Gemeente De Marne


Nieuwjaarstoespraak 2008 burgemeester Stam

Dames en heren, welkom hier, op deze derde dag van het jaar 2008. Namens het gemeentebestuur van De Marne wens ik u en uw naasten al het goede voor het nieuwe jaar.

Zo. De jaarwisseling is weer voorbij.

Een aantal overheidsdiensten heeft weer zijn best gedaan om de feestelijkheden én de onrust die dat meebrengt, te begeleiden. Bij ons ook: gemeentewerken, de brandweer, de politie. De focus ligt meestal op wat er niet goed ging (opgeschoten jongelui in Wehe en in Ulrum, die gericht zwaar vuurwerk en bierflesjes naar de brandweer gooiden) maar het meeste ging heel goed, was goed voorbereid, werd adequaat afgehandeld. En ook de rommel van het vuurwerk is weer snel opgeruimd. Chapeau! Petje af!

En wat het gooien met vuurwerk en flessen naar de brandweer betreft: dat ging alle perken te buiten. Nog los van de oudejaarsnacht: De openbare ruimte is van ons allemaal, en ieder dient zich daarnaar te gedragen. Fatsoenlijk gedrag begint bij de opvoeding.

In Afrika luidt het gezegde: It takes a village to raise a child; je hebt een heel dorp nodig om een kind op te voeden. Bij ons is het normaal geworden om kinderen, jongelui, mensen niet aan te spreken op ongewenst gedrag. Misschien zijn we bang om een grote mond of een klap te krijgen; ook ouders laten zich soms niet ombetuigd. Als we echter veilig op straat willen gaan, ook in de tijd rond oudjaar, dan hangt die veiligheid niet van de politie af, maar ook van wat ik dan maar de sociale controle noem.

Dan nu nog even terugkijken: wat was het jaar 2007 voor De Marne?

Al met al een rustig jaar.

Een jaar van verwachting en voorbereiding.

Op veel plekken wordt en is er hard gewerkt:

natuurlijk op het gemeentehuis

de organisatie van een Multifunctionele Accommodatie en een nieuw winkelcentrum in het dorp Leens vergt veel van ambtenaren, van bestuurders en van alle andere partners, vooral de scholen.

Maar overal in De Marne worden belangrijke projecten voorbereid, waarbij niet het gemeentebestuur de eerste viool speelt:

projecten in de zorg: Asingahof in Ulrum, de Kameleon en Terraheerd in Leens, Sint Jan in Kloosterburen.

Er wordt op veel plaatsen gebouwd of aan de weg gewerkt:

in Pieterburen, Leens-Oost en Insektenwereld, Ulrum Singel en brug, op Lauwersoog, haven en strand.

We hebben de vernieuwing van Zoutkamp afgesloten. Een project waar andere gemeenten jaloers naar kijken.

Investeringen waartoe het gemeentebestuur van De Marne een aantal jaren geleden heeft besloten, beginnen nu hun rendement op te leveren.

Het is een langjarig en groot project geweest, en we mogen er trots op zijn dat we dat met onze organisatie en vooral de afdeling Bouwen en Infra-structuur voor elkaar gekregen hebben.

Zoals we ook trots mogen zijn op hoe ver we met Pieterburen zijn gekomen, (en die crèche, daar is het laatste woord nog niet over gesproken);

Het gemaal Abelstok is af. Persoonlijk vind ik het een mooi gebouw. En gebouwd in goed overleg van waterschap met omwonenden, en zó dat schaatsers noch vaarders teveel gehinderd worden.

En nu we het er toch over hebben: in de discussie over de N361, de weg van Groningen naar Lauwersoog, is het besef algemeen dat de doorgaande weg om Mensingeweer heen moet. Dat betekent goed nieuws voor Mensingeweer, maar ook voor Eenrum.

2007 was het eerste jaar van de diftar.

En Al Gore kwam met zijn Inconvenient Truth. wat hebben die twee met elkaar te maken?

