Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Brief aan de Tweede Kamer over jaarwisseling en vuurwerk
Directoraat-Generaal Milieu
Directie Externe Veiligheid
Rijnstraat 8
Postbus 30945
2500 GX Den Haag
Aan de Voorzitter van de Interne postcode 637
Tweede Kamer der Staten Generaal
Postbus 20018 www.vrom.nl
2500 EA Den Haag
Jaarwisseling en vuurwerk
Datum Kenmerk Bijlage(n)
EV/2008009153 Evaluatierapport vuurwerkbesluit
Geachte voorzitter,
Ter voorbereiding op het algemeen overleg met uw Kamer op 29 januari 2008 zenden wij u hierbij, op
basis van het nu beschikbare materiaal, een eerste beschouwing over de ongeregeldheden tijdens de
jaarwisseling en onze inzet om te voorkomen dat de ernstige ongeregeldheden die hebben
plaatsgevonden zich in de toekomst weer voordoen. In april zal de Politieacademie een rapport uitbrengen
over de laatste jaarwisseling.
Openbare orde problemen doen zich ook voor tijdens en na voetbalwedstrijden, grootschalige
evenementen en ook geregeld bij uitgaansgelegenheden in het weekend. De jaarwisseling is in die zin
bijzonder dat op dat moment de openbare orde tegelijkertijd op veel plaatsen in Nederland wordt verstoord
en het feit dat op dat moment vuurwerk, zowel toegestaan als illegaal, in grote hoeveelheden beschikbaar
is.
1 Openbare orde
Het onderwerp openbare orde valt onder de verantwoordelijkheid van BZK. De eerste voorlopige analyses
geven een zorgelijk beeld. Brandstichting, geweld tegen hulpverleners en vernielingen hebben
plaatsgevonden. Op sommige plaatsen in het land was het rustiger dan voorgaande jaren en op andere
plaatsen hebben meer en heftigere ongeregeldheden plaatsgevonden. De aanpak van de verschillende
betrokken partners verschilt vaak per regio. Deze diversiteit aan maatregelen, ontwikkeld met als doel het
bestrijden van het geweld tijdens de jaarwisseling, heeft de minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties doen besluiten een taskforce in te richten met als doel om evenementen, zoals de
jaarwisseling, in de toekomst beter beheersbaar te krijgen en / of te houden.
De taskforce krijgt de opdracht om voor eind 2008 op basis van een inventarisatie en analyse van de
bestaande en / of geëvalueerde praktijkvoorbeelden binnen gemeenten en / of regionale politiekorpsen, te
komen met aanbevelingen voor een adequate aanpak. Ook het eventueel ontbreken van maatregelen zal
door de taskforce worden geïnventariseerd. De taskforce neemt in haar aanbevelingen mee of de
voorgestelde maatregelen in de vorm van lokale pilots kunnen worden uitgevoerd of dat gekozen kan
worden voor een landelijke uitrol van de maatregel.
De taskforce en de aanpak van geweld staan niet op zichzelf. Het bestrijden van geweld en overlast is een
prioriteit van dit kabinet. In deze prioriteit past dan ook goed de extra aandacht die het kabinet geeft aan
het bestrijden van de ongeregeldheden die rond de jaarwisseling plaatsvinden.
Vuurwerk vormt slechts een onderdeel van het pakket en maatregelen om overlast ten gevolge van
vuurwerk te beperken, hebben alleen kans van slagen binnen een totaal aanpak, in combinatie met een
gerichte handhavingsinspanning op alle fronten.
2 Vuurwerk
Rond de jaarwisseling is het enige moment dat in Nederland consumenten zelf vuurwerk mogen
aanschaffen en afsteken. De regelgeving daarvoor (het Vuurwerkbesluit) valt onder de
verantwoordelijkheid van VROM. In deze brief komen de volgende aspecten aan bod:
Letselcijfers afgelopen jaarwisseling
Aanpak illegaal vuurwerk
Verruiming vuurwerkregelgeving in 2006
Beperken van het afsteken van vuurwerk
Evaluatie van het vuurwerkbesluit
Algeheel verbod op vuurwerk
Letselcijfers afgelopen jaarwisseling
De stichting Consument en Veiligheid heeft onlangs de letselcijfers van de afgelopen jaarwisseling naar
buiten gebracht. Helaas is opnieuw sprake van de stijging van het aantal letselgevallen: er zijn 1100
personen bij Spoedeisende Hulp behandeld. Een zorgelijke ontwikkeling.
Positief is dat het aantal ziekenhuisopnamen, een maat voor de ernst van het letsel, ongeveer is
gehalveerd en dat het aandeel van siervuurwerk aan de letselgevallen is afgenomen. De afspraken over
het meeleveren van afsteekmiddelen hebben dus geholpen.
Zowel de stijging van het aantal letselgevallen als het feit dat met name onder jonge kinderen onder de 15
jaar een sterke toename zichtbaar is, is zorgelijk. Ook is geconstateerd dat illegaal vuurwerk zoals nitraten
en vlinders sterk bijdragen aan het aantal letselgevallen.
