GroenLinks

Plastic tas moet in de opruiming

18 januari 2008

GroenLinks dringt er bij minister Cramer van Milieu op aan om maatregelen te nemen tegen de plastic tas. Jaarlijks gaan in Nederland miljarden plastic tasjes over de toonbank, meestal gratis, die na één keer gebruik worden weggegooid. Dat is slecht voor het milieu. GroenLinks wil dat de minister vrijwillige afspraken maakt met de winkelbranche om het aantal plastic tassen drastisch terug te dringen. Als dat onvoldoende helpt, moet de minister overwegen om alleen het gratis weggeven van milieuvriendelijke tassen toe te staan, of plastic tassen duurder te maken via een heffing. De verpakkingenbelasting die begin dit jaar is ingevoerd helpt niet, want die is per tas maar 0,3 à 0,7 cent.

GroenLinks daagt tevens de winkelbranche uit om met een aantrekkelijk alternatief voor de plastic tas te komen. Bijvoorbeeld in Australië zijn tassen van stof en papier een echte rage. Zoiets zou in Nederland de consument ook over de streep kunnen trekken. Plastic tassen verergeren het klimaatprobleem: omdat ze gemaakt zijn van olie, komen bij verbranding broeikasgassen vrij. Ook eindigen veel plastic tassen als zwerfvuil. In Nederland worden in de meeste winkels gekochte spullen ongevraagd ingepakt of kunnen consumenten naar hartelust gratis tassen meenemen. GroenLinks wil dat de winkelbranche afstapt van dat automatisme. Ook moeten producenten van tassen gestimuleerd worden om de tassen niet van plastic, maar van biologische afbreekbare materialen te maken.

In veel landen zijn recent maatregelen getroffen tegen de plastic tas. Zoals in China, waar de plastic tassen echt een plaag zijn: de Chinezen gebruiken 3 miljard tassen per dag. De Chinese regering heeft aangekondigd dat de gratis plastic tas vanaf 1 juni dit jaar verboden is. Ook Australië, Frankrijk, Groot-Brittannië en België hebben maatregelen getroffen of zijn hiermee bezig. Het wordt hoog tijd dat ook Nederland ameer ctie onderneemt.

Ineke van Gent

Ineke van Gent heeft vandaag de volgende vragen gesteld aan de minister van VROM:


1. Kent u de berichten dat landen als China (1,1 biljoen tasjes per jaar), Australië (4 miljard tasjes per jaar), Frankrijk (15 miljard tasjes per jaar) en Groot-Brittannië (17 miljard tasjes per jaar) en België maatregelen genomen hebben of gaan nemen om de hoeveelheid plastic draagtassen te verkleinen, bijvoorbeeld in de vorm van een heffing of verbod?


2. Juicht u deze maatregelen toe? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?


3. Wat is de situatie in Nederland: hoeveel plastic tassen worden er in Nederlandse winkels jaarlijks verstrekt en hoeveel daarvan gratis? Is er sprake van een groei over de afgelopen jaren? Wat is de totale milieubelasting van deze tassen, zowel in de productiefase als in de afvalfase (broeikasgassen, zwerfvuil etc)?


4. Deelt u de verwachting dat de recent ingevoerde verpakkingenbelasting het aantal verstrekte tassen niet tot nauwelijks naar beneden zal brengen, omdat het maar om 0,3 à 0,7 cent per tas gaat ? Zo nee, welke afname verwacht u dan en hoe onderbouwt u dit?


5. Is globaal bekend hoeveel de vraag van consumenten naar plastic tassen afneemt als ze niet meer gratis worden weggegeven en welke relatie er is tussen prijs en vraag (de prijselasticiteit)? Zo ja, wat zijn die gegevens? Zo nee, bent u bereid hier onderzoek naar te laten doen?


6. Wilt u zich inzetten om concrete afspraken te maken met de winkelbranche over het terugdringen van het aantal plastic tassen, bijvoorbeeld doordat winkels stoppen met het gratis weggeven van tassen, alleen nog op verzoek een plastic tas geven, tassen in de winkel inzamelen voor hergebruik en dergelijke? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe en op welke termijn?


7. Bent u bereid om, als vrijwillige afspraken met de winkelbranche onvoldoende blijken te werken, een verbod (zoals in Frankrijk en Australië) of een heffing (zoals in België) op draagtassen te overwegen? Zo nee, waarom niet?


8. Op welke manier stimuleert u biologisch afbreekbare tassen? O.a. Telegraaf.nl, 12 januari 2008 & Trouw, 10 januari 2008 Memorie van toelichting op het Belastingplan 2008, p. 77