Datum 
                                                                    15 januari 2008 

                                                                    Onderwerp 
                                                                    Mall Tilburg              

Aan de leden van de raad,                                                                      


In september 2007 hebben wij u in een mondelinge presentatie en een                           
uitgebreide brief geïnformeerd over het initiatief Mall Tilburg. Op dat moment                 
is aangegeven dat de periode vanaf september in het teken zou staan van het                   
nader onderzoeken van het initiatief. Een aantal onderzoeken moet meer                        
duidelijkheid geven over onderwerpen als economische effecten, milieu,                        
natuur, bereikbaarheid en duurzaamheid. Daarnaast stond het overleg met                        
relevante partijen op de agenda, evenals het meer zicht krijgen op het concept                
van de Mall.                                                                                   

Met deze brief informeren wij u over de actuele stand van zaken en geven wij                   
u zicht op wat de komende periode te verwachten zal zijn.                                      

Korte samenvatting                                                                             
De  afgelopen periode hebben gemeente Tilburg en OVG Projectontwikkeling                       
benut om nader met elkaar in gesprek te gaan. Centraal daarin stond onder                      
andere een verdere aanscherping van het concept van de Mall en het inhoud                      
geven aan benodigde onderzoeken. De samenwerking tussen beide partijen                         
verloopt in een constructieve sfeer met respect voor beider invalshoeken.                      
Partijen zijn het er over eens dat een project als Mall Tilburg alleen tot stand               
kan komen wanneer er ruime aandacht wordt gegeven aan de belangen van een                      
groot aantal betrokken partijen. Zij investeren daarom ook in een zo groot                     
mogelijke openheid over het te volgen proces.                                                  
Dit betekent bijvoorbeeld dat met een aantal extern betrokken partijen                        
gesprekken zijn aangegaan. Voor een aantal onderzoeken heeft dit                              
geresulteerd in een nauwe betrokkenheid van deze partners in de uiteindelijke                 
totstandkoming van de opzet en inhoud van de onderzoeken.                                     

In het totale traject onderscheiden we 3 hoofdonderzoeken:                                    
-    De Economische Effect Rapportage                                                         
-    Het onderzoek milieu, natuur en bereikbaarheid                                           
-    Het onderzoek duurzaamheid                                                               

                                                                                        1 


                                                                          College 



  Voor alle onderzoeken geldt dat deze begin 2008 zullen starten en dat afronding 
  verwacht wordt eind eerste kwartaal 2008.  
  In de periode tot en met eind maart zullen de gemeente Tilburg en OVG zich 
  bezighouden met het formuleren van randvoorwaarden en kaders die, samen met de 
  resultaten van de onderzoeken, een afwegingskader bieden voor een volgend go/no-go 
  moment. Dit moment wordt voorzien in april/mei 2008, waarbij ook besluitvorming 
  door college c.q. raad over de voortgang van het project plaats zal vinden. Bij positieve 
  besluitvorming zal vanaf mei op basis van een document waarin randvoorwaarden en 
  kaders zijn beschreven worden gewerkt aan de totstandkoming van een 
  samenwerkingsovereenkomst en planuitwerking waarbij vermoedelijk extra  
  onderzoeken noodzakelijk zullen zijn. Dit betekent dat in dat geval ook op latere 
  momenten in 2008 besluitvorming over vervolgfasen wordt voorzien. 

                  Het initiatief    Mall Tilburg is een initiatief van de OVG projectontwikkeling welke locatie 
                                    zoekt voor het ontwikkelen van een Mall: een grootschalig complex van 
                                    (bovenregionale) detailhandel (retail), horeca en leisure. De beoogde Mall 
                                    heeft een minimale omvang van 18 hectare en is op dit moment uniek voor 
                                    Nederland. De ontwikkelaars denken aan een invulling van minimaal 65.000 
                                    m2 verhuurbaar vloeroppervlak detailhandel. In 2007 is samen met de 
                                    gemeente Tilburg gewerkt aan de totstandkoming van een 
                                    intentieovereenkomst, een plan van aanpak en de keuze voor een 
                                    voorlopige voorkeurslocatie: het MOB-complex, gelegen aan de 
                                    IJpelaereweg, binnen de Noordwesttangent, in de zuidwestelijke hoek van 
                                    de kruising van de tangent en de Midden-Brabantweg.  
                                    De gemeente Tilburg ziet het initiatief als een kans om de stad Tilburg een 
                                    economische impuls te kunnen geven. Het biedt ons de mogelijkheid onze 
                                    stad verder op de nationale en internationale kaart te plaatsen. Tevens 
                                    wordt het initatief gezien als een impuls voor de werkgelegenheid in de 
                                    stad. Uiteraard kan er ook sprake zijn van neveneffecten. Deze effecten en 
                                    de mogelijkheden om daarvoor indien nodig oplossingen te vinden dienen 
                                    in beeld gebracht te worden om een volgende afweging te kunnen maken.  

       Het concept Mall Tilburg       In de afgelopen periode heeft de gemeente Tilburg uitgebreid gesproken 
                                      met de ontwikkelcombinatie om meer zicht te krijgen op het concept van 
                                      de Mall. Waar hebben we het nu over? Onderstaand wordt de visie van OVG 
                                      weergegeven. Wij hebben nog geen reactie  geformuleerd op deze visie.   
                                      OVG baseert de toekomstige invulling van de Mall op een aantal 
                                      belangrijke deelontwikkelingen in de retailmarkt. 
                                      Zo signaleren zij de trend van een steeds verdergaande schaalvergroting. 
                                      Winkelketens zoeken naar units met een groot vloeroppervlakte, een 
                                      zoektocht die in binnensteden maar beperkt beantwoord kan worden.  
                                      Een tweede ontwikkeling is volgens OVG het aanbieden van totaal 
                                      winkelconcepten. Voorbeelden zijn winkelformules die traditioneel kleding 
                                      verkopen maar daarnaast ook accessoires, producten voor persoonlijke 
                                      verzorging, bodyfashion en interieur. 
                                      Daarnaast geeft OVG aan dat er steeds meer merkwinkels ontstaan,  dat 
                                      niet-Nederlandse/niet Europese formules op zoek naar een plaats in de 
                                      Europese detailhandelsmarkt. Bovendien verovert ook het winkelen via 
                                      internet de markt.  
                                      OVG wil de Mall in Tilburg in laten spelen op trends en ontwikkelingen in 
                                      het winkelgedrag en vrijetijdsbesteding. Het zou een centrum moeten 
                                      worden waar niet alleen producten gekócht kunnen worden. Product- en 
                                      winkelbeleving staan centraal en dit wordt vertaald door het creëren van 
                                                                                                 2 


