Algemene Rekenkamer



EU-trendrapport 2008

7-2-2008

Nederland verbetert verantwoording over EU-geld, meerderheid EU-lidstaten is nog terughoudend

Afwikkeling EFRO-gelden en BTW-compensatie vormen nog financiële risico's

De verantwoording over EU-gelden verbetert in Nederland mede dankzij de lidstaatverklaring, voor het eerst in 2007 uitgebracht. Bovendien krijgt het parlement hierdoor meer inzicht in de rechtmatigheid van ingezette EU-middelen in Nederland. Drie andere EU-lidstaten nemen soortgelijke initiatieven, de meeste andere helaas (nog) niet. Dankzij inspanningen van de Europese Commissie neemt het inzicht toe waar financiële steun van de Europese Unie terechtkomt. Tegelijkertijd geeft de Europese Commissie nog weinig inzicht in de controles die zij uitvoert in de lidstaten en in de doeltreffendheid van EU-beleid op Europees niveau.

Dit zijn enkele hoofdpunten uit het EU Trendrapport 2008 van de Algemene Rekenkamer, dat op 7 februari 2008 is gepubliceerd. Dit is de zesde jaarrapportage over ontwikkelingen in het financieel management van de Europese Unie. Het pleidooi van met name het Europees Parlement om via nationale lidstaatverklaringen de nationale parlementen meer inzicht te verschaffen, is door Nederland omarmd. Afgelopen jaar is de eerste lidstaatverklaring door de minister van Financiën afgegeven en door de Algemene Rekenkamer gecontroleerd. Ook komend jaar blijft de reikwijdte nog beperkt tot de Europese landbouwsteun in Nederland. De bedoeling is de daarna volgende (over 2008) uit te breiden met subsidies uit structuur-, visserij- en migratiefondsen. Drie andere EU-lidstaten werken aan een lidstaatverklaring. Voor alle lidstaten heeft de Europese Commissie inmiddels een afgezwakte versie geïntroduceerd: de annual summary. Ook hierover is de meerderheid van de lidstaten terughoudend hoewel 80 % van de Europese middelen in gedeeld beheer is en door de lidstaten wordt besteed.

De Algemene Rekenkamer stelt vast dat de EU weliswaar meer informatie verstrekt over het gevoerde beleid, maar de Europese Commissie vermeldt niet wat feitelijk bereikt wordt. Een lacune, zo stelt de Algemene Rekenkamer, zeker in een tijd waarin groepen Europese burgers sceptisch staan tegenover de EU. Volgens de Europese Commissie geven de bestaande systemen van interne controle redelijke zekerheid over de rechtmatigheid van activiteiten. De Algemene Rekenkamer betwijfelt dit, vanwege hardnekkig terugkerende voorbehouden en gebrek aan uniformiteit in de onderbouwing. Verder blijft informatie van het EU-antifraudebureau OLAF over onregelmatigheden deels onvolledig en inconsistent.

De Europese Rekenkamer heeft de afgelopen dertien jaar op rij geen goedkeurende verklaring kunnen afgeven over de financiële verslaglegging van de EU. De Europese Rekenkamer stelt dat 47 % van de EU-uitgaven een hoger foutenpercentage dan 5 kent en maar 39 % minder dan 2 % fouten bevat.

Risico bij EFRO-subsidies
De Europese Commissie heeft ernstige tekortkomingen geconstateerd bij EFRO-projecten in Nederland. Onder meer vanwege onjuist aanbesteden en opvoeren van niet-subsidiabele kosten. Nederlandse controles over de periode 2000-2006 schoten te kort. De financiële correcties die de EU zal toepassen kunnen in de miljoenen euro's lopen. Ook wordt een financiële kostenpost verwacht omdat gemeenten en provincies tussen 2003 en 2007 ten onrechte voor EU-projecten BTW op twee plekken konden declareren. Ook deze kostenpost zal, vanwege een garantiestelling, ten laste van de rijksoverheid komen.

Aanbevelingen en reactie kabinet
De Algemene Rekenkamer beveelt het kabinet aan bij de Europese Commissie aan te dringen om de lidstaatverklaring uit te bouwen als verantwoordingsinstrument. Bij monde van de minister van Financiën zegt het kabinet dit toe. De Algemene Rekenkamer vraagt om inzicht per lidstaat over wat goed en minder goed gaat met EU-beleid. Het kabinet ondersteunt deze wens voor transparantie. De ministeries van Economische Zaken, Landbouw en Binnenlandse Zaken dienen in de periode 2007-2013 de uitvoering van de EFRO-programma's sterk te verbeteren. Volgens de Algemene Rekenkamer kan een speciaal agentschap voor EFRO voorkomen dat opnieuw problemen ontstaan. Volgens de minister zijn inmiddels maatregelen getroffen waardoor het financieel beheer voor deze regionale steunprogramma's wordt verbeterd.

Toelichting: EU-Trendrapport, atlas van financiële ontwikkelingen in EU Het EU-trendrapport 2008 omvat ontwikkelingen in de begroting, het financieel management en beleid van de EU-instellingen, verder een overzicht op het niveau van de EU-lidstaten en een overzicht van lidstaat Nederland. Het afsluitende deel bevat conclusies en aanbevelingen van de Algemene Rekenkamer. Tal van gegevens zijn erin te vinden, zoals:
Top 5 netto-ontvangers in 2006 van EU-steun: 1. Griekenland (¤ 4,9 mld), 2.Spanje (3,0 mld), 3. Polen (2,8 mld), 4. Portugal (2,2 mld), 5. Hongarije (1,0 mld) Top 5 nettobetalers in 2006 aan EU: 1. Duitsland (¤8,5 mld), 2. Verenigd Koninkrijk (4,3 mld), 3. Nederland (4,0 mld), 4. Frankrijk (3,6 mld), 5. Italië (2,7 mld). Afdrachten van alle lidstaten aan EU steeg van ¤95 mld in 2004 naar ¤100 mld in 2005 en ¤ 102 mld in 2006. Nederland droeg bij ¤5,0, ¤6,1 respectievelijk ¤6,2 mld. De betalingen die de EU aan alle lidstaten tezamen deed steeg van ¤100 mld in 2004 naar ¤105 mld in 2005 en ¤106 mld in 2006. Daarvan kwam in Nederland terecht: ¤2,0 mld in 2004, ¤1,9 mld in 2005 en ¤2,0 mld in 2006.