Gemeente Hilversum

Lokaal Preventief gezondheidsbeleid 2008-2011

9 januari 2008
Riskant genotmiddelengebruik, overgewicht en bewegen, opgroei- en opvoedingsondersteuning, (cyber)pesten, depressie, diabetes en valpreventie. Op basis van deze 'speerpunten' wil het college van burgemeester en wethouders de komende jaren invulling geven aan het lokaal preventief gezondheidsbeleid. De keuze voor juist deze speerpunten in ingegeven door het landelijk preventief gezondheidsbeleid en epidemiologische gegevens van de GGD Gooi en Vechtstreek.

In het kader van de per 1 januari 2003 gewijzigde Wet Collectieve Preventie Volksgezondheid (WCPV) zijn gemeenten verplicht om elke vier jaar een nota 'Lokaal preventief gezondheidsbeleid' vast te stellen. Dat beleid moet bijdragen aan betere openbare gezondheidszorg (OGZ). Het Stimuleringsfonds OGZ omschrijft openbare gezondheidszorg als 'die delen van de gezondheidszorg en het openbaar bestuur die zich doelbewust richten op ziektebescherming en bevordering van de gezondheid van de bevolking of groepen daarin'. Deze gezondheidszorg vindt veelal plaats zonder dat er een individuele vraag aan ten grondslag ligt en komt tot stand onder verantwoordelijkheid van het openbaar bestuur.
In september 2003 stemde de commissie Welzijn met de eerste gemeentelijke nota ingestemd voor de periode tot 2008.

In de nota 'Lokaal preventief gezondheidsbeleid 2008-2011' zijn relaties gelegd met andere landelijke en lokale ontwikkelingen, zoals de vorming van woondienstenzones, de invoering van de WMO, de fysieke woon en leefomgeving, onderwijs, werk en inkomen, de eerstelijns gezondheidszorg en Centra voor Jeugd en Gezin (CJG).

De aanpak van de speerpunten zal wat betreft de financiering gegarandeerd zijn binnen bestaande landelijke en regionale budgetten met gebruikmaking van inmiddels beschikbaar gesteld extra rijksmiddelen.