Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

De Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 der Staten-Generaal 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1 A Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA S GRAVENHAGE Fax (070) 333 40 33 www.szw.nl 2513AA22XA

Contactpersoon Uw brief Kenmerk 2070809300 Doorkiesnummer Ons kenmerk ARBO/P&G/2008/2695 Datum 5 februari 2008 Onderwerp Kamervragen van het lid Van Gent

Hierbij zend ik u de antwoorden op de Kamervragen van het lid Van Gent (GroenLinks) over mogelijke gevaren van nanotechnologie voor werknemers.

De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(J.P.H. Donner)

Ons kenmerk ARBOP&G/2008/2695

2070809300

Vragen van het lid Van Gent (GroenLinks) aan de minister en staatssecretaris van SZW, over mogelijke gevaren van nanotechnologie voor werknemers (ingezonden 25 januari 2008).

Vraag 1
Heeft u kennis genomen van de zorgen van FNV over mogelijke effecten van nanotechnologie op de gezondheid van werknemers?1

Antwoord 1
Ja.

Vraag 2
2. Wat is uw oordeel over de door FNV geuite zorgen over het onderzoek naar en gebruik van nanotechnologie?
Vraag 3
3. Kunt u uiteenzetten hoeveel werknemers in Nederland werken met nanotechnologie?

Antwoord 2 en 3
In de kabinetsvisie "Nanotechnologieën" die op 16 november 2006 naar uw Kamer is gestuurd, is aangegeven dat er nog weinig bekend is over de risico's van nanotechnologie. Het is reden voor het Kabinet om in te zetten op meer risico-onderzoek naar nanotechnologie, zowel nationaal als internationaal.
In augustus 2007 is in opdracht van mijn ministerie een onderzoek gestart naar het gebruik van nanotechnologie uit oogpunt van bescherming van werknemers. In het onderzoek wordt geïnventariseerd hoeveel mensen met nanodeeltjes werken, welke beschermende maatregelen werkgevers hebben genomen, wat de goede praktijken zijn en hoe die goede praktijken het beste kunnen worden verspreid. In mei 2008 zal dit onderzoek zijn afgerond. De resultaten van het onderzoek zijn input voor een adviesaanvraag aan de SER en voor het handhavingsbeleid van de Arbeidsinspectie.

Vraag 4
Is er door of in opdracht van de overheid, bijvoorbeeld door het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), systematisch onderzoek verricht naar mogelijke gezondheidsrisico's van nanotechnologie? Zo nee, waarom niet?


1 Zie onder meer Trouw, 21 januari 2008.


---

Ons kenmerk ARBOP&G/2008/2695

Antwoord 4
Ja, de overheid financiert onderzoek naar risico's van nanotechnologie. Er is nog onvoldoende wetenschappelijke kennis over de risico's van het werken met nanotechnologie. Nationaal en internationaal wordt gewerkt aan een onderzoeksagenda voor kennis opbouw. Bij het RIVM is het Kennis- en Informatiepunt Risico's Nanotechnologie (KIR-Nano) opgericht.

Vraag 5
Wat vindt u van het verwijt van FNV dat de overheid te weinig doet om werknemers te beschermen?
Vraag 6
Kunt u toelichten hoe het kennisniveau van de Arbeidsinspectie is met betrekking tot nanotechnologie? Hoeveel medewerkers zijn bekend met de mogelijke gevaren van deze technologie? En hoe vaak zijn door de Arbeidsinspectie controles uitgevoerd naar de arbeidsomstandigheden van mensen die met deze technologie werken?

Antwoord 5 en 6
Het is de werkgever die (in overleg met de werknemers) primair verantwoordelijk is voor de bescherming van de werknemer. De Arbowet- en regelgeving is daar heel duidelijk over. De Arbeidsinspectie volgt de wetenschappelijke ontwikkelingen ten aanzien van nanotechnologie. Voor nanotechnologie geldt het algemene handhavingsbeleid van de Arbeidsinspectie. Dat betekent dat de Arbeidsinspectie bij bedrijven die met nanotechnologie werken, toeziet dat de risico inventarisatie en evaluatie (RI&E) en de genomen maatregelen de mogelijke risico's van nanotechnolgie en nanodeeltjes adresseren. Uitgangspunt dient hierbij, gegeven de onzekerheid over risico's en effecten, het minimaliseren van blootstelling te zijn. Zie verder mijn antwoord op de vragen 2 en 3.


---