Gerven en Van Gijlswijk over de dreigende sluiting van de operatieafdeling en dagbehandeling van het MCL in Harlingen

Antwoorden op kamervragen van Van Gerven en Van Gijlswijk over de dreigende sluiting van de operatieafdeling en dagbehandeling van het MCL in Harlingen

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport



De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

CZ-K-U-2818839

14 januari 2008

Antwoorden van minister Klink op kamervragen van de Kamerleden Van Gerven en Van Gijlswijk over de dreigende sluiting van de operatieafdeling en de dagbehandeling van het Medisch Centrum Leeuwarden in Harlingen (2070805990).

Vraag 1
Wat is uw reactie op de dreigende sluiting van de operatieafdeling en de dagbehandeling van het ziekenhuis in Harlingen, een onderdeel van het Medisch Centrum Leeuwarden (MCL)? 1)

Antwoord 1
Het MCL geeft aan dat de polikliniek in volle omvang blijft bestaan. De beschikbaarheid van de verschillende specialismen wordt gehandhaafd en men is voornemens het aantal specialismen zelfs uit te breiden. Ook het huisartsenlaboratorium en kleine ingrepen blijven beschikbaar in Harlingen. Huisartsen kunnen daarbij tijdens kantooruren op dagen dat specialisten aanwezig zijn voor kleine spoedeisende zaken patiënten sturen.
MCL harlingen beschikt ook over een röntgen afdeling. Kleine poliklinische ingrepen in combinatie met dagbehandeling blijven ook mogelijk. Momenteel is de ten uitvoerlegging van het besluit een maand uitgesteld, tot 3 maart 2008. Enkele alternatieven worden overwogen, waaronder middelen om de oogheelkundige zorg beschikbaar te houden. Dit komt er op neer dat één derde van de bestaande OK-voorzieningen en dagbehandeling beschikbaar blijft in Harlingen.

Ik kan mij voorstellen dat het sluiten van de OK-functie op bezwaren stuit maar bovenstaande geeft tegelijkertijd aan dat de locatie Harlingen op een substantieel niveau in stand blijft.

Vraag 2
Hoe beoordeelt u het massale verzet dat is ontstaan vanuit de bevolking?

Antwoord 2
Zoals ik in mijn antwoord op vraag 1 aangeef, kan ik mij voorstellen dat het sluiten van de OK-functie op bezwaren stuit. Ik begrijp dat men gewend is om voor bepaalde (lichtere) ingrepen naar het ziekenhuis "om de hoek te gaan". Echter het MCL geeft aan dat het aantal behandelingen zonder problemen door de ziekenhuislocatie in Leeuwarden kan worden overgenomen. De locatie is goed bereikbaar; voor zwaardere ingrepen maken patiënten uit de regio Harlingen immers al gebruik van de OK-voorzieningen in Leeuwarden. Zowel de beschikbaarheid als de bereikbaarheid van ziekenhuiszorg voor de bevolking in de regio is goed gewaarborgd. MCL heeft in Leeuwarden een volwaardige spoedeisende eerste hulp.
Huisartsen kunnen tijdens kantooruren op dagen dat specialisten aanwezig zijn voor kleine spoedeisende zaken patiënten sturen.

Vraag 3
Wat vindt u van de zienswijze van de huisartsen in Harlingen die pleiten voor uitbreiding in plaats van sluiting van de operatieafdeling en de dagbehandeling, en tevens aangeven dat patiënten uit Harlingen een weerzin hebben tegen grote ziekenhuizen waarin ze zich een nummer voelen en in de gangen verdwalen?

Antwoord 3
De afweging tot sluiting van de OK-afdeling en OK-gerelateerde dagbehandeling in tegenstelling tot handhaving of uitbreiding is een afweging van het MCL. Daarbij zijn alle patiënten in Nederland vrij te kiezen van welk ziekenhuis zij gebruik maken. Sneek heeft een kleiner ziekenhuis en is daarmee wellicht een alternatief voor de hier genoemde patiënten.

Vraag 4
Wat zijn de precieze beweegredenen van de directie van het MCL om tot sluiting van deze afdelingen in Harlingen over te gaan? Wat is uw reactie daarop?

Antwoord 4
Uit navraag bij het MCL is gebleken dat de OK-afdeling verouderd was, niet meer aan alle arbo-eisen voldeed en aangepast diende te worden om nog op verantwoorde wijze zorg te kunnen bieden. Het aantal ingrepen en behandelingen dat plaatsvindt in Harlingen is niet toereikend, dat maakt dat een noodzakelijke vernieuwing verliesgevend zou zijn. Hier staat tegenover dat de locatie in Leeuwarden het aantal ingrepen en behandelingen zonder extra investeringen kan overnemen - er is daar OK-capaciteit over - en een groot deel van de patiënten van de locatie Harlingen al uit de regio Leeuwarden of ten oosten daarvan komt. Daar komt bij dat de polikliniek in volle omvang blijft bestaan, röntgen- en laboratoriumonderzoek uitgevoerd wordt en de poliklinische specialismen worden uitgebreid.

Ik meen dat het MCL met de huidige herverdeling van activiteiten een weloverwogen invulling geeft aan zijn eigen verantwoordelijkheid. Waarbij voor alle patiënten in de regio de beschikbaarheid en bereikbaarheid van medische voorzieningen goed georganiseerd is.