                                                                  College 



                           een hoogwaardig winkelmilieu waarin het prettig verblijven is en waar elke 
                           week of dag van het jaar iets te beleven is.  
                           De totale ontwikkeling kan volgens OVG bestaan uit een viertal elementen: 
                          -     winkels, met vooralsnog geen branchebeperkingen; 
                           -    horeca (de winkels en de horeca samen, de "hardware"); 
                          -     actief centrummanagement (de "software"); 
                           -    leisure activiteiten. 
                           Voor de positionering van Mall Tilbug kiest OVG  voor een 
                           identiteitsbepalend accent op het middenhoog tot hoog aanbod. Deze 
                           keuze wordt  ook gemaakt om het onderscheidend vermogen ten opzichte 
                           van de huidige Tilburgse binnenstad en andere omliggende 
                           winkelgebieden te bereiken.  
                           Op dit moment denkt OVG aan winkelcategorieën volgens de volgende 
                           onderverdeling:  
                           -    bekende formules op (hele) grote oppervlakte, zodat voor enkele 
                                formules deze vestiging hun flagshipstore wordt; 
                           -    merkwinkels in verschillende segmenten; 
                           -    buitenlandse formules; 
                           -    zelfstandigen / MKB bedrijven; 
                           -    warenhuizen 
                           -    food 
                           -    leisure. 
                           Ten aanzien van de marktsegmenten denkt OVG op dit moment gedacht 
                           aan: 
                           -    een aandeel discount/laag van niet meer dan 20% 
                           -    een middensegment van 40-70% 
                           -    een hoogwaardig segment van 20-40% 
                           -    0-10% exclusieve aanbieders.  
                           Deze conceptbeschrijving wordt gebruikt als uitgangspunt in de diverse 
                           onderzoeken die op dit moment van start gaan.  
                           Om het totale initiatief in het kader van de go/no-go beslissing te kunnen 
                           beoordelen zullen wij ons een mening vormen over de 
                           conceptbeschrijving van OVG zoals deze nu voorligt.    
                           Alhoewel met het bovenstaande een scherper beeld wordt geschetst van 
                           het initiatief Mall Tilburg blijft gelden dat het hier om een schriftelijke 
                           weergave betreft.  
                           In dit soort projecten gaat het niet alleen over feiten, cijfers en papier 
                           maar kan ook een persoonlijke beleving, bijvoorbeeld door een bezoek aan 
                           een Mall welke is gebaseerd op een aantal gelijkwaardige uitgangspunten,  
                           een goede bijdrage leveren aan de beeldvorming. Eind januari organiseert 
                           de Kamer van Koophandel voor direct betrokkenen een studietrip naar 
                           Bluewater, een Mall in de omgeving van Londen welke door OVG voor 
                           bepaalde aspecten wordt gezien als een referentieproject. Naar aanleiding 
                           van contacten met de KvK is inmiddels besloten dat ook de gemeente 
                           Tilburg en OVG een bijdrage zullen leveren aan deze studietrip. Een aantal 
                           collegeleden en leden van de raad zal deelnemen aan dit programma. Wij 
                           hopen dat alle elementen tezamen kunnen bijdragen aan een goede 
                           discussie rondom het initiatief Mall Tilburg. Na het bezoek aan Bluewater 
                           zal OVG in afweging nemen in hoeverre een bezoek aan andere Malls voor 
                           een verder beeldvorming wenselijk zal zijn.  

       De onderzoeken    In het Plan van Aanpak tussen de gemeente Tilburg en OVG 
                         projectontwikkeling is een aantal uitgangspunten ten aanzien van de 
                                                                                        3 


                                            College 



     uitvoering van de onderzoeken beschreven.  
     De  onderzoeken worden alleen dan uitgevoerd als zowel de gemeente als 
     OVG hun goedkeuring hebben gegeven aan de onderzoeksvragen en de 
     structuur van het onderzoek. Tevens wordt de keuze van het 
     onderzoeksbureau in overleg bepaald door de gemeente en OVG en  dienen 
     de onderzoeken te voldoen aan de daaraan te stellen wettelijke eisen. In 
     eerste instantie zou OVG de kosten voor alle onderzoeken voor haar 
     rekening nemen. Inmiddels is besloten dat - met het oog op maximale 
     transparantie en objectiviteit - alle onderzoeken door de gemeente Tilburg 
     én OVG projectontwikkeling betaald zullen worden.   
     Naast de oorspronkelijk benoemde onderzoeken op het gebied van 
     economische effecten, milieu, natuur en bereikbaarheid zal op nadrukkelijk 
     verzoek van de gemeente Tilburg ook een onderzoek ten aanzien van 
     duurzaamheid worden uitgevoerd. Onderstaand wordt het proces ten 
     aanzien van de totstandkoming en uitvoering van de verschillende 
     onderzoeken beschreven.  

