Ministerie van Verkeer en Waterstaat

abcdefgh

de voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Binnenhof 4

2513 AA DEN HAAG

Contactpersoon Doorkiesnummer

Datum Bijlage(n)
17 januari 2008 - Ons kenmerk Uw kenmerk VENW/DGP-2008/254 2070805800 Onderwerp
Kamervragen

Geachte voorzitter,

Hiermee beantwoord ik de vragen die het lid Roemer heeft gesteld over de gebruiksonvriendelijkheid van de OV-chipkaart voor visueel gehandicapten


1. Wat is uw reactie op het artikel `OV-Chip plukt blinden kaal'?1


2. Onderschrijft u de analyse van belangenorganisatie Viziris dat het geluid dat de scanners maken in drukke situaties te zacht is voor blinden om te kunnen horen of zij wel betaald hebben voor hun rit? Zo ja, welke maatregelen gaat u nemen? Zo neen, waarom niet?


1 en 2. Reizigers krijgen verschillende signalen die hen informeren over het wel of niet slagen van de incheck- of uitcheckhandeling. Eén van deze signalen is het geluidssignaal van de kaartlezer. Als er toegangspoortjes aanwezig zijn, maakt ook het openen van de poortjes de reiziger duidelijk of de in- of uitcheck is geslaagd. Reizigers zonder visuele beperking krijgen daarnaast nog een signaal door een groen of rood licht op het display.

Het volume van het geluidssignaal van de kaartlezers is over het geheel gezien voldoende om reizigers te informeren over het wel of niet slagen van het in- of uitchecken. Uit het artikel in de Telegraaf van 28 november blijkt dat een


1 De Telegraaf, 28 november 2007
Postadres Postbus 20901, 2500 EX Den Haag Telefoon 070 351 61 71

Bezoekadres Plesmanweg 1-6, 2597 JG Den Haag Fax 070 351 78 95 bereikbaar met tram 9 (station hs en cs) en bus 22 (station cs)

VENW/DGP-2008/254

combinatie van geluidssignalen kan leiden tot onzekerheid over het wel of niet in- en uitchecken met de OV-chipkaart. Een harder geluidsniveau van de kaartlezer helpt visueel gehandicapten niet om beter te horen of zij betaald hebben voor hun rit. De geluidssignalen van andere kaartlezers in de omgeving zorgen dan nog steeds voor een combinatie van signalen die tot onzekerheid kan leiden.

In de toekomst, nadat de papieren vervoerbewijzen niet meer geldig zijn in de metro, kunnen de poortjes alleen geopend worden door een in- of uitcheck. Dit maakt ook de situatie voor visueel gehandicapten inzichtelijker.

De RET zal dit onderwerp opnieuw op de agenda zetten tijdens de reguliere overleggen die de RET heeft met Viziris, met als doel gezamenlijk te bekijken of er nog mogelijkheden zijn om de situatie te verbeteren.

Uit de huidige ervaringen in Rotterdam blijkt dat er tijdens de introductie sprake is van een gewenningsperiode. Gedurende deze gewenningsperiode leidt het gebruik van de OV-chipkaart nog tot fouten. Zodra reizigers vertrouwd raken met het in- en uitchecken nemen de problemen af. De RET probeert de gewenningsperiode zo optimaal mogelijk te ondersteunen door goede voorlichting en communicatie.


3. Bent u bereid blinden en slechtzienden gratis met het OV in Amsterdam en Rotterdam te laten reizen tot deze problemen zijn opgelost? Zo neen, waarom niet?


3. De rijksoverheid is daartoe niet gemachtigd, omdat er dan sprake zou zijn van discriminatie van deze mensen in Rotterdam en Amsterdam ten opzichte van de rest van Nederland. De gemeente zou dat binnen de wettelijke kaders voor de eigen inwoners wel kunnen overwegen.


4. Kunt u aangeven wat de financiële consequenties zijn van het aanpassen van de apparatuur, die noodzakelijk is voor de OV-Chipkaart, voor visueel en anders gehandicapten? Kunt u ook aangeven wat de kosten zouden zijn van het gratis laten reizen van mensen met een lichamelijke handicap in het OV hetgeen een gedeelte van deze aanpassingen overbodig zou maken?


4. Nee, zie de antwoorden op de vragen 2 en 3. Als blijkt dat er aanpassingen nodig zijn is dat een verantwoordelijkheid van de vervoerder.


5. Deelt u de mening dat zelfstandig reizen in het openbaar vervoer door mensen met een handicap bevorderd dient te worden? Zo ja, hoe verhoudt dit zich tot de gratis begeleiderskaart, terwijl zelfstandig gratis reizen niet mogelijk is voor mensen met een lichamelijke handicap?


5. Als mensen met een functiebeperking in staat zijn om zelfstandig met het openbaar vervoer te reizen, ben ik van oordeel dat dit bevorderd dient te worden.
---

VENW/DGP-2008/254

Sommige mensen zijn echter, vanwege een verstandelijke en/of lichamelijke functiebeperking, niet in staat om zelfstandig te reizen met het OV. In deze gevallen betaalt de reiziger net als ieder ander en is het gratis meereizen van een begeleider mogelijk.


6. Deelt u de mening dat gratis openbaar vervoer voor mensen met een lichamelijke handicap een impuls kan geven aan de mobiliteit van deze groep? Zo ja, wat welke maatregelen gaat u nemen? Zo neen, waarom niet?


6. Voor het reizen met het openbaar vervoer door mensen met een functiebeperking is gratis of niet gratis niet het onderscheidend criterium. Deze mensen betalen net als ieder ander. Een betere toegankelijkheid is een voorwaarde voor het zelfstandig gebruik van het openbaar vervoer door mensen met een functiebeperking. De verbetering van de toegankelijkheid van het OV dient derhalve prioriteit te hebben boven het mogelijk maken van gratis OV voor deze groep. Om een verbeterde toegankelijkheid te bereiken, zijn zowel voor spoor- als voor busvervoer implementatieplannen ontwikkeld, waarover de Tweede Kamer in
2005 en 2006 door middel van verschillende brieven geïnformeerd is. Op het moment lopen, in het kader van de bundeling van doelgroepenvervoer, regionale pilots waarin (tijdelijk) gratis openbaar (bus)vervoer voor specifieke doelgroepen gekoppeld is aan het toegankelijk maken van haltes. Over de uitkomsten van een tussenevaluatie is de Tweede Kamer geïnformeerd per brief van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en ondergetekende d.d. 25 oktober 2007, kenmerk: VWS DMO/PO-2803144.

Hoogachtend,

DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

J.C. Huizinga-Heringa

---