Ministerie van Buitenlandse Zaken

Kamerbrief inzake verslag hervatte zesde zitting VN-mensenrechtenraad (http://www.minbuza.nl:80/nl/actueel/brievenparlement,2008/01/Kamerbrief-inzake-verslag-hervatte-zesde-zitting-V.html) 07-01-2008 |

Samenvatting:

Inhoud:

In vervolg op mijn brief van 17 oktober 2007 betreffende het verslag van de zesde zitting van de VN-mensenrechtenraad en het verslag van de buitengewone zitting over de situatie in Birma/Myanmar, Kamerstuk 2007-2008, 26150, nr. 49, informeer ik u hierbij over het vervolg van deze zesde reguliere zitting. De hervatte zesde zitting van de Raad vond plaats van 10 tot en met 14 december te Genève. De zesde zitting is hiermee afgerond.

Algemeen

De zitting werd geopend op 10 december, de internationale dag van de mensenrechten. De Hoge Commissaris voor de Rechten van de Mens, mevrouw Louise Arbour, gaf in de Raad het startsein voor een jaar vol activiteiten in aanloop naar de 60e verjaardag van de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens op 10 december 2008.

De hervatte zesde zitting heeft goede resultaten opgeleverd. De Raad heeft hiermee laten zien dat het orgaan een betekenisvolle bijdrage kan leveren aan de bevordering en bescherming van mensenrechten. In overeenstemming met de mensenrechtenstrategie voor het buitenlandse beleid, heeft Nederland een actieve, leidende rol gespeeld in de Raad, zowel in EU-kader als op nationale titel. De Nederlandse delegatie heeft zich volop gericht op die kwesties waar de Raad voor is opgericht: de uitvoering van mensenrechtennormen. De nadruk lag daarbij op mensenrechtenkwesties op landenniveau.

Het is positief dat de Raad de mandaten van de landenrapporteurs voor Sudan en Liberia heeft bevestigd. Bovendien heeft de Raad resoluties aangenomen over de situatie in Darfur, Birma/Myanmar, de vrijheid van godsdienst en levensovertuiging en een aantal andere onderwerpen. In de debatten heeft Nederland aandacht gevraagd voor mensenrechtenschendingen in Sri Lanka, Birma en Darfur.

Deze positieve resultaten zijn behaald omdat Nederland en gelijkgezinde landen meer dan voorheen in staat waren de meer gematigde Afrikaanse en Aziatische landen van de Raad van onze standpunten te overtuigen. In de toekomst zal Nederland het initiatief nemen de interregionale samenwerking met deze landen verder te versterken, onder andere door gezamenlijk initiatieven in de Raad te ontplooien en door een intensivering van de contacten met deze leden van de Raad.

Sudan / Darfur

Nederland en andere leden van de Raad hebben geconstateerd dat de Sudanese regering tot nu toe te weinig uitvoering heeft gegeven aan de maatregelen die de Expertgroep voor Darfur van de Raad heeft voorgesteld. Nederland heeft daar zijn teleurstelling over uitgesproken in het debat over het rapport van de Expertgroep. Nederland heeft de regering van Sudan bovendien opgeroepen om samen te werken met het Internationaal Strafhof. Nederland vindt dat Sudan twee van oorlogsmisdaden verdachte personen tegen wie een arrestatiebevel is uitgevaardigd onmiddellijk moet uitleveren

Het mandaat van de Expertgroep verliep na afloop van de zesde zitting van de Raad. Ook het mandaat van de Speciale Rapporteur voor de mensenrechtensituatie in Sudan verliep. Op initiatief van de Europese Unie is er met de groep van Afrikaanse landen overeenstemming bereikt over verlenging van het mandaat van de Speciale Rapporteur. Het mandaat is met een jaar verlengd. De rapporteur zal tevens toezien op de uitvoering van de aanbevelingen van de Expertgroep voor Darfur. De eveneens op initiatief van de Europese Unie aangenomen resolutie over Darfur roept de regering van Sudan op onmiddellijk en volledig de noodzakelijke maatregelen uit te voeren om de mensenrechtensituatie in Darfur te verbeteren. De Raad heeft de Speciale Rapporteur verzocht tijdens de hoofdzitting van de Raad een voortgangsrapport te presenteren over de uitvoering door de Sudanese regering van de aanbevelingen van de Expertgroep.