     Economische Effect Rapportage 
     De presentatie van de plannen voor een vestiging van een Mall in Tilburg 
     heeft veel reacties opgeroepen. Deze waren (en zijn) met name afkomstig 
     uit (belangenorganisaties) uit de detailhandels- en dienstensector, zowel op 
     lokaal, regionaal als landelijk niveau, maar ook vanuit gemeenten uit de 
     directie omgeving (ROM) als in BrabantStad verband (B5). De belangrijkste 
     inhoudelijke strekking van de reacties richt zich op de economische 
     effecten van de vestiging van een Mall voor de Tilburgse binnenstad maar 
     ook de dorpen en steden in het benoemde voorzieningengebied van de Mall. 
     Als antwoord op deze reacties is door de gemeente Tilburg (ambtelijk en 
     bestuurlijk) en in samenwerking met OVG een groot aantal gesprekken 
     gevoerd waarin benadrukt is dat de economische effecten nadrukkelijk 
     onderzocht dienen te worden alvorens definitieve conclusies te trekken.  

     Als een resultaat van deze gesprekken en door overleg tussen de betrokken 
     partijen (Gemeente Tilburg en OVG) is voorgesteld de onderzoeken ten 
     aanzien van de economische effecten als volgt op te zetten: 
     -    ter bewaking van een neutrale positie in dit traject zal de gemeente 
          Tilburg de rol van opdrachtgever op zich nemen 
     -    een begeleidingscommissie wordt in het leven geroepen. Deze 
          commissie heeft een adviserende rol ten behoeve van de 
          totstandkoming van de onderzoeksopdracht, de onderzoeksvragen, de 
          selectie van het onderzoeksbureau en het eindadvies  
     -    in deze begeleidingscommissie hebben zitting: vertegenwoordigers van 
          belangenorganisaties op lokaal, regionaal, provinciaal en landelijk 
          niveau. 
     -    Een werkgroep uit de begeleidingscommissie heeft tot taak de 
          bijeenkomsten van de begeleidingscommissie voor te bereiden en 
          adviezen voor opdrachtgever uit te brengen, zo is deze werkgroep ook 
          betrokken bij de keuze voor het onderzoeksbureau.  
     -    Zowel de begeleidingscommissie als de werkgroep kennen een 
          onafhankelijk voorzitter, de heer Henry Meydam, onder andere 
          voorzitter van de VROM-raad.  

     De organisaties die zijn uitgenodigd om deel te nemen hebben, enkele 
     uitzonderingen daargelaten, zeer positief gereageerd op het verzoek om 
                                                                   4 


                                           College 



     deelname. Dit heeft geleid tot zeer constructief verlopen bijeenkomsten 
     waarin de begeleidingscommissie en vervolgens de werkgroep hun 
     inhoudelijke bijdragen hebben kunnen leveren.  
     Daarna hebben zij zich positief uitgesproken over het onderzoeksdocument 
     inclusief de onderzoeksvragen, het voorlopige illustratieve concept van de 
     Mall én is in overleg met de werkgroep een keuze voor het 
     onderzoeksbureau bepaalt. Het bureau DHV zal het onderzoek  Economische 
     Effect Rapportage voor haar rekening nemen.  

     De Provincie Noord Brabant én de B5 steden Breda, 's Hertogenbosch, 
     Eindhoven en Helmond hebben besloten géén zitting te nemen in de 
     begeleidingscommissie c.q. werkgroep. Wel neemt een vertegenwoordiger 
     van het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven (SRE) deel aan de 
     begeleidingscommissie. De B5 steden hebben bij de provincie Noord 
     Brabant het verzoek neergelegd om, gezien de verwachte economische 
     effecten voor het BrabantStad gebied, een eigen onderzoek uit te voeren. De 
     Provincie Noord Brabant wil echter in dit traject een onafhankelijke positie 
     innemen en zal noch deelnemen in onderzoeken van de gemeente Tilburg 
     noch in een mogelijk onderzoek van de vier andere B5 steden. Wel heeft de 
     Provincie een checklist gemaakt die als input kan dienen voor 
     onderzoeken/c.q. afwegingskaders door diverse partijen, waaronder de 
     Provincie zelf.  
     Als een reactie hierop hebben de vier B5 steden aangekondigd een eigen 
     onderzoek (second opinion) te willen starten. In B5 verband is afgesproken 
     dat hiervoor dezelfde uitgangspunten gehanteerd worden. Wij betreuren de 
     opstelling van de vier B5 steden en hebben diverse pogingen, onder andere 
     door tussenkomst van de voorzitter Economische Effect Rapportage, 
     ondernomen om nader tot elkaar te komen. Dit heeft echter niet tot 
     resultaat geleid. De feiten kennende kiezen wij echter voor een open 
     opstelling en vraagt daarbij van de andere steden eenzelfde op 
     samenwerking gerichte houding. Inmiddels zijn de contacten met de vier 
     B5-steden ten aanzien van de onderzoeken gelegd. Tilburg zal alle relevante 
     documenten die bekend zijn bij de begeleidingscommissie, werkgroep en 
     onderzoeksbureau ter beschikking stellen en heeft verzocht om ook 
     betrokken te worden rondom het onderzoek van de vier B5-steden. 
     In B5 verband is overigens door de Provincie Noord Brabant benadrukt dat 
     de gemeente Tilburg haar besluitvorming rondom go/no go niet behoeft te 
     laten afhangen van de termijn waarop de resultaten van een onderzoek van 
     de vier B5 steden bekend is.    

     Voor de samenstelling van begeleidingscommissie, werkgroep en 
     vraagstelling wordt verwezen naar de bijlage.  

     Onderzoeken milieu, natuur en bereikbaarheid 
     In deze fase van het proces concentreert het onderzoek, uitgevoerd in 
     opdracht van OVG, zich met name op de eerste wettelijke verplichtingen in 
     relatie tot milieu, natuur en bereikbaarheid. Op al deze terreinen zijn 
     criteria en eisen vastgesteld waaraan de haalbaarheid van een project 
     getoetst dient te worden. De onderzoeken in deze fase zullen zich niet 
     alleen richten op de toetsing aan deze criteria maar ook op de 
     mogelijkheden die er zijn om alternatieve scenario's te ontwikkelen.  
     Gaat het in deze fase dus feitelijk om toetsing aan wettelijke criteria,  de 
     gemeente Tilburg heeft echter ook nu al  aandacht voor ambities die zij op 
                                                                 5 


                                            College 



     dit terrein wil verwezenlijken. Dit betekent dat in de vraagstelling ook 
     aandacht besteed wordt aan het bezien van de mogelijke alternatieven op 
     het gebied van hoogwaardig openbaar vervoer en de bijdrage die kan 
     worden geleverd aan de beleidsambitie om van Tilburg op termijn een CO2 
     neutrale stad te maken. Voor de vraagstelling wordt verwezen naar de 
     bijlage.  

