Gemeente Hilversum

Wethouder Erik Boog wil positieve dingen horen over jeugd

22 januari 2008
"Ja, het is zeker een ambitieus plan. Maar de jeugd moet de aandacht krijgen die zij verdient." Aan het woord is wethouder jeugdzaken Erik Boog over 'Opgroeien en meedoen', de kadernota jeugdbeleid 2008-2011. Een wat abstracte naam voor wat in de praktijk inhoudt: veel aandacht voor jongeren. Op elk gebied. "Wij gaan jongeren meer bij het maken en uitvoeren van plannen betrekken."

"Vroeger had je inspraakavonden als we een speelpleintje wilden aanleggen", begint Boog. "En tijdens die inspraakbijeenkomsten had je hooguit wat ouders die langskwamen. Jongeren of kinderen kwamen er nauwelijks, terwijl het toch echt voor hen bedoeld was. Dus dat doen we tegenwoordig anders. We gaan naar de buurt toe en laten de kinderen meedenken. Natuurlijk houden wij wat basisdingen in de gaten maar ze mogen echt meedenken en meebeslissen. Zij moeten er namelijk iedere dag spelen."

Negatief beeld
Het stuit Boog vooral tegen de borst dat jongeren vaak zo negatief in het nieuws komen. De berichtgeving door de media vindt hij zeer eenzijdig. "Ik hoor te weinig positieve dingen over jongeren. Het gaat meestal over hangjongeren of over vandalisme. Het is dan mogelijk dat alleen dat beeld blijft hangen bij de mensen en dat alle jeugd over één kam wordt geschoren. Want een negatief imago heeft wel degelijk effect op de 90 procent van de jongeren waar niets mee aan de hand is. Zij kunnen dan opeens tegen muren oplopen, omdat iedereen ze ziet als vandalen. Vandaar dat ik niet alleen aandacht vraag voor probleemgevallen, bijvoorbeeld op het gebied van alcoholgebruik, maar ook voor de talenten van jongeren. Zo organiseren wij dit jaar in het raadhuis een weekend waar jongeren hun talenten kunnen laten zien. Ook hebben we een speciaal subsidiepotje, 'Tijd voor Talent', waarmee we projecten van jongeren financieel kunnen steunen. Hartstikke leuk, zij krijgen dan de aandacht die ze verdienen met hun muziek, kunst of andere dingen en tegelijkertijd komen zij ook eens in het raadhuis. Echt, het zelfbeeld is heel belangrijk, dat geeft ze vertrouwen en daardoor zijn ze tot mooie dingen in staat."

Mooi rapportcijfer
Voor het jeugdbeleid werd geformuleerd is er eerst een uitgebreide enquête onder 1200 lokale jongeren gehouden. Die geven Hilversum een gemiddeld rapportcijfer van een 7,5 en vinden het hier absoluut niet slecht. Een mooi cijfer, vindt ook Boog. "Absoluut, zeker als je bedenkt dat mensen bij het invullen van enquêtes toch meestal eerder kritiek opschrijven. Maar juist nu het nog goed gaat, moeten we aandacht aan de zaak geven. Ik vind het kortzichtig als je zegt: 'Het gaat nu goed, dus hoeven we niets meer te doen.' Gelukkig is er in de politiek een breed draagvlak om te investeren in de jeugd. Het betekent wel een omslag binnen de gemeente, maar ook daarbuiten. Bij ons moeten de afdelingen nog beter gaan samenwerken terwijl ook alle organisaties beter gaan samenwerken. Neem bijvoorbeeld de Centra voor Jeugd en Gezin die we willen oprichten. Dit is één loket waar jongeren en ouders met al hun vragen terecht kunnen. Al hun vragen, dus daar moeten ook alle organisaties samenwerken om dat goed neer te zetten. De drempel moet omlaag. Ja, het gaat om een heel breed veld, het plan is absoluut ambitieus. Maar er is veel te doen. En het mooie is: iedereen wil heel graag aan de slag!"