Het accent ligt bij Gore op het klimaat, en voor ons is een mogelijk catastrofale zeespiegelrijzing van belang. Nu zijn er ook berekeningen die aangeven dat Al Gore van foute gegevens uitgaat. Dat is op zich niet het meest interessante. Waar het uiteindelijk om gaat is dat wij moeten leren zo te leven en te produceren dat we de rijkdommen van de aarde niet uitputten, de energie voorop, en dat gaat hard, met zoveel miljard mensen.

En wat de diftar betreft: het gaat er uiteindelijk niet om je afval zo goed in elkaar te proppen dat je minder containers bij de weg hoeft te zetten, het gaat er om minder afval te veroorzaken, en uit allerlei stoffen en processen energie over te houden.

En ook die ontwikkeling gaat hard.

Er ontstaan allerlei kansen in de komende jaren: de investeringen in de Eemshaven leveren veel werk op, en we moeten proberen als heel Noord Groningen daarvan te profiteren.

U bent natuurlijk benieuwd naar de ontwikkeling van de bevolking in De Marne.

Er zijn 108 kinderen geboren. Er zijn 97 mensen overleden. 416 mensen zijn hier komen wonen, 210 vanuit de provincie Groningen, 171 van elders in Nederland, en 35 uit het buitenland. 507 mensen zijn naar elders verhuisd. 277 naar een andere gemeente in onze provincie, 177 naar elders in Nederland, 40 naar het buitenland.

Dat betekent al met al dat we per 1 januari 10.673 inwoners hebben, 80 minder dan vorig jaar.

We gaan steeds een beetje achteruit qua inwoneraantal. Het is geen drama, en valt in het niet bij de achteruitgang in de regio Delfzijl, bijvoorbeeld.

In de Leeuwarder Courant stond in november de noodkreet van een wethouder van Franekeradeel dat het Noordfriese platteland geteisterd zou worden door verpaupering, armoede en leegloop, dat er spookdorpen zouden ontstaan.

Frankrijk wordt ook weleens aangehaald als afschrikwekkend voorbeeld.

20, 30, 40 jaar geleden zag je in Frankrijk in kleine afgelegen dorpen inderdaad geweldig veel leeg en te koop staan. Veel jongelui trokken weg naar de stad. Maar langzamerhand zijn die huizen weer bewoond en opgeknapt door mensen die na hun pensionering terugkeerden naar hun geboortegrond, of door mensen uit Nederland of Engeland bijvoorbeeld. Of ze worden geëxploiteerd als vakantiewoning.

We zien hier in De Marne iets soortgelijks. Niet dat er veel leeg staat, maar het is wel de trend dat mensen van elders hierheen komen wanneer ze met pensioen gaan.

Wij hebben geen fantastisch klimaat, maar wel fantastische ruimte en een tempo van leven dat je goed doet.

Belangrijk voor onze toekomst is dan ook: investeren in je eigen aantrekkelijkheid, in je landschap en in je dorpen. En in je gastheerschap.

In Franekeradeel blijkt dat vooral de huurwoningen veel moeilijker aan de man te brengen zijn. Dat geldt ook voor ons. Het betekent dat we met de woningcorporatie om de tafel moeten om af te spreken hoe we verder moeten.

De Zuiderzeelijn is definitief afgeblazen. Nu heb ik de indruk dat weinig mensen in De Marne heet of koud van die spoorlijn werden. Maar het afblazen van de Zuiderzeelijn betekent het loslaten van de strategie om sterker te worden via een verbinding met een sterke regio, de randstad.

We zullen het op eigen kracht moeten doen, en daar is niks mis mee.

We hebben ook staaltjes van eigen kracht gezien in het afgelopen jaar.

Het Hogeland College in Wehe-den Hoorn is er in geslaagd de daling van het leerlingental om te buigen naar groei. Door als enige vmbo in Nederland in te zetten op specialisatie in Recreatie, Toerisme en Cultuur. Volgende week wordt de grondig verbouwde school heropend. Geweldig.

In Vierhuizen is binnen het jaar de kerk gerestaureerd. Die kerk, en alle acties van de mensen er om heen, hebben een grote impact gehad op de Vierhuizense dorpsgemeenschap. Daar zie je wat eigen kracht vermag.

