Actieplan tabaksontmoediging 2008

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport



De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

VGP/ADT 2821330

10 januari 2008

Aanleiding

Op 15 juni 2005 hebben de directeuren van het Astma Fonds, de Nederlandse Hartstichting, KWF Kankerbestrijding en toenmalig minister Hoogervorst de Intentieverklaring Tabaksontmoediging ondertekend. Genoemde partijen stelden daarin vast dat samenwerking op het gebied van tabaksontmoediging van eminent belang is voor het terugdringen van de gezondheidsschade door tabaksgebruik. De partijen wilden in gezamenlijkheid komen tot een continuering en intensivering van het tabaksontmoedigingsbeleid in financiële en materiële zin. Op basis van de Intentieverklaring is het Nationaal Programma Tabaksontmoediging 2006-2010 tot stand gekomen. Het Nationaal Programma heeft u op 9 maart 2006. ontvangen . Het Nationaal Programma beschrijft de gevolgen van het tabaksgebruik en effectieve maatregelen om het tabaksgebruik verder te laten dalen. Het document bevat een centrale doelstelling, namelijk het streven om het percentage rokers in Nederland te laten dalen van 28% in 2005 tot 20% in 2010. Op basis van het Nationaal Programma stellen de betrokken partijen jaarlijks een actieplan op met concrete maatregelen voor dat jaar. Toegezegd is dat u deze jaarlijkse actieplannen zult ontvangen. Tevens heeft mijn voorganger bij brief van 8 november 2006 aan u toegezegd dat u over de voortgang van de actieplannen jaarlijks middels voortgangsrapportages zult worden geïnformeerd .

Het actieplan 2006 was een bijlage bij het NPT dat u op 9 maart 2006 is toegestuurd. Op 22 december 2006 heeft mijn voorganger het actieplan 2007 aan u gezonden. Met deze brief bied ik u mede namens het Astma Fonds, de Nederlandse Hartstichting en KWF Kankerbestrijding het actieplan 2008 aan. Ook treft u bij deze brief een voortgangsrapportage over het actieplan 2006 aan (bijlage 1).

Actieplan 2008

In 2008 worden enkele wettelijke maatregelen ingevoerd en diverse acties ondernomen om deze te versterken dan wel te ondersteunen.
1. Per 1 juli 2008 worden de sectoren horeca, kunst/cultuur en sport rookvrij.

2. In de periode voor 1 juli zal een invoeringscampagne plaatsvinden om eenieder zo optimaal mogelijk te informeren over de rookvrije horeca, kunst/cultuur en sport.

3. De invoeringscampagne zal bijdragen aan het draagvlak voor en een goede naleving van de rookvrije horeca, kunst/cultuur en sport. Om direct na de invoering goed toezicht te kunnen houden op het grote aantal locaties dat onder de nieuwe regelgeving komt te vallen, wordt de capaciteit van de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) uitgebreid.

4. Per 1 juli 2008 wordt de accijns op tabaksproducten verhoogd. Deze maatregel is uitgewerkt in het Belastingplan 2008.
5. Omdat de accijnsverhoging en de rookvrije horeca voor veel mensen een stimulans zal zijn om te stoppen met roken, wordt in 2008 een extra inzet gedaan op het gebied van ondersteuning bij stoppen met roken:
a. Via het Partnership Stop Met Roken en het basisaanbod stoppen met roken in de zorg worden zorgverleners gestimuleerd om stopadviezen en -ondersteuning te bieden. Daarbij gaat het onder meer om de inzet van Minimale Interventie Strategieën (MIS-en) die voor diverse praktijksettings zijn ontwikkeld. b. In 2008 wordt de proefimplementatie `versterking ondersteuning bij stoppen met roken' uitgevoerd. Deze start in januari 2008 en heeft tot doel de randvoorwaarden, knelpunten en kosten van het vergoeden van ondersteuning bij stoppen met roken in kaart te brengen.
c. Samen met KWF Kankerbestrijding, het Astma Fonds en de Nederlandse Hartstichting stel ik via ZonMw middelen beschikbaar om in 2008 een grote massamediale stopcampagne te voeren. Deze campagne is er op gericht om rokers die willen stoppen zoveel mogelijk te ondersteunen bij hun stoppoging zodat de slaagkans toeneemt.

6. In 2008 zullen diverse basisactiviteiten worden uitgevoerd door STIVORO zoals onderzoeken naar de rookprevalentie onder jongeren en volwassenen, voorlichting op scholen (onder meer lespakketten en Actie Tegengif), voorlichting via diverse intermediairs (bijvoorbeeld Roken? Niet Waar De Kleine Bij Is), ondersteuning van rokers die willen stoppen (Advies op Maat, Hulpmiddelenwijzer, Telefonische Counseling) en training van intermediairs op het gebied van cursussen stoppen met roken.

