Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Nr. WJZ/2008/468 (8203)

(Hoofd) Afdeling

DIRECTIE WETGEVING
EN JURIDISCHE ZAKEN

Nader rapport inzake het voorstel Den Haag, 6 februari 2008 van wet tot wijziging van de
Monumentenwet 1988 in verband
met onder meer beperking van de
ministeriële adviesplicht bij
aanvragen om een monumenten-
vergunning

Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 10 december 2007, nr. 07.0040000, machtigde Uwe Majesteit de Raad van State zijn advies inzake het bovenver- melde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd 21 januari 2008, nr. W05.07.0461/l, bied ik U hierbij aan.

De Raad van State onderschrijft de strekking van het wetsvoorstel maar maakt een tweetal opmerkingen van inhoudelijke aard. Hieronder ga ik in op de opmerkingen van de Raad.


1. Het bestand aan beschermde rijksmonumenten is tot stand gebracht gedurende een periode van tientallen jaren. In opeenvolgende perioden zijn de inzichten gewijzigd over de methode van inventariseren en selecteren, alsmede de informatie op basis waarvan de selectie werd uitgevoerd. Ook zijn de omstandigheden veranderd waarbinnen deze activiteiten zich afspeelden. In dit licht bezien behoeft de opmerking van de Raad voor cultuur over een representatief monumentenbestand enige nuancering. Het bestand vormt immers de neerslag van opeenvolgende beschermingsambities en bijhorende aanwijzings- programma's. Daarmee is ook gezegd dat er naar huidig inzicht natuurlijk verbeteringen zijn te benoemen. Het komt voor dat monumenten of onderdelen daarvan over het hoofd zijn gezien bij eerdere inventarisaties of dat het wenselijk is om begrenzingen van monumenten aan te passen. Ook kunnen nieuwe studies en gewijzigde inzichten ertoe leiden dat nieuwe ambities ten aanzien van het monumentenbestand worden geformuleerd. Dat neemt niet weg dat met alle voorbehouden vandien de circa 52.000 beschermde rijksmonumenten als de meest beschermenswaardige werken van het totale bouwareaal kunnen worden beschouwd. Anders dan de Raad voor cultuur aangeeft, kan de Rijksdienst voor Archeologie, Cultuur- 8 landschap en Monumenten (RACM) deze stelling onderbouwen door te leveren overzichten 93 AAN DE KONINGIN
OCW 10


---

voor verschillende aspecten van het monumentenbestand. Dat wil niet zeggen dat elk over- zicht is te geven. Met name ten aanzien van monumentale waarden die niet direct zichtbaar zijn, is in het verleden niet alle informatie verzameld of vastgelegd. Ingaande op de voorbeelden die de Raad voor cultuur noemt, kan worden gesteld dat de RACM wél een overzicht kan leveren van beschermde stadsparken in Nederland. Een overzicht van beschermde vijftiende-eeuwse kapconstructies is alleen te geven na uitgebreid nader onder- zoek. Overigens zullen deze kapconstructies zich naar alle waarschijnlijkheid voor het over- grote deel wel binnen beschermde monumenten bevinden. Verder merk ik op dat gewenste verbeteringen in het monumentenbestand - ook na inwer- kingtreding van het wetsvoorstel - op grond van het voorgestelde eerste lid van artikel 3 van de Monumentenwet 1988 door de minister uit eigen beweging kunnen worden aangebracht. Naar aanleiding van het advies van de Raad van State heb ik de memorie van toelichting aangevuld met een overweging in bovenbedoelde zin.

2. Ik neem het advies van de Raad van State over om in het wetsvoorstel een overgangsrege- ling te treffen voor lopende procedures naar aanleiding van aanvragen om een aanwijzing van een monument als beschermd monument.


3. Ik neem de redactionele kanttekeningen van de Raad van State over.

Van de gelegenheid maak ik gebruik nog enige wijzigingen van technische en redactionele aard in het wetsvoorstel aan te brengen. De memorie van toelichting is in dit verband waar nodig aangevuld.

Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van wet en de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.

De Minister van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap,

dr. Ronald H.A. Plasterk
W1234.K-1 2