Herstelopvoeding mogelijk vast onderdeel in justitiële jeugdinrichtingen

Staatssecretaris Albayrak van Justitie bestudeert de mogelijkheid om herstelopvoeding standaard onderdeel te laten uitmaken van het verblijf van jeugdige delinquenten in een justitiële jeugdinrichting (JJI). De werkwijze zal daarvoor wel moeten wijzingen, omdat deze nu niet voldoet aan de eisen die gelden voor gedragsinterventies. Dat schrijft de bewindspersoon aan de Tweede Kamer naar aanleiding van een pilot met herstelopvoeding.

Bij herstelopvoeding worden jeugdige delinquenten geconfronteerd met de gevolgen van hun daden, wat kan leiden tot schadeherstel, een excuusbrief of een gesprek met het slachtoffer.

In vier JJI's heeft een pilot plaatsgevonden waaraan 76 jeugdige delinquenten hebben deelgenomen, waarbij in 17 gevallen het traject succesvol werd afgerond, in die zin dat de betrokkenen verantwoordelijkheid hebben genomen voor het eigen delictgedrag en bereid bleken om genoegdoening te realiseren ten opzichte van het slachtoffer en/of de samenleving.

De onderzoekers die het project geëvalueerd hebben, stellen dat de herstelopvoeding zoals uitgevoerd tijdens de pilot niet ongewijzigd kan worden voortgezet en zijn van oordeel dat de opzet en de uitvoering van de interventie opnieuw moeten worden bekeken. De Erkenningscommissie gedragsinterventies justitie, die de herstelopvoeding in de pilot de beoordeling 'niet erkend' heeft gegeven, acht een nadere uitwerking noodzakelijk.

Staatssecretaris Albayrak heeft op basis van de evaluatie van de onderzoekers en het oordeel van de Erkenningscommissie besloten om herstelopvoeding in de huidige vorm niet voort te zetten. Zij vindt de grondgedachte dat het van belang is om jeugdigen met de gevolgen van hun delicten confronteren echter zo vanzelfsprekend, dat nader zal worden bestudeerd hoe deze gedragsinterventie vorm kan krijgen. Daarbij overweegt zij om herstelopvoeding een standaard bestanddeel van het dagprogramma in de JJI's te maken.