Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
^z^ Datum
15 februari 2008
,,,,.,,,,,......,......,«,,-,....:.. ^ ^ Ons kenmerk
2008-0000074141
Onderdeel
Aan de voorzitter van de Tweede Kamer BABD-SIM
der Staten-Generaal Inlichtingen
Postbus 20018 tvo Biommaart
2500 EA Den Haag T 070 426 7372
F 070 426 6866
Uw kenmerk
2070811230
Blad
1 van 1
Onderwerp
Kamervragen met kenmerk 2070811230 Aantal bijiagen
---
Bezoekadres
Schedeldoekshaven 200
2511 EZ DenHaag
Postadres
Hierbij bied ik u, mede namens de minister van Onderwijs, Cultuur en Postbus 20011
2500 EA Den Haag
Wetenschappen, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen die zijn gesteld
door leden Van Gent (GroenLinks), Hamer (PVDA), Ortega-Martijn Intemetadres
www.algemenebestuursdi
(Christenunie), Van der Burg (WD), Ko§er Kaya (D66) en Jonker (CDA) over enst.ni
'het lage percentage vrouwen aan de top bij de overheid'. Deze vragen werden
ingezonden op 12 februari 2008 met kenmerit 2070811230.
DE MINISTER VAN BINNENLANDSEZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES,
Co
WJ
WJ
Q)
C-'I
CO
2070811230
Vragen van de leden Van Gent (GroenLinks), Hamer (PvdA), Ortega-Martijn (ChristenUnie),
Van der Burg (VVD), Ko§er Kaya (D66) en Jonker (CDA) aan de ministers van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het lage
percentage vrouwen aan de top bij de overheid. (Ingezonden 12 februari 2008)
1
Hoe kan het dat er vorig jaar zeven mannen tot secretaris-generaal zijn benoemd en geen
enkele vrouw (bron: wvyw.e-qualitv.ni)?
2
Kunt u per positie inzicht geven hoeveel vrouwen voor deze zeven posities zijn voorgedragen
en hoeveel van deze vrouwen de laatste ronde hebben bereikt? Kunt u ook aangegeven hoe
het mogelijk is dat in alle zeven de gevallen de keuze op een man is gevallen?
Antwoord 1 en 2
Van de zeven benoemingen tot secretaris-generaal hing er één samen met de invoering van de
in het coalitieakkoord aangekondigde programma's. Daamaast werd voorzien in een aantal
ontstane vacatures. De voordrachten zijn tot stand gekomen op basis van de procedure voor de
topmanagementgroep (TMG) van de Algemene Bestuursdienst (ABD) en zijn deels
voorbereid door het vorige kabinet.
Vanwege de vertrouwelijkheid worden geen uitspraken gedaan over individuele
vacatureprocessen en kandidaten die zich daarvoor hebben gemeld.
3
Bent u bereid een onderzoek naar de werving en selectie bij deze benoemingen in te stellen?
Zo ja, wanneer kan de Tweede Kamer deze resultaten tegemoet zien? Zo neen, waarom niet?
In 2006 bracht de Raad voor het Openbaar Bestuur het adviesrapport "Benoemingen in het
openbaar bestuur: transparant, onderbouwd en fiinctioneel" uit. Daarin wordt ondermeer
ingegaan op benoemingen in de top van de rijksdienst. De raad concludeert dat de
benoemingsprocedures voor de ABD voldoende open en transparant zijn.
Het kabinet onderschrijft dit en meent dat er voldoende ruimte is binnen de procedures om
diversiteit bij de werving te vergroten. Het kabinet is overigens van mening dat bij de keuze
voor een uiteindelijke kandidaat de vooraf opgestelde kwaliteitseisen doorslaggevend moeten
zijn. (TK, vergaderjaar 2006-2007, 30 800 VII, nr.25). Omdat de procedure sindsdien niet is
gewijzigd is er geen aanleiding voor een onderzoek naar de werving en selectie bij deze
benoemingen.
4
Herinnert u zich de doelstelling uit de Emancipatienota dat er naar gestreefd wordt dat in
2011, 25% van de topambtenaren vrouw is? Zo ja, welke consequenties trekt u hier dafuuit
voor de volgende benoemingen tot secretaris-generaal? Co
CD'
WJ
WJ
CD
QJ
Cc
5
Kunt u aangegeven, gegeven deze zeven recente benoemingen tot secretaris-generaal, ofde
doelstelling om te streven dat in 2011, 25% van de topambtenaren vrouw is überhaupt nog
haalbaar is? Zo ja, is dit dan ook nog haalbaar op het hoogste ambtelijke niveau van
secretaris-generaal? Zo neen, is uw ambitie dan nu al mislukt?
