Ministerie van Verkeer en Waterstaat

abcdefgh

Aan
de voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Binnenhof 4
2513 AA DEN HAAG

Contactpersoon Doorkiesnummer
- - Datum Bijlage(n) 22 januari 2008 - Ons kenmerk Uw kenmerk DAB/2008/49 - Onderwerp
Stand van zaken uitvoering moties

Geachte voorzitter,

Hierbij ontvangt u een overzicht van de nog openstaande moties voor Verkeer en Waterstaat. Waarbij kort de stand van zaken en, indien van toepassing een verwijzing naar de brieven die u daarover heeft ontvangen.

Motie Van Hijum c.s. over het onthouden van goedkeuring aan het vervoerplan van de NS (22026-224).
In het AO over de dienstregeling d.d. 21 juni 2006 is aangegeven dat de nieuwe dienstregeling gefaseerd wordt ingevoerd tussen 2007 en 2009. De oude binnenlandse lijnen blijven parallel aan de HSL bestaan. De NS verwacht dat de HSA- treinen geleidelijk alle reizigers van de Oude Lijn naar zich toe zullen trekken. Tijdens het AO inzake het vervoerplan 2007 van NS op 21 maart 2007 is aangegeven dat alleen kan worden ingestemd met eventuele voorstellen van NS om de oude lijnen te herzien als NS heeft aangetoond dat de vraag op de oude lijnen nagenoeg is verdwenen. Gezien de ontwikkelingen en de latere start van het HSL-vervoer, verschuift ook de tijdscope van deze motie mee. U bent op 3 januari 2008 schriftelijk geïnformeerd (kenmerk VenW/DGP-2007/10485) over de Beneluxdienst naar aanleiding van vragen van het lid Roemer.
Postadres Postbus 20901, 2500 EX Den Haag Telefoon 070 351 61 71

Bezoekadres Plesmanweg 1-6, 2597 JG Den Haag Fax 070 351 78 95 bereikbaar met tram 9 (station hs en cs) en bus 22 (station cs)

DAB/2008/49

Motie Dijksma c.s. met verzoek om duidelijkheid over de uitwerking van de overeenkomst tussen HSA en de NMBS teneinde er goedkeuring aan te kunnen geven (22026-228).
HSA en NMBS komen niet tot afronding van de samenwerkingsovereenkomst. Hiervoor is een interventie nodig. Aan uw Kamer is aangegeven dat HSA en NMBS de uitkomsten van de onderhandelingen met België ongewijzigd over worden genomen in de samenwerkingsovereenkomst. Op verzoek van HSA wordt wederom bijstand verleend aan HSA om te totstandkoming van de samenwerkingsovereenkomst te bevorderen. Hiertoe zal een overleg gepland worden met de nieuwe Belgische federale minister voor overheidsbedrijven en de vervoerders HSA en NMBS. Zodra de overeenkomst gereed is zal deze voor definitieve instemming naar de Kamer komen.

Motie Hofstra/Dijksma over een actualisatie van de treinbediening in hoofdlijnen (22026-231).
Na afronding van de samenwerkingsovereenkomst HSA­NMBS start de procedure tot wijziging van de concessieovereenkomst. De overeenkomst zal worden betrokken bij de totstandkoming van de dienstregeling 2009.

Motie Duyvendak/Mastwijk over een extra handeling bij een retourtje (23645-155). Zoals aangegeven in de brief van 7 november 2007 (2007/8946) heeft NS er voor gekozen om ook bij het reizen op saldo met de OV-chipkaart ook het retour (dus zonder extra handelingen) aan te gaan bieden. NS werkt dit op dit moment nader uit. Hiermee is invulling gegeven aan deze motie.

Motie Roefs cs. over het niet langer verplichten van de openbare aanbesteding van het OV voor de G4 (23645-165).
In de brief van 7 september 2007 (VenW/DGP-2007/6587) is aangegeven hoe aan de motie invulling wordt gegeven.

Motie Mastwijk/Dijksma over verlenging van de looptijd van de personeelsparagraaf (24036-315).
De personeelsparagraaf loopt af op 1 januari 2010. Met de Tweede Kamer is afgesproken dat de personeelsparagraaf een permanente status krijgt. Inmiddels wordt gewerkt aan de tekst voor de wet die medio 2009 moet leiden tot een wijziging van de Wet personenvervoer 2000.

Motie Buijs c.s. met verzoek om te komen tot een schaderegeling voor de visserijsector en om een plan van aanpak uit te werken waarbij een goede (transparante) onderbouwing van de planschade visserij komt (24691-44). Ten aanzien van de schaderegeling hanteert het Rijk de bestaande regelingen als uitgangspunt. Verzoeken tot schadevergoeding als gevolg voor de aanleg van Maasvlakte 2 kunnen op verschillende wetten worden gebaseerd (Natuurbeschermingswet, WRO, Ontgrondingenwet, etc). Vanwege de uiteenlopende schadeoorzaken en verschillende bevoegde gezag is besloten om een zogenaamde één loketregeling op te zetten.

---

DAB/2008/49

Deze beoogt de instelling van één schadecommissie waarbij partijen alle verzoeken om schadevergoeding kunnen indienen en in behandeling geven. De schadecommissie heeft een adviserende rol richting de betrokken bestuursorganen en heeft tot doel om de behandeling en besluitvorming over verzoeken en schadevergoeding integraal en ten laste van het geëigende besluit te nemen. Deze regeling wordt opgezet binnen de bestaande bepalingen voor schadevergoeding in de toepasselijke regelingen, onder andere de Regeling Nadeelcompensatie Verkeer en Waterstaat 1999. Op dit moment wordt de concept-regeling met de andere betrokken bevoegde gezagen (waaronder de gemeente Rotterdam) afgestemd. De regeling moet gereed zijn voor de vaststelling van het Beheerplan Voordelta, medio 2008. De Kamer wordt hierover geïnformeerd middels de halfjaarlijkse voortgangsrapportages PMR.

Motie Roemer over een grotere zeggenschap over de taximarkt voor gemeentebesturen (25910-71).
De mogelijkheden voor het creëren van meer zeggenschap over de taximarkt voor gemeentebesturen worden onderzocht bij het opstellen van de Toekomstvisie Taxi. Deze visie wordt op dit moment in samenwerking met decentrale overheden, taxibranche en consumentenorganisaties opgesteld en zal naar planning voor de zomer gereed zijn, waarna het aan de Tweede Kamer wordt aangeboden. Vooruitlopend hierop kan worden gemeld dat in het nieuwe G4-convenant Taxi afspraken zijn opgenomen om de mogelijkheden te verkennen voor een optimale verdeling van bevoegdheden. In dit kader kan worden gemeld dat in de gemeente Amsterdam een pilot zal worden uitgevoerd waarin aanvullende eisen kunnen worden gesteld aan de toegang tot de taxistandplaats bij het Centraal Station.

