Ministerraad


Rapportage vreemdelingenketen: achterstanden IND weggewerkt

Persbericht | 07-03-2008

De ministerraad heeft op voorstel van staatssecretaris Albayrak van Justitie ingestemd met toezending aan de Tweede Kamer van de rapportage vreemdelingenketen over de tweede helft van 2007. De uitvoering van de pardonregeling en de tijdige afhandeling van nieuwe aanvragen maakten dat de voorraden asiel bij IND, Raad voor de Rechtsspraak en Raad van State in 2007 daalden met 47 procent. De voorraden in verband met reguliere aanvragen daalden over de hele breedte van de keten met 48 procent. De achterstanden bij reguliere aanvragen zijn vorig jaar weggewerkt bij de IND. Hierdoor slaagt de IND er beter in om nieuwe aanvragen voor verblijf binnen de wettelijke termijnen af te doen.

De totale asielinstroom in 2007 is met 9.800 aanvragen historisch laag. Wel is er in de tweede helft van het jaar een stijging zichtbaar in het aantal asielaanvragen, voornamelijk veroorzaakt door aanvragen van Irakezen en Somaliërs. Voor asielzoekers uit deze landen geldt een categoriaal beschermingsbeleid in verband met de situatie in het land van herkomst. De aanmeldcentra behandelden in de tweede helft van 2007 gemiddeld 760 aanvragen per maand tegenover 645 aanvragen per maand in de eerste helft van dat jaar. Vanwege de aanhoudende instabiliteit in Somalië en Irak wordt er rekening mee gehouden dat deze trend zich in 2008 zal voortzetten en de instroom verder zal toenemen.

De stijging van aanvragen van Irakezen past in een Europese trend. Tot september 2007 deden circa 28.000 Irakezen een asielverzoek in een van de Europese lidstaten. Nederland ontving in die periode ruim 1.000 aanvragen uit Irak en staat daarmee zesde in de top tien van ontvangende landen.

De bezetting van de asielopvang is in 2007 licht gedaald. Op 1 januari 2008 werden circa 23.000 personen opgevangen, 8 procent minder dan op
1 januari 2007. Toch is de bezetting minder snel gedaald dan verwacht. Dit hangt onder meer samen met de hogere instroom in de tweede helft van 2007 en veroorzaakt een grote druk op het vinden van nieuwe COA-locaties. In de tweede helft van 2007 stroomden circa 6.800 vreemdelingen uit de opvang. Hiervan heeft 42 procent een vergunning op grond van de pardonregeling ontvangen.

Het aantal aanvragen voor reguliere verblijfsvergunningen blijkt over heel 2007 29 procent lager dan in 2006. Als oorzaak hiervoor wordt onder meer genoemd de werking van de zogenaamde M50 loketten waar kansloze aanvragen direct buiten behandeling worden gesteld. Vreemdelingen kunnen aansluitend direct worden opgenomen in het terugkeerproces.

Circa 5.850 vreemdelingen hebben in de rapportageperiode Nederland aantoonbaar verlaten. Dit is 55 procent van de totale uitstroom uit het terugkeerproces, een stijging van 5 procent ten opzichte van de eerste helft van 2007. In de periode juli tot december 2007 zijn door de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) circa 7.500 vertrekprocedures opgestart.