In de bijlage bij deze brief zijn twee grafieken over het aantal letselgevallen van de afgelopen jaren
opgenomen.
Aanpak illegaal vuurwerk
Het lijkt erop dat juist het illegale (knal)vuurwerk wordt gebruikt tegen politie en hulpverleners. Ook de
schade die wordt aangericht lijkt voor het grootste gedeelte veroorzaakt te zijn door dit vuurwerk. .Het
illegale vuurwerk is dus de kern van het probleem en dit vraagt om een stevige aanpak. In de afgelopen
jaren zijn op basis van de "Interventiestrategie Verboden consumentenvuurwerk" van het Landelijk Overleg
Milieuhandhaving (LOM) in nauw overleg met het Openbaar Ministerie (OM) al diverse initiatieven in gang
gezet om extra maatregelen te treffen om het illegale vuurwerk te bestrijden. Deze zijn:
1. Op Europees niveau wordt momenteel gewerkt aan normen voor vuurwerkartikelen. Bij die
discussie wordt dezerzijds ingezet op strenge normen die moeten leiden tot het uitbannen van het
zware gevaarlijke vuurwerk uit de gehele Europese Unie.
2. Het uitvoeren van gerichte interventies tegen personen en bedrijven die illegaal vuurwerk op de
markt brengen.
3. De handhavingsinspanning voor illegaal vuurwerk kan effectiever worden gemaakt door het
invoeren van een Nederlands systeem van typekeur in combinatie met een erkenningsregeling
voor importeurs. Momenteel wordt onderzocht hoe dit zodanig kan worden ingericht dat het past
binnen de Europese regelgeving.
Directoraat-Generaal Milieu EV/2008009153 Pagina 2/5
4. Bij de Europese Commissie zal worden voorgesteld om op Europees niveau (handels)afspraken
met China te maken om illegale importen te voorkomen.
5. Met de federale overheid in België zijn gesprekken gaande over het beëindigen van de verkoop
van zogenaamd spektakelvuurwerk aan Nederlandse consumenten.
Verruiming vuurwerkregelgeving in 2006
Eind 2006 is een wijziging doorgevoerd in de vuurwerkregelgeving ten aanzien van hoeveelheid kruit in
bepaalde vuurwerkartikelen. Deze wijziging is een gevolg van het advies uit het BLOM-rapport
"Interventiestrategie Verboden consumentenvuurwerk" dat op 27 september 2005 aan de Kamer
gezonden (Kamerstuk 22343, nr 117). Dit rapport is opgesteld door de belangrijkste handhavingspartners
voor vuurwerk: het OM, de politie, Douane, Inspectie Verkeer en Waterstaat en VROM-Inspectie.
Achtergrond van dit advies was om de consument meer variatie aan legale vuurwerkartikelen aan te
bieden en zo het gebruik van illegaal vuurwerk tegen te gaan. De wijziging die vorig jaar in de
vuurwerkregelgeving is doorgevoerd, bestond uit het toestaan van een hoger totaalgewicht aan kruit in
cakeboxen (siervuurwerk) en ratelbanden (knalvuurwerk). De eisen aan gewone rotjes en vuurpijlen zijn
niet aangepast. Uitdrukkelijk verboden zijn en blijven:
- chinese vlinders
- nitraat crackers en vergelijkbare zaken
- lawinepijlen
- strijkers
Het beeld dat in de media is ontstaan dat dit vuurwerk zou zijn gelegaliseerd, is dus beslist niet juist.
Beperken van het afsteken van vuurwerk
Naar aanleiding van de gebeurtenissen van de laatste jaarwisseling worden, in aanvulling op de aanpak
van illegaal vuurwerk, de volgende wijzigingen in de vuurwerkregelgeving genoemd om de ervaren
overlast van het afsteken van vuurwerk (verder) aan banden te leggen:
1. De optie om het aantal verkoopdagen te beperken en zo het vroegtijdig beschikbaar hebben van
vuurwerk te beperken heeft als nadeel dat er logistieke problemen gaan optreden bij de
vuurwerkverkooppunten, met als consequentie dat de detaillist veiligheidsvoorschriften niet meer
kan naleven. Om die reden wordt deze optie van de hand gewezen.
2. De inzet is om de tijd dat vuurwerk mag worden afgestoken te beperken tot de periode tussen
22.00 uur en 02.00 uur.
3. Tot slot is het denkbaar dat gemeenten plaatsen aanwijzen waar vuurwerk mag worden
afgestoken. Buiten die gebieden is het dan niet meer toegestaan om vuurwerk af te steken. Dit bij
voorkeur in combinatie met gemeentelijke initiatieven om op bepaalde plekken feesten of
manifestaties met professioneel vuurwerk te organiseren.