Motie Roemer met verzoek om met voorstellen te komen voor een beter meldpunt en afhandeling van klachten over taxi`s (25910-72).
De mogelijkheden om te komen tot een beter klachtenmeldpunt en een betere afhandeling van klachten over taxi's worden onderzocht bij het opstellen van de Toekomstvisie Taxi. Deze visie wordt op dit moment in samenwerking met decentrale overheden, taxibranche en consumentenorganisaties opgesteld en zal naar planning voor de zomer gereed zijn, waarna het aan de Tweede Kamer wordt aangeboden. Dit omdat de discussie over het creëren van meer zeggenschap over de taximarkt voor gemeentebesturen, ook gevolgen heeft voor de keuze waar en op welke wijze een beter klachtenmeldpunt vorm krijgt en de manier waarop de afhandeling van klachten plaatsvindt.

Motie Van der Staaij over alternatieven voor ontpoldering Westerschelde (26980-30) Deze motie wordt door de regering gerespecteerd en heeft aanvulling gekregen door het aannemen van de motie van het lid Koppejan c.s. (30862-11), voorgesteld in het Wetgevingsoverleg van 10 december 2007. De motie Koppejan vraagt om het instellen van een onafhankelijke commissie die onderzoek doet naar alternatieve natuurherstelmaatregelen, anders dan gedwongen ontpoldering, waarbij wordt vastgehouden aan de doelstelling om 600 ha. estuariene natuur te realiseren. De minister van LNV zal deze commissie instellen na overleg met de Tweede Kamer en de provincie Zeeland. De commissie zal vóór 1 december 2008 haar advies uitbrengen.
---

DAB/2008/49

Motie Jansen/Vermeij over expliciete doelstellingen voor integratie in de waterketen (27625-89).
Bij brief van Minister Cramer van VROM van 22 augustus 2007 (27625-100), is aangegeven op welke wijze invulling zal worden gegeven op deze motie.

Motie De Krom/Van der Vlies over uitvoering van de Kaderrichtlijn Water in het buitenland (27625-94).
In de brief van 15 oktober 2007 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2007-2008, 27625 nr. 107) is aangegeven de motie wordt gezien als ondersteuning van beleid en uiterst alert is op de ontwikkelingen in het buitenland. In december 2008 komen de ontwerp- stroomgebiedsbeheerplannen gereed omdat alle lidstaten die op uiterlijk 22 december 2008 moeten publiceren. Vanaf dat moment is een echt goede vergelijking mogelijk. In december 2007 bent u, als onderdeel van het Voortgangsbericht KRW/WB21 2007 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2007-2008, 27625 nr. 111) geïnformeerd over de ontwikkelingen tot dan toe.

Motie De Krom/Koppejan over een jaarlijkse besparing in de waterketen van 2% (27625-96).
Bij brief van Minister Cramer van VROM van 22 augustus 2007 (27625-100), is reeds aangegeven op welke wijze invulling zal worden gegeven op deze motie.

Motie Cramer/Roefs met verzoek om de regie en zeggenschap over de samenstelling, uitwerking en uitvoering van het Regiospecifiek Pakket neer te leggen bij de regio binnen het wettelijke kader en reeds gemaakte regionale afspraken (pact van Joure) (27658-40).
In het Algemeen Overleg op 28 november en het VAO op 12 december is gesproken over de interpretatie van de aanduidingen "binnen het wettelijke kader en reeds gemaakte regionale afspraken". Daaruit is gebleken dat hierover overeenstemming bestaat en dat de motie uitvoerbaar is en zal worden uitgevoerd binnen de kaders die in het kabinetsbesluit zijn aangegeven voor het Regiospecifiek Pakket. Zoals in het kabinetsbesluit over de Zuiderzeelijn van 16 november jl. is aangegeven, wordt overleg gevoerd met betrokken provincies over de uitwerking van het Regiospecifiek Pakket. Uw Kamer zal worden geïnformeerd over de uitkomsten hiervan.

Motie Koopmans c.s. met verzoek om 160 miljoen te reserveren voor de spoordriehoek in Noord-Nederland binnen het voor de LMCA Spoor aangekondigde pakket van 4,5 miljard voor de periode tot 2020, waarbij wordt gedacht aan maatregelen om intensivering van de treindienst mogelijk te maken, zoals de aansluiting bij Herfte en kosteneffectieve maatregelen om de rijtijden van en naar de Randstad te verbeteren, zoals wachtsporen en het optimaliseren van bogen (27658- 41).
Het kabinetsbesluit over de Zuiderzeelijn gaat uit van een totale rijksbijdrage van 2,0 miljard euro voor investeringen in Noord-Nederland: een bijdrage van 1,8 miljard euro voor het Regiospecifiek Pakket en een bijdrage van 200 miljoen euro voor de Zuidelijke Ringweg Groningen fase 2.

---

DAB/2008/49

Dit zijn substantiële bedragen, waarmee het kabinet het belang van de ontwikkeling van Noord-Nederland aangeeft. In het VAO op 12 december heeft de minister de motie dan ook overgelaten aan het oordeel van de Kamer. Nu de motie is aangenomen zal deze worden meegenomen in het vervolgproces voor de LMCA Spoor en het aangekondigde pakket van 4,5 miljard euro voor de periode tot 2020. Zoals aangegeven bij de begrotingsbehandeling wordt bij het uitbrengen van de mobiliteitsvisie rond de zomer van 2008 uw Kamer geïnformeerd over de nadere uitwerking en financiering van het genoemde pakket van 4,5 miljard euro. Daarbij zal ook deze motie worden betrokken.

Motie Van Heteren c.s. over de resultaatverplichting met betrekking tot het plaatsgebonden risico voor kwetsbare objecten (27801-31). Deze motie wordt betrokken bij het ontwerp van het Basisnet voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Daarbij wordt in kaart gebracht of de ambitie om de veiligheidszones rond het Basisnet te vrijwaren van kwetsbare objecten, haalbaar en betaalbaar is. Dit is sterk afhankelijk van hoe het Basisnet eruit komt te zien.

Motie Van Heteren c.s. over het anticiperen in het externe veiligheidsbeleid op internationale vervoersontwikkelingen (27801-33).
Rijk, provincies, gemeenten en bedrijfsleven werken samen aan een Basisnet voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. De corridors in het Basisnet zullen daarbij zo worden gekozen dat internationale vervoersontwikkelingen kunnen worden geaccommodeerd.

Motie De Krom/Koopmans met verzoek om met voorstellen te komen tot aanpassingen van de Tracéwet en de algemene wet bestuursrecht onder andere door invoering van het relativiteitsvereiste (29385-12). Een dergelijke fundamentele wijziging van het stelstel van rechtsbescherming leent zich - anders dan bijvoorbeeld 'de bestuurlijke lus' - minder vanzelfsprekend voor verankering in specifieke wetgeving, zoals de Tracéwet. Dit wordt dan ook eerst besproken met de Minister van Justitie, die verantwoordelijk is voor de Algemene wet bestuursrecht.

