Inspectie voor de Gezondheidszorg
Tuchtcollege legt arts zwaarste maatregel op
Het regionaal tuchtcollege voor de gezondheidszorg in Eindhoven heeft
een arts van het Integraal Medisch Centrum Roosendaal de zwaarst
mogelijke maatregel opgelegd. De Big-registratie van de in Roosendaal
werkzame behandelaar is doorgehaald met onmiddellijke ingang en mag
zich nooit meer arts noemen. De Inspectie voor de Gezondheidszorg
(IGZ) spande op 19 december vorig jaar een spoedprocedure aan.
Het regionaal tuchtcollege acht bewezen dat de arts de voor de
medische beroepsgroep geldende regels met voeten heeft getreden en
patiënten op de meest ernstige wijze heeft misleid. Hij heeft, door
zijn naam als arts te verbinden aan het centrum voor alternatieve
behandelmethoden ook gehandeld in strijd met het belang van een goede
uitoefening van de individuele gezondheidszorg.
Tijdens de zitting op 19 december heeft hij naar het oordeel van het
tuchtcollege op geen enkele manier getoond dat hij ook maar enig
inzicht in zijn handelen heeft.
De arts werkte in het Integraal Medisch Centrum Roosendaal (IMC) samen
met een orthomoleculair therapeute, die eveneens voorlopig is
geschorst door haar beroepsvereniging. Deze therapeute werkt met
adviezen van `goddelijke gidsen' die door de betreffende arts werden
overgenomen. Tevens baseerde de arts zijn diagnose op grond van
onderzoek met de Lecher antenne. Deze wijze van onderzoek,
diagnosticeren en behandelen voldoen in geen opzicht aan de in
redelijkheid daaraan te stellen eisen, oordeelt het tuchtcollege. Ook
het niveau van dossiervoering ligt ver beneden de maat.
Hierdoor gebeurde het dat een kankerpatiënt door de arts werd
doorverwezen naar de in het IMC werkzame therapeute die de patiënte er
toe aanzette een niet onsuccesvolle chemokuur te staken. Het
tuchtcollege verwijt de arts dat hij niet de grootst mogelijke
inspanning heeft verricht om te voorkomen dat de chemokuur werd
gestaakt. De patiënte werd vervolgens `energetisch' behandeld door
goddelijke gidsen.
Daarnaast heeft de arts zelf medicatie bereid en hij is daar niet toe
bevoegd. Tevens gebruikt hij de titel `dr' maar is hij nooit
gepromoveerd. Ook afficheert hij zich in Nederland onterecht als
gastro-enteroloog en internist.
Zijn doelgroep bestaat uit doorgaans radeloze vaak uitbehandelde
patiënten die voor de geboden behandeling door `goddelijke diensten'
fors moesten betalen. Het college noemt het handelen van de arts
patiënten `misleiding van de ergste soort.' Een soorgelijke
kwalificatie werd gebruikt voor het tegen een aanzienlijk bedrag door
de arts verstrekken van flesjes ethanol.