College van Beroep voor het bedrijfsleven
rechtspraak
Omvang geding. Reformatio in peius. Maatmaninkomen zelfstandige
Alleen het Uwv is in hoger beroep gekomen. De grieven van betrokkene
kunnen, anders dan bij wijze van verweer tegen de door het Uwv
opgeworpen grieven, in hoger beroep niet aan de orde komen. Dit is
alleen anders indien de door betrokkene aangevoerde grieven zozeer
verweven zijn met de door het Uwv aangevoerde grieven dat de
beoordeling van die grieven van betrokkene om die reden onontkoombaar
is, dan wel indien betrokkene geen belang had bij het instellen van
hoger beroep. Gelet op de door de rechtbank uitdrukkelijk en zonder
voorbehoud verworpen beroepsgronden kan niet gezegd worden dat
betrokkene geen belang had bij het instellen van hoger beroep. Evenmin
is sprake van verwevenheid met de grieven van het Uwv. De grieven van
betrokkene met betrekking tot de hoogte van de feitelijke verdiensten
staan niet meer ter beoordeling van de Raad. De Raad is van oordeel
dat bij het bestreden besluit niet is gehandeld in strijd met het uit
de artikelen 7:11 en 8:69 van de Awb volgende beginsel, dat het
indienen van een bezwaarschrift er niet toe mag leiden dat de indiener
via de heroverweging in een slechtere positie geraakt, dan zonder de
bezwaarprocedure mogelijk zou zijn (het zogenoemde verbod van
reformatio in peius). Dat een element van de besluitvorming in bezwaar
voor de bezwaarde in negatieve zin wordt bijgesteld, leidt op zich
niet tot een verboden benadeling. Het gaat erom of het resultaat van
die besluitvorming ook nadelig is en dat is in casu niet het geval.
In het onderhavige geval wordt een uitzondering aangenomen op het
uitgangspunt dat het maatmaninkomen van een zelfstandige in beginsel
wordt gebaseerd op de door de fiscus aanvaarde nettowinst in de
laatste drie boekjaren. Omdat betrokkene arbeidsongeschikt is geworden
in het tweede jaar waarin hij als zelfstandige werkzaam was, diende
het maatmaninkomen te worden gebaseerd op de winst uit het eerste
gehele boekjaar.
LJ Nummer:
BB9695
Bron: Centrale Raad van Beroep
Datum actualiteit: 10 januari 2008