Motie Van Heugten/Roefs over de dwarskrachten van 60 tons ecocombi`s op kunstwerken (29398-65)
De onafhankelijke studie naar de (on)mogelijkheid om 60 tons LZV's toe te laten op het Hoofdwegennet in verband met dwarskrachten is gestart. Op basis van de eerste fase van het onderzoek zal een uitspraak mogelijk zijn, uitgaande van de kunstwerken indien deze in nieuwe staat zouden zijn. Vervolgens wordt deze uitkomst gekoppeld aan de resultaten van het onderzoek naar de restlevensduur van de kunstwerken om een meer algemene uitspraak te doen

Motie Roefs/van Heugten over het raadplegen door de wegbeheerder van de CROW- advieslijst. (29398-66)
Met de RDW zijn, op ambtelijk niveau, afspraken gemaakt conform de motie om oplettend te zijn inzake het gebruik van de CROW-advieslijst.
---

DAB/2008/49

De RDW zal de wegbeheerders er waar nodig op wijzen wanneer de advieslijst naar mening van de RDW onjuist of onvoldoende wordt gebruikt.

Motie van de leden Hessels en Hofstra over het niet overgaan tot reactivering van het historisch tracé van de IJzeren Rijn, voordat de in het ontwerp-tracébesluit omschreven aanpassingen aan het tracé zijn gerealiseerd (29579-14). Citaat uit brief van 30 maart 2007 aan de Tweede kamer (Kamerstuk 27737, nr. 17): "Zoals bekend wil België graag, voorafgaand aan de modernisering van het historisch tracé, alvast met een beperkt aantal goederentreinen rijden over het historisch tracé. Dit noemt men "beperkt tijdelijk rijden". Zoals eveneens bekend is Nederland (al vanaf 2001) tégen het beperkt tijdelijk rijden, omdat met name de woonwijken in Roermond-zuid en het natuurgebied De Meinweg daardoor forse overlast zouden krijgen. Eind 2004 heeft de Tweede Kamer unaniem de motie Hessels/Hofstra (Kamerstuk 29 579, nr. 14) aangenomen die dit Nederlandse standpunt ondersteunt: geen tijdelijk rijden over het historisch tracé vóórdat dit deugdelijk is gemoderniseerd. De minister schaart zich volledig achter dit standpunt. Beide landen blijven overigens bij hun standpunt. Bij het kennismakingsgesprek met de Belgische federale (inmiddels ex-) collega, staatssecretaris Bruno Tuybens, is deze Belgische wens opnieuw aan de orde gesteld. In lijn met het bovenstaande ­ is geantwoord dat er bij de huidige ligging van het historisch tracé geen sprake kan zijn van tijdelijk rijden door de woonwijken van Roermond en door het Meinweggebied."(einde citaat brief). Daarmee wordt volledig aangesloten bij deze motie. De motie kan pas als afgehandeld beschouwd worden als de moderniseringswerkzaamheden aan de IJzeren Rijn uitgevoerd zijn; volgens de huidige planning zal dat rond de jaren 2015 - 2018 zijn.

Motie Haverkamp/Tang over wettelijk en handhaafbare normen voor bescherming van het buitengebied (29665-58).
Op twee manieren wordt aan deze motie invulling gegeven. In de eerste plaats is met het actualiseren van de gelijkwaardigheidscriteria ook de wettelijke bescherming van het buitengebied meegenomen. Het gebied waarop de maximale aantallen gehinderden en slaapverstoorden is bepaald, is hierbij vergroot. Er wordt een voorstel uitgewerkt om de criteria in regelgeving vast te leggen. In de tweede plaats wordt een verkenning uitgevoerd naar verbeteringen van het normen- en handhavingsstelsel. Hierin worden ook de mogelijkheden bekeken voor handhaving van de maximale geluidbelasting in het buitengebeid. Hierover wordt u in het kader van de besluitvorming over de middellange termijn ontwikkeling van Schiphol geïnformeerd.

Motie Cramer/Roemer met verzoek om binnen zes maanden te komen met een strategische analyse waarin de mogelijkheden van prestatieverbetering van het spoorsysteem door de invoer van ERTMS worden beschouwd en waarbij het halen van de doelen, zoals genoemd in de motie Slob, centraal staat en de Kamer een definitief implementatieplan ERTMS sturen (29893-55). Zoals verwoord in de brief van 7 januari 2008 (kenmerk VenW/DGP-2007/10942) zal in de komende periode samen met de spoorsector verder gewerkt worden aan een strategische analyse, waarin de mogelijkheden van prestatieverbetering van het
---

DAB/2008/49

spoorsysteem door de invoer van ERTMS worden beschouwd. Deze zal voor het zomerreces 2008 naar uw Kamer gestuurd worden. Het implementatieplan ERTMS zal conform deze motie voor de behandeling van het MIRT-projectenboek 2009 naar uw Kamer gestuurd worden.

Motie Cramer met verzoek om het besluit capaciteitsverdeling hoofdspoorweginfrastructuur aan te passen, zodanig dat ProRail infrastructuur onverwijld overbelast moet verklaren als deze naar verwachting in de nabije toekomst, uitgaande van een minimaal gelijkblijvende kwaliteit van het treinproduct, een capaciteitstekort heeft. Verzoekt tevens tot het moment van aanpassing van het besluit ProRail ertoe aan te zetten reeds te handelen alsof de aanpassing reeds een feit is (29893-56).
Zoals aangegeven in het VAO van 30 oktober wordt de motie meegenomen bij de evaluatie van de Spoorwegwet. Na evaluatie van de spoorwetgeving zal worden bezien of het Besluit Capaciteitsverdeling op dit punt aanpassing behoeft. ProRail is overigens conform het artikel 14, lid 4 van de Beheerconcessie reeds gehouden aan het uitvoeren van de Europese richtlijnen 2001/14/EG en 91/440/EEG, waarin de betreffende bepaling is opgenomen. ProRail zal in lijn met de motie hierop worden gewezen.

Motie Roemer verzoekt de regering binnen zes maanden met voorstellen te komen om spoorvervoerders te stimuleren niet meer treinpaden aan te vragen dan zij daadwerkelijk gaan gebruiken (29893-57).
Binnenkort ontvangt u een brief over de gemaakte afspraken in het kader van de overgangsregeling gebruiksvergoeding spoorgoederenvervoer 2007-2011. In deze brief zal ook worden ingegaan op deze motie.

Motie Slob cs. over een eerdere evaluatie van de vervoersconcessie (29984-69). In de motie van het lid Slob c.s. van 30 augustus 2006 wordt de regering verzocht om de evaluatie van de vervoerconcessie te vervroegen en in de evaluatie specifiek aandacht te besteden aan mogelijke aanpassingen waardoor de Kamer meer invloed krijgt op de dienstregeling ten aanzien van de bediening en de reissnelheden en vooraf in plaats van achteraf kan spreken over het vervoerplan. De in de motie genoemde onderwerpen worden betrokken in de evaluatie van de spoorwetgeving zoals momenteel wordt uitgevoerd. Het is echter vanwege de samenhang van de vervoerconcessie en de in de motie genoemde onderwerpen met de andere onderdelen van de evaluatie (de scope van de evaluatie is toegelicht middels brieven van mijn ambtsvoorganger van 23 mei 2006 met daarbij het plan van aanpak van de evaluatie en van 10 september 2007 met daarbij het beoordelingskader voor de evaluatie), alsmede vanwege de tijd die benodigd is om de evaluatie kwalitatief goed te kunnen uitvoeren niet mogelijk om dit onderdeel eerder te evalueren. Verwacht wordt uw Kamer eind 2008 een kabinetsstandpunt voor te leggen.