Birma

De Speciale Rapporteur voor de mensenrechtensituatie in Birma/Myanmar in formeerde de Raad over zijn recente bezoek aan het land. Hij zei dat hij geen bewijs had gevonden dat de Birmese autoriteiten tegemoet komen aan de eisen zoals geformuleerd in resolutie A/HRC/S-5/1, die tijdens de speciale zitting over Birma op 2 oktober door de Raad werd aangenomen. Er is nog niemand gestraft voor de gewelddadige legeracties tegen vreedzame demonstranten in september en er is maar een klein aantal politieke gevangenen vrijgelaten. Nederland sprak zijn zorgen hierover uit en heeft Birma opgeroepen een onafhankelijk internationaal onderzoek toe te staan naar de gebeurtenissen in september.

Op initiatief van de Europese Unie heeft de Raad een resolutie aangenomen die de regering van Birma/Myanmar oproept om samen te werken met de Speciale Rapporteur, en de aanbevelingen van de Mensenrechtenraad uit te voeren. De aanbevelingen betreffen een onafhankelijk onderzoek naar moorden, mishandelingen, foltering en verdwijningen, vervolging en bestraffing van de daders van mensenrechtenschendingen, vrijlating van politieke gevangenen en samenwerking met de internationale gemeenschap en de Nationale Conventie om een vreedzame overgang naar democratie te waarborgen.

Sri Lanka

De Hoge Commissaris voor de Rechten van de Mens informeerde de Raad over haar recente bezoek aan Sri Lanka. Ter ondersteuning van haar verklaring, heeft ook Nederland de voortdurende schendingen van de mensenrechten en het internationale humanitaire recht in Sri Lanka veroordeeld. Nederland is bezorgd over het feit dat de Sri Lankaanse regering de aanbevelingen van de Internationale Onafhankelijke Groep van Eminente Personen naast zich neerlegt.

Liberia

De Raad heeft het mandaat van de Onafhankelijke Expert inzake de mensenrechten-situatie in Liberia met een jaar verlengd. De expert zal de regering van Liberia technische assistentie verlenen bij het verbeteren van de mensenrechtensituatie. Een belangrijke prioriteit binnen het mandaat van de expert is de strijd tegen genitale verminking.

Vrijheid van godsdienst en levensovertuiging
De Raad behandelde de eerder uitgestelde resolutie over de verlenging van het mandaat van de Speciale Rapporteur voor de vrijheid van godsdienst en levensovertuiging. De resolutie is een initiatief van de Europese Unie. Het initiatief is van cruciaal belang, omdat in de resolutie het mandaat van de Speciale Rapporteur met drie jaar wordt verlengd. De resolutie herbevestigt dat iedereen het recht heeft op vrijheid van godsdienst en levensbeschouwing, inclusief het recht om van religie te veranderen en het recht om alleen of in gemeenschap zijn godsdienst of overtuiging vrij te belijden, zonder inmenging van staatswege.

Door een intensieve lobby hebben Nederland en de andere lidstaten van de Europese Unie kunnen voorkomen dat de voorstellen van de Organisatie van de Islamitische Conferentie werden ingediend. De voorstellen beoogden een collectief recht op de bescherming van godsdiensten te scheppen en een verwijzing naar de schandalisering van religies in de resolutie op te nemen.

Mensenrechten en de strijd tegen het terrorisme

De Speciale Rapporteur inzake mensenrechten en de strijd tegen het terrorisme informeerde de Raad over zijn bezoeken aan de Verenigde Staten, Israël en Zuid-Afrika. De Europese Unie vroeg aandacht voor het bezoek van de rapporteur aan Guantanamo Bay, de totstandkoming van nationale antiterrorismemaatregelen en het respect voor privacy in de strijd tegen het terrorisme. De Mexicaanse resolutie om het mandaat van de Speciale Rapporteur met drie jaar te verlengen werd mede door Nederland ingediend. De resolutie werd met consensus aanvaard.

Overige onderwerpen

De Raad nam voorts resoluties aan over het recht op gezondheid, het recht op huisvesting, inheemse volken, de situatie van ontheemden, mensenrechtendoelen, de alliantie der beschaving en de integratie van gender in het werk van de VN.

Volgende zitting

De zevende zitting van de Mensenrechtenraad, tevens de hoofdzitting van het zittingsjaar 2007-2008, vindt plaats van 3 tot en met 28 maart te Genève. Ik zal u in februari informeren over de Nederlandse inzet voor deze zitting.

De minister van Buitenlandse Zaken,

Drs. M.J.M. Verhagen


---