     In de besluitvorming rondom Mall Tilburg dient ook een definitieve 
     locatiekeuze aan de orde te komen. Bij de presentatie van het initiatief in 
     september is aangegeven dat de gemeente en OVG het MOB-complex aan de 
     IJpelaereweg zien als voorkeurslocatie. In alle onderzoeken rondom milieu, 
     natuur en bereikbaarheid wordt deze voorkeurslocatie als eerste 
     onderzocht. Daarnaast zal om tot een gedegen afweging te komen de 
     vraagstelling worden bekeken voor een  aantal alternatieve locaties binnen 
     de gemeente Tilburg. Het aantal alternatieve locaties dat wordt 
     meegenomen wordt uitgebreid ten aanzien van eerdere voorselecties. Met 
     het oog op voorkomen van speculatieve aankopen in de betreffende 
     gebieden is besloten de locaties vertrouwelijk te behandelen.. In de 
     afgelopen periode is steeds duidelijker naar voren gekomen dat de 
     vestiging van de Mall gebaseerd dient te zijn op een zeer gedegen afweging 
     van alle alternatieve locaties. Dat is niet alleen nodig uit een oogpunt van 
     milieu en natuur maar vooral ook uit een oogpunt van een goede planologie. 
     Het nader bezien van deze alternatieve locaties is ook verplicht in een 
     separaat uit te voeren mer-procedure.  

     Het onderzoek milieu, natuur en bereikbaarheid wordt uitgevoerd in 
     opdracht van OVG projectontwikkeling. De onderzoeksopzet en 
     vraagstelling is tot stand gekomen in nauwe samenwerking met de 
     gemeente Tilburg. Ook ten aanzien van dit onderwerp is de mening 
     gevraagd van een aantal externe partners, in concreto de Groene Mal 
     partners en een vertegenwoordiging van de ROM gemeenten. De resultaten 
     van deze onderzoeken dienen als worden benut bij het afwegingskader voor 
     een eerste go/no-go moment in het eerste kwartaal 2008. 

     Mer-procedure 
     Op langere termijn zal een aantal gerelateerde milieu, natuur en 
     bereikbaarheidsonderwerpen nadrukkelijker en diepgaander onderzocht 
     dienen te worden in een m.e.r.-procedure.  
     OVG heeft inmiddels een startnotitie voor een m.e.r-procedure bij de 
     gemeente Tilburg ingediend. De gemeente Tilburg is wettelijk verplicht 
     deze startnotitie in behandeling te nemen. Doel van de startnotitie is 
     informatie te bieden over de voorgenomen activiteit aan het bevoegd gezag, 
     de bevolking, de Commissie-mer en een aantal wettelijke adviseurs. Met het 
     ter inzage leggen van de startnotitie wordt eenieder de gelegenheid 
     geboden opmerkingen te maken over de gewenste inhoud van het 
     uiteindelijke MER-rapport. 

     Op dit moment bevindt het project Mall Tilburg zich nog in de fase waarin 
     de gemeente en OVG verkennende gesprekken voeren. Bij het nemen van een 
     go/no go beslissing kunnen partijen ­ die nog altijd vrijblijvend met elkaar 
     onderzoeken en onderhandelen - zonder verdere verplichtingen het project 
     beëindigen.  
     Door nu al met een m.e.r.-procedure te starten is tijdwinst te behalen indien 
                                                                    6 


                                                                 College 



                         besloten wordt tot voortgang van het project. Daarnaast biedt nu starten van 
                         de procedure mogelijkheden om een brede maatschappelijke betrokkenheid 
                         in het totale traject te realiseren. Nadrukkelijk moet worden gesteld dat de 
                         uitwerking van alle de in de m.e.r.-procedure verplichte onderwerpen niet 
                         noodzakelijk is in relatie tot de eerste go/no go besluitvorming waarbij het 
                         zoals gezegd gaat om een eerste beeldvorming ten aanzien van de 
                         tegemoetkoming aan wettelijke verplichtingen vanuit milieu, natuur en 
                         bereikbaarheid. Ook moet worden benadrukt dat de gemeente Tilburg zich 
                         met het starten van deze procedure niet verbindt voor de fase ná het eerder 
                         genoemde go/no go moment. Het spreekt bovendien voor zich dat indien de 
                         gemeente Tilburg en OVG op een eerstvolgend besluitvormingsmoment er 
                         voor kiezen het initiatief stop te zetten ook de m.e.r.-procedure wordt 
                         stopgezet.  

                         Duurzaamheid 
                         Wij hebben ons bij de behandeling van het plan van aanpak uitgesproken 
                         voor het betrekken van duurzaamheidaspecten in de eerste afwegingen 
                         rondom het initiatief. Daarbij is benoemd dat de duurzaamheidsaspecten in 
                         de onderzoeksfase in beeld dienen te worden gebracht door gebruik te 
                         maken van de Telos methodiek. Deze methodiek brengt aan de hand van 
                         o.a. deskresearch en interviews bij een groot aantal stakeholders vanuit 
                         diverse invalshoeken (sociaal cultureel, economisch,ecologisch) in beeld 
                         hoe de Mall een positief c.q. negatieve bijdrage levert aan duurzaamheid én 
                         hoe effecten gecompenseerd kunnen worden.  
                         Alhoewel het initiatief voor het onderzoek naar duurzaamheidsaspecten 
                         niet is benoemd in het Plan van Aanpak en het verzoek hiertoe nadrukkelijk 
                         afkomstig is van de gemeente Tilburg hebben OVG en Gemeente inmiddels 
                         overeenstemming bereikt over gezamenlijk opdrachtgeverschap en deling 
                         van de kosten.Met het instituut Telos van de Universiteit Tilburg is 
                         uitgebreid van gedachten gewisseld over de invulling van het onderzoek. 
                         Dit heeft inmiddels geresulteerd in een eerste bijeenkomst waarin circa 30 
                         (landelijke) organisaties, instellingen, bedrijven en direct omwonenden van 
                         het MOB complex zijn geïnformeerd over de opzet van het onderzoek 
                         duurzaamheid. De aanwezigen hebben positief gereageerd op het verzoek 
                         om medewerking te verlenen. Telos zal het onderzoek uitvoeren in het 
                         eerste kwartaal 2008.  
                         Voor de onderzoeksopzet en vraagstelling wordt verwezen naar de bijlage.  