Motie Van Lith over schadeloosstelling van agrarische ondernemers in het kader van de PKB ruimte voor de Rivier (30080-13).

---

DAB/2008/49

Bij de nadere uitwerking van de plannen voor de maatregelen uit de PKB Ruimte voor de Rivier wordt o.a. ook de wijze waarop de schade zal worden afgehandeld vastgelegd. In de zomer van 2007 is hiervoor een strategisch kader opgesteld. Hierover bent u via de Tiende Voortgangsrapportage Ruimte voor de Rivier geïnformeerd.

Motie Haersma Buma/Van der Staaij inzake de Wet bestuurlijke boete fout parkeren en andere lichte verkeersovertredingen (30101 en 30098-11). Omdat het wetsvoorstel 30 098 over de invoering van het wetsvoorstel voor invoering van een bestuurlijke boete voor het fout parkeren en enkele andere lichte verkeersovertredingen op 18 december 2007 door de Eerste Kamer is verworpen, zal de uitvoering van de motie worden meegenomen bij de uitwerking van het bestuursakkoord "Samen aan de slag". Het Rijk en de VNG hebben dit akkoord op 4 juni 2007 gesloten. In dit akkoord is afgesproken dat wordt gestreefd naar betere handhaving van ook lichte verkeersovertredingen. In overleg met de ambtgenoot van Justitie zal worden bezien op welke wijze aan dit akkoord invulling kan worden gegeven.

Motie Van Hijum c.s. over het beperken van de overlast van het onderhoudsprogramma voor weggebruikers en bij een verdubbeling van de overlast zorg te dragen voor een betere spreiding van de werkzaamheden (30300A-26). Conform de motie zijn in 2007 (net als in 2006) vier kwartaalrapportages naar uw Kamer verzonden over de ontwikkeling van de verkeershinder als gevolg van onderhoudswerkzaamheden en de wijze waarop hij de verkeershinder probeert aan te pakken. Ook in 2008 wordt elk kwartaal een voortgangsrapportage naar uw Kamer gestuurd, te beginnen met die over het laatste kwartaal van 2007 en een overzicht van het jaar 2007 in zijn geheel.

Motie Mastwijk c.s. over het zo spoedig mogelijk aanmelden van de A1-corridor voor TEN-subsidie (30300A-37).
De A1 corridor is voor TEN subsidie aangemeld (9 februari 2006). Deze aanvraag voor een TEN ­ subsidie heeft betrekking op het project "vergroting van de capaciteit van de A1/E30 op het traject tussen Amsterdam en de grens met Duitsland.

Motie Hofstra c.s. over prijspalen bij tankstations langs rijkswegen waarop de brandstofprijzen duidelijk staan vermeld (30300XII-24). Een groot deel van de oliemaatschappijen heeft de intentie van deel 1 van de motie overgenomen en is in 2007 overgegaan op het plaatsen van goed zichtbare prijspalen bij tankstations. Aangezien dit niet geldt voor alle maatschappijen en zij hebben aangeven hierin een regelgevend kader van het kabinet verwachten, zal zo'n kader worden opgesteld in 2008.
Met betrekking tot deel 2 van de motie wordt uw Kamer zoals toegezegd geïnformeerd over de resultaten van het verkeerskundig onderzoek naar de Franse systematiek, dat door Rijkswaterstaat is uitgevoerd. Momenteel laat het Ministerie van Financiën een onderzoek uitvoeren naar veilingsystematiek in de benzinemarkt. De resultaten van dit onderzoek zijn
---

DAB/2008/49

binnenkort beschikbaar. In oktober is een motie Ten Hoopen aangenomen (31 200 XII nr 21), waarin de regering verzocht wordt de concurrentie en benzineprijsverlaging te bevorderen door zeven acties uit te voeren, waaronder het uiterlijk in 2008 plaatsen van prijspalen bij tankstations met daarop ook de prijzen van de volgende vier tankstations. De eventuele uitvoering van deel 2 van de motie Hofstra dient derhalve in samenhang gezien te worden met de andere 6 punten van de motie Ten Hoopen.

Motie De Rouwe/Roefs over een aparte regeling voor historische vaartuigen voor recreatief gebruik (30523-13).
Deze motie betreft de invulling van hoofdstuk 19 (historische schepen) van de Regeling 2006/87 EG (technische voorschriften binnenschepen). Er ligt momenteel een Duits-NL-Pools voorstel ter bespreking in de EU-werkgroep. Verschillende lidstaten vragen om aanpassingen. Afgesproken is om in de eerste helft van 2008 een consultatieronde te houden en op grond van commentaren een aangepast voorstel te presenteren. In dit kader heeft in Nederland een collectief van onder andere de Federatie Oud Nederlandse Vaartuigen (FNOV), Beroepschartervaart (BBZ) en Scouting aangeboden om nog met een aantal suggesties te komen.

Motie Rutte/Verhagen met verzoek om een nieuwe inspanning te doen om de vele procedures te vereenvoudigen, te versnellen en te bundelen en daarmee de invoering van een éénbesluitregeling mogelijk te maken (30800-22). Mede naar aanleiding van deze motie is een Commissie ingesteld - de Commissie versnelling besluitvorming infrastructurele projecten o.l.v. de heer Peter Elverding- die aanbevelingen zal opstellen om te komen tot versnelling van de besluitvorming. In de taakomschrijving is nadrukkelijk meegenomen dat de in de motie voorgestelde éénbesluitregeling aandacht krijgt. Met de instelling van de Commissie is de motie ten dele aanvaard. In zoverre dat de éénbesluitregeling meegenomen wordt in het onderzoek van de Commissie. De Commissie is voornemens om in maart 2008 te komen tot een afronding van haar werkzaamheden.

Motie Verdaas met verzoek om in samenwerking met de spoorsector een visie op internationaal treinvervoer te ontwikkelen met daarin aandacht voor (mogelijk) te heropenen grensoverschrijdende spoorverbindingen, voor mogelijkheden voor integratie van deze spoorverbindingen met de binnenlandse dienstregeling door het doortrekken van treinen naar grotere binnenlandse knooppunten (bijvoorbeeld Zwolle-Gronau, Eindhoven-Ruhrgebied en Groningen-Bremen) en voor uitbreiding en versnelling van de verbindingen tussen de Randstad en Duitsland, en verzoekt de regering mogelijke infrastructurele projecten die voortvloeien uit deze visie op te nemen als verkenning of planstudie in het volgende MIT Projectenboek (30800A-26). In de beleidsbrief over de Netwerkaanpak en LMCA's van 19 november 2007 (kenmerk VenW/DGP-2007/9322) is aangegeven dat de motie in uitvoering is en de resultaten worden gepresenteerd bij het uitbrengen van de mobiliteitsvisie rond de zomer van 2008.

