patiënt/cliënt
10 miljoen extra voor positie patiënt/cliënt
Toespraak, 17 januari 2008
Minister Klink stelt 10 miljoen euro extra beschikbaar voor
patiënten-, gehandicapten- en ouderenorganisaties. Dat maakte de
minister tijdens de nieuwjaarsbijeenkomst van deze organisaties in
Utrecht bekend. Met het geld kunnen de organisaties zich versterken en
de positie van patiënten/cliënten verbeteren.
Dames en heren,
Ik ben onder de indruk van het sociaal kapitaal dat hier aanwezig is.
Met genoegen ben ik dan ook ingegaan op de uitnodiging, die ik van u
heb ontvangen. Ik wil u graag allemaal het beste wensen voor het
nieuwe jaar. Een jaar, waarin we geen brokken gaan maken.
Op de eerste plaats wens ik u allerlei goeds toe voor uw persoonlijke
leven.
Daarnaast hoop ik dat u ook een mooi jaar gaat beleven in uw werk. Ik
hoop dat 2008 een jaar wordt waarin we een sprong vooruit maken in het
verstevigen van de positie van de patiënt/cliënt en het verbeteren van
de kwaliteit in de zorg.
En, als ik kijk naar het brancherapport dat ik zojuist van de heer
Clevers heb ontvangen, dan bent u het nieuwe jaar al goed begonnen. Ik
wil iedereen die betrokken is geweest bij dit rapport complimenteren.
Door mee te werken aan het brancherapport laat u zien wat uw
activiteiten zijn en aan wie die ten goede komen. Ik waardeer deze
helderheid enorm.
Dames en heren, ik wil het tijdens deze nieuwjaarsbijeenkomst niet
alleen bij mooie woorden laten. Ik wil u de komende minuten ook
duidelijk maken dat ik er hard aan ga werken om de positie van de
patiënt/cliënt te verstevigen. Samen met de staatssecretaris wil ik
resultaten boeken.
Dat betekent dat patiënten en cliënten moeten kunnen kiezen welke zorg
het beste bij hen past, ze moeten invloed kunnen uitoefen op de zorg
die ze krijgen en ze moeten zich veilig en begrepen voelen.
U zult het met me eens zijn: als we dat hebben bereikt, als patiënten
en cliënten een sterke positie hebben, dan zal ook de kwaliteit van
zorg verbeteren. Ik zie dat als dé grote uitdaging tijdens deze
regeerperiode.
Om deze uitdaging aan te kunnen, gaan de staatssecretaris en ik de
cliënt individueel en als groep versterken en ondersteunen.
Allereerst het verbeteren van de positie van de individuele
zorgcliënt.
Het draait in de zorg en in de gezondheidszorg om de positie van de
patiënt/cliënt. Ik wil bereiken dat die in deze kabinetsperiode
sterker wordt, dat mensen hun weg kunnen vinden in de zorg en
voldoende invloed kunnen uitoefenen als ze eenmaal gebruik moeten
maken van de zorg. Ik ben met u over deze voornemens in gesprek. Ik
heb u uitgenodigd om onze voorstellen verder te verbeteren.
Wij willen de cliënt in de praktijk toerusten en ondersteunen om
maximaal invloed uit te oefenen op de zorg. Ik wil niet onbesproken
laten dat er door de partijen in het veld al veel ondernomen wordt om
de invloed van de cliënt op zorg te vergroten. Die initiatieven
krijgen van ons alle ruimte. Wij sluiten met ons beleid aan en bouwen
voort op die initiatieven.
Om keuzes in het zorgaanbod te kunnen maken, is goede keuze-informatie
noodzakelijk. Het bureau Zorgbrede Transparantie van de IGZ
ondersteunt u bij het ontwikkelen van indicatoren om de kwaliteit van
de zorg zichtbaar te maken. Bij het zichtbaar maken van kwaliteit
hoort ook het meten van de klantervaringen.
Het beschikbaar maken van kwaliteitsinformatie is noodzakelijk, maar
niet genoeg. De zorg is voor de meeste mensen die er mee in aanraking
komen een nieuw en complex terrein waarvan de handleiding of
plattegrond ontbreekt. Of, om het meer in de woorden van deze tijd te
noemen: de TomTom is niet mee geleverd.
Ik vind dan ook dat het duidelijk moet worden waar je informatie over
de zorg kan vinden, en waar je met je klacht terecht kan.
Behalve het kiezen van zorg moet je als cliënt ook invloed kunnen
hebben als je de zorg krijgt. Dat begint al bij het moment dat
hulpverlener en cliënt met elkaar een gesprek aangaan over wat voor
díe cliënt goede zorg is. Die afspraken moeten in de toekomst worden
vastgelegd in een zorgplan, zodat de cliënt weet waar hij aan toe is.
De positie van cliënten moet zo sterk zijn dat u over de gehele linie
een serieuze gesprekspartner bent. Het gaat óók om zeggenschap op het
beleid van de instelling. We moeten er voor zorgen dat in de zorg
ieder signaal, iedere klacht, iedere suggestie van een cliënt
bijdraagt aan de verbetering van de kwaliteit van de zorg.
Mensen lopen ook tegen problemen aan in situaties waar sprake is van
meerdere zorgaanbieders die tegelijk of na elkaar zorg verlenen.