6
Wat zijn specifieke maatregelen die de ministers hebben genomen om vrouwen in topfiincties
bij de ministeries te benoemen?
7
Bent u van mening dat in het verleden behaalde resultaten reden geven tot zorg, al in 2000
nam het kabinet zich immers voor dat in 2010 25% van de ambteUjke top uit vrouwen moet
bestaan? Zoja gaat u dan vanaf nu echt "als een helleveeg tekeer" om de doelstellingen te
bereiken?
Antwoord vraag 4 tot en met 7
In het coalitieakkoord is onder meer de doelstelling opgenomen om in 2011 minimaal 25
procent vrouwen in de Algemene Bestuursdienst bij het rijk te hebben benoemd. Dit streven
geldt voor de ABD als geheel, met andere woorden; voor het totaal van alle
managementfimcties in het Rijk vanaf salarisschaal 15.
Het kabinet voert een intensief diversiteitsbeleid op het aantrekken en behouden van vrouwen
in de top van de Rijksdienst en gaat daar onverminderd mee door. De bijdrage die het
ministerie van Binnenlandse Zaken hieraan levert is neergelegd in de brief die op 9 oktober
2007 aan de voorzitter van de Tweede Kamer is gestuurd. (TK, vergaderjaar 2007-2008, 30
420, nr. 54),
Zorgvuldig management-developmentbeleid is een lange termijn exercitie waarbij niet wordt
beoordeeld en gestuurd op dagkoersen. Door inspanningen in het verleden en de intensivering
van diversiteitsbeleid door dit kabinet is er de laatste jaren, zonder uitzondering, een
duidelijke toename van het aantal vrouwen op posities op ABD niveau te zien. Van 9% in
2000 tot 18,2% ultimo 2007. Op niveau van de topmanagementgroep' (TMG) is het
percentage vrouwen ultimo 2007 19,3%. In 2007 werd op vrijgekomen functies in de ABD
exclusief de TMG in 29,2% van de gevallen een vrouw benoemd. Voor vacatures op TMG
niveau was dit percentage 36,8.
Bij de keuze voor een benoeming op ABD niveau Hgt de uiteindelijke verantwoordelijkheid
bij de vacaturehoudende minister. Omdat het voltallige kabinet zich achter de
diversiteitsdoelstellingen heeft geschaard blijft de doelstelling om in 2011 25% van de
Algemene Bestuursdienst uit vrouwen te laten bestaan haalbaar.
kJ'
I · - ^·'''
De topmanagementgroep bestaat uit secretanssen-generaal, directeuren-generaal, (-r.
inspecteurs-generaal en enkele daarmee gelijkgestelde functies, met uitzondering van die bij
het ministerie van Buitenlandse Zaken. wj
Co
8
Heriimert u zich uw voomemen uit de Emancipatienota dat bij benoemingen van nieuwe
leden van algemene en algemeen technische adviescolleges in de helft van de gevallen een
vrouw zal worden voorgedragen? Zoja, hoe kan het dan dat bij het instellen van de
commissie Bakker slechts 1 vrouw is benoemd, temeer daar dit bij het debat over de instelling
van deze commissie in de Tweede Kamer nadrukkelijk als wens naar voren is gebracht?
9
Op welke wijze gaat het kabinet de komende tijd er voor zorgen dat situaties zoals met de
commissie Bakker in de toekomst niet meer voorkomen?
Antwoord 8 en 9
Het streven van het kabinet is inderdaad om in de helft van de gevallen een vrouw voor te
dragen. Daarvan kan in individuele situaties worden afgeweken, dat is in casu gebeurd.
In het kader van het streven genoemd in de Emancipatienota ziet het kabinet erop toe dat de
juiste procedures worden gevolgd en dat gemaakte afspraken worden nageleefd. Over deze
afspraken is de Tweede Kamer door de minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties bij brief op 14 november 2007 geïnformeerd. (TK, vergaderjaar 2007-
2008, 24 503, nr. 38).
CO
WJ
WJ
CD
---
Co