Motie Verdaas met verzoek om, in overleg met de regio, een financieringsplan voor de aanleg van de tunnel in de N61 bij Sluiskil aan de Kamer te presenteren en daarbij het
---

DAB/2008/49

rendement van de Westerscheldetunnel nadrukkelijk te betrekken, en dit plan medio 2007 aan de kamer voor te leggen (30800A-27).
Met de provincie Zeeland is over de aanleg van de tunnel Sluiskil een intentieovereenkomst gesloten. Daarin zijn ook afspraken vastgelegd over het overrendement Westerscheldetunnel. De provincie Zeeland is naar aanleiding van de in de intentieovereenkomst vastgelegde afspraken, bezig met een financieringsplan.

Motie Dijksma/Van Hijum met verzoek om van ProRail een netverklaring te vragen waarin de gemiddelde minimumsnelheden waar het goederenvervoer aan moet voldoen zijn opgenomen, waardoor het personenvervoer sneller gebruik kan maken van de beschikbare paden en er dus meer ruimte komt voor het personenvervoer om sneller te rijden, verzoekt tevens met positieve prijsprikkels het gebruik van de Betuweroute te stimuleren (30800XII-19).
Over het eerste deel van de motie (verhoging rijsnelheid goederenvervoer) wordt u in januari 2008 geïnformeerd als onderdeel van het project 'Reistijdverbetering'. Over het tweede deel van de motie (positieve prijsprikkels) zult uw Kamer in januari 2008 worden geïnformeerd als onderdeel van de brief over de gemaakte afspraken in het kader van de overgangsregeling gebruiksvergoeding spoorgoederenvervoer 2007- 2011.

Motie Van Hijum/Dijksma: met verzoek om in overleg met de NS een set prestatie- indicatoren en kwaliteitsnormen te ontwikkelen die aansluit bij de behoefte van de reiziger om zo snel mogelijk "van deur tot deur" te worden vervoerd, en deze indicatoren en normen te vertalen naar afspraken in de vervoerplannen en de vervoerconcessie (30800XII-22).
In het kader van de toegroei naar outputsturing wordt door NS (in gesprek met VenW) een representatieve set prestatie-indicatoren ontwikkeld. NS overlegt hierover onder andere intensief met de consumentenorganisaties om te bepalen welke indicatoren de beste representatie zijn van de kwaliteit van dienstverlening. Naast de klantoordelen zal de representatieve set prestatie-indicatoren bestaan uit een aantal ondersteunende proces-indicatoren. Uw Kamer is hierover nader geïnformeerd tijdens de gehouden technische briefing en het AO Outputsturing van 13 september 2007. Zo mogelijk zal deze set in het vervoerplan van 2008 zijn weerslag krijgen. Op dit moment is het vervoerplan 2008 in de beoordelingsfase. Zodra dat akkoord wordt bevonden wordt het naar uw Kamer gestuurd.

Motie Van der Staaij c.s. spreekt uit dat het wenselijk is de achterstand in het onderhoud van vaarwegen aanmerkelijk sneller dan thans voorzien in te lopen en verzoekt de regering de technische en procedurele mogelijkheden daartoe te onderzoeken, en op basis daarvan met concrete voorstellen te komen (30800XII-34). De onderhoudsachterstand wordt in de periode tot en met 2018 weggewerkt. Dat is 2 jaar eerder dan aangekondigd in de Nota Mobiliteit. De inzet is om met nog 2 jaar te versnellen tot en met 2016. Maatregelen hiervoor worden voorbereid, conform het voorstel uit de motie.
Bij de begroting 2009 en latere jaren wordt bezien of en hoe deze verdere inhaalslag kan worden gerealiseerd en wordt uw Kamer specifiek geïnformeerd over de 10

DAB/2008/49

technische en procedurele uitwerking van dit pakket aan maatregelen. Een en ander zal in afstemming met de sector, binnenvaart en recreatievaart, worden uitgewerkt en gepland.

Motie Rutte c.s. over het betrekken van externe partijen bij de financiering van infrastructurele investeringen (31070-7).
In reactie op deze motie is samen met de Minister van Financiën een commissie onder voorzitterschap van de heer Ruding geïnstalleerd. Deze commissie 'private financiering van infrastructuur' brengt mogelijke toepassingen van private financiering van infrastructuur in beeld, waarbij sprake is van "value for money" voor de belastingbetaler/gebruiker, in de vorm van positieve maatschappelijke baten en/of een verbeterde dienstverlening. Daarbij geeft de commissie inzicht in toe te passen arrangementen en de voorwaarden, waaraan zou moeten worden voldaan om private financiering van of eventueel extra middelen voor infrastructuur mogelijk te maken, zonder dat er daarbij sprake is van het via een omweg belasten van de rijksbegroting. Tevens adviseert zij over de publieke afwegingen die moeten worden gemaakt ten aanzien van de rijksfinanciën en andere aspecten van het algemeen belang. Daarnaast onderzoekt de commissie tevens de implicaties van private financiering voor de organisatie van het weg- (en spoor)beheer en de doelmatigheid van het infrastructuur netwerkmanagement.

Deze opdracht heeft uw Kamer in de brief van 31 oktober 2007 (Kamerstuk 29 385 nr. 11) ontvangen. Op 8 november 2007 is in een AO met de vaste kamercommissie voor Verkeer en Waterstaat van gedachten gewisseld over de opdracht (Kamerstuk 29 385 nr. 15).
Op dit moment werkt de commissie aan haar advies. De verwachting is dat zij deze in het voorjaar zal uitbrengen.

Motie Koopmans c.s. over de N69 (31200A-43).
Deze motie wordt uitgevoerd.

Motie Koopmans c.s. over de N35 (31200A-44).
Recent is de A35 tussen Wierden en Almelo geopend ( 93 mln) en binnenkort gaat de traverse Nijverdal ( 228 mln) in uitvoering. Verder zijn er verkeersveiligheidsmaatregelen getroffen op onder andere het traject Wierden- Nijverdal en wordt momenteel nagegaan waar nog meer verkeersveiligheidsmaatregelen noodzakelijk zijn.

Aan uw Kamer is toegezegd dat zo spoedig mogelijk een planstudie wordt gestart voor het belangrijkste knelpunt op de N35, namelijk het traject Zwolle Wijthmen Heino. Hiervoor is van Rijkszijde 16 mln beschikbaar (via amendement Van Hijum/Hofstra 2006) en de provincie stelt 30 mln beschikbaar.

En er wordt een toekomstvisie voor de gehele N35 (2030) opgesteld, mede op basis van de mobiliteitsvisie (tot 2030) op N - wegen welke medio 2008 beschikbaar komt.
---

DAB/2008/49

Hierover wordt u bij de verschijning van het MIRT ­ projectenboek 2009 in september 2008 nader over berichten.
Op basis van deze toekomstvisie wordt dan aangeven welke aanpak voor de korte en lange termijn vervolgens in gang wordt gezet.

