Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Inhoud pagina: Bezegeling nieuw samenwerkingsprogramma Onderwijs en Jongeren
25 januari 2008
In aanloop naar de nieuwe staatkundige structuur gaan Curaçao, Sint
Maarten, Bonaire, Sint Eustatius en Saba vanaf nu zelf invulling geven
aan het Samenwerkingsprogramma voor Onderwijs en Jongeren. Het nieuwe
programma, waarvoor Nederland dit jaar 24 miljoen euro (58 miljoen
gulden) uittrekt, wordt op vrijdag 25 januari 2008 door minister van
Onderwijs en Cultuur, Omayra Leeflang, staatssecretaris van
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Ank Bijleveld-Schouten, en
de Onderwijsgedeputeerden van alle eilanden van de Nederlandse
Antillen op Curaçao ondertekend.
Voor Nederland is investeren in onderwijs in de Nederlandse Antillen
van groot belang bij de structurele aanpak van de armoedeproblematiek
en het bieden van perspectief aan de jeugd op de eilanden zelf. In dit
licht stelde Nederland tussen 2002 tot en met 2007 (inclusief de
sociale vormingsplicht) al 168 miljoen gulden beschikbaar voor
onderwijsvernieuwingen op de vijf eilanden.
Het Samenwerkingsprogramma voor Onderwijs en Jongeren 2008 - 2012 is
een eerste en unieke stap van een nieuwe aanpak. Zo worden de
eilandgebieden voor het eerst programma-eigenaar van een
samenwerkingsprogramma tussen Nederland en de Nederlandse Antillen op
het terrein van Onderwijs en Jongeren. Ook het samenvoegen van
onderwijsvernieuwing en sociale vormingsplicht in één
samenwerkingsprogramma is nieuw. Het doel hiervan is een betere
aansluiting tussen het reguliere onderwijs en de sociale
vormingsplicht.
De contouren voor deze nieuwe samenwerkingsvorm, waarbij het Deltaplan
van Onderwijsminister Leeflang als basis diende, zijn op 19 juni 2007
door haar en staatssecretaris Bijleveld-Schouten van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties geschetst. Staatssecretaris Bijleveld is
enthousiast:
`De eilanden kunnen nu oogsten wat minister Leeflang heeft gezaaid.'
De belangrijkste doelstelling van het nieuwe programma is de jeugd van
Bonaire, Curaçao, Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten zodanig toe te
rusten dat ze kunnen deelnemen aan de arbeidsmarkt en volwaardig
meedoen in een voortdurend veranderende samenleving, op lokaal,
regionaal en mondiaal niveau. Het tweede Programma Onderwijs en
Jongeren zal zich specifiek richten op een duurzame invoering van de
Sociale Vormingsplicht, versterking van de handhaving van de
leerplicht, het intensiveren van de ouderbetrokkenheid, het verbeteren
van het onderwijs in het Nederlands, het beter equiperen van het
beroepsonderwijs in aansluiting op de arbeidsmarkt en het tegengaan
van de hoge schooluitval.
Naar boven
---
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties