ChristenUnie
Vragen over omgang arbortusklinieken met twijfelende vrouwen
dinsdag 29 januari 2008 17:34 Tweede Kamerlid Esmé Wiegman maakt zich
zorgen over berichten dat abortusklinieken en huisartsen niet goed
weten om te gaan met vrouwen die nog twijfelen over het onderbreken
van de zwangerschap. Ze zouden vrouwen te snel tot abortussen laten
overgaan, meldde dagblad Metro vorige week. Wiegman heeft hierover
schriftelijke vragen gesteld aan staatssecretaris Jet Bussemaker
(Volksgezondheid).
Een woordvoerder van het VBOK , vereniging voor ongewenst zwangere
vrouwen, zei in Metro dat arbortusklinieken vaak niet gespecialiseerd
zijn in het opvangen van vrouwen die in paniek zijn of zo ernstig
twijfelen dat ze geen beslissing kunnen nemen. Voor deze vrouwen is
bijna niets geregeld.
Onderzoek
De Rutgers Nisso Groep, kenniscentrum voor seksualiteit, zegt dat het,
in opdracht van het ministerie van VWS, onderzoek is gestart naar de
abortusklinieken en mogelijke verbeterpunten. Ook zal het onderzoek
zich richten op mogelijk psycho-sociale problemen na een abortus.
Nieuw-Zeeland
In het Metro-artikel wordt een onderzoek uit Nieuw-Zeeland aangehaald.
Daaruit zou blijken dat vrouwen die een abortus hebben gepleegd vaker
last hebben van depressies, angsten en alcoholproblemen. Het zou gaan
om een onderzoeksgroep van 1500 vrouwen, waarbij gekeken werd of zij
tussen hun 15e en 25e jaar een abortus hadden gepleegd. Zeker vier op
de tien vrouwen die dat hadden gedaan, bleken ernstige psychische
problemen te hebben. Twee keer zoveel als vrouwen die geen abortus
hadden gepleegd.
---
De vragen:
1. Bent u op de hoogte van de berichtgeving dat abortusklinieken vaak
niet goed handelen bij twijfel?
2. Kent u het onderzoek uit Nieuw-Zeeland waarnaar verwezen wordt?
3. Wat is de kwaliteit van dit onderzoek?
4. Wilt u dit onderzoek betrekken bij het in het regeerakkoord
aangekondigde onderzoek naar de psychosociale gevolgen van
abortus-provocatus?
5. Heeft u voor wat betreft de Nederlandse situatie de indruk - de
interviews met een aantal meisjes in de metro wijzen daarop - dat
bedoeld of onbedoeld ongewenst zwangere vrouwen in contact met
hulpverleners te snel tot een keuze worden gedrongen, die zij dan
later betreuren? Zo ja, op welke wijze wil zij dat - in overleg met
betrokken artsen en hulpverleners - voorkomen?
6. Hoe is de nazorg na een abortus geregeld?
7. Is er voldoende duidelijkheid over wie verantwoordelijk is voor de
nazorg? Zo nee, op welke wijze wilt u de gewenste duidelijkheid aan de
orde stellen, zodat de nazorg ook een goede plek krijgt in de
hulpverlening?
8. Kunt u de Kamer nader informeren over de stand van zaken van het
onderzoek naar psycho-sociale problemen na een abortus?
9. Wanneer kunnen wij de resultaten van het onderzoek verwachten?
Zie ook het Metro-artikel