Motie Roefs c.s. over de A59 (31200A-46).
De Kamer vraagt met de motie aandacht voor de leefbaarheid langs de A59 bij Vlijmen en Drunen, met name geluidsoverlast en luchtverontreiniging. In het kader van het Innovatieprogramma Geluid wordt nagaan welke aanvullende maatregelen ter vermindering van de geluidsoverlast kunnen worden getroffen. Ter plaatse wordt wel al voldaan de geluidsregelgeving. Ook wordt voldaan aan het besluit luchtkwaliteit.

Omdat voldaan wordt aan de geldende regelgeving en daarenboven nagegaan zal worden of vanuit het innovatieprogramma extra geluidswerende maatregelen genomen kunnen worden, zijn er onvoldoende redenen voor verlaging van de maximaal toegestane snelheid. In 2008 worden proeven uitgevoerd met dynamische maximumsnelheden (Zie TK 2006-2007, 30800 XII, nr. 73 d.d. 16 juni 2007). Indien deze proeven succesvol zijn, wordt dit uitgewerkt tot een beleid, waarbij afhankelijk van de omstandigheden, de maximumsnelheden op snelwegen, waaronder de A59, kan worden gevariabiliseerd.

Motie Roemer/Roefs over de potentie van de Nederlandse binnenhavens als overslaglocaties (31200A-50).
Zoals aangegeven in de Beleidsbrief "Varen voor een vitale economie", is een bedreiging voor de binnenvaart het wegvallen van de regionale netwerken van binnenhavens (natte bedrijventerreinen en loskades). Het Kabinet heeft daarom tot 2011 55 mln beschikbaar gesteld voor een rijksbijdrage aan regionale infrastructuur van binnenhavens en de toegangs(vaar)wegen ervan (quick wins). Hiermee wil het kabinet de regionale overheden ondersteunen bij het instandhouden van het netwerk van binnenhavens. Bij de begrotingsbehandeling in december 2007 is een amendement van de ChristenUnie aangenomen om het bedrag voor de quick wins in 2008 op te hogen met 7 mln.
De rijksbijdrage bedraagt maximaal 50% van het verschil tussen de kosten en opbrengsten van het project. De overige 50% moet door de regionale overheden zelf worden opgebracht. Om voor een rijksbijdrage in aanmerking te komen moeten de quick wins aan 3 voorwaarden voldoen: er moet een regionale netwerkvisie beschikbaar zijn, er moet een overzicht zijn opgesteld van kosten en baten en de uitvoering moet uiterlijk in 2011 kunnen starten.
Medio december 2007 is een brief verstuurd aan de Gedeputeerden waarin zij worden gevraagd om uiterlijk 1 oktober 2008 definitieve voorstellen voor de quick wins in hun regio in te (laten) dienen. Besluitvorming over de eerste tranche (ca. 30 mln) vindt plaats tijdens de MIRT-overleggen in het najaar van 2008.

12

DAB/2008/49

Motie Madlener over ontlasting van het Prins Clausplein (31200A-61). In het komende jaar wordt een studie uitgevoerd en gestart naar mogelijke problemen bij het Prins Clausplein. Deze studie geeft inzicht in de aard en omvang van de problemen en mogelijke oplossingen. Of, en in welke mate de A14 hiervoor een oplossing kan zijn zal dan duidelijk worden. Over de resultaten van deze studie wordt uw Kamer bericht in het kader van het MIRT 2009.

Daarnaast zijn in het kader van het MIRT 2008 met de regio afspraken gemaakt om een verkenning te starten naar de Ruit Rotterdam en de aansluitende wegen. Een A14 wordt ook in dat kader nader bezien.

Tenslotte komt de A14 aan de orde bij de studie naar de A4 Delft-Schiedam. Zoals in bijlage 2 bij de brief met kenmerk VENW/DGP-2007/9338 over de A4 Delft- Schiedam al wordt aangegeven, is de A14 geen oplossing voor de problemen waarvoor hij de planstudie A4 Delft-Schiedam uitvoert (ontlasting A13). Hiervoor is de A14 verkeerskundig onvoldoende probleemoplossend. Dit wordt in de planstudie A4 Delft-Schiedam nader onderbouwd. Overigens is in de Startnotitie (2004) van de A4 Delft-schiedam aangegeven dat de A14 geen te onderzoeken alternatief is, dit op basis van besluitvorming in het SVV1 (1981).

Motie Roemer met verzoek om een landelijke formule voor een nationaal Interlinernet te ontwikkelen en uiterlijk in mei 2008 met voorstellen hiertoe te komen (31200XII-32).
In het kader van de decentralisatie is de concessiebevoegdheid voor het regionale en lokale OV overgedragen aan de decentrale overheden (provincies en kaderwetgebieden), omdat daarmee een samenhangend en afgestemd OV-netwerk kan worden ontwikkeld. De Interliner en "snelwegbus" vallen ook onder deze bevoegdheid.
Conform de Wet Personenvervoer 2000 is het Rijk alleen bevoegd voor de concessie voor het treinvervoer op het hoofdrailnet.
De moties over Interliners en snelwegbussen worden geagendeerd voor het Overleg Openbaar Vervoer (OOV), waarin VenW alle zaken betreffende het OV met de decentrale overheden bespreekt. De decentrale overheden zullen worden verzocht met voorstellen voor zowel de Interliner als de snelwegbus te komen. De regels van de Wet Personenvervoer bieden de decentrale overheden voldoende ruimte om gezamenlijk een initiatief hiervoor te ontwikkelen. De Rijksoverheid heeft daarin geen juridische bevoegdheden.

Motie Roemer met verzoek om zich in te zetten richting ProRail en spoorvervoerders om zo snel mogelijk de treindiensten die nu geschrapt worden aan de randen van de nacht weer terug te laten keren (31200XII-35).
Zoals aangegeven in de tweede termijn van de begrotingsbehandeling van Verkeer en Waterstaat, wordt de strekking van de motie ondersteund. Op dit moment lopen nog diverse procedures bij de Vervoerkamer omtrent het capaciteitsverdelingsproces 2008. Een gesprek met betrokkenen wordt georganiseerd en uw Kamer wordt over de 13

DAB/2008/49

uitkomst geïnformeerd nadat de uitkomsten van de procedures bij de NMa bekend zijn.

Motie Koopmans c.s. met verzoek om deze kabinetsperiode een extra financiële impuls te geven voor de uitvoering van het Implementatieplan Toegankelijkheid Spoor en binnen een halfjaar met voorstellen te komen om de doelstellingen van dit Implementatieplan zo veel als mogelijk voor 2018 te kunnen realiseren (31200XII- 36).
Wij hebben u reeds toegezegd dat wij 20 miljoen euro naar voren zal halen zodat er binnen de huidige kabinetsperiode extra kan worden geïnvesteerd in toegankelijkheidsmaatregelen. Daarnaast laten wij de mogelijkheid onderzoeken hoe de uitvoering van het Toegankelijkheidsprogramma tot 2030 kan worden versneld voor 2018 en hoe de ambitie kan worden vergroot.