Voortgangsrapportage Actieplan 2006

In het actieplan 2006 dat u op 9 maart 2006 heeft ontvangen zijn diverse acties aangekondigd op het gebied van tabaksontmoediging. De bijlage bij deze brief geeft een overzicht van deze acties en inzicht in de voortgang hierbij.
Voordat ik kort in zal gaan op de wettelijke maatregelen die mijn voorganger in het Actieplan 2006 heeft aangekondigd wil ik het volgende benadrukken. Als het gaat om stoppen met roken wil ik me het komende jaar vooral richten op positieve prikkels. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om het bieden van goede ondersteuning aan rokers die willen stoppen met roken. In dat kader loopt een proef met het vergoeden van deze ondersteuning, zoals is aangekondigd in de nota Kiezen voor gezond leven 2007 - 2010 van 6 oktober 2006. In punt 5.b hierboven heb ik dat herhaald.
Verder heb ik in de Preventiebrief van 24 september 2007 aangekondigd dat ik meer preventie, die doelmatig en evidence based is, in het basispakket wil opnemen en dat ik de Kamer, onder meer aan de hand van de ervaringen met genoemde proef, zal informeren of en onder welke voorwaarde meer preventieve zorg onder de dekking van de zorgverzekering kan worden gebracht. Daarbij denk ik nadrukkelijk ook aan ondersteuning bij stoppen met roken. Onderstaande wettelijke maatregelen behoren op dit moment niet tot mijn focus op de positieve prikkels.

Verhoging leeftijdsgrens voor de verkoop van tabaksproducten van 16 jaar naar 18 jaar

Mijn voorganger wilde de leeftijdsgrens voor de verkoop van tabaksproducten verhogen van 16 naar 18 jaar en deze daarmee gelijktrekken met de leeftijdsgrens voor de verkoop van sterke drank. Tijdens het algemeen overleg op 8 juni 2006 bleken diverse fracties in de Tweede Kamer hier geen voorstander van te zijn. In de beleidsbrief over alcohol van 20 november 2007 en de recente overleggen met uw Kamer van 18 en 20 december jl. wordt dit ook nog eens herhaald. Ik acht het van groot belang dat de huidige leeftijdsgrens door de verkopers in ieder geval goed wordt nageleefd. In de handhaving van de Tabakswet door de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) is dit daarom een van de prioriteiten en ik verwacht van de verkopers ook hierbij een eigen rol, namelijk het nemen van hun eigen verantwoordelijkheid.

Verbod op ambulante en mobiele verkoop

In de brief van 5 december 2007 ga ik op verzoek van de Kamer in op (het beperken van) de tabaksverkoop en mijn voornemens op dit punt. Ik geef hierin aan dat nog weinig ervaring lijkt opgedaan met het drastisch verminderen van het aantal verkooppunten en dat daardoor geen harde uitspraken kunnen worden gedaan over de effectiviteit. Ik besluit de brief met de opmerking dat ik niet van plan ben om met nieuwe regelgeving ter beperking van de tabaksverkoop te komen. Bij de kabinetsbeslissing over de rookvrije horeca is ook gesproken over de tabaksverkoop in de horeca ná het rookvrij worden van de horeca. Ik heb toen besloten om de tabaksverkoop in de horeca niet te beperken en daarom ook tabaksverkoop in de kunst- en cultuursector niet te verbieden . In dit licht wil ik het voornemen van mijn voorganger om de mobiele en ambulante verkoop te verbieden nu niet doorzetten.

Foto's toevoegen aan de gezondheidswaarschuwingen op tabaksverpakkingen

De Kamer heeft mijn voorganger, naar aanleiding van zijn voornemen om kleurenfoto's toe te voegen aan de verplichte
gezondheidswaarschuwingen op tabaksverpakkingen te verplichten, vragen gesteld over de effectiviteit van deze maatregel. Op 5 februari 2007 heeft u hierover een brief van mijn voorganger en een rapport van Research voor Beleid ontvangen. In het rapport concludeert Research voor Beleid dat gezondheidswaarschuwingen met illustraties effectiever zijn dan alleen tekstuele waarschuwingen wanneer het gaat om het verhogen kennis over de gezondheidseffecten van roken en het verhogen van de intentie om te stoppen.

De onderzoekers bestempelen het toepassen van afbeeldingen bij de gezondheidswaarschuwingen als een ondersteuning van de overige onderdelen van het tabaksontmoedigingsbeleid. In dit verband wacht ik echter de ontwikkelingen in andere Europese landen af. Dit doe ik om vooral focus aan te brengen aan mijn inspanningen op het terrein van het tabaksontmoedigingsbeleid in deze fase: de invoering van de rookvrije horeca, kunst/cultuur en sport en ondersteuning bij stoppen met roken.

De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

dr. A. Klink