       Vervolgtraject    Zoals in het bovenstaande verschillende malen is benoemd hebben de 
                         onderzoeken  die in deze fase worden uitgevoerd tot doel een eerste 
                         afweging voor een volgende go/no go moment mogelijk te maken. Het 
                         karakter van de onderzoeken is op een aantal punten  verkennend, terwijl 
                         op andere aspecten direct al meer diepgang plaatsvindt of toetsing aan 
                         wettelijke kaders. Uitgangspunt is dat de resultaten van de onderzoeken 
                         zowel voor de gemeente Tilburg als voor OVG projectontwikkeling zicht 
                         geven op de haalbaarheid en wenselijkheid van voortzetting van het 
                         initiatief Mall Tilburg. Als aan de meest elementaire criteria van beide 
                         partijen niet voldaan kan worden, bijvoorbeeld op grond van wettelijke 
                         eisen, is het immers niet zinvol een volgende stap in het proces te zetten.  
                         Indien er in het voorjaar wordt besloten door te gaan met dit initiatief zal 
                         de onderzoeksfase een vervolg krijgen. Enerzijds is dat waarschijnlijk 
                         gewenst op basis van de resultaten van de uitgevoerde onderzoeken, 
                         anderzijds zal dit wettelijk noodzakelijk zijn in relatie tot de uitvoering van 
                                                                                       7 


                                                                College 



               het project.  

               Dat betekent, en is ook benoemd in het plan van aanpak, dat ook na het 
               eerste besluitvormingsmoment in april/mei 2008 momenten bepaald zullen 
               worden waarop partijen besluiten zullen nemen over de voortzetting van 
               het project.  

               In de komende maanden zullen zowel de gemeente Tilburg als OVG zich, 
               zowel individueel als gezamenlijk, voorbereiden op de go/no-go 
               besluitvorming en alle punten die daarbij van belang zijn.  
               Voor de gemeente Tilburg geldt dat het hierbij niet alleen zal gaan om 
               interpretatie van de resultaten van de genoemde onderzoeken. Welke 
               criteria zijn voor ons belangrijk in de afweging om te beoordelen of het 
               initiatief voor Tilburg als kansrijk bestempeld kan worden? Welke condities 
               verbinden wij daar dan aan? Wat is mogelijk en noodzakelijk om met dit 
               project een bijdrage te leveren aan de ambities van onze stad? Wij stellen 
               het op prijs om ook met een vertegenwoordiging van de raad van gedachten 
               te wisselen over de kwesties welke in dit kader als afweging moeten worden 
               meegenomen en zullen daarover met u in overleg treden.  
               Alle randvoorwaarden en kaders die de gemeente Tilburg bijeenbrengt 
               dienen te worden meegenomen in het totale afwegingskader rondom de 
               go/no go beslissing. Zowel de gemeente Tilburg als OVG streven er naar om 
               deze besluitvorming zo snel mogelijk na afronding van de onderzoeksfase, 
               bijvoorkeur begin tweede kwartaal 2008, plaats te laten vinden om - ook 
               met het oog op andere initiatieven in de stad -  duidelijkheid te kunnen 
               geven aan het groot aantal betrokken partijen.  




                Tilburg,  15 januari 2008                                                   

                Het college van burgemeester en wethouders van Tilburg,                     
                de secretaris,                                  de burgemeester, 




                ir. A.H.A.M. Derks                              dr. R.L. Vreeman 

                                                                                     8 





---- --
                        BIJLAGE 1 

                                                                             gemeente Tilburg 

                                                 Gebiedsontwikkeling  

           Onderwerp  Onderzoeken Mall Tilburg 
       Deelonderzoek  Economische Effect Rapportage 
       Opdrachtgever  Gemeente Tilburg 
              Looptijd  Totaalproject: oktober 2007 - 1e kwartaal 2008 
                       Uitvoering onderzoeken: 1e kwartaal 2008 

       Uitvoering door  Totstandkoming Tenderdocument: drs. Baptist Brayé, oprichter Locatus / 
                        visiting scholar Harvard School of Design 
                       Onderzoek: via meervoudig onderhandse aanbesteding, shortlist: Ecorys, 
                       DHV en Goudappel Coffeng.  

