Universiteit van Amsterdam

Eredoctoraten UvA voor socioloog Randall Collins en auteur Jules Schelvis

De Universiteit van Amsterdam (UvA) verleent eredoctoraten aan de Amerikaanse socioloog Randall Collins en Jules Schelvis, auteur van de eerste volwaardige publicatie over Sobibor. Randall Collins, hoogleraar Sociologie aan de University of Pennsylvania, is een van de meest vooraanstaande sociologen van dit moment. Hij ontwikkelde onder andere een 'geopolitieke' theorie over de dynamiek van concurrentie en conflicten tussen staten, met behulp waarvan hij in 1980 de ontbinding van het Sovjet-rijk voorspelde. Jules Schelvis overleefde tijdens de Tweede Wereldoorlog het vernietigingskamp Sobibor. Hij bouwde een nieuw bestaan op in Amsterdam. Na zijn pensionering als hoofd Personeelszaken bij dagblad Het Vrije Volk ging hij schrijven. Zijn diepgravende bronnenwerk leidde tot de eerste volwaardige publicatie over Sobibor: Vernietigingskamp Sobibor (1993), dat nog steeds geldt als het standaardwerk. De eredoctoraten worden uitgereikt tijdens de viering van de Dies Natalis van de UvA op dinsdag 8 januari 2008.

Prof. Randall Collins (1941), hoogleraar Sociologie op de Dorothy Swaine Thomas leerstoel aan de University of Pennsylvania (Philadelphia, VS), wordt algemeen erkend als een van de belangrijkste sociologen van deze tijd. Zijn werk getuigt van een indrukwekkende veelzijdigheid en een unieke eruditie. Het bestrijkt een breed scala aan thema's, die met elkaar verbonden zijn in een omvattend theoretisch perspectief. Collins bouwt niet alleen voort op de brede klassieke traditie in de sociologie, maar weet die ook op een vernieuwende manier te verenigen met later ontwikkelde en schijnbaar strijdige benaderingen, zoals het symbolisch interactionisme en de rationele-keuzetheorie. In zijn oeuvre zijn de polen van theorie en empirie en de macro- en microsociale niveaus steeds op een heldere wijze met elkaar verbonden. Hij ontwikkelde onder andere een 'geopolitieke' theorie over de dynamiek van concurrentie en conflict tussen staten, waarmee hij in 1980 de ontbinding van het Sovjet-rijk voorspelde. Na de aanslagen op de Twin Towers in 2001 voerde hij een vernuftig opgezet persoonlijk onderzoek uit naar reacties onder de Amerikaanse bevolking, zoals vlagvertoon -- een onderzoek dat contra-intuïtieve resultaten opleverde, die echter overeenstemmen met sociologische theorieën over groepssolidariteit. Van geheel andere orde is zijn grote werk The Sociology of Philosophies (1998), waarin alle belangrijke scholen uit de tradities van de Aziatische en Europese filosofie worden geanalyseerd volgens een sociologisch model waarin de begrippen sociaal netwerk en emotionele energie centraal staan. In zijn meest recente boek Interaction Rituals (2004) past Collins ditzelfde model toe op een reeks onderwerpen uit de microsfeer van het sociale leven, zoals seksualiteit en individualisering; hij verbindt hierbij onder meer bevindingen uit de sociaal-wetenschappelijke conversatieanalyse met de uitkomsten van recent hersenonderzoek. Collins' rijke oeuvre bevat ook belangrijke en invloedrijke bijdragen aan de onderwijssociologie, de sociologie van sociale ongelijkheid en stratificatie, de gezins- en familiesociologie en de sociologie van kennis en wetenschap.

Erepromotor is prof. dr. Abram de Swaan, universiteitshoogleraar Sociale wetenschap.

Jules Schelvis (1921) werd tijdens de grote razzia van 26 mei 1943 in Amsterdam met zijn vrouw en schoonfamilie opgepakt en via Westerbork naar Sobibor gedeporteerd. Zijn vrouw en schoonfamilie werden daar diezelfde dag nog vermoord. Schelvis slaagde erin aansluiting te vinden bij een groep die werd doorgestuurd naar een werkkamp. Dat redde zijn leven. Na een zwerftocht langs verscheidene kampen keerde hij na de nederlaag van nazi-Duitsland terug naar Amsterdam. Daar bouwde hij een nieuw leven op. Na zijn pensionering als hoofd Personeelszaken bij dagblad Het Vrije Volk ging Schelvis schrijven. Een deel van zijn werk is autobiografisch en voor een breed publiek, mede in het kader van het levend houden van de herinnering aan de Shoah. Zijn onderzoek naar het kamp Sobibor mondde tevens uit in een zeer zorgvuldig geschreven monografie: Vernietigingskamp Sobibor (1993). Sobibor kan gelden als een van de meest vernietigende van alle kampen. Over dit kamp, waar onder de vele slachtoffers zich bijna 35.000 uit Nederland aangevoerde joden bevonden, is niettemin weinig gepubliceerd. Het diepgravende bronnenwerk van Schelvis maakte van Vernietigingskamp Sobibor de eerste volwaardige publicatie. Het boeiende en knappe van de publicatie is dat het zich, hoewel persoonlijke inspiratie op geen enkele manier wordt ontkend, kenmerkt door een wetenschappelijk-afstandelijke toonzetting. Met dit boek heeft Schelvis een wetenschappelijke prestatie van formaat geleverd en de historische wetenschap een grote dienst bewezen. Het geldt als het standaardwerk bij uitstek over Sobibor.

Erepromotor is prof. dr. Hans Blom, emeritus hoogleraar Nederlandse geschiedenis sedert de Middeleeuwen en oud-directeur van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD).