Woonbond


04-01-2008

Veel gebreken aan gas- en elektrische installaties

In 12 procent van de Nederlandse woningen deugt de gasinstallatie of de elektrische installatie niet. Dat zijn ruim 800.000 woningen. Minister Vogelaar (WWI) schrijft dit aan de Tweede Kamer in een brief over de gezondheidskundige kwaliteit van woningen. Zij heeft het over 'ernstige defecten', die voornamelijk samenhangen met open-verbrandingstoestellen, zoals afvoerloze geisers, gaskachels en oude cv-ketels. Als gevolg van koolmonoxidevergiftiging in woningen verleiden er jaarlijks een tiental mensen. Daarnaast worden er ook nog elk jaar 35 tot 45 mensen opgenomen in het ziekenhuis vanwege koolmonoxidevergiftiging.

Zolang een afvoerloze geiser wordt onderhouden en er goed wordt geventileerd, is het risico van koolmonoxidevergiftiging beperkt. De praktijk is echter dat onderhoud en ventilatie regelmatig te wensen over laten. Volgens Paulus Jansen (SP) zijn de problemen met de gas- en elektrische huisinstallaties tien jaar geleden gecreëerd, toen de energiemarkt werd geliberaliseerd. 'Daarvoor waren de publieke energiebedrijven verantwoordelijk voor de periodieke controle van huisinstallaties.' Wie er tegenwoordig wel verantwoordelijk is voor het onderhoud is echter lang niet altijd duidelijk. De Woonbond stelt vast dat waar een verhuurder verantwoordelijk is voor het onderhoud, dat ook lang niet altijd gebeurt. De situatie is het slechtst in de particuliere huursector.

Schadelijke stoffen
In de brief van Vogelaar staat overigens nog meer verontrustend nieuws. Zo blijkt dat in een aanzienlijk percentage van de woningen de concentratie schadelijke stoffen te hoog is. Het gaat daarbij om stoffen als formaldehyde, benzeen en vluchtige organische stoffen (vos). De gemeten waarden zijn hoger dan de huidige buitenluchtnormen of advieswaarden van de Gezondheidsraad. Voor formaldehyde wordt in 55% van de keukens (en in andere ruimtes met plaatmateriaal) de grenswaarde overschreden. Voor benzen is dat in 6 procent van de woningen het geval en voor vos wordt de grenswaarde in bijna 40% van de woningen overschreden.

Ventilatie
Ook de ventilatie in veel woningen deugt niet. De CO2 concentratie is daarbij een goede graadmeter. Een te hoge concentratie CO2 duidt op onvoldoende luchtverversing. Vooral in de woonkamers van sociale huurwoningen uit de periode 1945-1970 worden hoge gemiddelden gemeten en langdurige overschrijdingen van de grens (1200 ppm). In sociale huurwoningen van na 1980 is de overschrijding het meest beperkt van duur en bedraagt de gemiddelde overschrijding 8 uur per week. Toch is dat nog altijd (naar schatting) 10% van de tijd dat men in de woonkamer is.