     Onderzoeksvragen  De economische-effect-rapportage dient op de volgende kernvragen 
                        antwoord te geven; 
                       1. In welke mate is `Mall Tilburg' complementair aan andere voorzieningen in 
                       Tilburg en het verzorgingsgebied ? 
                       2. In welke mate zal `Mall Tilburg' leiden tot een herschikking binnen het 
                        bestaande winkelaanbod? 
                       3. Een oordeel over de vraag in welke mate `Mall Tilburg' binnen het nieuwe 
                        totaalbeeld aangemerkt moet worden als structuurversterkend en/of 
                        structuurverstorend, daarbij rekening houdend met profielversterkende 
                        ingrepen in bestaande winkelgebieden. 
                       Nadere uitwerkingsaspecten: 
                        · "Mall Tilburg' beoogt een Brabant overstijgend verzorgingsbereik. Dit 
                        vraagt van het onderzoek om een heldere onderbouwde afbakening van het 
                        omzetaandeel dat mag worden verwacht uit het beoogde primaire, secundair 
                        en tertiaire verzorgingsbereik.  
                        · De schaal van het project geeft aan dat inzichtelijk moet worden gemaakt 
                        in welke mate er sprake er bij `Mall Tilburg' is van complementariteit aan de 
                        overige winkelvoorzieningen in het verzorgingsgebied (aan te merken als 
                        structuurversterking). 
                        · Het onderzoek moet aangeven of er als gevolg hiervan sprake zal zijn van 
                       herschikkingen binnen het bestaande winkelapparaat (aan te merken als 
                       structuurverstoring). 
                       · Het onderzoek dient aan te geven bij welke grenswaarden van het saldo 
                        van structuurversterkende en structuurverstorende effecten als duurzaam 
                        ontwrichtend moet worden aangemerkt. 
                        · Verwachte effecten dienen te worden uitgesplitst naar het centrum van 
                       Tilburg, ondersteunende winkelclusters Tilburg, aangrenzende gemeenten,  
                       de kernwinkelapparaten van de B5-gemeenten en overige grote 
                       kernwinkelapparaten in het verzorgingsbereik 
                       · Het onderzoek dient inzicht te bieden in de uit het uiteindelijke 
                       doelscenario voortvloeiende directe en indirecte werkgelegenheidseffecten. 
                       · Het onderzoek dient inzicht te bieden in de verblijfsduurverlengende 
                       effecten van de leisurecomponent en daarvoor mogelijkheden aan te dragen. 

       Proces/aanpak  Na oriënterende gesprekken met stakeholders op lokaal, regionaal en 
                       landelijk niveau zijn partijen uitgenodigd deel te nemen in een 
                       begeleidingscommissie. Deze commissie staat onder voorzitterschap van 
                       onafhankelijk voorzitter Henry Meijdam (o.a. voorzitter VROM-raad). Uit de 
                       begeleidingscommissie is een werkgroep  samengesteld welke in overleg met 
                       de voorzitter de gemeenschappelijke lijn in de reacties van de 
                       begeleidingsgroep dient te herkennen , de reacties op waarde schat en deze  
                        blad 1 van 6 


                  BIJLAGE 1 

                                                                    gemeente Tilburg 

                                          Gebiedsontwikkeling  
                  verwerkt in adviezen.  De werkgroep verricht de terugkoppeling naar het 
                  onderzoeksbureau en de begeleidingscommissie. De werkgroep formuleert 
                  de eindadviezen voor de opdrachtgever en ontwikkelaar c.q. de stuurgroep 
                  Mall en het College van B&W van de gemeente Tilburg.  
                  De begeleidingscommissie komt bijeen bij  start, tussenrapportage en 
                  eindrapportage van het onderzoek. 
                  De werkgroep komt bijeen voor vaststelling definitieve opdrachtformulering, 
                  opdrachtverstrekking aan bureau, tussenrapportage en eindrapportage.  

     Betrokkenen  In de begeleidingscommissie zijn naast gemeente Tilburg, OVG en Baptist 
                  Brayé vertegenwoordigd:    
                  Vertegenwoordigers van gemeenten van het Regionaal Overleg Midden 
                  Brabant 
                  Vertegenwoordiger van de Ondernemers Federatie Tilburg 
                  Vertegenwoordiger van de Stichting Stadskern 
                  Vertegenwoordiger van Midden en Klein Bedrijf 
                  Vertegenwoordiger van de Kamer van Koophandel 
                  Vertegenwoordiger van Hoofd Bedrijfschap Detailhandel 
                  Vertegenwoordiger van Nederlandse Raad voor Winkelcentra 
                  Vertegenwoordiger van Raad Nederlandse Detailhandel 
                  Vertegenwoordiger van het Ministerie van VROM/EZ 
                  Vertegenwoordiging van het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven 
                  Retaildeskundige Baptist Brayé 

                  In de werkgroep zijn naast gemeente Tilburg, OVG en Baptist Brayé 
                  vertegenwoordigd: OFT, KVK, MKB, Gemeente Waalwijk (namens ROM) 


                  blad 2 van 6 


                        BIJLAGE 1 

                                                                             gemeente Tilburg 

                                                  Gebiedsontwikkeling  


           Onderwerp  Onderzoeken Mall Tilburg 

       Deelonderzoek  Milieu, Natuur en Bereikbaarheid 

       Opdrachtgever  OVG Projectontwikkeling BV 

              Looptijd  Totaalproject: oktober 2007 - 1e kwartaal 2008 
                       Uitvoering onderzoeken: 1e kwartaal 2008 

       Uitvoering door  Royal Haskoning, Infrastructuur en Transport 

     Onderzoeksvragen  De onderzoeksvragen hebben betrekking op de volgende thema's: 
                       - verkeer: met name externe en interne bereikbaarheid; 
                        - milieu: met name een globale luchtkwaliteitstoets en wellicht ook een quick 
                        scan voor externe veiligheid plus mogelijke bodemverontreiniging; 
                        - natuur: met name gestoeld op de vraag welke status heeft het plan-
                        /studiegebied en welke soorten daar voorkomen alsmede de vereiste 
                        mitigatie/compensatie. 
                        De onderzoeksvragen zijn geredigeerd vanuit de voorkeurslocatie van het 
                        MOB-complex. Omdat de locatiekeuze zelf onderwerp van studie is (zie 
                        hieronder onder 1.), dienen zij ook - mutatis mutandis - te worden gelezen 
                        voor de andere locaties. 

                        1. Locatiealternatieven 
                        1.1.  Welke alternatieve locaties dienen te worden onderzocht in de Mer? 
                              Gegeven de vertrouwelijkheid van het huidige quick-scan 
                              locatieonderzoek komt op deze vraag nadruk te liggen. Dit houdt mede 
                              verband met het gegeven dat de ontwikkeling en invloed van de Mall zich 
                              niet kan afspelen binnen de grenzen van het MOB-terrein. 