ProRail en NS zijn daartoe in januari 2008 formeel verzocht om binnen een half jaar met een gezamenlijk voorstel te komen met diverse maatregelen om de toegankelijkheid van het spoor voor mensen met een functiebeperking te versnellen. Hierbij zal door partijen aandacht moeten worden besteed aan technische mogelijkheden, veiligheid, effectiviteit en doelmatigheid (daar waar mogelijk, zullen werkzaamheden worden gecombineerd met andere infrastructuurprojecten, mede om de reizigers zo min mogelijk overlast te bezorgen). ProRail is tevens verzocht bij deze voorstellen ook de overige spoorvervoerders, de regionale overheden en belanghebbenden te betrekken. Het zal in dit gezamenlijke voorstel overigens met name gaan om de maatregelen met een langere doorlooptijd voor reizigers in een rolstoel. De overige toegankelijkheidsmaatregelen voor doven en slechthorenden, blinden en slechtzienden zullen immers al ruim voor 2015 op alle stations in Nederland zijn doorgevoerd.

Motie Koopmans/Anker met verzoek om uiterlijk bij de aanbieding van de rijksbegroting voor het jaar 2009 met voorstellen te komen om het thuis- en telewerken te stimuleren, waarvan onder meer het nader bezien van de arboregels voor thuiswerken en het verbeteren van de fiscale vergoeding voor thuiswerken en het mijden van de spits deel uitmaken (31200XII-37). Aangezien dit thema primair een verantwoordelijkheid is van werkgevers en werknemers is, is de Taskforce Mobiliteitsmanagement onder voorzitterschap van Lodewijk de Waal gevraagd medio 2008 met voorstellen hiervoor te komen, in het kader van de bredere opdracht van de Taskforce. Het stimuleren van thuis- en telewerken behoort tot één van de maatregelen in de sfeer van de arbeidsvoorwaarden, die door de Taskforce zullen worden meegenomen. De Stichting van de Arbeid (StAR) heeft inmiddels het initiatief genomen om voorstellen hiervoor te formuleren; de voorstellen zullen nadien worden ingebracht in de genoemde Taskforce.

Motie Koopmans/Roefs met verzoek om bij de begroting van VenW voor het jaar 2009 met een tweede tranche spoorse doorsnijdingen te komen (31200XII-38). 14

DAB/2008/49

Zoals aangegeven bij de begrotingsbehandeling ontvangt uw Kamer bij de begroting 2009 een regeling voor een tweede tranche spoorse doorsnijdingen. Hierbij worden de uitkomsten van de lopende evaluatie van de eerste tranche betrokken.

Motie Koppejan/Vermeij met verzoek om in 2008 een brede discussie te starten over de nieuwe normen voor waterveiligheid, en verzoekt om ernaar te streven de nieuwe normen voor waterveiligheid voor het eerst toe te passen bij de eerstvolgende toetsingsronde van de waterkeringen in 2011 (31200XII-39). De brede discussie over het actualiseren van het beschermingsbeleid tegen overstromingen en over nieuwe normen voor waterveiligheid is in 2006 gestart. De Tweede Kamer is daarover eind 2006 geïnformeerd (Kamerstuk 2006-2007, 27625, nr. 79, Tweede Kamer, dd 21 december 2006). Tijdens het Algemeen Overleg op 21 juni 2007 is over de voortgang gesproken.

In 2008 wordt de nota Waterveiligheid 21e eeuw gepresenteerd. In deze nota zal worden aangegeven hoe het kabinet de actualisatie wil vormgeven en wanneer de nieuwe werkwijze zal ingaan. Dit op basis van de brede discussie die heeft plaatsgevonden. Tijdens de begrotingsbehandeling van Verkeer en Waterstaat in december 2007 is aangegeven dat er naar wordt gestreefd om de introductie van mogelijke nieuwe normen in de toetsingsronde vanaf 2011 te laten plaatsvinden.

Motie Koppejan/Vermeij met verzoek om van de beschikbare middelen 1,5 miljoen beschikbaar te stellen voor het uitvoeren van quick scans door gemeenten om de mogelijkheden van samenwerking, efficiency en kostenbesparingen in de waterketen in beeld te brengen. Verzoekt voorts om 1 miljoen beschikbaar te stellen voor opleiding en het uitwisselen van kennis en ervaring tussen organisaties (zoals waterschappen) die al met gemeenten samenwerken op het gebied van rioolbeheer en andere die dat nog niet doen. Verzoekt om hiervoor een toegankelijke en laagdrempelige stimuleringsregeling in het leven te roepen (31200XII-40). Er zijn over deze motie afspraken met VROM gemaakt. Er wordt invulling gegeven aan de motie van Koppejan/Vermeij binnen het budget van de 4,3 miljoen van VROM. Eind 2008 wordt bekeken of er extra middelen nodig zijn voor de jaren na 2008. Op 21 januari 2008 wordt hierover gesproken in het Bestuurlijk Overleg Waterketen, uw Kamer wordt daarover bericht in de rapportage naar aanleiding van het Bestuursakkoord Waterketen.

Motie Koppejan/Roefs met verzoek om zeer terughoudend te zijn met het in één bestek onderbrengen van zeer uiteenlopende werkzaamheden en waar mogelijk omvang van de werkzaamheden per bestek zodanig te bepalen dat ook kleinere en middelgrote bedrijven op de werkzaamheden kunnen inschrijven (31200XII-41). Zoals aan uw Kamer is meegedeeld, zullen wij de motie uitvoeren in lijn met eerder gegeven toelichting. Kort gezegd gaan wij:

· bundeling van niet noodzakelijkerwijs samenhangend werk in één opdracht vermijden, zoals droge en natte werken;

· MKB-bedrijven (mogelijk in combinaties) blijvend in aanmerking laten komen voor opdrachten van de Rijkswaterstaat;
15

DAB/2008/49


· de daarbij ingezette ontwikkeling van schaalvergroting in de opdrachtverlening niet terugdraaien.

Motie De Krom c.s. met verzoek om de aanleg van de viersporigheid van de Flevolijn te versnellen en deze zo snel mogelijk toe te voegen aan het pakket ``no regret`` uit de planstudie OV-SAAL en onverkort uit te voeren (31200XII-44). Zoals aangegeven bij de begrotingsbehandeling en het Algemeen Overleg over Randstad Urgent op 12 december 2007 zijn de onderzoeksresultaten van de eerste fase van de Planstudie OV SAAL naar verwachting in februari 2008 beschikbaar. Na overleg met de regio zal het kabinet hierover besluiten en wordt uw Kamer geïnformeerd, waarbij ook zal worden aangegeven op welke wijze invulling is gegeven aan de motie.