U weet als geen ander dat dat tegenwoordig veel voorkomt, want
complexe zorg of ketenzorg is meer regel dan uitzondering. Ik vind dat
de zorgverleners de verantwoordelijkheid hebben om te zorgen voor een
perfecte onderlinge afstemming en informatie-uitwisseling. Ik wil de
cliënt het recht geven op goede afstemming tussen zorgverleners.
Dames en heren, ik kom bij het tweede thema waarop de staatssecretaris
en ik onze aandacht vestigen: het versterken van de organisaties van
patiënten, gehandicapten en ouderen.
Voorop staat dat PGO-organisaties een belangrijke maatschappelijke rol
vervullen. U en uw organisaties zijn onmisbaar in onze samenleving. U
draagt er aan bij dat bijvoorbeeld ouderen en mensen met een beperking
langer de eigen regie over hun leven kunnen blijven voeren en dat ze
kunnen blijven meedoen aan de samenleving. Het is ook belangrijk voor
hun contacten, voor mensen die steun en toeverlaat zijn voor hen. Ik
ben daar erg blij mee.
Omdat ik uw organisaties zo belangrijk vind, trek ik voor de
versterking ervan jaarlijks 10 miljoen euro extra subsidie uit. Dat
komt bovenop het geld dat ieder jaar al beschikbaar is.
Tevens wil ik een nieuwe subsidiesystematiek opzetten. U hebt daar
inmiddels ook uw reacties en suggesties op gegeven. Dit heeft mij
ertoe aangezet mijn oorspronkelijke plannen nog eens goed te bezien.
Belangrijkste doel van de nieuwe subsidiesystematiek is dat het moet
bijdragen aan sterke PGO-organisaties. Bij een sterke PGO-organisatie
zie ik een organisatie voor me die:
- cliënten helpt hun weg te vinden en keuzes te maken in het
zorgaanbod
- cliënten helpt de stap te maken van afhankelijke patiënt naar
gelijkwaardige partner bij de behandeling van zijn aandoening
- cliënten ondersteunt bij volwaardige participatie in de samenleving.
- een stevige positie krijgt.
Ik ben van mening dat over enkele jaren alle PGO-organisaties die
subsidie willen ontvangen, hieraan moeten voldoen. Ik wil u daarom
vragen om nader in kaart te brengen hoe de PGO-organisatie van de
toekomst eruit ziet. Ook wil ik u uitnodigen om een soort van keurmerk
op te stellen, een keurmerk waaraan PGO-organisaties over enkele jaren
moeten voldoen. Met het ontwikkelen van een dergelijk keurmerk kan al
op korte termijn worden gestart.
Wat mij betreft wordt er meerjarenplan gemaakt als onderbouwing van uw
subsidieaanvraag, zodat er helderheid is over de strategie en de
aanpak. Een in te stellen programmaraad kan adviseren bij de
beoordeling van de meerjarenplannen.
Ik begrijp dat zoiets niet van de een op de andere dag geregeld kan
worden, daarom zal ik er voor zorgen dat u ondersteund wordt bij het
opstellen van uw meerjarenplan.
In mijn juli-brief aan de Kamer ging ik nog uit van vier aparte
subsidieprogramma's. Deze vier programma's hadden een versterking van
de PGO-organisaties tot doel. Dit doel blijft onveranderd, maar met de
hiervoor gepresenteerde manier van subsidiering van integrale
meerjarenplannen verwacht ik dat een meer samenhangende aanpak
mogelijk is.
Ik ga de Tweede Kamer binnen afzienbare termijn informeren over de
uitwerking van de nieuwe subsidiesystematiek. Uiteraard zal ik dan ook
duidelijkheid verschaffen over de wijze waarop en de condities
waaronder u voor 2009 en verder voor subsidie in aanmerking kunt
komen.
Dames en heren, voordat ik ga afsluiten wil ik nog iets zeggen over de
rol van de NPCF, de CG-Raad en het CSO in de nieuwe
subsidiesystematiek. Deze drie koepels zijn voor mij belangrijke
gesprekspartners vanwege hun kennis van het gehele PGO-veld, maar het
is niet de bedoeling dat zij beslissen over subsidies. Ik zie voor de
drie koepels een belangrijke rol weggelegd op het vlak van de
collectieve belangenbehartiging. Ik verwacht daarnaast dat zij de
PGO-organisaties ondersteunen bij hun ontwikkeling. Bij de integrale
borging van de diverse belangen. Wellicht kunnen zij in dat kader ook
enkele voor het gehele PGO-veld van belang zijnde thema's uitwerken.
In dit licht wil ik ook graag mijn waardering uitspreken voor het
Fonds PGO. Het fonds heeft in de afgelopen jaren een grote staat van
dienst opgebouwd en is uitgegroeid tot een herkenbare en deskundige
instelling. Een nieuwe wet over de organisatie van publieke taken
maakt dat ik nadenk over de positionering van het fonds PGO. Ik zoek
daarbij naar een vorm waarbij de subsidieverstrekkende organisatie
voor het PGO-veld hoe dan ook duidelijk herkenbaar blijft.
Dames en heren, ik rond af.
Ik hoop dat ik in dit nieuwe jaar, net als in voorgaande jaren, mag
rekenen op een constructieve bijdrage van uw kant. Dit jaar moeten we
slagen gaan maken.
Ik ben er van overtuigd dat we er dan gezamenlijk voor kunnen zorgen
dat de positie van de patiënt - en daarmee de kwaliteit van de zorg -
in 2008 een grote sprong vooruit maakt.
-0-0-0-0-0-0-
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport