worden de risico's zeer gering geacht. De dieren die geschoten zijn op de Veluwe zijn gezonde dieren.


6
Deelt u de mening dat het achterlaten van zoveel kadavers in de natuur niet getuigt van respect voor het gedode dier en het algemeen erkende uitgangspunt van "wise use" met betrekking tot wildbeheer?

Nee. Wilde dieren zijn onderdeel van het ecosysteem en staan in verbinding met allerlei andere soorten dieren en planten, bijvoorbeeld via de voedselketen. Een kadaver dat achterblijft in de natuur, blijft binnen de nutriëntenkringloop van het ecosysteem. Hier kunnen allerlei andere soorten weer gebruik van maken. De terreinbeheerder laat de kadavers achter vanuit respect voor de natuur en natuurlijke processen.

De verschillende manieren waarop uitvoering wordt gegeven aan populatiebeheer, waarbij geschoten dieren kunnen worden geconsumeerd of achterblijven in de natuur, kunnen naar mijn mening prima naast elkaar bestaan.


7
Deelt u de mening dat het door Natuurmonumenten gevoerde beheer met betrekking tot gedode dieren en de schaal waarop dit gebeurt het draagvlak onder de bevolking voor het noodzakelijk wildbeheer onnodig aantast?

Het is aan Natuurmonumenten om het gevoerde beheer in haar terreinen goed uit te leggen aan het publiek. De dieren waar dit betrekking op heeft, zoals edelherten, reeën en wilde zwijnen, zijn niet aangemerkt als wild onder de Flora- en faunawet. Er is dus geen sprake van wildbeheer, maar van het beheer van duurzame populaties hoefdieren.


8
Deelt u de mening dat door het gevoerde beleid van Natuurmonumenten eigenlijk grote hoeveelheden hoogwaardig vlees verspild worden? Zou de verkoop van het vlees als puur eco-product niet veruit de voorkeur verdienen?

Het eten van vlees wordt in de Flora- en faunawet niet genoemd als belang op grond waarvan ontheffing kan worden verleend voor afschot. Het eerste doel van het afschot is niet het consumeren van vlees, maar het beheer van duurzame populaties.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,

G. Verburg


---- --