13-01-2008 22:45
PERSVERKLARING COMMANDANT DER STRIJDKRACHTEN
Afgelopen nacht heb ik U gemeld dat in Uruzgan in de omgeving van Deh
Rawod twee Nederlandse en twee Afghaanse militairen bij
gevechtshandelingen om het leven zijn gekomen. Ook heb ik U gemeld dat
in de buurt van dat incident een andere Nederlandse militair gewond is
geraakt. Deze gewonde militair, Soldaat Marc van de Kuilen, verkeert
thans niet in levensgevaar maar helaas hebben wij niet kunnen
voorkomen dat zijn beide benen moesten worden geamputeerd.
Hoewel nog steeds niet alle feiten bekend zijn en één en ander nog
moet worden onderzocht, is de toedracht van de gevechten waarbij de
vier militairen omkwamen duidelijker geworden. Na een redelijk rustig
verloop tijdens de daglichturen, ontstond na het invallen van de
duisternis, een onoverzichtelijke situatie. Een situatie waarbij een
aantal intensieve vuurcontacten plaatsvonden.
Nu is gebleken dat zich tussen de ontplooide Nederlandse eenheden ook
OMF bevonden waarop werd gevuurd. Daarnaast waren de
weersomstandigheden slecht, waardoor het soms niet mogelijk was om
vanuit de lucht ondersteuning te leveren. In die situatie kwam één
van onze eenheden onder vijandelijk vuur, waarbij de eerder genoemde
militair gewond raakte.
Ongeveer gelijktijdig met dit incident sneuvelden twee Nederlandse
militairen, de Korporaal Aldert Poortema en de Soldaat der eerste
klasse Wesley Schol, op een locatie een kilometer ten noorden hiervan.
Ik vind het verschrikkelijk om u te moeten meedelen dat het zeer
waarschijnlijk is dat zij door eigen vuur om het leven zijn gekomen.
De toestand waaronder dat gebeurde is nog niet helemaal duidelijk,
maar wel is al zeker dat de duisternis, de weersomstandigheden en de
onoverzichtelijke situatie van invloed zijn geweest.
Ook moet ik U melden dat is vast komen te staan dat later op die
avond, op dezelfde locatie waar de gewonde is verzorgd ook de twee
Afghaanse militairen, die niet herkenbaar in uniform waren gekleed,
door Nederlands geweervuur om het leven zijn gekomen. De
omstandigheden waaronder dit gebeurde en die de Nederlandse militairen
de aanleiding gaven het vuur te openen worden onderzocht.
De minister van defensie zal morgen de Tweede Kamer informeren over de
gebeurtenissen van de afgelopen 24 uur.
Deze verschrikkelijke berichten hebben op ons allen een diepe indruk
gemaakt. Het verlies van collegaâs is tragisch; het moeten constateren
dat dit mogelijk door eigen vuur is gebeurd, is niet in woorden uit te
drukken. De families van de twee omgekomen Nederlandse collegaâs zijn
hierover geïnformeerd. Onze gedachten zijn bij hen.
Defensie doet er alles aan om naar aanleiding van deze tragische
ontwikkelingen de families bij te staan. Ook zullen wij de militairen
die bij deze incidenten betrokken zijn, alle nodige zorg en steun
geven. Zij zullen ter plaatse worden opgevangen.
De komende dagen zal nader diepgaand onderzoek vast moeten stellen hoe
een en ander precies is gegaan en de situatie waarin de incidenten
hebben plaatsgevonden. De Koninklijke Marechaussee is dit onderzoek al
begonnen. Zoals gebruikelijk doet zij dit in opdracht van het Openbaar
Ministerie. Defensie heeft inmiddels contact gehad met de
Hoofdofficier van Justitie en aangeboden, indien nodig, extra mensen
van het Openbaar Ministerie naar het gebied te brengen. Zelf heb ik
een eigen uitgebreid onderzoek gelast naar de exacte toedracht van
deze incidenten.
Het is van het allergrootste belang dat we vaststellen wat er precies
is gebeurd, vooral voor de nabestaanden, maar ook voor onszelf en onze
collegaâs in Afghanistan.
Commandant der Strijdkrachten
Generaal D.L. Berlijn
Ministerie van Defensie