                        2. Verkeer, ten aanzien van de interne ontsluiting: 
                        2.1. De grootte van de verkeersstromen als gevolg van bezoekersaantallen per 
                             jaar en het werkend personeel. Hierbij kan een `spread-sheet'-toepassing 
                             waarbij scenario's (bijvoorbeeld aantallen bezoekers per jaar) en 
                             aannames (bijvoorbeeld verdeling over de dag, keuze van vervoerswijze 
                             en herkomsten van bezoekers) eenvoudig aan te passen zijn, behulpzaam 
                             zijn. Door middel van deze toepassing kunnen tevens grenzen en 
                             schaalsprongen in het verkeerssysteem verkend worden; 
                        2.2. Samenstelling van de verkeersstromen en de relatie met de bestemming 
                             op het Mall-terrein. Hierbij in ieder geval onderscheid te maken naar 
                             bezoekers die willen parkeren, bevoorrading en hulpdiensten, personeel 
                             en het gebruik van andere vervoerswijzen. Naast deze hoofdindeling zal 
                             verder ingezoomd worden op bijvoorbeeld bezoekers die een `dagje uit' 
                             zijn ofwel gericht willen shoppen; 
                        2.3. De relatie tussen de verkeersstromen en het programma/geplande 
                             functies van de Mall. Tijdens de zoektocht naar het `ideale' 
                             verkeerskundige model zal ook de logica van de plaatsing van de functies 
                             binnen het Mall-terrein vanuit verkeerskundig oogpunt meegenomen 
                             moeten worden om tot een optimaal ontwerp te komen; 
                        2.4. Mogelijke parkeeroplossingen qua hoeveelheden en volumina/stapeling, 
                             bezoekers en personeel, op basis van de verschillende scenario's, 
                             spreidingsmodellen over de dag en verschillende vervoerswijzen. 

                        blad 3 van 6 


     BIJLAGE 1 

                                                            gemeente Tilburg 

                                Gebiedsontwikkeling  
     3. Verkeer, ten aanzien van de externe ontsluiting: 
     3.1. Beschrijving (aantallen naar richting, samenstelling, dag- en 
          weekverdeling in relatie tot de capaciteit) van de huidige situatie op het 
          hoofdwegennet in de directe omgeving van aansluiting Tilburg-Noord en 
          van daaruit de routes naar A59 en A58/65, al of niet via het hoofdnet van 
          Tilburg alsmede een beschouwing over knelpunten in het verdere net van 
          autosnelwegen (A2, A16/A4); 
     3.2. Beschrijving (aantallen naar richting, samenstelling, dag- en 
          weekverdeling in relatie tot de capaciteit) van de verwachte autonome 
          situatie (zonder Mall) op het hoofdwegennet. Aspecten als 
          mobiliteitsgroei en reeds geplande capaciteitsuitbreidingen (bijvoorbeeld 
          de noord tangent) worden hierbij toegelicht alsmede een beschouwing 
          over knelpunten in het verdere net van autosnelwegen (A2, A16/A4); 
     3.3. Beschrijving (aantallen naar richting, samenstelling, dag- en 
          weekverdeling in relatie tot de capaciteit) van de toekomstige situatie 
          met Mall op het hoofdwegennet alsmede een beschouwing over 
          knelpunten in het verdere net van autosnelwegen (A2, A16/A4). Voorstel 
          is hierbij om (in overleg met OVG/MDG) zes groeiscenario's in 
          bezoekersaantallen mee te nemen die ook in de EER en de interne 
          verkeersafwikkeling onderscheiden worden en per scenario een bepaalde 
          bandbreedte aan te geven als gevolg van de variatie in autogebruik, modal 
          split en aanwezigheidspercentages etc.; 
     3.4. Interpretatie van de cijfers en berekeningen in een beknopt overzicht 
          waarin (on)mogelijkheden, conclusies en aanbevelingen staan vermeld, 
          inclusief een indicatie van de benodigde wijzigingen en aanvullingen in 
          de infrastructuur (auto, fiets, OV). 
     3.5. Mogelijkheden en kansen voor alternatieve vervoerswijzen. De Tilburgse 
          politiek heeft hier hooggespannen verwachtingen over. Hoogwaardige 
          openbaar vervoersalternatieven dienen in de eerste fase te worden 
          onderzocht, zodat deze van begin af aan mee lopen en nu in deze fase bij 
          de vervoerswaarde-beoordelingen ook al een plek krijgen. Zo kunnen zij 
          pas echt sturend worden in de te kiezen verkeersoplossingen. 

     4. Milieu, ten aanzien van externe veiligheid: 
     4.1. Wat is het huidige beleid en de huidige wet- en regelgeving ten aanzien 
           van externe veiligheid en hoe staat dit in relatie tot de (verdere) 
           procedure voor de ontwikkeling van de Mall? Hoe om te gaan met op zeer 
           korte termijn te verwachten nieuw beleid, basisnet (A261), buisleidingen? 
     4.2. Wat is de huidige en toekomstige situatie ten aanzien van externe 
           veiligheid gezien reeds aanwezige activiteiten. Dit zijn onder meer het 
           vervoer van gevaarlijke stoffen in de directe omgeving.  Behalve vervoer 
           kunnen ook eventuele bestaande inrichtingen in de nabijheid van de Mall 
           (met name inrichtingen op bedrijventerrein Kraaiven) van invloed zijn.  
     4.3. Heeft deze huidige en toekomstige situatie mogelijke gevolgen voor de 
           activiteiten in of om de    Mall? Zo ja, wat zijn deze gevolgen? 
     4.4. Wat voor effect op de huidige en toekomstige situatie ten aanzien van 
           externe veiligheid wordt door de Mall zelf gecreëerd? Niet alleen door de 
           activiteiten op het terrein zelf (denk bijvoorbeeld aan (gebouw-
           )installaties) maar ook door (nieuwe) aan- en afvoerroutes. Dit effect zal 
           naar verwachting beperkt zijn en is overigens planologisch niet 
           onmiddellijk relevant. 
     4.5. Wat betekenen de activiteiten gedurende de bouwfase van de Mall voor de 
           huidige situatie ten aanzien van externe veiligheid? Dit effect zal naar 
           verwachting beperkt zijn. 
     blad 4 van 6 


                    BIJLAGE 1 

                                                                          gemeente Tilburg 

                                               Gebiedsontwikkeling  
                    4.6. Met welke zaken dient rekening te worden gehouden met betrekking tot 
                          het onderwerp (externe) veiligheid gedurende het hele traject tot en met 
                          de realisatie van de Mall?  

