E.ON streeft naar grootschalige toepassing CO2-afvang

05.02.2008

Rotterdam, 4 februari 2008 - Op vrijdag 1 februari jl. heeft Groenlinks kamerlid Wijnand Duyvendak vragen gesteld aan Minister van der Hoeven omtrent de intenties van energiegigant E.ON met betrekking tot afvang van CO2 -gassen die vrijkomen bij het opwekken van elektriciteit met fossiele brandstoffen. Greenpeace zou berichten hebben onderschept waaruit zou blijken dat E.ON daarin geen toekomst ziet. "Niets is minder waar," aldus E.ON Benelux-topman Joost van Dijk. Minister Van der Hoeven is gevraagd zich op dinsdag 5 februari over dit onderwerp te verantwoorden in het vragenuurtje in de Tweede Kamer.

Strategie: Energiemix
De kern van de strategie van E.ON voor een betrouwbare, betaalbare en duurzame energievoorziening is de energiemix en technologieontwikkeling. In de woorden van Dr. Wulf Bernotat, CEO van E.ON AG, het moederbedrijf van E.ON Benelux: "De modernste kolencentrales gaan naast gas, kernenergie en hernieuwbare energiebronnen een belangrijke rol spelen in een uitgebalanceerde energiemix, waarbij klimaatbescherming en concurrentiekracht verenigd worden. Om dat te bereiken moeten de kolen zo efficiënt en schoon als mogelijk worden ingezet. Onze nieuwe-generatie kolencentrales zijn een belangrijke stap op weg naar dat doel." E.ON Benelux bouwt een nieuwe kolencentrale op de Maasvlakte. "Wij realiseren ons terdege dat er een groot maatschappelijk belang is om CO2-afvang zo spoedig mogelijk te ontwikkelen. De verdere ontwikkeling daarvan samen met onze leveranciers en toepassing op onze centrale zodra dat haalbaar is, is voor ons dan ook prioriteit nummer één. Het is daarbij ook cruciaal dat de overheden hun rol met betrekking tot infrastructuur en opslag oppakken," aldus Van Dijk.

Commitment aan technologieontwikkeling
Voor E.ON is de afscheiding van CO2 bij de stroomopwekking één van de sleuteltechnologieën, die een belangrijke bijdrage leveren aan de klimaatdoelstellingen. E.ON heeft zich met een zeer omvangrijk, internationaal programma gecommitteerd aan de ontwikkeling van CO2 - afvang. Het doel van dit technologie-initiatief is om hierbij zoveel mogelijk vaart te maken. In de zoektocht naar de beste technieken worden in parallelle projecten verschillende afvangmethoden getest. E.ON is één van de eerste bedrijven in Europa die met dergelijke tests begonnen. In Zweden bouwt E.ON samen met Alstom een proefinstallatie om CO2 met behulp van gekoelde ammonia te binden. In Nederland is E.ON op haar Maasvlakte-centrale druk bezig met het TNO-CATO-project. Nog dit jaar worden resultaten verwacht.

TNO-CATO: Het Nederlandse onderzoeksprogramma
In het Nederlandse TNO-CATO programma wordt kennis ontwikkeld voor een sterke vermindering van de CO2-emissies die vrijkomen bij het verbranden van fossiele brandstoffen, met name in centrales en bij grote industriële processen. Naast de verschillende manieren om CO2 af te vangen zijn er ook deelprojecten die aandacht besteden aan het transport en de opslag van CO2. Met het hele programma is een totaalbedrag van ruim 25 miljoen euro gemoeid. De helft daarvan is overheidssubsidie van het Ministerie van Economische Zaken. Mede door de inbreng van een groot aantal partners, waaronder TNO, universiteiten, bedrijfsleven en milieuorganisaties als Greenpeace en het Wereldnatuurfonds, is TNO-CATO het belangrijkste initiatief op het gebied van een schoon gebruik van fossiele brandstoffen in Nederland. Op het E.ON terrein op de Maasvlakte (EFM 2) wordt op 3 april a.s. de TNO-CATO proefinstallatie voor de afvang van CO2 uit rookgassen in gebruik genomen. Joost van Dijk, CEO van E.ON Benelux: "Met deze proefinstallatie onderstrepen wij ons commitment aan Carbon Capture Storage (CCS) en het vinden van oplossingen voor de afvang van CO2. Die oplossingen zullen er zeker komen, de basistechnologie is al voorhanden. Het is dan ook niet voor niets dat onze nieuwe centrale op de Maasvlakte "capture ready" wordt uitgevoerd."

TNO-CATO pilot: afvang met absorptiemiddelen
De pilot plant bij E.ON Benelux richt zich op de zogeheten 'post-combustion capture', waarbij CO2 uit de rookgassen van de installatie wordt verwijderd met behulp van milieuvriendelijke absorptiemiddelen (waterige oplossing van een nieuw soort amineverbindingen), ondersteund door compacte membraancontactoren die de huidige absorptietorens op termijn kunnen vervangen. Hiervoor onttrekt de installatie rookgassen aan de schoorsteen van de centrale om deze te behandelen. De installatie heeft een capaciteit van 250 kg CO2 per uur. Het deelproject wordt gecoördineerd door TNO, dat ook een belangrijke kennisbijdrage levert. Bij TNO vinden onder meer de laboratoriumproeven plaats van de processen die daarna bij E.ON op grotere schaal worden getest.

Afvangtechnologieën uiterlijk in 2020 beschikbaar
Onlangs kondigden Siemens en E.ON aan intensief te gaan samenwerken bij de ontwikkeling van nieuwe, efficiënte technologieën en middelen voor de afvang van CO2 - een belangrijke stap in de richting van een CO2-arme centrale. Uiterlijk in 2010 wordt hiervoor in Duitsland een pilotcentrale in bedrijf genomen. E.ON verwacht de volgende ontwikkelingsstap uiterlijk in 2014. Het doel is de afvangtechnologieën in 2020 klaar te hebben voor grootschalige en commercieel verantwoorde inzet.