Ministerie van Buitenlandse Zaken

Beantwoording vragen van de leden Arib, Dijsselbloem en Van Dam over problemen voor Marokkaanse remigranten bij de aanvraag van een visum voor familiebezoek in Nederland

31-01-2008 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken

Graag bied ik u hierbij, mede namens de minister voor Wonen, Wijken en Integratie en de staatssecretaris van Justitie, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door de leden Arib, Dijsselbloem en Van Dam over problemen voor Marokkaanse remigranten bij de aanvraag van een visum voor familiebezoek in Nederland. Deze vragen werden ingezonden op 3 juli 2007 met kenmerk 2060719850.

De minister van Buitenlandse Zaken,

Drs. M.J.M. Verhagen

Antwoorden van de heer Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken, mede namens mevrouw Vogelaar, minister voor Wonen, Wijken en Integratie, en mevrouw Albayrak, staatssecretaris van Justitie, op vragen van de leden Arib, Dijsselbloem en Van Dam (allen PvdA) over problemen voor Marokkaanse remigranten bij de aanvraag van een visum voor familiebezoek in Nederland.

Vraag 1

Hebt u kennisgenomen van de tv-uitzending over Marokkaanse remigranten die in Marokko problemen ondervinden bij de aanvraag van een visum voor familiebezoek in Nederland?'

Antwoord

Ja.

Vraag 2

Bent u bekend met de klachten van Marokkaanse organisaties en remigranten die bij de Stichting Steunpunt Remigranten in Marokko en bij het Samenwerkingsverband van Marokkanen in Nederland binnen komen?

Antwoord

Recentelijk is door mij een brief ontvangen van het Samenwerkingsverband Marokkanen in Nederland, Remigrantenvereniging El Fath en Stichting Steun Remigranten, waarin melding wordt gemaakt van problemen die Marokkaanse remigranten, waarop de Remigratiewet niet van toepassing is, zouden ondervinden bij de aanvraag van een visum voor familiebezoek in Nederland. Voordien zijn, voor zover kon worden nagegaan, geen andere klachten van organisaties of remigranten ontvangen.

Vraag 3

Wat vindt u ervan dat deze groep, meestal ouderen, elke keer een visum moet aanvragen om een familiebezoek aan Nederland te kunnen brengen?

Vraag 4

Wat vindt u van de schrijnende verhalen van deze ouderen², waaruit blijkt dat ouders hun kinderen, kleinkinderen, hun oude buurt en oud-collega's niet meer kunnen zien?

Vraag 5

Waarom moet deze groep bij elk familiebezoek een visum aanvragen, bureaucratische rompslomp ondergaan en heel lang op zo'n visum wachten? Bent u op de hoogte van het feit dat deze mensen honderden kilometers moeten afleggen om in Rabat bij de ambassade een aanvraag in te dienen? Zo ja, vindt u dat deze groep dit verdiend heeft gezien het feit dat zij op de Nederlandse arbeidsmarkt zwaar werk heeft verricht onder vaak slechte omstandigheden?

Vraag 6

Deelt u de mening dat het hier om een groep oudere remigranten gaat die vanuit Nederland een WAO- of een AOW-uitkering ontvangt, jarenlang in Nederland heeft gewoond en nog steeds een band heeft met Nederland? Deelt u tevens de mening dat deze groep ouderen er zelf voor heeft gekozen om naar Marokko terug te gaan en niet van plan is naar Nederland terug te komen behalve om hun kinderen te bezoeken?

Antwoord op de vragen 3, 4, 5, 6

De Nederlandse ambassade in Rabat ontvangt geregeld visumaanvragen van personen die een uitkering vanuit Nederland ontvangen, maar waarop de Remigratiewet niet van toepassing is. Aan de meeste van hen wordt binnen een dag een visum afgegeven, mits aan de gebruikelijke voorwaarden voor afgifte van een Schengenvisum is voldaan.

Voor afgifte van een meervoudig visum dient een aantal waarborgen te worden geboden, die het aannemelijk maken dat betrokkenen zullen terugkeren naar het land van herkomst. In dit kader moeten remigranten, die zijn teruggekeerd onder de werking van de Remigratieregeling uit 1985 of de Remigratiewet uit 2000, aan bepaalde voorwaarden voldoen om in aanmerking te komen voor een meervoudig visum voor maximaal vijf jaar. Zij dienen onder meer gedurende drie jaar onmiddellijk voorafgaand aan hun remigratie in Nederland te hebben verbleven op basis van een verblijfsvergunning voor een niet-tijdelijk doel en zij dienen de remigratievoorziening of een periodieke uitkering van gelijke hoogte te ontvangen. Of de remigrant aan deze voorwaarden voldoet, kan eenvoudig worden nagegaan met behulp van documenten van de Sociale Verzekeringsbank.

Gegevens van remigranten, die niet onder de Remigratiewet vallen, staan niet geregistreerd bij de Sociale Verzekeringsbank. Voor deze personen gelden de gebruikelijke voorwaarden voor afgifte van een meervoudig visum. Indien de remigranten kunnen aantonen dat zij aan de reguliere voorwaarden voor afgifte van een Schengenvisum voldoen en reeds twee visa voor drie maanden en een circulatievisum voor zes maanden hebben gerespecteerd, kunnen zij in aanmerking komen voor een meervoudig visum van een jaar. Remigranten hoeven in dat geval dus niet meer elke keer de weg naar de ambassade af te leggen.

De visumprocedure voor personen die onder de Remigratiewet vallen blijkt werkzaam te zijn en geen problemen op te leveren.

Voor zover ik op basis van de beschikbare informatie kan nagaan is er voor remigranten, die niet onder de Remigratiewet vallen, geen sprake van grote problemen bij het verkrijgen van een visum. Ik wil benadrukken dat het gaat om visumaanvragen van individuen en niet van groepen. Elke visumaanvraag wordt derhalve op zijn merites bekeken.

Op basis van de gegevens uit de uitzending van EénVandaag is van één van de vier remigranten uit de uitzending vastgesteld dat hij in 1999, nog voor inwerkingtreding van de Remigratiewet in 2000, een visum heeft aangevraagd, welke om legitieme reden is geweigerd.

Vraag 7

Bent u bereid om, zoals voor de remigranten die in het kader van de Remigratiewet zijn teruggekeerd is geregeld, ook voor deze Marokkaanse oudere remigranten een speciale 5 jaar-visumregeling in te voeren?

Antwoord

Aangezien het gaat om afgifte van een meervoudig Schengenvisum dienen visumaanvragen van remigranten aan bepaalde voorwaarden te worden getoetst.

De toetsing, zoals die plaatsvindt voor remigranten die onder de Remigratiewet vallen, kan niet op vergelijkbare wijze geschieden voor remigranten die niet onder de Remigratiewet vallen.

Ik ben bereid samen met de betrokken bewindslieden nader onderzoek te verrichten naar de consistentie van de regelingen in dit verband voor degenen die al dan niet onder de Remigratiewet vallen.


1) EénVandaag, 28 juni 2007


2) zie noot 1

* Ministerie van Buitenlandse Zaken

* Bezuidenhoutseweg 67

* Postbus 20061

* 2500 EB Den Haag

* Tel.: 070-3 486 486

* Fax: 070-3 484 848

* Internet: www.minbuza.nl