                    5. Milieu, ten aanzien van luchtkwaliteit: 
                    5.1. Wat geldt er op grond van de Wet Milieubeheer, zoals gewijzigd op 15 
                         november 2007, de Regeling beoordeling luchtkwaliteit 2007, het Besluit 
                         Niet in betekenende mate bijdragen van 30 oktober 2007, de Regeling 
                         Niet in betekenende mate bijdragen van 31 oktober 2007 en de Regeling 
                         projectsaldering luchtkwaliteit van 5 november 2007? 
                    5.2. Wat is de huidige en autonome achtergrondconcentratie voor de 
                          maatgevende stoffen in het plan- en studiegebied, zoals deze gebieden 
                          nader dienen te worden gedefinieerd? 
                    5.3. Wat is de globale bijdrage aan de concentraties voor de verschillende 
                         scenario's? 
                    5.4. Toetsing van de totaalwaarden aan eerstvermelde regelgeving en het 
                         aangeven van knel- en aandachtspunten. 

                    6. Milieu, ten aanzien van bodem: 
                    6.1. Onderzoeken of er potentieel verdachte locaties werkelijk aanwezig zijn 
                          (vuilstort, blauwsloot) en wat het in tijd en geld kost om dit zonodig te 
                          saneren. 

                    7. Natuur: 
                    7.1. Wat is het huidige beleid ten aanzien van natuur(ontwikkeling) in het 
                          plan-/studiegebied zoals deze nader dienen te worden gedefinieerd en 
                          hoe moet de natuurparel worden begrensd? 
                    7.2. Wat is de status van het plan-/studiegebied in relatie tot natuur 
                          (EHS/GHS, HabitatRichtlijn/VogelRichtlijn-gebied en Boswet)? 
                    7.3. Welke soorten (flora, fauna) komen voor in het plan-/studiegebied en wat 
                          is de betekenis van dit gebied voor de instandhouding van de gevonden 
                          soorten? 
                    7.4. In hoeverre is dit gebied (MOB-complex en directe omgeving) van belang 
                          voor de migratie van soorten van De Mast naar het Noorderbos (voor dit 
                          doel is bij de aanleg van de tangent flink geïnvesteerd in faunapassages)? 
                    7.5. Welke verstoring is te verwachten als gevolg van de bouw- en    
                          exploitatieactiviteiten van de Mall? 
                    7.6. Welke mitigatie-/compensatiemogelijkheden bestaan er? en in hoeverre 
                          kunnen die bijdragen aan een versterking van het beleid?  


     Proces/aanpak  De onderzoeksvragen zijn tot stand gekomen in nauwe samenwerking tussen 
                    de betrokken afdelingen vanuit de gemeente Tilburg en adviseurs van OVG 
                    Projectontwikkeling.  

       Betrokkenen  De conceptvragen zijn voor reactie voorgelegd aan de Groene Mal Partners 
                    en een vertegenwoordiging vanuit de ROM gemeenten.  

                    blad 5 van 6 


                       BIJLAGE 1 

                                                                          gemeente Tilburg 

                                                Gebiedsontwikkeling  

          Onderwerp  Onderzoeken Mall Tilburg 

      Deelonderzoek  Duurzaamheid volgens Telosmethodiek 

      Opdrachtgever  Gemeente Tilburg - OVG Projectontwikkeling BV 

             Looptijd  Totaalproject: oktober 2007 - 1e kwartaal 2008 
                      Uitvoering onderzoeken: 1e kwartaal 2008 

      Uitvoering door  Telos , Brabants Centrum voor Duurzaamheidsvraagstukken 

     Onderzoeksvraag  Welke duurzaamheidsaspecten, gerelateerd aan de drie door Telos 
                       gehanteerde duurzaamheidskapitalen (sociaal/cultureel, ecologie, economie) 
                       verdienen aandacht bij de vestiging van een Mall in Tilburg 

      Proces/Aanpak   Deskresearch door Telos, interviews onder stakeholders, eindrapportage 

         Betrokkenen  In overleg met Telos is een lijst van stakeholders welke de 3 kapitalen 
                       vertegenwoordigen samengesteld. De lijst bestaat uit de volgende 
                       organisaties:  
                      Ministeries VROM en EZ, MKB Brabant, Kamer van Koophandel Oost-Brabant, 
                      Ondernemersfederatie Tilburg, Gemeente Den Bosch, Gemeente Breda, 
                      Gemeente Waalwijk, Gemeente Dongen, Efteling, BMF, Natuurmonumenten, 
                      Brabants Landschap, Waterschap Dommel, Waterschap Brabantse Delta, 
                      Provincie Noord Brabant, BORT/BZW, Bedrijventerreincommissie Kraaiven, 
                      Winkeliersorganisaties Brabant, diverse projectontwikkelaars in relatie tot 
                      grote ontwikkelingen in Tilburg  NS Poort, Veolia Transport, Horeca 
                      Nederland, De ideale Connectie, Noordraad, Stichting Stokhasselt 88, 
                      Ecopark Spinder en diverse omwonenden van het MOB Complex. 

                      Deze partijen zijn uitgenodigd voor deelname aan het onderzoek, van nog 
                      niet alle partijen is bekend of zij ook daadwerkelijk hun medewerking zullen 
                      verlenen.  



                       blad 6 van 6 





---- --