Maar ik was ook trots op hoe Kruisweg oud en nieuw vierde. Er is een tijd geweest, lang geleden dat de voornaamste actie bestond uit het blokkeren van het kruispunt. Dit jaar hadden de jongeren een brandstapel achter hun hangplek. 's Middags brandde er een klein vuur, waar mensen van alle leeftijden zich aan warmden; er werd carbid geschoten en rond 6 uur stond stamppot klaar voor 80 man. Toen ik er om 1 uur 's nachts langs ging brandde de grote stapel en het halve dorp stond er om heen. Dat kunnen ze dan toch maar met elkaar, in Kruisweg!

In Zoutkamp werd afgelopen jaar de Slag om Zoutkamp opgevoerd, met veel mensen, een enorme organisatie. Je hebt een aantal mensen nodig die het trekken om zoiets voor elkaar te krijgen, maar de wil om er samen wat van te maken zorgt voor het succes. In Zoutkamp is ook het visserijmuseum geweldig bezig. Het bezoek van de koningin kwam erg gelegen, en haar handtekening in het gastenboek: mooier kon niet.

Zo zie je dat investeren in je dorp, en in de contacten met mensen in je dorp, wat oplevert.

Jeroen Berkenbosch leverde het de titel vrijwilliger van het jaar op. Ik denk dat we met veel mensen hier op hem gestemd hebben, en Jeroen die eretitel van harte gunnen.

Natuurlijk gaan veranderingen ook van 'au'. Ik zie nog het bestuur van dorpsbelangen Ulrum staan op de foto in de Ommelander, genomen bij hun protestactie tegen het sluiten van de geldautomaat van de Rabobank.

Na het sluiten van de Rabobank in Kloosterburen is nog maanden 1 x per week een soort mobiele bank aanwezig geweest in het verzorgingshuis 't Olde Heem. Uiteindelijk is die proef gestaakt - omdat er geen klanten kwamen.

In Asingahof gaat de bank toch weer van start. Het is ook een kwestie van uitproberen: oplossingen kunnen op maat gesneden worden, maar ze moeten wel voldoende mensen passen.

De steunpunten in de dorpen kunnen een goede aanvulling zijn, een voorziening op maat, maar we moeten afwachten hoe ze zich ontwikkelen, en misschien ook nog leren er gebruik van te maken.

Waarom is het zo belangrijk dat dorpen hun eigen kracht ontwikkelen?

Er wordt een zogeheten bestuurskrachtonderzoek gehouden in de hele provincie en dus ook bij ons.

Een onderzoek dat niet vrijblijvend is: we zijn een relatief kleine gemeente met onze ruim 10 en een half 1.000 inwoners.

Waar we kwetsbaar blijken te zijn zullen we maatregelen moéten nemen.

We praten met de gemeente Winsum over samenwerking. Tijdens een gesprek daarover in de raad is ook het woord herindeling gevallen. We moeten niet op de zaken vooruitlopen. Maar omdat je weliswaar bij een gemeente hóórt, maar in een dorp wóónt, daarom is het belangrijk dat de dorpen een goed ontwikkelde gemeenschap vormen, een goede plek zijn om te wonen, en om te leven.

In het dagblad Trouw stond de afgelopen tijd een serie artikelen die handelden over Geluk. Op 31 december werd het laatste artikel gepubliceerd. Aan het eind daarvan stonden tips, gelukstips, waarvan ik u er een paar wil meegeven.

Tip 1: Tel je zegeningen. Wees blij met wat je hebt.

Tip 2: Koester je relaties, en investeer er in.

Tip 3: doe iets voor anderen, voor een goed doel, voor je geloof, voor de natuur; (en of: je dorp)

Tip 4: Versterk datgene waar je goed in bent; focus je niet op datgene waar je minder goed in bent.

Het geldt voor ons persoonlijk, maar ook voor ons als gemeente: we hebben elkaar nodig. Met elkaar zijn we ook tot heel wat in staat!

Ik wens u allen een prachtig jaar.