Vraag 5
Is het waar dat het feit dat ziekenhuizen vanaf 2008 risicodragend worden voor de kapitaallasten, zeer nadelig uitpakt voor het MCL, waardoor de noodzakelijke investering van 3 miljoen euro voor de modernisering van de operatiekamers in Harlingen onder grote druk is komen te staan? Welke bedragen loopt het MCL precies mis door het wegvallen van trekkingsrechten en dergelijke?

Antwoord 5
Ja, het is waar dat ziekenhuizen vanaf 2008 risicodragend worden voor de kapitaallasten. Het MCL geeft aan dat aanpassingen van de operatiekamers "zo'n drie miljoen euro" zal kosten. De afweging van het MCL om niet te investeren hierin is volgens eigen zeggen omdat dit "tot de grootste kostenreductie leidt". Invoering van integrale prestatiebekostiging is mede ingevoerd om dergelijke afwegingen bij het ziekenhuisbestuur neer te leggen. De bereikbaarheid en de spoedeisende hulp is niet in het geding.

Vraag 6
Wordt het MCL niet op `apert onbillijke wijze' getroffen door de kapitaallastenoperatie, een situatie waarin u heeft toegezegd het verzoek tot ondersteuning in principe `welwillend' tegemoet te treden? 2)

Antwoord 6
Op basis van de informatie die nu beschikbaar is, kan ik de beoordeling of het MCL op `apert onbillijke wijze' getroffen wordt niet maken. Bij de invoering van prestatiebekostiging en met name de wijziging in de bekostiging van de gebouwgebonden kapitaallasten hanteer ik als uitgangspunt dat instellingen in staat gesteld moeten worden om herverdelingseffecten, als gevolg van de verandering in de kapitaallastenbekostiging, op te vangen. Ik wil voorkomen dat ziekenhuizen door deze verandering in onoverkomelijke problemen komen. Voor die gevallen waarbij in de overgangsperiode tijdelijke maatregelen nodig zijn, heb ik gekozen voor een maatwerkbenadering, daartoe ben ik met de NVZ overeengekomen een commissie van wijzen in te stellen. De commissie zal een beoordeling doen op basis van specifieke criteria welke aan de Tweede Kamer bekend gemaakt zullen worden. Ieder ziekenhuis is vervolgens in de gelegenheid aan de commissie van wijzen een aanvraag ter compensatie voor te leggen.

Vraag 7
Bent u bereid in dit concrete geval de helpende hand te bieden? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 7
Op korte termijn kan het MCL hun casus aan de commissie voorleggen. De commissie brengt hierover advies uit, waarna ik een besluit neem. Idealiter valt dat besluit in de loop van 2008 zodat op het moment van overgang naar het systeem van prestatiebekostiging voor individuele ziekenhuizen duidelijkheid bestaat over eventuele compensatie. Vooruitlopend op de werkzaamheden van de commissie zal ik geen individuele ziekenhuizen beoordelen noch compenseren.

Vraag 8
Leidt het risicodragend worden van de kapitaallasten voor ziekenhuizen niet ook op andere plaatsen in Nederland tot een ongewenste concentratie van voorzieningen? Kunt u hiervan een overzicht geven?

Antwoord 8
Er is geen overzicht van ziekenhuizen die als gevolg van de wijziging in de bekostiging van de gebouwgebonden kapitaallasten in de problemen komen. Ieder ziekenhuis in Nederland is in de gelegenheid om de commissie van wijzen een aanvraag ter compensatie voor te leggen. Ziekenhuizen moeten zelf hun case aanhangig maken bij de commissie van wijzen die de aanvragen zullen beoordelen. Het risicodragend worden voor de kapitaallasten geeft meer vrijheid in bestuur en kan bovendien bij goed financieel beleid van ziekenhuizen juist tot voordelen leiden.

Vraag 9
Hoe verhoudt de dreigende sluiting zich tot de onlangs kamerbreed aangenomen moties-Kant c.s. en De Vries c.s. waarin gevraagd wordt fusies van instellingen en concentraties van voorzieningen te toetsen aan criteria als maatschappelijke functie, leefbaarheid en bereikbaarheid? 3)

Antwoord 9
In de motie wordt gevraagd bij het onderzoek naar een adequate toetsing van fusies van zorginstellingen en/of concentraties van zorgvoorzieningen het criterium "maatschappelijk functie en leefbaarheid" te betrekken.
Ik zal onderzoeken of bij de huidige manier van beoordelen van fusies in de zorg sprake is van een goed werkend stelsel, zowel qua proces als qua weging van de verschillende factoren die daarbij spelen, waaronder maatschappelijke functie, leefbaarheid en bereikbaarheid. In de loop van het voorjaar stuur ik een aparte brief aan de Kamer over de vraagstukken van bereikbaarheid, waarin ik al deze aspecten zal verwerken. Of de inhoud van deze brief van zodanige invloed is op het voornemen van het MCL om de OK-afdeling en de OK-gerelateerde dagbehandeling kan ik niet zeggen. Het blijft een besluit van het MCL en de essentie voor mij als minister is dat er kwalitatief hoogwaardige zorg wordt geleverd en dat er bij acute zorg aan de veldnorm van 45 minuten kan worden voldaan.


1) Harlinger Courant, 27 november 2007

2) Verslag Algemeen Overleg Commissie VWS, 11 oktober 2007
3) Kamerstuk 31 200 XVI nrs. 39 en 84 (eerst 45)