Voor al deze opties zal door ons, in overleg met onze ambtgenoot van Justitie, nog worden nagegaan wat
de haalbaarheid ervan is en welke consequenties, waaronder de omvang van de handhavingsinzet, eraan
vastzitten. De geloofwaardigheid van overheidsingrijpen is van wezenlijk belang en het kabinet is dan ook
van mening dat bij een keuze voor een of meer van deze opties een serieuze handhavingsinspanning
hoort. De verschillende opties zullen op korte termijn met de betrokken partijen worden besproken, zodat
op korte termijn een wijziging van het Vuurwerkbesluit in procedure kan worden gebracht, en een en ander
vóór de komende jaarwisseling in werking kan zijn.
Evaluatie van het Vuurwerkbesluit
In de 7e voortgangsrapportage van de directie Externe Veiligheid van het Ministerie van VROM (TK, 2007-
2008, 27801 nr. 53) aan uw Kamer is aangegeven dat het Vuurwerkbesluit en de interimregelingen met
betrekking tot het vervoer van vuurwerk in 2007 geëvalueerd zullen worden, dus los van de specifieke
Directoraat-Generaal Milieu EV/2008009153 Pagina 3/5
problematiek van de jaarwisseling 2007-2008. Van de gelegenheid wordt gebruik gemaakt om u dit rapport
aan te bieden.
Het Vuurwerkbesluit is in 2002 als direct gevolg van de vuurwerkramp in Enschede in werking getreden. In
2004 en 2006 is een aantal wijzigingen doorgevoerd. In 2005 heeft de universiteit Twente een meta-
evaluatie gehouden met betrekking tot de veranderingen in beleid en praktijk rond de Nederlandse
vuurwerksector en de effecten hiervan op veiligheid. Om deze reden is dit evaluatie-onderzoek in het
bijzonder gericht op een aantal specifieke aandachtspunten of (gepercipieerde) knelpunten bij de
uitvoering en handhaving van het Vuurwerkbesluit en niet meer op de effecten van de wet- en regelgeving.
Het Ministerie van Verkeer en Waterstaat heeft dit evaluatiemoment aangegrepen om de ervaringen met
betrekking tot de specifieke aan het vervoer van vuurwerk gerelateerde transportregelgeving aan een
nader onderzoek te onderwerpen. Ook deze resultaten zijn in de rapportage opgenomen.
Het rapport, maar ook een aantal (inter-)nationale ontwikkelingen, alsmede de problematiek van het
illegale vuurwerk, zal aanleiding zijn om het Vuurwerkbesluit op een aantal specifieke punten, eventueel na
nader onderzoek, aan te passen. Het Vuurwerkbesluit zal in overleg met betrokken partijen op onderdelen
worden aangepast. Daarbij wordt dan tevens het onlangs uitgebrachte advies van de Adviesraad
Gevaarlijke Stoffen over ontplofbare stoffen en het binnenkort te verschijnen rapport van het LOM
betrokken. Een voorstel tot aanpassing van het Vuurwerkbesluit wordt u naar verwachting eind dit jaar
toegezonden. De wijziging van het Vuurwerkbesluit ten aanzien van het beperken van plaats en tijd van
het afsteken van vuurwerk kan, zoals gezegd, eerder in procedure worden gebracht.
Algeheel verbod op vuurwerk
Tot slot nog een beschouwing van de veel gehoorde wens op een algeheel verbod op het afsteken van
consumentenvuurwerk. Uit onderzoek blijkt weliswaar dat ongeveer de helft van de Nederlanders vindt dat
het afsteken van consumentenvuurwerk moet worden verboden, maar dat 45 procent beslist geen
afsteekverbod op consumentenvuurwerk wil. Het kabinet is van mening dat het afsteken van
consumentenvuurwerk niet verboden moet worden. Vuurwerk hoort bij oud en nieuw en zolang het
verantwoord wordt gebruikt, beleven veel mensen er plezier aan. Maatregelen om overlast van vuurwerk te
beperken moeten vooral worden bezien in de brede aanpak van de ongeregeldheden tijdens de
jaarwisseling.
Hoogachtend,
De minister van Volkshuisvesting, De minister van Binnenlandse Zaken
Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, en Koninkrijksrelaties
dr. Jacqueline Cramer dr. G. ter Horst
Directoraat-Generaal Milieu EV/2008009153 Pagina 4/5
Bijlage bij brief
Vuurwerkongevallen
2000
1800
1600
1400
1200
1000
800
aantal ongevallen 600
400
200
---
4 5 6 7 8 9 0 1 2 3 4 5 6 7 8
/9 /9 /9 /9 /9 /9 /0 /0 /0 /0 /0 /0 /0 /0 /0
93 94 95 96 97 98 99 00 01 02 03 04 05 06 07
Jaarwisseling
Ziekenhuisopnamen
120
100
80
60
40
Aantal personen
20
---
98/99 99/00 00/01 01/02 02/03 03/04 04/05 05/06 06/07 07/08
Jaarwisseling
Directoraat-Generaal Milieu EV/2008009153 Pagina 5/5
---- --