Glen Mills School niet beter of slechter dan justitiële jeugdinrichting

Persbericht | 25-01-2008

De aanpak van de Glen Mills School (GMS) is niet meer of minder succesvol in het terugdringen van recidive dan een behandeling in een justitiële jeugdinrichting. Die uitkomst maakt een verbetertraject voor de GMS noodzakelijk. Dat schrijft staatssecretaris Albayrak (Justitie) op basis van een recidivemeting van het Wetenschappelijk Onderzoek en Documentatie Centrum (WODC) in een brief aan de Tweede Kamer. De staatssecretaris heeft het onderzoek mede namens minister Rouvoet (Jeugd en Gezin) aan de Tweede Kamer aangeboden.

Van de 205 jongeren die in de periode 1999-2004 de GMS verlieten, ging binnen vier jaar 78% opnieuw in de fout met een of meer misdrijven. Daarmee is de de algemene recidive onder GMS-jongeren hoger dan onder de jongeren uit de reguliere justitiële behandelinrichtingen. Van die categorie pleegt 58% binnen vier jaar een nieuw delict. Het recidive-cijfer van de GMS-jongeren ligt echter niet hoger of lager dan mag worden verwacht op grond van hun achtergrondkenmerken, zoals leeftijd, etnische achtergrond en het gepleegde delict. Bij een directe vergelijking dient wel opgemerkt te worden dat de GMS geen justitiële jeugdinrichting is en dat de GMS-populatie aanmerkelijk verschilt van de populatie van een reguliere justitiële jeugdinrichting.

In oktober 2007 heeft de staatssecretaris in reactie op twee rapportages van de gezamenlijke inspecties en de Algemene Rekenkamer een omvangrijk pakket verbetermaatregelen gepresenteerd voor de justitiële jeugdinrichtingen. Omdat de prestaties van de GMS niet positief afwijken van de justitiële jeugdinrichtingen acht de staatssecretaris ook een verbetering van de werkwijze van de GMS noodzakelijk. Naar aanleiding van eerdere onderzoeken is de GMS al gestart met het doorvoeren van verbeteringen in het programma. Deze aanpassingen sluiten aan bij de verbetertrajecten die in de justitiële jeugdinrichtingen worden doorgevoerd. Verder moet de werkwijze van de GMS worden voorbereid op de komst van de Wet Gedragsbeïnvloeding Jeugdigen en zal ook een in maart te publiceren rapport van de Inspectie Jeugdzorg naar de veiligheid binnen de GMS worden betrokken bij het verbetertraject. Alle veranderingen moeten eind dit jaar leiden tot een nieuwe werkwijze voor de GMS. Afhankelijk daarvan zal Justitie een besluit nemen over de verdere samenwerking met de GMS.