Motie Roefs c.s. met verzoek om de planstudie A1 tussen knooppunt Beekbergen en Deventer te hervatten, daarbij ook het deel van de A1 tussen Deventer tot en met knooppunt Azeloo te betrekken, en het meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport hierop aan te passen (31200XII-47).
Tijdens de MIRT behandeling is aangeven dat met de motie kan worden ingestemd, als de motie als volgt kan worden geïnterpreteerd:

A. Eerst Benuttingsmaatregelen uitwerken:
Om de infrastructuur nog beter te benutten, wordt een pakket maatregelen nader uitgewerkt zodat voor de zomer hierover concrete afspraken kunnen worden gemaakt. Dan moet er duidelijkheid zijn over effectiviteit, kosten en financiële dekking. Een eerste uitwerking ziet er als volgt uit:

1: De minister zal in het kader van File proof in overleg met de regio nagaan in hoeverre het succes bij Apeldoorn Zuid ook toepasbaar is op andere delen op het traject van Beekbergen Deventer Oost

2: Benutting van Knooppunt Beekbergen

3: Verruiming openingstijden spitsstroken A1 Beekbergen ­ Deventer
4: Verlengen plusstrook A1 Deventer oost ­ Lochem
5: Weefstroken A1 Apeldoorn Zuid ­ Beekbergen

6: Toeritdoseringsinstallaties binnen het beheersgebied stedendriehoek. Hierbij moet overigens wel gemeld worden dat de eerste kostenramingen van bovengenoemd pakket zo rond de 80 mln liggen waarvoor nog geen dekking is.

B. afspraken over benuttingsmaatregelen en effect lange termijn Voor de zomer wordt besloten welke benuttingsmaatregelen worden uitgevoerd. Tevens zal dan duidelijk zijn voor welke periode bovengenoemde maatregelen voldoende perspectief bieden om de bereikbaarheid over de A1 te garanderen. Uw Kamer wordt hierover geïnformeerd rond de zomer van 2008.

C. Vervolgstap planstudie
Als helderheid bestaat over de problematiek op langere termijn na uitvoering van bovengenoemde maatregelen kan indien nodig de planstudie worden hervat. 16

DAB/2008/49

Hiervoor is dan tevens noodzakelijk dat er een nadere selectie van de oplossingsalternatieven is gemaakt en zal in overleg met de regio nagegaan moeten worden of er zicht is op financiële dekking. De bereikbaarheid is namelijk niet alleen een rijksaangelegenheid maar een gedeelde verantwoordelijkheid. Het lijkt erop dat er woningbouwplannen zijn waar ook investeringen voor de ontsluiting mee gemoeid zijn.

Het staat de regio natuurlijk vrij om al eerder een regionale oplossing uit te werken (bijvoorbeeld door een extra regionale brug over de IJssel) maar bovengenoemde stappenplan lijkt een effectieve procesbenadering om de problemen aan te pakken.

Mocht er aanleiding toe zijn, dan wordt het MIRT hierop aangepast.

Motie Roefs c.s. met verzoek om kennisuitwisseling op het gebied van proeven met gratis ov actief te stimuleren en op te nemen in het jaarprogramma 2008 van het Kennisplatform Verkeer en vervoer (KpVV) en de precieze inzet van het kennisplatform in overleg met de betrokken regio`s nader te bepalen (31200XII-48). De motie wordt uitgevoerd. Het is een goed idee om de resultaten uit de Gratis OV- experimenten via het Kennisplatform Verkeer en Vervoer te delen met betrokkenen. Wij zullen het initiatief nemen om, in overleg met de regionale partners, begin 2008 de precieze inzet van het kennisplatform te verkennen.

Motie Anker c.s. met verzoek om de maatschappelijke wens tot snelle beschikbaarheid zwaarder te laten wegen bij aanbesteding van werken (31200XII- 52).
De motie wordt uitgevoerd langs de volgende lijn:
Bij de aanbesteding van werken met kwalitatieve gunningscriteria zal snelle beschikbaarheid één van de elementen in de set van gunningscriteria zijn. Daarbij wordt aangetekend dat onder meer budgettaire consequenties en minimalisatie van de verkeershinder er grenzen worden gesteld aan een versnelde oplevering.

Motie Anker met verzoek om erop toe te zien dat verdere benuttingsmaatregelen slechts toegepast gaan worden indien deze de kwaliteit van het treinproduct, in termen van reistijden en een voorspelbare dienstregeling door spreiding van treinen over het uur, niet aantast. (31200XII-54).
Bij de dupliek op 12 december 2007 is gesproken over de interpretatie van de motie, waarbij is geconcludeerd dat het er om gaat de kwaliteit van de dienstregeling zoveel mogelijk te waarborgen. Dit is in lijn met de spoorambitie zoals aangegeven in de beleidsbrief van 19 november 2007. De motie wordt uitgevoerd in het vervolgproces van de LMCA Spoor.

Motie Anker/Koopmans met verzoek om in samenwerking met de decentrale overheden een quick scan te doen naar de markt en capaciteit op de regionale lijnen en de mogelijke financiering van de aanleg van inhaalsporen of dubbelspoor en de resultaten hiervan uiterlijk met de aangekondigde mobiliteitsvisie te presenteren (31200XII-55).
17

DAB/2008/49

De motie wordt uitgevoerd en de resultaten hiervan worden uiterlijk met de aangekondigde mobiliteitsvisie gepresenteerd.

Motie Duyvendak met verzoek om in de Mobiliteitsvisie de groei van het landelijke spoor en het regionaal openbaar vervoer goed op elkaar te laten aansluiten en hiervoor concrete voorstellen te doen (31200XII-57). De motie wordt uitgevoerd en u wordt hierover met de mobiliteitsvisie geïnformeerd.

Motie Roemer/Anker met het verzoek om met behulp van een pilot te onderzoeken of snelwegbussen een bijdrage kunnen leveren aan het verminderen van filedruk (31200XII-65)
De in de motie voorgestelde pilot met hoogfrequent busvervoer op een filegevoelig traject in de Randstad zal worden uitgevoerd, waarna u over de effecten op de filedruk wordt geïnformeerd.

Motie Atsma c.s. met verzoek om de mogelijkheden en onmogelijkheden van landwinning in de Noordzee in beeld te brengen, en daarover de kamer binnen een jaar te informeren (31200XIV nr.112).
De Commissie duurzame kustontwikkeling, die begin september 2007 is ingesteld onder voorzitterschap van de heer Veerman, heeft een brede opdracht meegekregen. In deze opdracht is de commissie gevraagd om zich te buigen over de bescherming en ontwikkeling van de Nederlandse kust en het achterland op de lange termijn. De commissie onderzoekt naast de te verwachten zeespiegelrijzing en andere klimatologische ontwikkelingen ook maatschappelijke, ecologische en economische ontwikkelingen die van belang zijn. Op grond daarvan zal de commissie adviseren over opties ten behoeve van de waterveiligheid, in samenhang met waterbeheer, wonen en werken, natuur, recreatie, landschap, infrastructuur en energie.

18

DAB/2008/49

Varianten voor landaanwinning of specifiek een (polder)eiland in zee, maken onderdeel uit van de brede opdracht aan de Deltacommissie om duurzame oplossingen in beeld te brengen voor de lange termijn. De Deltacommissie zal in haar advies, dat medio 2008 zal verschijnen, ingaan op de vragen die in de motie Atsma zijn gesteld. De kabinetsreactie op het advies van de Deltacommissie zal vervolgens de formele beantwoording van de motie Atsma meenemen.

Hoogachtend,

DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

Camiel Eurlings

en

DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

J.C. Huizinga-Heringa

19